„Stervensproces moeten we niet tegenhouden" feronique zet PvdA en CDA in het hemd ~ÏFENLAND EeidócSouocmt HOOGLERAAR GEZONDHEIDSETHIEK SPORKEN: JAIL ZATERDAG 13 JANUARI 1990 PAGINA 5 HAAG Jeltje van enhoven, mediaspe- van de PvdA-frac- :ou er „begrip voor als minister Kok inister d'Ancona per- lijk naar RTL Veroni- Ceifeaat om deze omroep efd te verzoeken een frlands station te wor- Volgens Van Nieu- koven is het van groot ng dat dit laatste ge- t. Belangrijkste over- pg is dat de belasting de winsten van Ve- ijue beter in de schat- van Nederland dan in ..van Luxemburg kan V onorabel standpunt, lijkt De zaak komt er anders {zien als men zich reali- ichrjlat het nog heel lang kan omp eer Veronique winst op- jjjfQj Tot dusver kóst het uit- jn van het eerste Neder- [alige commerciële tv- Fmma alleen nog maar it d(Het aantal kijkers is zo dat Veronique voor een heboodschap van een halve minuut in 'prime time' (van 6 tot 10 's avonds) nog geen duizend gulden vraagt. Vergelijk dat eens met de STER. Een commercial van dertig seconden kost daar al gauw het tienvoudige. Veronique verwacht dat haar kijkcijfers met het overnemen van de 'sterren' van Joop van den Ende drastisch zullen ver beteren. Maar dat valt nog te bezien. De publieke omroepen zullen heus niet met de armen over elkaar, blijven zitten ter wijl hun kijkers worden weg gelokt. Het voorspellen van de winstgevendheid van Veroni que blijft dus vooralsnog een riskante zaak. Zou er dan wellicht nóg een reden zijn voor de Haagse poli tiek om de 'Luxemburgse' zen der binnenslands te willen ha len? Nou en of! Na het bekend worden van de 'deal' tussen Veronique en Joop van den Ende werd al heel snel duide lijk dat de kans op een echt Nederlands commercieel sta tion nu vrijwel verkeken is. De tv-directeuren Cees Wol zak en Joop Daalmeyer van respectievelijk TROS en Vero nica buitelden bijna over el kaar heen in hun haast te ver klaren dat zij nu geen behoefte meer hebben om commercieel te 'gaan'. Volgens hen is Vero nique nu zo sterk geworden dat er niet meer tegenop valt te concurreren. 300 miljoen Vreemde uitspraak overigens. Was het niet diezelfde TROS- directeur Wolzak die altijd riep dat er in Nederland ten minste driehonderd miljoen aan extra reclameguldens bo ven de tv-markt zweefden en dat er dus zeker plaats zou zijn voor meer dan één commer cieel station? Welnu, dan zou de situatie voor TROS en Ve ronica toch alleen maar verbe terd moeten zijn. TV10 im mers, dat altijd als verreweg de gevaarlijkste concurrent van het Hilversumse bestel werd beschouwd, heeft opge houden te bestaan. Maar kennelijk zijn TROS en Veronica op zich niet mans ge noeg om zich in de jungle van de vrije markt te begeven. De TROS had Joop van den Ende nodig voor de verwezenlijking van haar plannen en Veronica rekende er vast op te kunnen fuseren met Veronique. Dit station draagt per slot niet voor niets dezelfde naam, maar dan op z'n Frans. Vero nique is puur een geesteskind van Veronica-chef Rob Out, die zijn rechterhand Lex Har ding bereid vond als wegberei der te fungeren. Hoe groot de verbondenheid tussen Veronica en Veronique was, blijkt ook uit het recente gedrag van Lex Harding. In plaats van blij te zijn met de versterking van zijn station, is hij kwaad. De top van RTL/CLT, de Luxemburgse moedermaatschappij, had het heft in handen genomen. Té gen Hardings zin en échter zijn rug om ging RTL in zee met Van den Ende. En in een fusie met Veronica zijn de Lu xemburgers alleen nog maar geïnteresseerd als ook Rob Out zich ondergeschikt verklaart. De jongensdroom van Harding en Out over een 'onwijs gaaf' en 'te gek' eigen commercieel station is uit. Veronique is de finitief in handen van het grootkapitaal, waar zich nu ook de uitgeversgiganten VNU en Elsevier bij hebben aange sloten: Onder die omstandig heden blijft Rob Out maar lie ver in zijn eigen knusse Vero- nica-gebouwti^ te Hilversum en denkt Lex Harding er hard over om zich maar weer snel bij hem te voegen. Daarmee staat de Haagse poli tiek in haar hemd. Wie is er nu nog over om aan het eind van dit jaar gebruik te maken van de met veel tamtam aan gekondigde nieuwe mediawet? Voor CDA en PvdA doemt het spookbeeld op van een kamer debat waarin de oppositie, met name de VVD, in een hoonge lach kan uitbarsten. Hebben de dames en heren socialisten en christen-democraten einde lijk de noodzaak van een com merciële omroep erkend, ko men zij nog te laat ook.... hahaü Die vreugde bij de liberalen is begrijpelijk. De commerciële tv heeft zich, precies zoals zij altijd hebben voorspeld, niets aangetrokken van het 'hek' om Hilversum. Toen de Twee de Kamer niet bereid bleek tij dig een poort te maken, bouw den de vrije jongens een ma- chien waarmee zij over het hek konden springen: de satel- liet-tv. En de Europese Ge meenschap zoïgde er wel voor dat de Nederlandse regering geen SDI-achtig ruimteschild over het land kon plaatsen. Dus rest CDA en PvdA nog maar één manier om straks niet helemaél af te gaan in het mediadebat. Zij dienen het hek om Hilversum zo grondig af te breken dat het voor RTL Veronique aantrekkelijk wordt een zendmachtiging in Nederland aan te vragen. Dat is ook de belangrijkste reden waarom waarschijnlijk bin nenkort nóg een heilig om- roephuisje tegen de vlakte gaat: het verbod op het 's zon dags uitzenden van reclame boodschappen op radio en tele visie. Veronique doet dat nu nog niet, maar zal daar ver moedelijk volgende maand mee beginnen. PvdA-medias- pecialiste Jeltje van Nieuwen- hoven is ervan overtuigd dat coalitiepartner CDA onder deze omstandigheden uiteinde lijk zal instemmen met het la ten vervallen van het zondags verbod. Coördinatie Naast het binnenhalen van Veronique is er nóg een be lang gemoeid met het afschaf fen van dit verbod. Zo'n maat regel levert de STER zo'n ze ventig miljoen gulden per jaar extra op die de publieke om roepen broodnodig zullen heb ben om concurrerende pro gramma's te maken. Voor de verandering lijkt ook de be volking te zullen profiteren van de fouten van de politiek, want de overwinning van Ve ronique over het Nederlandse omroepbeleid zorgt er tevens voor dat de Hilversumse om roepen opeens bereid blijken met elkaar samen te gaan wer ken. De concurrentie vanuit Lu xemburg heeft Hilversumers die elkaar tot dusver op leven en dood beconcurreerden, tot het besef gebracht dat de kij ker „op elk moment van de dag en de avond iets van zijn gading op de Nederlandse net ten moet kunnen vinden", al dus TROS-directeur Wolzak. Hij hield een vurig pleidooi voor het herstel van de coördi natiecommissie, die nota bene mede op zijn aandringen was afgeschaft. AVRO, TROS en Veronica, die in 1988 met z'n drieën Ne derland 2 kregen toegewezen, dachten op die manier VARA, NCRV en KRO weg te kun nen concurreren. De ATV-om- roepen, die toen nog gezamen lijk een commercieel station wilden worden, gingen zover dat liefst tegenover elk kijker- strekkend programma op Ne derland 1 een soortgelijk doch nóg attractiever programma geplaatst werd. Bijvoorbeeld Jongbloed Joosten tegen over Brandpunt. Door toedoen van het met de stal van Van den Ende uitge breide Veronique komt er wel licht een einde aan die situatie. Ere wie ere toekomt. Dat geldt ook voor de VVD, die van meet af aan gepleit heeft voor het opengooien van het Neder landse bestel. Als de confessio nele partijen en de PvdA in de jaren zestig wat minder ver krampt op de komst van TV Noordzee (nu TROS) hadden gereageerd, zou de kijker een oneindig aantal duffe avonden bespaard zijn gebleven. Maar wie niet alleen kijker doch ook lezer is, dient tevens te beseffen dat het zo lang bui ten de deur en vervolgens 'klein' houden van omroepre- clame het voortbestaan van een aantal dagbladen mogelijk heeft gemaakt. RIK IN 'T HOUT t laten sterven van mensen in een lang- rig, onomkeerbaar coma, zoals bij Ineke nissen, betekent niét het verleggen van i grens. Eerder is sprake van het trekken n een grens: we zijn bezig opnieuw te zoe- H waar de grenzen liggen van wat we mo- 1 en kunnen doen voor mensen in een iger«issituatie. We moeten ermee ophouden :ece»dood in de weg te staan, we moeten de •elsjkkades in het stervensproces weghalen. el simpel gesteld: we mogen een comapa- ht laten sterven. Maar even simpel: een fiapatiënt doodspuiten mag nooit. Prof. Paul Sporken, emeritus hoogleraar ge- idheidsethiek van de Universiteit van nburg heeft uitgesproken opvattingen }r wat in de gezondheidszorg mag en niet iSTRICHT Het ge- t met prof.dr. Paul ken vindt plaats naar jiding van de zaak Stinissen, die al jaar in een onom- Daar coma ligt. Sinds tuari krijgt zij geen t en voedsel meer; laat haar sterven. De irlandse Patiënten miging (NPV) spande kort geding aan om rts te dwingen de be deling te hervatten, verloor dat. De NPV in beroep, dat dins- wordt behandeld, iedereen is het er 20pver eens: Ineke Sti- zal binnen afzien- fcwtijd overlijden. 13! in houdt zich al vele ja- K 2ig met ethische proble- In de gezondheidszorg. Um J priester, schrijver van ft over medische ethiek (etrokken bij de ethische iioling van artsen en legkundigen. Instellin- rtsen, advocaten, patiën- h familieleden vragen regelmatig om raad. Zo ij één van de deskundi- ie rond Ineke Stinissen H uitbrachten, ergelijking met veertig jeleden". zegt Sporken, ADIngehoord veel mogelijk- ontstaan om iemand uit oma te halen. Vroeger n de artsen weinig doen iig de patiënt in coma Dat was meteen de op- S{ van het probleem. Te- ■tordig kunnen artsen ïilijk meer mensen uit Cl oma halen, en gezond (eteri?iaar is onduidelijk ge- dorph wanneer behandeling r. leer helpt. Een arts moet }rmeön aL hij de zekerheid pat wat hij aan het doen f; meer uithaalt", oeilijkheid is dat onder- ialleen lang niet altijd >nt of de patiënt uit zijn tal ontwaken. D$n is een de tijd nodig om te ont- ji of de coma omkeer- of niet. De artsen pro- Ihet een aantal maanden, ze denken dat er een redelijke kans is op terugkeer, ze hopen, maar uiteindelijk bestaat die mogelijkheid toch niet. Princi pieel is duidelijk wat er dan moet gebeuren: de arts mag niet alleen stoppen, hij móét stoppen". Hoe lang? De vraag is: hoe lang moet de arts wachten? Sporken: „De langst bekende coma waaruit een patiënt ontwaakte duurde zeven maanden. Ik neig ertoe om te zeggen: als je een jaar lang bezig bent geweest om een patiënt met een zeer ern stige hersenbeschadiging terug te halen uit zijn coma en na dat jaar is nog geen greintje succes geboekt, geen sprankje hoop ontstaan, dan moet je op houden. Daarbij moet je wel zeggen: als de grens van het kunnen opschuift moet je tege lijkertijd de grens van het ethisch oordelen verleggen". Kun je eep scheiding aanbren gen tussen de dood van het li chaam en wat je zou kunnen noemen de persoonsdood, de ik-dood? Sporken: „Dat ruikt naar dualisme, alsof de mens uit twee delen zou bestaan, het deel persoon en het deel li chaam en dat je bij de dood een onderscheid hebt tussen die twee delen. Dat is natuur lijk niet waar. Bij een patiënt met een onomkeerbaar coma zou je kunnen zeggen dat de grote hersenen 'dood' zijn". ,,De grote hersenen zijn de on derbouw van het typisch men selijke, van de persoon. Dan zou je in dat geval geneigd kunnen zijn te stellen: 'dus die mens is dood', maar dat klopt niet. De mens is meer dan al leen maar die geest in die li chamelijkheid, de mens is geest èn lichamelijkheid. Zo lang de hersenstam als zetel van allerlei vitale functies nog werkt, werkt één aspect van het mens-zijn". „Een patiënt in een onomkeer baar coma is niet een patiënt die dood is. Er is een lichaam dat leeft. Daarom is sprake van een mens die zich in zijn •stervensproces bevindt. Hij is voor een deel gestorven, nog niet helemaal, en dat 'hele maal sterven' zijn wij bezig te gen te houden. Dat sterven Prof. dr. Paul Sporken: „Er is sprake van 'menselijk leven' of niet, tussenvormen bestaan gewoon niet". sproces mogen we niet ver snellen door actief ingrijpen. Er zijn artsen die bij een co mapatiënt zeggen 'het wachten is op het uitvallen van de her senstam, als je stopt met be handelen kun je net zo goed actief het leven beëindigen'. Dat is versluierend taalge bruik, want ze bedoelen: doodspuiten. Ik houd niet van eufemismen en ook niet van woorden met een negatieve bijklank, dus ik geef de voor keur aan de term 'doelbewust en actief doden'". Actief doden Sommige artsen vinden zo'n ingreep barmhartiger. Sporken: „In feite behelst zo'n standpunt een belangrijke be ginselverklaring. De arts maakt de patiënt die zich in zijn stervensproces bevindt en toch onherroepelijk doodgaat, maar vast dood. Het is het ac tief doden van een patiënt in zijn stervensproces. De arts breekt dat stervensproces af en gaat over tot actief doden omdat het stervensproces te lang duurt of omdat vaststaat dat de patiënt toch spoedig zal overlijden". „Het feit op zich dat iemand binnenkort overlijdt is op zich geen reden hem actief te do den. Als de samenleving dat ethisch verantwoord vindt is de consequentie dat artsen co mapatiënten mogen doden als vaststaat dat ze sowieso zullen overlijden. Dat geldt dan ook voor pasgeborenen met een ernstig defect, voor demente bejaarden en voor zwakzinni gen als hun leven ten einde loopt. Dat is nooit aanvaard baar. Het meest fundamentele waar een stervende recht op heeft is ons geduld om af te wachten tot hij zijn eigen dood sterft en onze verdraagzaam heid om hem te gunnen dat hij die sterft. Daar hebben wij niet In in te grijpen". „Ethisch gezien is alleen de betrokkene, het individu, be voegd om over eigen leven en sterven te beslissen. Omstaan- ders hebben slechts de be voegdheid om te beslissen of zij op ethisch verantwoorde wijze de al door de betrokkene genomen beslissing ten uitvoer brengen. Heeft de betrokkene zo'n beslissing niét genomen, dan eigent de helper zich over leven en dood van een ander een bevoegdheid toe die hij ten enenmale niet heeft! Het is mijn stellige overtuiging dat ouders noch artsen bevoegd zijn op ethisch verantwoorde wijze te besluiten een pasgebo rene met een geheel ongunsti ge prognose doelbewust en ac tief te doden. Datzelfde geldt voor het actief doden van mensen in een onomkeerbaar coma, voor geestelijk gehandi capten en voor demente be jaarden". „Actieve levensbeëindiging bij deze patiënten is ethisch ten enenmale niet verantwoord. Omstaanders hebben daar het recht niet toe, ook niet als naar hun mening de dood niet snel genoeg komt of alle pijn en ongemakken niet te verhel pen zijn of als het wachten op de dood een te zware emotio nele belasting oplevert. In vrede mogen sterven is niet hetzelfde als ongevraagd een dodelijke injectie toegediend krijgen!" „Een reden die voor actief do den wordt aangevoerd is om ontluistering en honger en dorst bij de stervende mens te voorkomen. In zo'n diep coma ontbreken pijnreflexen, dan ervaart de patiënt geen honger en dorst meer. Als de omstaan ders, voor wie het allemaal heel moeilijk is om te begrij pen, bang zijn voor honger en dorst bij de patiënt kun je met behulp van medicatie, voor hun gemoedsrust, honger en dorst wegnemen". Fundamentele vragen „In de samenleving heerst grote geestelijke armoede met betrekking tot problemen rond lijden, sterven, dood, leven. Mensen weten geen raad meer met de fundamentele vragen van het bestaan. Ik houd mijn hart vast want het wordt er niet humaner op in de gezond heidszorg". „Met politiek en met juridi sche regelgeving alleen redden we het niet, ook al zijn ze be langrijk, want de politiek moet natuurlijk een aantal dingen goed vastleggen in de wet. De politiek kan geen eisen stellen aan het goede en aan het ge voel voor verantwoordelijk heid in de mens. De politiek kan daar slechts aan appelle ren. We redden het alleen als mensen weer willen luisteren naar de kreet tot herbezinning op de fundamentele waarden van het leven". FOTO: PERS UNIE „De kerken laten met betrek king tot het formuleren van normen voor levensverlenging verstek gaan. Hun boodschap komt niet meer over. De pro fessionele hulpverleners laten het ook een beetje afweten". „Niemand heeft een duidelijk en afdoende antwoord op de vraag wat mag en niet mag. We beschikken over zoveel mogelijkheden om het mense lijk leven te redden, dat we te kort dreigen te doen aan het menselijk leven. Daarom moeten we goede redenen hebben om door kunstmatig ingrijpen het leven in stand te houden, of, anders gezegd, het stervensproces te verlengen. De grondnorm is eerbiediging van het leven, je moet vechten voor het behoud, maar het gaat nooit om behoud van het biologisch leven zonder meer. Het gaat om behoud van mén selijk leven. Wat daarvan be reikbaar is moet per indivi dueel geval bekeken worden, dat laat zich niet voorspellen". Medisch handelen Bij comapatiënten, hebben de rechters in de zaak Stinissen bepaald, is het kunstmatig toe dienen van vocht en voedsel medisch handelen. Als de arts dat niet langer zinvol vindt mag hij die toediening stopzet ten. Sporken: „Zo eenvoudig is dat niet. Het al dan niet door gaan of stoppen met de behan deling is van meer factoren af hankelijk: bloedcirculatie, bloeddruk en temperatuur; ademfunctie; lever- en nier- functie; de stofwisseling; het voorkomen en bestrijden van infecties; de lichamelijke hy giëne, het voorkomen van doorliggen. Kortom, alles wat tot de normale verpleging be hoort". „Dat betekent dat het nemen van een ethisch verantwoorde beslissing vereist dat in elk in dividueel geval de diverse fac toren tegen elkaar worden af gewogen. Aan de ene kant lig gen op de weegschaal de alge Het verpleeghuis Het Wiedenbroek in Haaksbergen waar Ineke Stinissen al vijftien jaar in coma ligt. Sinds 8 januari krijgt zij geen vocht en voedsel meer; men laat haar sterven mene conditie en de ernst van de hersenbeschadiging. Die is af te leiden uit onderzoek en uit de duur van het coma. Aan de andere kant liggen de kan sen op geheel of gedeeltelijk herstel van het bewustzijn'.' „Artsen kunnen natuurlijk geen oordeel geven over de zin of de zinloosheid van mense lijk leven. Ze moeten zich be perken tot een oordeel over de zin of zinloosheid van een me dische behandeling. Dat bete kent wel dat zij impliciet iets zeggen over de zin van leven. Als zij bepalen of een medi sche behandeling zin heeft of niet kan dat niet alleen gaan over het puur technische". Welke rol speelt de omgeving eigenlijk? „Achteraf blijken coma's soms niet zo diep te zijn als eerst werd aangenomen. Er zijn ge vallen bekend van patiënten die uit hun coma worden ge praat. Ik ken het voorbeeld van een vrouw die elke dag uren aan het bed van haar in coma verkerende vriendin zat en praatte en praatte zoals al tijd... de verpleegkundigen zei den later: 'ze heeft haar vrien din uit de coma gekletst'. Daar vergemakkelijkte de gebor genheid een terugkeer". „Bij een patiënt in een diep coma kan alleen de behande lende arts de beslissingen ne men, gesteund door zijn team. Dan gaat het om de beslissing: hoe groot zijn de kansen dat we die patiënt nog uit zijn coma halen? En zo ja: hoe is die patiënt er dan aan toe? Dat kan de familie niet beoorde len. Alleen de arts en het be handelende team kunnen op een verantwoorde manier be slissen over het staken van de behandeling. Hoezeer ik ook de familie een stem in het ka pittel zou willen geven, de be slissing is aan de arts". „Iets anders zijn de grensge vallen, waar misschien enig rudimentair leven mogelijk zou kunnen blijken. Niet we tende of hij dat de patiënt kan aandoen is het verstandig als de arts bij. de familie te rade gaat, om een beetje houvast te krijgen. Draagkracht van de familie is geen enkel argu ment, die kun je niet gebrui ken bij het besluit om iemand te laten sterven of te doen sterven. Als de familieleden het niet meer aan kunnen moeten zij hulp krijgen, zoals dat trouwens bij elk sterfgeval geldt. De ethische norm is en blijft het heil van de betrokke ne. Zo simpel is het". Nou het tegenovergestelde. De arts wil stoppen omdat verder behandelen zinloos is, maar de familie eist dat hij doorgaat. „Dan moet er een tweede opi nie komen, van een andere specialist, spreek desnoods af dat een arbitragecommissie be oordeelt wat gedaan moet worden. Je kunt geen arts dwingen door te gaan met een behandeling die zinloos is, als dat echt duidelijk is". „Ik heb het geval meegemaakt van een man die na een her senbloeding bewusteloos op de intensive care terecht kwam. Na vijf dagen was het voor de artsen duidelijk dat ze niets FOTO: PERS UNIE meer voor hem konden doen en ze wilden de behandeling stopzetten. De vrouw van die man eiste van de artsen dat ze de behandeling zouden voort zetten omdat zij wachtte op een levensteken, omdat zij de kans wilde hebben afscheid van hem te nemen. Toen is het compromis gesloten dat bij een complicatie niet behandeld zou worden. Vier weken heeft ze aan het bed gewaakt waarqa haar man stierf zonder dat ze elkaar nog gesproken hebben". Communicatiestoornis „Het is misschien nooit meer te achterhalen, maar in het ge val van Ineke Stinissen moet een afgrijselijke, onheil bren gende communicatiestoornis zijn ontstaan tussen Gerard Stinissen en de behandelend arts. Het is ronduit afschuwe lijk wat daar vijftien jaar lang is gebeurd". „Dat justitie bij voorbaat aan kondigt een onderzoek in te zullen stellen als mevrouw Sti nissen overlijdt is te begrijpen. Justitie, moet wel. Van eutha nasie is nu eenmaal in zo'n ge val geen sprake". „We moeten trouwens voor zichtig zijn me. de termen 'eu thanasie' en 'levensbeëindi gend handelen'. Als we niet oppassen krijgen we een heil loze spraakverwarring. Stop pen met zinloos gebleken me disch handelen moet men geen 'levensbeëindigend handelen' noemen. Ik blijf hameren op het onderscheid tussen termen als 'stoppen met medisch zin loos handelen', 'euthanasie' en 'levensbeëindigend hande len'". Hoe ver zitten we in gevallen als die van comapatiënten al van het actief doden „Soms is die stap natuurlijk klein, daar moeten we niet ge heimzinnig over doen. Het stoppen met een medisch zin loze behandeling komt daar in die zin dicht bij dat je weet dat de uitkomst altijd de dood is. Toch ben ik ervan overtuigd dat het niet alleen om een emotioneel verschil gaat. Het niet langer blokkeren van het stervensproces is als handeling wezenlijk anders dan iemand dood spuiten. Niemand zal mij ervan kunnen overtuigen dat die twee hetzelfde zijn' „Het heil van de patiënt is het hoogste gebod van de medi sche ethiek, dat is de grond- norm. Ook bij comapatiënten moet de arts zich steeds afvra gen of het heil van de patiënt gediend is bij voortzetting van de behandeling. Ik ben ervan overtuigd dat het heil van Ine ke Stinissen niet bepaald ge diend was met het voortzetten, vijftien jaar lang, van deze be handeling". „Ik kom nog even terug op de grens tussen leven en dood. Wanneer is nog sprake van een mens en wanneer niet meer? Er is geen definitie te geven van 'menselijk leven.' Er is sprake van 'menselijk le ven' of niet, tussenvormen In staan gewoon niet. Het Hikt soms wel of het 'ik' al dood is en alleen het lichaam er nog is, maar dat is niet zo: de mens is eenheid van ziel en lichaam Als het lichaam nog leeft, leeft die mens nog' LEO ENTHOVEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 5