Sonsbeek verrast Kees Verkade met reünie gebronsde geesteskinderen £cicUe@otna/nt Waddenzee iis behouden, nu moet-ie nog schoon De overzichtstentoonstelling van het werk van Kees Verkade in het Sons beek International Art Centre, Telle- genlaan 3, Park Sonsbeek, Arnhem is te zien tot 1 mei. Openingstijden: woensdag tot en met zondag van 13.00 lot 17.00 uur en op afspraak. 6 ZATERDAG 3 FEBRUARI 1990 PAGINA 27 s pNHEM - Opgejaagd door de d die zijn nerveuze karakter irtdurend op orkaansterkte door |n atelier in Monaco laat waaien, :ft Kees Verkade zijn jongste iteskind weer in recordtijd ge- lelleerd. De silicone was nog toen hij zich met het 30 cen- leter hoge beeld op het vliegveld Nice meldde voor de middag- icht naar Nederland. Vier uur la- dook hij hijgend op in Arnhem, hij in het sneeuwwitte paleisje het 'Sonsbeek International Centre' de overzichtstentoon- illing 'Leven in beeld' vlak voor officiële opening met dit werk- completteerde. [oordat ik begin, weet ik exact wat ik doen", legt hij daar uit. „Ik werk kort hevig, vaak aan meer beelden tege- En altijd volgens hetzelfde procédé, st maak ik een synopsis, een schets in Dat is het stadium van de vinger- feningen. Al knedend kijk je of het it. Als ik gelijk op groot formaat zou an werken, kom ik er gegarandeerd it uit. Dan word ik binnen de kortste ;n door mijn eigen creaties over- ;sterd. Daarom heb ik ook de pest het hakken in steen. Het ouderwetse eldhouwen gaat mij te langzaam. Je lt dingen weg en kunt achteraf niet igeren. Toen ik van de kunstacade- in Den Haag kwam, heb ik grafzer- gemaakt omdat er brood op de |nk moest komen. Na een week ben ik [end weggelopen. Ik kom alleen maar een resultaat als ik van binnenuit iets opbouwen. Het gaat om de details, stand van een been, een arm, een id kan doorslaggevend zijn. Als die it goed is, pruts je een waardeloos eld in elkaar". )riftkop heb ik altijd gewerkt. Als ik een- al bezig ben is er geen houden meer h. Dan ben ik een driftkop, die des- lods dag en nacht doorjakkert. Een ito mijn eerste grote opdrachten heb ik eflertijd van het gemeentebestuur van ijarlem gekregen. Ik maakte drie oude lifjes, die de laatste roddels uitwisse- ra. Niet eens onverdienstelijk, geloof ik. (kar stom genoeg had ik 's avonds ver iaën de kachel bij te vullen. En helaas ojeefden we dat jaar een uitzonderlijk eienge winter. Een dag voordat de com- tfssie mijn werk zou keuren kwam ik imorgens mijn atelier binnen en trof a'ar een verdrietige puinhoop aan. De ;ai was craquelé geworden, wat op zich eig wel past bij oude vrouwtjes. Maar dames waren ook nog eens door hun even gezakt. En dat maakte de ramp Jnpleet. Om de heren toch wat te to en heb ik toen in een ochtend een com- :itet nieuw beeld gemaakt. En wonder teven wonder lukte dat. Sterker nog: de upies zaten stukken beter in hun vel en hun gesneuvelde voorgangsters. Ik o| er maar mee zeggen, dat de kwaliteit nn een beeld niet per se bepaald wordt Vpr de tijd die er aan besteed is". Ifoen de AVRO vijfenzestig jaar be tond werd mij gevraagd een meer dan iVensgroot beeld te maken. Dat was in i8. Zoals gewoonlijk maakte ik eerst •ai schets en aan de hand daarvan kreeg ;it beeld zijn uiteindelijke vorm. Ter- jl ik daarmee bezig was liep er voort- |rend een man om mij heen, die met zin camera alles op film vastlegde, cjiarom kon ik achteraf niet met het vfrhaal aankomen dat ik mij maanden >ehet zweet had gewerkt, want dat beeld •is precies na negen dagen af. Bij de iVRO zullen ze wel gedacht hebben: aiarom in vredesnaam moet een beeld, ïjt in een vloek en een zucht gemaakt :8 zo veel kosten?". '$es Verkade, op 12 oktober 48 jaar ge erden, is inmiddels een internationaal jfaamde beeldhouwer, wiens werken fer de hele wereld gretig aftrek vinden, "it zijn vaste afnemers behoren onder leren prins Bernhard, diens schoon- >n Claus, de filmacteur Kirk Douglas, biergigant Freddy Heineken en muze- n Toon Hermans. Amsterdam heeft op verzoek van de acteur Ton van .ainhoven verrijkt met een magistraal Jrtret in brons van Simon Carmiggelt in New York staat op een gazon voor Columbia Law School een vier meter beeld van een ranke koorddanser wiens schouder in uitgekiend even- ht een acrobaat balanceert. Dit werk irdt geflankeerd door beelden van :nry Moore en Lipchitz, twee namen klaroenstoten, die Verkade in menige versatie al achteloos heeft laten val- „Wat nooit kwaad kan", veronder- j'ilt hij. „Die Kees, zie je ze dan den- heeft zijn zaakjes aardig voor el- j>t zijn nog steeds uitdijende klanten- ing behoort ook prins Rainier van 'onaco, die in de loop van de jaren zijn leis heeft volgestort met zijn beelden, rkade en zijn fraai geboetseerde Piepklein en levensgroot wisselen elkaar voortdurend af op de boeiende overzichtsten toonstelling 'Leven in beeld'. vrouw barones Ludmilla von Falz-Fein figureren trouwens rolvast in zijn selecte vriendenkring en hun tien jaar oude dochter Casmira heeft bij haar geboorte prinses Caroline als peetmoeder gekre gen. Dat in het Monagaske paleis spontaan voor hen de rode loper werd uitgelegd hebben ze te danken aan de inmiddels overleden Amerikaanse schrijver/jour nalist Paul Gallico, die zijn stiefdochter Ludmilla indertijd met vaderlijke trots introduceerde aan het hof van Monaco, waar hij zelf al vele jaren een graag ge ziene gast was. Hart Door een vriend werd de schrijver in die tijd geattendeerd op het werk van de toen nog onbekende Nederlander Verka de, over wie Gallico schreef: „Als oud sportverslaggever heb ik met stijgende bewondering gekeken naar zijn collectie bronzen beelden van baseballspelers. Het kan niet anders of deze man moet onnoemelijk veel van baseball weten". Pas toen zijn stiefdochter Ludmilla na een carrière als danseres en televisiepre sentatrice in Londen haar hart had ver loren aan de beeldhouwer kreeg hij te horen dat Verkade zegge en schrijven één keer in zijn leven een baseballwed strijd had bijgewoond en zijn kennis van dit spel uitsluitend had ontleend aan wedstrijdverslagen op film en televisie. „Dat is de magie en het mysterie van Verkade", schreef Gallico de volgende ochtend in zijn dagboek, „hij heeft zel den of nooit een schetsboek bij zich en fotografeert zijn onderwerpen met de lenzen van zijn ogen. Daarna maken zijn hersens een feilloze afdruk. Of hij nu circusartiesten maakt, atleten, men sen die elkaar liefhebben, dansers, moe ders of kinderen, Verkade kan volstaan met aandachtig naar hen te kijken. Hij heeft het geluk gehad, dat het een genie is". Hoe hoog het waarheidsgehalte is in deze notitie van Gallico kan tot 1 mei moeiteloos worden geijkt in het 'Sons beek International Art Centre' in Arn hem. In een perfecte entourage zijn daar voor een reünie 65 beelden bij elkaar ge komen, die Verkade in de afgelopen der tig jaar heeft gemaakt. Daaronder De Oude Garnalenvisser, die sinds 1970 op de Zandvoortse boulevard in bronzen gepeins over de Noordzee staart, een vervaarlijke Indianenkop, gemaakt tij dens een verblijf in Santa Fe, circusar tiesten en sportfiguren, op beslissende momenten in hun spel betrapt, een por tret van Arthur Rubinstein, het Nieuw spoortbeeld en vele virtuoos vormgege ven momentopnamen van mannen, vrouwen en kinderen, gevangen in ogen blikken van tederheid en verrukking. „Toen ik hier voor het eerst rondliep, had ik het gevoel, dat ik midden in een aflevering terecht was gekomen van Dit is uw Leven", zegt Verkade. „Ik stond ineens bij beelden die ik dertig jaar gele den voor het laatst gezien heb. Terwijl ik er naar keek zag ik weer dat onbewoon baar verklaarde krot in Zandvoort waar m In Park Sonsbeek is ook de oude garnalenvisser neergestreken. Dit beeld maakte Verka de in opdracht van de gemeente Zandvoort waar het uitkijkt over zee. ze gemaakt zijn. Het meeste werk uit die periode is klein tot piepklein, maar dat kon ook niet anders. Voor grotere beel den had ik in die tijd de ruimte niet. Toen ik in maart van het vorig jaar via via hoorde, dat er plannen waren voor een overzichtstentoonstelling van mijn werk was ik even totaal verbijsterd. Ik heb me op dat moment afgevraagd waar ik die eer aan te danken had. De mu seumdirecteuren in Nederland hebben namelijk nooit overmatig belangstelling voor me gehad. Waarschijnlijk beant woord ik niet aan hun opvatting over de echte kunstenaar. Ik laat mijn baard niet staan, draag geen vodden en zit niet op een lekkende, onverwarmde zolder peil loos diepe gedachten uit te broeden. Wat dat betreft is het al van meet af aan mis met mij gegaan. Toen ik mij indertijd op de Haagse kunstacademie meldde, had ik een keurige blazer aan plus een grijze pantalon met vouw en een stemmig overhemd met bijpassende stropdas. Dat had mijn moeder zo bedacht. Die rede neerde in de trant van: wie zijn opwach ting maakt doet dat in zijn goeie goed. Daar kwam ook nog eens die naam bij. Verkade. Het mankeerde er alleen nog aan, dat ik de zoon was van die koeke- bakker uit Zaandam. Ofschoon het al onvergeeflijk was dat mijn vader direc teur was van een kapokfabriek. Opgeteld bij die blazer en die grijze broek leverde dat het overtuigend bewijs op, dat ik als kunstenaar bij voorbaat mislukt was. Akkoord, mijn vader kon inderdaad niet schilderen en beelhouwen, maar hij wist verrekte goed hoe je jezelf moest verko pen. En daar ben ik hem nog steeds dankbaar voor. Of je nou asbakken maakt of bronzen beelden, was zijn cre do, het gaat er uiteindelijk om dat je ze kwijtraakt". Service „Dat heb ik in mijn oren geknoopt. Toen ik van de academie kwam, ging in terug naar huis, in Haarlem. En daar fietste ik gelijk langs alle bouwwerken en noteerde ik de namen van de architec ten. Op de borden stond meestal ook hun adres en telefoonnummer. Service van het grootkapitaal. Ik heb ze stuk voor stuk aangeschreven of opgebeld en in negen van de tien gevallen kreeg ik niet eens de gelegenheid uit te leggen wat de bedoeling was. Cees Dam, die nu een goede vriend van me is, schreef terug: 'Ik ontwerp uitsluitend gebouwen die af zijn. Daar heb ik u, mijnheer Verkade, niet voor nodig'. Toch had ik op een dag beet. Een architectenbureau hier in Arn hem zag wat in me en liet me een ont werp maken voor een beeld, dat bij het Joannes de Deo-ziekenhuis in Haarlem zou worden geplaatst. Ik maakte drie vo gels, die de verpleging symboliseren: je strijkt gehavend neer, wordt verzorgd in een veilig nest en vliegt gezond weer uit. Dat viel gelijk in hele beste aarde. Dat zagen de heren wel zitten. Mijn volgende grote opdracht was het beeld 'Haasje over': twee jongens, die bezig zijn met bokspringen. Ik ben er laatst nog langs gekomen, toen ik door de dreven van Landelijke Vereniging tot Behoud van de Waddenzee viert dit jaar haar 25- arig bestaan. Bij die gelegenheid heeft de Wadden vereniging haar nieuwe koers angekondigd: het wad is behouden en nu moeten water en lucht nog schoon. )m dat te kunnen bereiken heeft de vereniging samenwerking gezocht met de hereniging Reinwater, de Werkgroep Noordzee en met de Vereniging tot Behoud van het IJsselmeer. Samen met deze en andere (internationale) milieuorganisaties vordt nu de strijd aangebonden tegen de vervuiling. DEN HELDER - Tussen het Nederlandse Den Helder en het Deense Esbjerg ligt het grootste aaneengesloten natuurgebied van Europa: het internationale waddengebied. Het is zo'n negenduizend vierkante kilo meter groot en omvat behalve de Wad denzee vijftig eilanden, hoge platen en een langgerekte kuststrook. De natuur is er overweldigend en van on schatbare betekenis. Toch heeft het maar een haartje gescheeld of het hele gebied was opgeofferd aan economische groei. Vijfentwintig jaar geleden was er het plan om het waddengebied bij Ameland door middel van twee dammen in te polderen. Als de toen 16-jarige Kees Wevers niet in actie was gekomen en de Waddenvereni ging niet had opgericht, was het natuurge bied voor goed verloren. Kees Wevers was zich maar nauwelijks bewust van de gevolgen van zo'n inpolde ring, maar hij blies gelukkig wel hoog van de toren omdat hij zijn kans verkeken zag Behoud van het wadlopen was de aanleiding voor het oprichten van de Waddenvereni ging. FOTO: PERS UNIE om ooit nog eens te gaan wadlopen. In juni 1965 hoorde hij via de radio over het dammenplan praten. „Daar gaat mijn Waddenzee, dacht ik. Dat kan niet, want ik wil nog wadlopen. Ik klom dus in de pen en schreef een ingezonden stuk naar de krant. Ik dacht een heleboel reacties te krijgen, maar het waren er maar drie. Maar ik gaf het niet op". In de zomer bezocht hij mensen van wie hij wist dat ze zich wel bij de Waddenzee betrokken voelen. „Ze waren allemaal en thousiast, een enkeling zei dat het me nooit zou lukken het dammenplan tegen te houden". Op 17 oktober huurde Kees Wevers een zaaltje in Arnhem en nodigde iedereen uit met wie hij over het dam menplan contact had gehad. Op die zon dagmiddag werd de Vereniging tot Be houd van de Waddenzee een feit. De Waddenvereniging die huist in een monumentaal pand in de hoofdstraat van Harlingen heeft nu 36.000 betalende leden en 25 betaalde medewerkers. Het plan voor de dammen naar Ameland verdween in de prullenmand, maar nieuwe bedrei gingen volgden elkaar in hoog tempo op. PCB-lozingen, vervuiling van de Rijn en de uitroeiing van zeehonden. De kerncen trale in Eemshaven en de dumping van radioactief afval in zoutkoepels zijn strijd toneel geweest. Een jarenlange lobby leid de tot de Planologische Kernbeslissing de Waddenzee en er kwam een internationa le wetgeving. Tien jaar lang is de vereni ging bezig geweest met vechten tegen in dijking van vijfduizend hectare slik en kwelder aan de Friese kust. Margot Boetes van de Waddenverening: „De boeren wil den er land bij door inpoldering van het buitendijkse gebied en dan zou er een nieuwe dijk bij gebouwd worden. Wij wil den dat alleen de bestaande dijk opge hoogd zou worden. De vereniging heeft de strijd pas vorig jaar gewonnen, maar het was wel riskant, want in die tussenliggen de tijd hebben ze daar wel aan een onvei lige dijk gewoond". Tegen de inpoldering bij de Dollard heeft de vereniging zich ook sterk gemaakt, evenals tegen de bedreiging van de Duitse kant met bijvoorbeeld plannen voor de 'Dollarthafen'. De Duitsers hebben vorig jaar definitief besloten van de aanleg van zo'n haven af te zien, morrend en niet on der de indruk van de milieumotieven. Maar toch. Een olie-gaspijpleiding dwars door het gebied wist de Waddenvereni- ging tegen te houden. Alleen militaire oefeningen wist de vereniging niet te voorkomen. Het waddengebied is behouden. Margot Boetes: „Die zorg is voorbij. Het gebied is niet ingepolderd, het is er mooi zo te zien. Nu moeten we ons bemoeien met de ont wikkeling van het gebied. De natuur is arm en eenzijdig. Je zou haar rijker kun nen maken. Natuur betekent dynamiek, ze moet aan veranderingen onderhevig zijn, maar door de vervuiling is het leven er te beperkt. Er is een overexplosie van algengroei bijvoorbeeld, maar er is voor rotganzen geen zeegras of zeewier. Die eten nu de weilanden van de boeren leeg, dus er is ook een economisch belang om het zeegras terug te krijgen. Maar dat kan alleen als het water schoon is. Al het wa ter dat in de Waddenzee terecht komt moet schoon zijn, de waterwegen die er naar toe lopen moeten dus ook schoon zijn. Voor die taak staan we nu". En wat dat betreft hebben Waddenvereni ging en de andere milieuorganisaties nog heel wat zendingswerk te verrichten. Niet alleen onder de 'grote vervuilers', ook on der de gewone burgers die hun steentje zouden kunnen bijdragen aan schoner wa ter. MARSCHA VAN NOESEL Heemstede reed. Hoe heb je het aange durfd, vroeg ik me af. Net van de acade mie en dan gelijk zo'n opdracht aanne men? Ik herinner mij trouwens dat de burgermeester van Heemstede geweigerd heeft het beeld te onthullen. Dat vond hij te veel eer. Ik voel er niks voor gratis reclame voor mijnheer Verkade te ma ken, was zijn argument. De dag voor de onthulling hebben studenten het beeld gestolen en in de tuin van de burgemees ter gezet. Die dacht prompt dat ik die stunt zelf had bedacht om in de publici teit te komen. Ik had best gewild. Maar voor dat soort harde acties mis ik helaas de moed". Door zijn huwelijk met de heuse baro nes Ludmilla en zijn hartelijk contacten met het Monagaske hof en de jetset van het zondoorstoven belastingparadijs - „Ik blijf er tot aan mijn dood toe wo nen. Ik betaal geen centime inkomsten belasting en kan op die manier tenmin ste investeren in mijn werk" - duikt Verkade al jaren met grote regelmaat op in de kolommen van dames- en roddel bladen. „Ik heb er niet om gevraagd", bezweert hij, „maar blijkbaar zijn mijn lach en mijn traan voor de boulevard pers goud waard. Dat is begonnen toen ik met Ludmilla trouwde. Ik had geen journalist uitgenodigd, maar toen wij aan het bruiloftsdiner zaten, slopen er tientallen door de gangen en staken overal de telelenzen door de kieren van deuren. Sindsdien is dat soort publiciteit eea vast onderdeel van ons leven gewor den. De journalisten, die over Ludmilla en'mij schreven, heb ik nog nooit ont moet. Laat staan een interview toege staan. Maar zonder mij kan het blijkbaar ook". „Ik heb me bij die onvermijdelijke gang van zaken al jaren geleden neergelegd. Er zit niets anders op. Als het aan mij lag zou ik liever onzichtbaar blijven, want ik ben een kluizenaar van huis uit. Dat ik desondanks toch van tijd tot tijd mijn neus laat zien op party's is omdat daar mijn potentiële ldanten rondlopen. Op dat soort bijeenkomsten krijg ik mijn opdrachten waar de schoorsteen van rookt. Ik ben nu eenmaal niet alleen beeldhouwer. Ik ben daarnaast ook nog eens mijn eigen vertegenwoordiger". LEO THURING Kees Verkade bij zijn tot nog toe jongste schepping. De opbrengst van dit beeld, waarvan zes gietsels worden gemaakt, komt ten goede aan het Wereld Natuur- fonds.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 27