'Bespaar
ons de
STER
op zondag'
final
Brave
Soldaat Svejk
verdient
standbeeld
op
Wenceslas-
plein
Koopwoede
Herinnering
Barricade
Uitgekookt
PROFESSOR VAN DER MEIDEN:
De zondagsrust, toch
al aan alle kanten
ondermijnd, wordt
opnieuw aangevallen:
door de reclameboys
van de STER. Nog
even, en Loekie de
Leeuw verschijnt ook
op zondag op het
televisiescherm. Prof.
dr. Anne van der
Meiden, hoogleraar
massacommunicatie,
moet er niet aan
denken. „Bespaar ons
dit nou", verzucht
hij Ook in kerkelijke
kringen is men er niet
gelukkig mee. Maar
of dat ook leidt tot
actief verzet tegen
reclame op zondag is
nog maar de vraag.
Alleen de
Nederlandse
Vereniging ter
Bevordering van de
Zondagsrust en de
Zondagsheiliging stelt
zich strijdbaar op. Zij
zegt niet te zullen
schromen de
verantwoordelijke
minister desnoods
voor de rechter te
slepen.
UTRECHT - „Ik kijk er nogal am
bivalent tegen aan. Ik kom uit de
kerkelijk nogal 'zware' hoek. Daar
om begrijp ik de bezwaren in die
kringen tegen reclame op zondag
ook heel goed. Het weren van de
STER behoort zeker tot die zaken
die de zondagsrust bevorderen. De
introductie van reclame betekent
weer een aantasting, opnieuw een
stukje verwereldlijking. Aan de an
dere kant is het natuurlijk wel zo
dat het de heel 'zware' mensen
- die toch als regel geen televisie
in huis hebben - in de praktijk
niet zoveel zal kunnen schelen".
Professor Anne van der Meiden, hoogle
raar massacommunicatie aan de Rijks
universiteit Utrecht, noemt zichzelf
'vrijzinnig van aard': „Zelf heb ik geen
godsdienstige bezwaren tegen reclame op
radio en televisie op zondag. Wèl cultu
rele bezwaren. Op zondag gebeuren nu
eenmaal andere dingen dan op andere
dagen van de week. Op die dag wil ik
dan ook liever geen reclame zien of ho
ren. Als burger zeg ook ik: bespaar ons
dit nou".
De huidige politieke krachtverhoudingen
realistisch inschattend verwacht de
Utrechtse hoogleraar dat het er binnen
kort toch van zal komen. „Ik vrees dat
het wel zal doorgaan. In het parlement
tekent zich een duidelijke meerderheid
af voor reclame op zondag. De Partij
van de Arbeid maakt er geen enkel pro
bleem van, de VVD ook niet, de SGP en
dergelijke partijen zijn tegen, maar bij
het CDA loopt het zo'n beetje door alle
geledingen heen. Waar praat ie dan
over? Toch zeker over orthodox-her-
vormden en gereformeerden? In de hele
discussie die in deze kringen gevoerd
wordt, schuilt toch ook wel weer wat hy
pocrisie: we hebben die televisie nu een
maal in huis staan. En dan gaan we er
eerst over zeuren of 'ie op zondag wel
aan mag. Dat hou je dan een jaartje vol.
Maar dan gaan de kinderen bij de buren
kijken. En wat doe je dan? Zo gaat de
afbrokkeling sluipenderwijs toch wel
voort".
Van der Meiden verbaast zich erover dat
de reclamejongens van het effect van re
clame op de televisie op zondag zo'n
punt maken. „Alsof dat effect, juist op
die avond, zo groot zou zijn. Ik kan me
moeilijk voorstellen dat de mensen uit
gerekend op zondagavond in een hyste
rische koopwoede ontsteken. Hoe je het
ook bekijkt, het is toch ergens gewoon
een ontwijding van die dag. De hele
sfeer verandert. Dat commerciële sfeer
tje, dat ons tot dusverre op zondag be
spaard bleef, bereikt straks ook op die
dag onze huiskamers. Zijn daar nu wer
kelijk wel van die hele dringende rede
nen voor? Ik vraag me dat af. Als ik nou
eens een poging doe om vanuit de recla
me te redeneren. Stel, ik heb een bedrijf
en ik presenteer mij op zondag. Dan
loop ik toch het risico van onderuit de
zak te krijgen van mijn personeelsleden?
Ook ten opzichte vati de klanten kan dit
heel vervelend uitpakken. Als ik een
veevoederbedrijf heb met veel klanten
in de Alblasserwaard? Zouden die klan
ten het nou leuk vinden om op zondag
met mijn bedrijf geconfronteerd te wor
den?".
Volgens directeur drs. C. J. Smeekes van
de Stichting Ether Reclame gaat het te
ver als gesuggereerd wordt dat in het ge
heel geen rekening wordt gehouden met
de gevoelens die op dit punt leven bij
een deel van de Nederlanders. „Men
denkt daar wel degelijk aan. Onder meer
door er onderzoek naar te doen. Geble
ken is dat het aantal Nederlanders dat
principiële bezwaren heeft tegen de in
voering van reclame op zondag zeer ge
ring is: zo'n zeven of acht procent. Daar
uit is de conclusie getrokken dat de ge
volgen niet ernstig zijn. Over de effecten
van zondagsreclame op sommige groe
pen is ook gesproken. Het resultaat daar
van is dat in elk geval geen reclame tij
dens kerkdiensten zal worden uitgezon
den. Via de radio wordt pas in de mid
dag begonnen met STER-blokken en op
de televisie zal Loekie de Leeuw zich al
leen 's avonds vertonen", aldus Smee
kes.
Is het nu echt zo dringend noodzakelijk
op zondag reclameuitzendingen te intro
duceren? Smeekes: „Ik zeg niet dat het
zo noodzakelijk is. Maar als Veronique
straks als commerciële omroep wordt
toegelaten, komt de Nederlandse publie
ke omroep in een nadelige positie te ver
keren. Het is dus puur een rechtvaardig-
heidsargument. Daarnaast is er een op
brengst-argument. Maar de gelijkwaar
digheid staat zonder meer voorop".
Het door professor Van der Meiden ver
onderstelde 'boemerangeffect' (werkne
mers en klanten die zich gekwetst zou
den kunnen voelen door de reclameuit
zendingen op zondag) wordt door de
STER-directeur ook onderkend. „Dat
zou zich incidenteel kunnen voordoen.
In een bepaald gedeelte van het land
speelt dat wellicht een rol. Dan kan zo'n
adverteerder wellicht beter op een ande
re dag gaan zitten. Daar zou de STER
echt niet van achterover vallen".
Smeekes durft er nog geen uitspraak
over te doen wanneer invoering van re
clame op zondag precies te verwachten
valt. „Er moet eerst nog een politieke
beslissing genomen worden. Wanneer
die uitspraak er ligt valt nog niet te
voorspellen. Ik heb begrepen dat het
CDA nu weer ontkent dat het in dit op
zicht van standpunt veranderd is. Dat
moeten wc dus nog afwachten".
In kerkelijke kringen wordt, met name
in als 'behoudend' omschreven stromin
gen, intussen met afgrijzen gekeken naar
de jongste parlementaire schermutselin
gen, die de komst van etherreclame op
zondag vvel heel dichtbij brengen. Welis
waar liet WVC-minister Hedy d'Ancona
bij het bekendmaken van haar plannen
meteen weten „van de afschaffing van
het reclameverbod op zondag geen hals
zaak te maken", maar in reactie daarop
zei het Tweede-Kamerlid M. Beinema
„dal het CDA zijn bezwaren tegen recla
me op zondag handhaaft maar er na
tuurlijk geen kabinet op zal laten val
len". Met die uitspraak is volgens inge
wijden de weg definitief vrijgemaakt
voor de komst van Loekie de Leeuw.
Ds. J. Hoek, predikant van de Gerefor
meerde Bond in Veenendaal, reageert ge
laten: „Ik zie het niet uitbreiden van re
clame naar de zondag als een herinne
ring, een overblijfsel van wat de zon
dagsrust ooit betekend heeft. Ten dele
bestaat dit fenomeen ook nu nog, maar
je ziet het geleidelijk aan steeds meer
verdwijnen. Het invoeren van reclame
op zondag is alleen een verdere negatie
ve ontwikkeling, waarmee een van de
laatste tekenen van de zondagsrust
dreigt weg te vallen".
Dominee Hoek wil niet zonder meer
ff ie.
°P </e
»uisf
zeggen dat de gevolgen van reclame op
zondag nu zo ingrijpend zullen zijn voor
orthodox denkend Nederland. „Ach,
ingrijpend dat zeg ik niet direct. De
mensen die er principieel het meest
moeite mee hebben kijken of luisteren
toch niet op zondag naar radio en televi
sie. Het gaat mij meer om de gevolgen
voor de bredere cultuur in ons land. Re
clame op zondag rekent af met een van
de laatste overblijfselen van de zondags
rust. Zoiets is natuurlijk meer dan zo
maar een incident. Deze ontwikkeling
roept ons op tot bezinning. Wij moeten
van de mogelijkheden die ons daartoe
openstaan, de democratische, parlemen
taire mogelijkheden, gebruik maken om
vanuit onze christelijke overtuiging hier
tegen te protesteren. Het zou best eens
kunnen zijn dat zo'n oproep toch weer
klank vindt. Ik denk dat de EO en ook
de christelijke partijen in de volksverte
genwoordiging hun krachten moeten
bundelen. En ik verwacht toch ook zeker
dat hierover binnen het CDA het laatste
woord nog niet gezegd zal zijn".
Zelf heeft ds. Hoek (nog) geen concrete
plannen om tegen de opmars van Loekie
de Leeuw te fulmineren. „Ik houd mij
zelf momenteel meer bezig met vraag
stukken als euthanasie en dergelijke. Re
clame op zondag had tot dusverre niet
mijn eerste prioriteit. Maar ik zeg er bij:
wat niet is kan nog komen. Ik sluit dat
zeker niet uit".
Zijn collega ds. J. C. Schaeffer (Neder
lands Gereformeerde Kerk) uit Apel
doorn is zeker niet van plan de barrica
de op te gaan om handhaving van de
zondagsrust op dit punt te vuur en te
ontwikkeling
signaal dal leidt tot een verdere afbi
keling van de zondagsrust. Maar om'c
grond daarvan in actie te komen?
vind dat je reëel moet blijven. We n
ken nu eenmaal deel uit van deze i w
menleving. Je kunt dan wel gaan zu(
ten en klagen, maar dat heeft niet zovj T
zin. Ik vind het ook niet wereldscht -*■
kend. Ik zie het zuiver als een synj
toom van een samenleving die de zo D
dagsrust geleidelijk aan loslaat. Datjlei
wel jammer, maar ik voel me niet gerij op
pen om cr actie tegen te gaan voeftvz
Ook in mijn gemeente leeft het niet jee
die manier. Ik zeg erbij dat ik dat ojlei
niet zou propageren. Je kunt zulke o|ve
wikkelingen wel gaan bestrijden en the
vechten, maar je zou ook voor jezelf Ive
de conclusie kunnen komen datje del de
levisic dan maar niet aanzet. Dan blijft
ook van reclame verschoond". ',m
Dan stelt de zeventienduizend leden Uh
lende Nederlandse Vereniging ter Bevj fl
dering van de Zondagsrust en de ZoU
dagshciliging zich toch strijdlustiger I
De vereniging bereidt acties voor om I
ageren tegen de plannen van de minis I
van WVC. „Het principiële volksd H
laat zich niet ongevraagd kwetsen op
Dag des Heren", laat de vereniging
monde van vice-voorzitter H. de Grc
weten. Dezer dagen zal het bestuur zij 1
beraden op de te volgen strategie -^
korte metten te maken met deze nieu
aanslag op de zondagsrust. De Groot St
boos: „In dit land zijn alle grenzen n Ier
betrekking tot de geheiligde zondag fal
vaagd. Alles mag en kan. Wij blijven spt
gen die ontluistering van God doorved^
ten", kondigt hij aan. „De vereniging en
desnoods de verantwoordelijke bewind
vrouw voor de rechter slepen". u/
JOOP LAGA-4 ka
i ha
LONDEN - Het moet fantastisch
zijn om nu in Tsjechoslowakije te
wonen, ondanks de problemen,
ontberingen en gevaren die gepaard
gaan met de Oosteuropese revolu-,
tie. En wat voor de vrije zielen nog
wel het mooiste van alles moet
zijn, is het vernietigen van de
standbeelden en portretten van alle
tirannen uit het verleden. Maar ho
pelijk heeft inmiddels ook iemand
opdracht gegeven voor het vervaar
digen, van een buste van De Brave
Soldaat Svejk.
Sommigen zullen nooit gehoord hebben
van de Brave Soldaat Svejk (meestal ge
speld als Schweik, maar Svejk is de Tsje
chische schrijfwijze), maar de mensen
die hem wel kennen, moeten bij het ho
ren van zijn. naam wellicht al grinniken.
De schrijver Jaroslav Hasek was letter
lijk en figuurlijk een 'bohémien'. Hij
werd geboren in Bohemen (was dus een
Tsjech), maar leefde ook in de figuurlij
ke betekenis van het woord een bohé-
micnachtig bestaan. Hij beleefde talloze
avonturen in diverse rollen en hoedanig
heden; als dronkaard, oplichter, oproer
kraaier, anarchist, deugniet, afperser,
journalist, bedelaar, krankzinnige, zoge
naamde zelfmoordenaar, soldaat, simu
lant, deserteur
en genie. Hij i
avonturen van de schitterende antiheld
Svejk in de Eerste Wereldoorlog. Veel
van Svejks karakter en belevenissen zijn
autobiografisch. Het werk is fabelachtig
en intens geestig, maar ook fabelachtig
en intens revolutionair. Revolutionair
ten opzichte van orde, religie, gezag, be
zit en personen van aanzien. Niemand
zal ervan opkijken als het al die tijd in
Tsjechoslowakije een verboden boek is
geweest.
Het zou in feite veel vreemder zijn ge
weest als het niet verboden was, want
Svejk vat zijn politieke opvatting als
volgt samen: „Een rijk dat zo belachelijk
is als dit heeft geen bestaansrecht". Hij
bedoelt natuurlijk het Oostenrijks-Hon
gaarse rijk, maar zijn uitspraak was nog
eerder van toepassing op de Sovjetrussi-
sche hegemonie. De spottende toon en
schunnige taal in het boek hadden de
Sovjetrussische heersers in elk geval
moeten waarschuwen.
Hasek had het geluk bqvriend te zijn
met een kunstenaar, Josef Lada, die het
boek (na Haseks dood) rijkelijk illus
treerde. Degenen die De Brave Soldaat
Svejk hebben gelezen kunnen zich Svejk
onmogelijk anders voorstellen dan zoals
Lada hem heeft getekend.
Svejk had zo zijn eigen manier om zich
uit moeilijke situaties te redden. Hij
deed dan namelijk net of hij volkomen
imbeciel was, terwijl hij in werkelijkheid
bijzonder uitgekookt was. Niet direct in
telligent. maar meer listig en doortrapt,
zoals arme mensen soms kunnen zijn
die bureaucraten, politieagenten, bazen,
ambtenaren en dictators door de eeuwen
heen te slim af zijn. En zo begint het
boek ook: Svejk is gearresteerd omdat
hij zich oneerbiedig over de keizer heeft
uitgelaten. Maar binnen de kortste keren
weet hij de psychiaters ervan te overtui
gen dat hij niet goed bij zijn hoofd is en
eerder thuishoort in een gekkenhuis dan
in de gevangenis. Zijn beschrijving van
zijn verblijf in het gesticht is karakteris
tiek voor het boek: „Ik begrijp werkelijk
niet waarom die gekken zo kwaad zijn
dat ze daar worden vastgehouden. Je
kunt er naakt over de grond kruipen,
janken als een jakhals, tieren en bij
ten Een vent kan zich daar uitgeven
voor de Almachtige God, de maagd Ma
ria, de paus, de koning van Engeland,
Zijne Keizerlijke Hoogheid of St. Wen-
ceslas Er was zelfs een vent die deed
alsof hij St. Cyrillus en St. Methodius
was, alleen maar om een dubbele portie
te krijgen De grootste gek van alle
maal was nog wel een man die zei dat
hij het zestiende deel van Otto's ency
clopedie was en aan iedereen vroeg om
hem open te slaan bij het woord: „kar-
tonnen-dozen-nietmachine". Het was
echt alsof ik in het paradijs was. Je kunt
er ruzie maken, vechten, zingen, huilen,
blaten, gillen, springen, je gebeden op
zeggen, kopje duikelen, op handen en
voeten lopen, hinkelen, voortdurend
heen en weer rennen, dansen, huppelen,
de hele dag op je hurken zitten en tegen
de muur opklimmen".
Svejk raakt het hele boek door verzeild
in allerlei netelige situaties en door zijn
toedoen geraken anderen ook in de pro
blemen. Een van hen is bijvoorbeeld
Otto Katz, de dronken kapelaan, die
Svejk toegewezen krijgt als huisknecht
en hem later vergokt bij een kaartspel.
Een van de dingen waardoor Katz uit
eindelijk uit zijn ambt wordt orrtzet, is
zijn poging om het Heilig Oliesel toe te
dienen. Het eind van het liedje is dat de
kapelaan Svejk opdracht geeft zijn laar
zen te poetsen met de heilige vloeistof
en Svejk gebruikt het om een slot te
smeren.
De Brave Soldaat Svejk is niet alleen on
vergetelijk omdat het zo'n ongelooflijk
humoristische schelmenroman is. Het is
veel en veel meer dan dat: het boek is
één grote anarchistische triomfkreet. En
is als zodanig een overwinning over de
genen die de macht in handen hebben
en daar misbruik van maken. Natuurlijk
is het onmogelijk om een rijk ineen te
doen storten door middel van spot. Wat
je wel kunt doen is het zo belachelijk te
maken dat de machthebbers wilden dat
ze nooit geboren waren. En dat is nu
precies wat Hasek en Svejk samen doen.
Vandaar dat veel Tsjechen De Brave
Soldaat Svejk in tijden van onderdruk
king hebben gekoesterd als een bijbel.
Dat is de enige vergelijking met de bijbel
K
die gerechtvaardigd is. Want afgezi n
van het feit dat het boek de stelling '1
lig zijn de zachtmoedigen want hund
is het Koninkrijk Gods' volledig ond»
schrijft, zijn de methoden volgens wel''0,
de zachtmoedigen te werk moeten gaj"°
absoluut niet te verenigen met de bijnVÉ>f
Liegen, bedriegen, stelen, lanterfant
zijn allemaal geoorloofde middelen v<j»i
de underdog, die geen andere hoop hahel
dan de hoop die hij zichzelf kan gevjwei
Bijvoorbeeld door een gat te graveni///j
de geordende samenleving en daar Heet
doos termieten los te laten, erop vertro/j/A
wend dat die uiteindelijk de constitii om
ondermijnen en ineen doen storten. I Qp
Waarom zou humor in tirannieke iket
menlevingen altijd zo gewantrouwd
den en meestal zonder scrupules ondl
drukt worden? Vraag het maar aan I Bc
termieten: als je kunt lachen om I
slechtcrikken, is hun lot bezegeld. Jorj^ë
lav Hasek en zijn fantastische creaUm
lachten om elke vorm van gehoorzaal dac
heid, orde, structuur, traditie, rang, ij vor
peet en wetgeving. Ze lachten, omd nac
datgene waar ze om lachten het verdij ft/a.
de om neergehaald en vernietigd te wihoc
den. De brave soldaat Svejk zou een el bij
plaatsje moeten krijgen in de annatag/
van Tsjechoslowakije. Daarom md^)a(
president Havel gevraagd worden: kilva/J
u een betere ereplaats voor hem bediw^
ken dan het Wenceslasplein? Beeldh(Jv>*
wers van Bohemen: aan de slag! j
BERNARD LEVE?™
(c) The Times, LonVen]
'ftUdóe Qowuvnt
ZATERDAG 27 JANUARI 1990 PAGINA