Nederland spreekt nog steeds mee op gebied van atoomkennis Simone Wiegel komt live het best tot haar recht finale £&idóc6ou/umt Deze maand bestaat de kerncentrale in het Gelderse Dodewaard 25 jaar. Een jubileum, dat samen valt met de poging van CD A-minister Andriessen van economische zaken kernenergie in Nederland opnieuw ter discussie te stellen. Voor de directeur van de Dodewaard-centrale, dr. H. Arnold, heeft de ooit uitgesproken optie eenderde kolen, eenderde gas en eenderde kernenergie nog niets aan realiteitswaarde ingeboet. DODEWAARD - Vanuit de direc tiekamer wordt het uitzicht op de Waal ontsierd door slierten prik keldraad, dat de kleine kerncentra le van Dodewaard overal omgeeft. Toch heeft dr. Arnold (directeur van de centrale) er ooit de schoon heid van ontdekt. „Dat was op een ochtend, dat het helemaal berijpt was. En met die zon er op Schitterend!" Door alle beveilingsvoorschriften en af schrikkingsmaatregelen (viervoudig hek werk, prikkeldraadversperringen, een uitgebreide bezoekerscheck en een sloot rondom) is de kerncentrale Dodewaard na 25 jaar veranderd in een vesting. Net als de nog steeds niet opgestarte snelle kweekreactor in het Duitse Kalkar, waaraan Nederland intussen enkele hon derden miljoenen heeft gespendeerd. Ge volgen van de maatschappelijke onvrede met het fenomeen kernenergie, die via de Brede Maatschappelijke Discussie in ons land een uitlaatklep kreeg. Het 'nee' tegen kernenergie dat toentertijd klonk acht dr. Arnold niet meer up to date. „Tijdens die discussie vierden emoties hoogtij. Door zo te discussiëren kom je er niet uit. De C02-problematiek bij voorbeeld kwam toen nog niet eens op in de menselijke geest". Al met al con cludeert Arnold dat er sprake is geweest van 'een verstoorde discussie met een navenante uitkomst'. Al vraagt hij zich af of er een nieuwe maatschappelijke discussie moet komen over de vraag of kernenergie in ons land opnieuw een kans moet hebben. Goede centrale De kernreactor van Dodewaard heeft in de kwart eeuw van zijn bestaan een goe de staat van dienst opgebouwd. Aan de muur van Arnolds directiekantoor hangt een onderscheiding voor ongestoorde stroomleveranties. „Een grote mate van betrouwbaarheid, gepaard gaande met een totaal gebrek aan storingen", vat Ar nold de laatste 20 jaar samen. „Een goed gebouwde centrale, die goed bedreven wordt". Over de recente 3 millimeter diepe haarscheur in een afvoerpijp met een wanddikte van 15 millimeter van het reactorvat zegt hij, dat die reeds in 1983//84 werd geconstateerd. Vorig jaar is de pijp afgeplugd en de leiding omge zet. Arnold: „De reparatie gebeurde tij dens een revisiebeurt; de reactor werd daarvoor afgeschakeld". Dit soort 'storingen' valt volgens dr. Ar nold onder de categorie onderhouds werkzaamheden, die om de zoveel tijd aan elke technische installatie moeten worden uitgevoerd. Bovendien dient daarbij een onderscheid te worden ge maakt tussen storingen aan het nucleaire en het niet-nucleaire gedeelte van de re actor. „We hebben veel stroom geprodu ceerd op een efficiënte wijze", gaat Ar nold verder. „Bovendien hebben we op die manier een groot potentieel aan know how opgedaan. Aan de opdracht om via Dodewaard onderzoek te plegen naar nieuwe vormen van energie-opwek king hebben we dan ook ruimschoots voldaan". Daarmee is Arnold terecht gekomen op het uitgangspunt, waarmee de 58 mega watt kleine Waal-centrale werd ge bouwd: kijken of kernenergie een reële optie voor de Nederlandse elektriciteits- KERNCENTRALE DODEWAARD 25 JAAR voorziening zou kunnen zijn. In de Ver enigde Staten werden rond die tijd (1964) soortgelijke vragen gesteld, die re sulteerden in de Humblebay-centrale, de evenknie van Dodewaard. En in de Westduitse Bondsrepubliek verrees in Lingen eveneens een kleine kerncentrale. Beide centrales zijn inmiddels 'in de motteballen' gelegd. Voor de Ameri kaanse reactor gebeurde dat op louter bedrijfseconomische gronden, in Lingen bleek het technische concept zo ver van de thans geldende veiligheidsvoorschrif ten af te staan, dat aanpassing een veel te kostbare aangelegenheid zou worden. Bovendien bleek Lingen-1 nogal storing- gevoelig, hetgeen o.a. leidde tot lozing van radio-actief besmet koelwater in de Ems. (Intussen is daar echter een nieuwe 1.300 MW grote kerncentrale gebouwd, die ondanks een reeks bezwaarschriften van wethouder Coen Hamers van Dene kamp c.q. het comité 'Burgerinspraak over de grens' (Oldenzaal) al anderhalf jaar stroom levert). Consequenties Zoals gezegd is kernenergie voor dr. Ar nold een reële optie. Met meer kerncen trales - thans staan er over de hele we reld zo'n 400 opgesteld, die samen zo'n 300.000 MW elektriciteit produceren - zou de toenemende uitworp van kool- stofdioxyde (CO,) en het daaraan gekop pelde broeikaseffect het meest doelmatig worden aangepakt. „Doen we het nietTja, dan zijn de consequenties voor het nageslacht. En dat is heel droe vig". Probleem aan de andere kant is dat nog al wat (fossiele) energie moet worden ge stopt in o.a. de winning en verrijking van uranium, hetgeen trouwens ook geldt voor de winning van bijvoorbeeld steenkool. Verder telt de vraag in hoe verre elektriciteitscentrales voor het broeikas-effect verantwoordelijk zijn. Als derde punt geldt het via kerncentra les in de atmosfeer brengen van (radio actief) krypton-85, dat in hoge concen traties eveneens kan zorgen voor bepaal de weersveranderingen (wolkenvorming, neerslag en onweer). Toch vindt dr. Ar nold dat de keus voor kernenergie de meest realistische is. „Ook wanneer je de meest milieuvriendelijke vorm van elek triciteitsopwekking neemt (wind en zon) worden er fossiele brandstoffen gebruikt, met als gevolg C02-emissies". Hoewel kernenergie veel weerstand heeft opgeroepen, is Arnold tot op zekere hoogte blij met de milieukritiek, die in Nederland alom heeft geklonken en nog steeds klinkt. „Het kan een rem zijn op wetenschappelijke euforie met betrek king tot technologische oplossingen". En: „Een maatschappelijk draagvlak voor een zaak als kernenergie is belang rijk. De bevolking moet er vertrouwen in hebben, anders zullen politici er nooit 'ja' tegen zeggen". Dank zij de grote aardgasvoorraden heeft kernenergie in de Nederlandse energievoorziening nooit die vlucht ge nomen als bijvoorbeeld in België en Frankrijk. Maar op het gebied van de re- Simone Wiegel: „Ik ben niet bezig met zoiets als carrièreplanning". FOTO J.H. MEIJER HILVERSUM - Simone Wiegel (ver weg familie van die andere Wiegel) is een van de drie gezich ten van AVRO's Service Salon. Sa men met Tineke de Groot en Amanda Spoel presenteert ze dit middagmagazine, waarin allerlei uiteenlopende onderwegen kort, bondig en niet al te diepgravend worden behandeld. Service Salon - een soort tv-dames- blad - geniet een redelijke populariteit en is een van de best bekeken middag uitzendingen. Een niet controversieel programma (zoals dat past in de traditie van de nette AVRO) waarin zowel psy chisch geweld tegen kinderen als ver schillende soorten gehakt door de molen worden gehaald. Simone gunt ons een kijkje in de keuken. „Ik ben heus niet bezig met carrièreplan ning. Als ze me niet voor dit programma gevraagd hadden, zat ik vermoedelijk nu nog bij Veronica. Service Salon is vrese lijk leuk om te doen; met name het live aspect en de variatie aan onderwerpen spreken me aan". In de kantine van het statige AVRO- complex aan de 's Gravelandseweg in Hilversum vertelt de 33-jarige Simone Wiegel over de vier maanden dat ze deel uitmaakt van het team van AVRO's Ser vice Salon. Ze maakt een bescheiden in druk, hoeft niet zo nodig een eigen talk show - einddoel van menige Gooise co ryfee - en lijkt tevreden met datgene wat ze nu bereikt heeft. Simone blijkt in gezegende omstandighe den te zijn. Kortgeleden heeft ze dat we reldkundig gemaakt, in de hoop dat dit een einde maakt 'aan die achtentachtig miljoen vragen'. „Na de geboorte van m'n kind wil ik wel blijven werken, maar ik zal het beslist rustiger aan gaan doen. Twee keer Servi ce Salon in de week gaat je niet in de koude kleren zitten. In die zin, dat er een hoop tijd in gaat zitten en dan denk ik met name aan de voorbereiding van de interviews". Nieuwsradio Al weer zo'n zes jaar maakt Simone deel uit van de snelle mediawereld. Nadat ze eerst Nederlands en later Theaterweten schap had gestudeerd en ook laatstge noemde studie met succes had afgerond, informeerde ze min of meer vrijblijvend bij Lex Harding, toen nog radiobaas bij Veronica, of ze niet bij hem aan de slag kon. Dat kon en via een sportrubriek be landde ze bij Veronica Nieuwsradio, waarin ze naast de ervaren Jaap van Meekren en Koos Postema opereerde. „Een boeiende tijd", herinnert ze zich. „Snel en afwisselend werk. Doordat je aan de actualiteit was gebonden sneuvel de er wel eens een onderwerp. Had je bijvoorbeeld net een reportage over een congres over migraine kant en klaar, dan kon je die schrappen omdat er een staatsgreep op de Filipijnen was ge pleegd. Ik had waarschijnlijk nog bij dit programma gezeten als ik niet voor Ser vice Salon was gevraagd". Simone kwam in de plaats van Catheri ne Keyl die bij Veronique het grote geld rook en daar emplooi vond. Ze werd naar eigen zeggen goed opgevangen en begeleid door Tineke de Groot en Amanda Spoel en draait nu, zonder veel problemen, al weer vier maanden mee. „Vantevoren dacht ik dat het nogal wat zou uitmaken of ik samen met Tineke of Amanda zou werken, maar in de prak tijk blijkt er weinig verschil te bestaan", zo laat ze weten. „Of drie omroepsters voor één program ma niet wat veel is? Man, we kunnen nu het werk al nauwelijks aan; we zijn ten slotte ook betrokken bij het maken van een soortgelijk programma op Radio 1. En het gebeurt ook geregeld dat een van ons voor een reportage naar het buiten land moet. Zo was ik laatst in Oosten rijk en is Amanda net terug uit Bangla desh". De kritiek op het programma is dat veel onderwerpen summier behandeld en dus niet uitgediept worden. Er zijn dan wel telefoonnummers waar je verder terecht kunt, maar het wordt allemaal vrij op pervlakkig gehouden. „Die kritiek, daar kan ik wel inkomen. Aan de andere kant is de kracht van het programma de snelheid waarmee allerlei verschillende onderwerpen gepresen teerd worden, zonder die af te raffelen. Ben je niet geïnteresseerd, dan komt er even later vast wel wat van je gading. In anderhalf uur worden fragmenten van vier maar ook van twaalf minuten ge presenteerd. Twaalf minuten is wel erg lang voor een item, onderzoek heeft na melijk uitgewezen dat de aandacht bij veel mensen verslapt als je er langer mee bezig bent". „We presenteren een programma voor een gemêleerd publiek. In principe is de doelgroep alle mensen die 's middags thuis zijn. In de praktijk houdt dit in dat veel vrouwen kijken, maar net zoals mannen ook wel eens in een Libelle of Margriet bladeren, zullen we zeker ook mannelijke kijkers trekken. Een pas ge houden onderzoek heeft uitgewezen dat steeds meer jonge mensen, zeg maar in de leeftijdsgroep tussen 25 en 35 jaar, naar Service Salon kijken en dat is een verheugende ontwikkeling". „Service Salon is een live-programma met publiek en in die formule kan ik me volledig vinden. In live-uitzendinge kom ik het beste tot m'n recht. Door di spanning haal ik meer uit mezelf da wanneer het van te voren wordt opgenc men. Goed op de hoogte zijn, alert rei geren, het hoort er allemaal bij om ran pen te voorkomen. Goddank ben ik no niet door het ijs gezakt en afgezien va de altijd aanwezige lichte nervosite) voor een uitzending ben ik daar ook ni« echt bang voor. Dat er publiek bij zl maakt het volgens mij alleen maar gezel liger. Er zijn altijd mensen die het leuj vinden zo'n programma mee te maker Service Salon scoort in elk geval waan zinnig". Aardappel „Wat ik ook prettig vind, is het werke met twee presentatrices. Zo kun je lichl en zware onderwerpen op een prettig manier verdelen en afwisselen. Ik bi doel, als je net met een psychiater ee gesprek hebt gehad over kindermishal deling en je onmiddellijk daarna zeg 'En nu zullen we het eens over de aart appel hebben komt dat toch licht lijk vreemd over. In zo'n geval is het b ter dat een ander zich daarmee bezi; houdt. Het maakt alles een stuk geloo waardiger". HENK WANING De kerncentrale Dodewaard, die gisteren (2 februari) 25 jaar bestond. Tot en met 1997 zal deze 58 MW 'grote' kokend-wa terreactor elektriciteit blijven leveren. Of hij dan afgebroken zal worden is de vraag, ook al omdat het reactorvat voor 40 jaar gegarandeerd is. Komt het echt tot stilleggen dan staan de technici twee mogelijkheden open. De ene houdt on middellijke afbraak van de reactor in, de andere betekent dat Dodewaard 'in de motteballen' wordt gelegd. In dat laatste geval wordt wel de splijtstof verwijderd. De 'snelle' d.w.z. hoog-radio-actieve ele menten laat men dan 'uitsterven'. Na 30 jaar vindt de daadwerkelijke afbraak plaats. Beide mogelijkheden vergen een uitgave van'circa 100 miljoen gulden. FOTO PERS UNIE actorveiligheid heeft ons land altijd wel zijn woordje meegesproken. „Nederland loopt wat betreft de know how nog steeds in de pas", meent dr. Arnold. „Maar dat betekent wel dat er op heel redelijke termijn, zeg maar 10 jaar, dui delijkheid over kernenergie in ons land moet zijn, wil je jonge academici hier voor nog interesseren". Naar de mening van de directeur van de Dodewaard-cen trale is heroverweging van kernenergie in ons land zeer zeker actueel. Over 10 jaar moet een aantal elektriciteitscentra les worden vervangen, terwijl daarnaast een nieuwe type kernreactor is ontwik keld, dat is voorzien van een zgn. passief veiligheidsconcept. Dat betekent geen re circulatie-pompen en nooit een geheel of gedeeltelijk versmolten reactorkern, zo- ZATERDAG 3' FEBRUARI 1990 PAGINA 28 Temeer niet omdat naarstig gewerkt wordt aan een nieuwe generatie kernreactoren die prat kunnen gaan op het systeem van 'passieve veiligheid'. De jubileumreactor aan de Waal, die zeker nog tot 1997 stroom zal blijven leveren - het reactorvat is bovendien voor 40 jaar gegarandeerd - speelt in de ontwikkeling hiervan een belangrijke rol. als in zowel Harnsburg (1979) als Tsjer- nobyl (1986) het geval was. Ook bij lei dingbreuk zal de kern altijd onder water blijven staan, omdat de druk in de reac tor in dat geval zal dalen en er - door de wetten van de zwaartekracht - (koel)water van hoger gelegen bassins naar de reactorkern zal stromen. Deze blijft derhalve altijd onder water staan. Dit systeem, dat nog vervolmaakt is door het ingrijpen van het bedienings personeel per computer te laten bewa ken, moet de nieuwe generatie kerncen trale een 'inherente' veiligheid verschaf fen. Of zoals prof.dr. H. van Dam (hoog leraar reactorfysica aan de TU in Delft en het Interfacultair Reactorinstituut) oplangs schreef: „Bedoeld wordt dat de processen binnen veilige grenzen blijven op grond van fysische wetten, die nim mer falen. Hiermede is men niet meer afhankelijk van systemen die kunnen fa len en tevens is een verkeerd ingrijpen van bedienend personeel onmogelijk - een operator kan niet de wetten van Newton buiten werking stellen". (NB: een element in het bezwaarschrift van Coen Hamers tegen de nieuwe kernreac tor in Lingen was het mogelijk foutief handelen (met al dan niet fatale afloop) van het bedieningspersoneel van Lingen- 2). in nederland In de ontwikkeling van dit nieuwe reac tortype, dat bekend staat onder de naam Simplyfied Boiling Waterreactor, heeft de Dodewaard-centrale aan de Waal een belangrijke rol gespeeld. Volgens dr. Ar. nold zijn diverse rekenprogramma! (omtrent natuurlijke watercirculatie) i' Nederland ontwikkeld. Op grond daai van is het optimale reactorontwerp ge vonden: 600 MW. „Dodewaard doet we tenschappelijk gezien nog altijd goej mee", zegt Arnold. „Het is de enigi plaats in de wereld waar testen kunnel worden uitgevoerd met als resultaat da de reactorveiligheid met de factor 10 td 100 wordt verbeterd". Hij denkt dat hé ontwerp van deze reactor in 1995 toegd past zal kunnen worden in een feitelijl bouwproject. In elk geval is het concep reeds aan de Amerikaanse staatsveilig heidscommissie voorgelegd. Ook Japal is zeer geïnteresseerd in het nieuwe onj werp. Ook voor andere reactortypen zo als de drukwaterreactor (Borssele) zij nieuwe veiligheidsprogramma's voor: handen, die ervan uitgaan dat men nid (meer) afhankelijk is van externe factd ren, maar die gebaseerd zijn op meer na tuurlijke veiligheid. Bovendien is hö concept zo uitgedacht dat wanneer pro blemen mochten ontstaan, de reactcj zichzelf uitschakelt; ingrijpen door pei soneel is gedurende de eerste dagen zel| niet nodig. Met andere woorden: ook a heeft minister Andriessen gezegd dat i deze kabinetsperiode zeker geen bouvl besluit omtrent een nieuwe kerncentra in ons land te verwachten is, de nuclea re splijtingstechnologie is geenszins u het zicht verdwenen. Het prikkeldraa rondom de Dodewaard-centrale te spijt. KLAAS GOING

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 28