„Stervensproces moeten
we niet tegenhouden"
feronique zet PvdA en CDA in het hemd
~ÏFENLAND
EeidócSouocmt
HOOGLERAAR GEZONDHEIDSETHIEK SPORKEN:
JAIL
ZATERDAG 13 JANUARI 1990 PAGINA 5
HAAG Jeltje van
enhoven, mediaspe-
van de PvdA-frac-
:ou er „begrip voor
als minister Kok
inister d'Ancona per-
lijk naar RTL Veroni-
Ceifeaat om deze omroep
efd te verzoeken een
frlands station te wor-
Volgens Van Nieu-
koven is het van groot
ng dat dit laatste ge-
t. Belangrijkste over-
pg is dat de belasting
de winsten van Ve-
ijue beter in de schat-
van Nederland dan in
..van Luxemburg kan
V onorabel standpunt, lijkt
De zaak komt er anders
{zien als men zich reali-
ichrjlat het nog heel lang kan
omp eer Veronique winst op-
jjjfQj Tot dusver kóst het uit-
jn van het eerste Neder-
[alige commerciële tv-
Fmma alleen nog maar
it d(Het aantal kijkers is zo
dat Veronique voor een
heboodschap van een
halve minuut in 'prime time'
(van 6 tot 10 's avonds) nog
geen duizend gulden vraagt.
Vergelijk dat eens met de
STER. Een commercial van
dertig seconden kost daar al
gauw het tienvoudige.
Veronique verwacht dat haar
kijkcijfers met het overnemen
van de 'sterren' van Joop van
den Ende drastisch zullen ver
beteren. Maar dat valt nog te
bezien. De publieke omroepen
zullen heus niet met de armen
over elkaar, blijven zitten ter
wijl hun kijkers worden weg
gelokt. Het voorspellen van de
winstgevendheid van Veroni
que blijft dus vooralsnog een
riskante zaak.
Zou er dan wellicht nóg een
reden zijn voor de Haagse poli
tiek om de 'Luxemburgse' zen
der binnenslands te willen ha
len? Nou en of! Na het bekend
worden van de 'deal' tussen
Veronique en Joop van den
Ende werd al heel snel duide
lijk dat de kans op een echt
Nederlands commercieel sta
tion nu vrijwel verkeken is.
De tv-directeuren Cees Wol
zak en Joop Daalmeyer van
respectievelijk TROS en Vero
nica buitelden bijna over el
kaar heen in hun haast te ver
klaren dat zij nu geen behoefte
meer hebben om commercieel
te 'gaan'. Volgens hen is Vero
nique nu zo sterk geworden
dat er niet meer tegenop valt
te concurreren.
300 miljoen
Vreemde uitspraak overigens.
Was het niet diezelfde TROS-
directeur Wolzak die altijd
riep dat er in Nederland ten
minste driehonderd miljoen
aan extra reclameguldens bo
ven de tv-markt zweefden en
dat er dus zeker plaats zou zijn
voor meer dan één commer
cieel station? Welnu, dan zou
de situatie voor TROS en Ve
ronica toch alleen maar verbe
terd moeten zijn. TV10 im
mers, dat altijd als verreweg
de gevaarlijkste concurrent
van het Hilversumse bestel
werd beschouwd, heeft opge
houden te bestaan.
Maar kennelijk zijn TROS en
Veronica op zich niet mans ge
noeg om zich in de jungle van
de vrije markt te begeven. De
TROS had Joop van den Ende
nodig voor de verwezenlijking
van haar plannen en Veronica
rekende er vast op te kunnen
fuseren met Veronique. Dit
station draagt per slot niet
voor niets dezelfde naam,
maar dan op z'n Frans. Vero
nique is puur een geesteskind
van Veronica-chef Rob Out,
die zijn rechterhand Lex Har
ding bereid vond als wegberei
der te fungeren.
Hoe groot de verbondenheid
tussen Veronica en Veronique
was, blijkt ook uit het recente
gedrag van Lex Harding. In
plaats van blij te zijn met de
versterking van zijn station, is
hij kwaad. De top van
RTL/CLT, de Luxemburgse
moedermaatschappij, had het
heft in handen genomen. Té
gen Hardings zin en échter
zijn rug om ging RTL in zee
met Van den Ende. En in een
fusie met Veronica zijn de Lu
xemburgers alleen nog maar
geïnteresseerd als ook Rob Out
zich ondergeschikt verklaart.
De jongensdroom van Harding
en Out over een 'onwijs gaaf'
en 'te gek' eigen commercieel
station is uit. Veronique is de
finitief in handen van het
grootkapitaal, waar zich nu
ook de uitgeversgiganten VNU
en Elsevier bij hebben aange
sloten: Onder die omstandig
heden blijft Rob Out maar lie
ver in zijn eigen knusse Vero-
nica-gebouwti^ te Hilversum
en denkt Lex Harding er hard
over om zich maar weer snel
bij hem te voegen.
Daarmee staat de Haagse poli
tiek in haar hemd. Wie is er
nu nog over om aan het eind
van dit jaar gebruik te maken
van de met veel tamtam aan
gekondigde nieuwe mediawet?
Voor CDA en PvdA doemt het
spookbeeld op van een kamer
debat waarin de oppositie, met
name de VVD, in een hoonge
lach kan uitbarsten. Hebben
de dames en heren socialisten
en christen-democraten einde
lijk de noodzaak van een com
merciële omroep erkend, ko
men zij nog te laat ook....
hahaü
Die vreugde bij de liberalen is
begrijpelijk. De commerciële
tv heeft zich, precies zoals zij
altijd hebben voorspeld, niets
aangetrokken van het 'hek'
om Hilversum. Toen de Twee
de Kamer niet bereid bleek tij
dig een poort te maken, bouw
den de vrije jongens een ma-
chien waarmee zij over het
hek konden springen: de satel-
liet-tv. En de Europese Ge
meenschap zoïgde er wel voor
dat de Nederlandse regering
geen SDI-achtig ruimteschild
over het land kon plaatsen.
Dus rest CDA en PvdA nog
maar één manier om straks
niet helemaél af te gaan in het
mediadebat. Zij dienen het
hek om Hilversum zo grondig
af te breken dat het voor RTL
Veronique aantrekkelijk
wordt een zendmachtiging in
Nederland aan te vragen. Dat
is ook de belangrijkste reden
waarom waarschijnlijk bin
nenkort nóg een heilig om-
roephuisje tegen de vlakte
gaat: het verbod op het 's zon
dags uitzenden van reclame
boodschappen op radio en tele
visie. Veronique doet dat nu
nog niet, maar zal daar ver
moedelijk volgende maand
mee beginnen. PvdA-medias-
pecialiste Jeltje van Nieuwen-
hoven is ervan overtuigd dat
coalitiepartner CDA onder
deze omstandigheden uiteinde
lijk zal instemmen met het la
ten vervallen van het zondags
verbod.
Coördinatie
Naast het binnenhalen van
Veronique is er nóg een be
lang gemoeid met het afschaf
fen van dit verbod. Zo'n maat
regel levert de STER zo'n ze
ventig miljoen gulden per jaar
extra op die de publieke om
roepen broodnodig zullen heb
ben om concurrerende pro
gramma's te maken. Voor de
verandering lijkt ook de be
volking te zullen profiteren
van de fouten van de politiek,
want de overwinning van Ve
ronique over het Nederlandse
omroepbeleid zorgt er tevens
voor dat de Hilversumse om
roepen opeens bereid blijken
met elkaar samen te gaan wer
ken.
De concurrentie vanuit Lu
xemburg heeft Hilversumers
die elkaar tot dusver op leven
en dood beconcurreerden, tot
het besef gebracht dat de kij
ker „op elk moment van de
dag en de avond iets van zijn
gading op de Nederlandse net
ten moet kunnen vinden", al
dus TROS-directeur Wolzak.
Hij hield een vurig pleidooi
voor het herstel van de coördi
natiecommissie, die nota bene
mede op zijn aandringen was
afgeschaft.
AVRO, TROS en Veronica,
die in 1988 met z'n drieën Ne
derland 2 kregen toegewezen,
dachten op die manier VARA,
NCRV en KRO weg te kun
nen concurreren. De ATV-om-
roepen, die toen nog gezamen
lijk een commercieel station
wilden worden, gingen zover
dat liefst tegenover elk kijker-
strekkend programma op Ne
derland 1 een soortgelijk doch
nóg attractiever programma
geplaatst werd. Bijvoorbeeld
Jongbloed Joosten tegen
over Brandpunt.
Door toedoen van het met de
stal van Van den Ende uitge
breide Veronique komt er wel
licht een einde aan die situatie.
Ere wie ere toekomt. Dat geldt
ook voor de VVD, die van
meet af aan gepleit heeft voor
het opengooien van het Neder
landse bestel. Als de confessio
nele partijen en de PvdA in de
jaren zestig wat minder ver
krampt op de komst van TV
Noordzee (nu TROS) hadden
gereageerd, zou de kijker een
oneindig aantal duffe avonden
bespaard zijn gebleven.
Maar wie niet alleen kijker
doch ook lezer is, dient tevens
te beseffen dat het zo lang bui
ten de deur en vervolgens
'klein' houden van omroepre-
clame het voortbestaan van
een aantal dagbladen mogelijk
heeft gemaakt.
RIK IN 'T HOUT
t laten sterven van mensen in een lang-
rig, onomkeerbaar coma, zoals bij Ineke
nissen, betekent niét het verleggen van
i grens. Eerder is sprake van het trekken
n een grens: we zijn bezig opnieuw te zoe-
H waar de grenzen liggen van wat we mo-
1 en kunnen doen voor mensen in een
iger«issituatie. We moeten ermee ophouden
:ece»dood in de weg te staan, we moeten de
•elsjkkades in het stervensproces weghalen.
el simpel gesteld: we mogen een comapa-
ht laten sterven. Maar even simpel: een
fiapatiënt doodspuiten mag nooit. Prof.
Paul Sporken, emeritus hoogleraar ge-
idheidsethiek van de Universiteit van
nburg heeft uitgesproken opvattingen
}r wat in de gezondheidszorg mag en niet
iSTRICHT Het ge-
t met prof.dr. Paul
ken vindt plaats naar
jiding van de zaak
Stinissen, die al
jaar in een onom-
Daar coma ligt. Sinds
tuari krijgt zij geen
t en voedsel meer;
laat haar sterven. De
irlandse Patiënten
miging (NPV) spande
kort geding aan om
rts te dwingen de be
deling te hervatten,
verloor dat. De NPV
in beroep, dat dins-
wordt behandeld,
iedereen is het er
20pver eens: Ineke Sti-
zal binnen afzien-
fcwtijd overlijden.
13!
in houdt zich al vele ja-
K 2ig met ethische proble-
In de gezondheidszorg.
Um J priester, schrijver van
ft over medische ethiek
(etrokken bij de ethische
iioling van artsen en
legkundigen. Instellin-
rtsen, advocaten, patiën-
h familieleden vragen
regelmatig om raad. Zo
ij één van de deskundi-
ie rond Ineke Stinissen
H uitbrachten,
ergelijking met veertig
jeleden". zegt Sporken,
ADIngehoord veel mogelijk-
ontstaan om iemand uit
oma te halen. Vroeger
n de artsen weinig doen
iig de patiënt in coma
Dat was meteen de op-
S{ van het probleem. Te-
■tordig kunnen artsen
ïilijk meer mensen uit
Cl oma halen, en gezond
(eteri?iaar is onduidelijk ge-
dorph wanneer behandeling
r. leer helpt. Een arts moet
}rmeön aL hij de zekerheid
pat wat hij aan het doen
f; meer uithaalt",
oeilijkheid is dat onder-
ialleen lang niet altijd
>nt of de patiënt uit zijn
tal ontwaken. D$n is een
de tijd nodig om te ont-
ji of de coma omkeer-
of niet. De artsen pro-
Ihet een aantal maanden,
ze denken dat er een redelijke
kans is op terugkeer, ze hopen,
maar uiteindelijk bestaat die
mogelijkheid toch niet. Princi
pieel is duidelijk wat er dan
moet gebeuren: de arts mag
niet alleen stoppen, hij móét
stoppen".
Hoe lang?
De vraag is: hoe lang moet de
arts wachten? Sporken: „De
langst bekende coma waaruit
een patiënt ontwaakte duurde
zeven maanden. Ik neig ertoe
om te zeggen: als je een jaar
lang bezig bent geweest om
een patiënt met een zeer ern
stige hersenbeschadiging terug
te halen uit zijn coma en na
dat jaar is nog geen greintje
succes geboekt, geen sprankje
hoop ontstaan, dan moet je op
houden. Daarbij moet je wel
zeggen: als de grens van het
kunnen opschuift moet je tege
lijkertijd de grens van het
ethisch oordelen verleggen".
Kun je eep scheiding aanbren
gen tussen de dood van het li
chaam en wat je zou kunnen
noemen de persoonsdood, de
ik-dood? Sporken: „Dat ruikt
naar dualisme, alsof de mens
uit twee delen zou bestaan, het
deel persoon en het deel li
chaam en dat je bij de dood
een onderscheid hebt tussen
die twee delen. Dat is natuur
lijk niet waar. Bij een patiënt
met een onomkeerbaar coma
zou je kunnen zeggen dat de
grote hersenen 'dood' zijn".
,,De grote hersenen zijn de on
derbouw van het typisch men
selijke, van de persoon. Dan
zou je in dat geval geneigd
kunnen zijn te stellen: 'dus die
mens is dood', maar dat klopt
niet. De mens is meer dan al
leen maar die geest in die li
chamelijkheid, de mens is
geest èn lichamelijkheid. Zo
lang de hersenstam als zetel
van allerlei vitale functies nog
werkt, werkt één aspect van
het mens-zijn".
„Een patiënt in een onomkeer
baar coma is niet een patiënt
die dood is. Er is een lichaam
dat leeft. Daarom is sprake
van een mens die zich in zijn
•stervensproces bevindt. Hij is
voor een deel gestorven, nog
niet helemaal, en dat 'hele
maal sterven' zijn wij bezig te
gen te houden. Dat sterven
Prof. dr. Paul Sporken: „Er is sprake van 'menselijk leven' of niet, tussenvormen bestaan gewoon niet".
sproces mogen we niet ver
snellen door actief ingrijpen.
Er zijn artsen die bij een co
mapatiënt zeggen 'het wachten
is op het uitvallen van de her
senstam, als je stopt met be
handelen kun je net zo goed
actief het leven beëindigen'.
Dat is versluierend taalge
bruik, want ze bedoelen:
doodspuiten. Ik houd niet van
eufemismen en ook niet van
woorden met een negatieve
bijklank, dus ik geef de voor
keur aan de term 'doelbewust
en actief doden'".
Actief doden
Sommige artsen vinden zo'n
ingreep barmhartiger.
Sporken: „In feite behelst zo'n
standpunt een belangrijke be
ginselverklaring. De arts
maakt de patiënt die zich in
zijn stervensproces bevindt en
toch onherroepelijk doodgaat,
maar vast dood. Het is het ac
tief doden van een patiënt in
zijn stervensproces. De arts
breekt dat stervensproces af
en gaat over tot actief doden
omdat het stervensproces te
lang duurt of omdat vaststaat
dat de patiënt toch spoedig zal
overlijden".
„Het feit op zich dat iemand
binnenkort overlijdt is op zich
geen reden hem actief te do
den. Als de samenleving dat
ethisch verantwoord vindt is
de consequentie dat artsen co
mapatiënten mogen doden als
vaststaat dat ze sowieso zullen
overlijden. Dat geldt dan ook
voor pasgeborenen met een
ernstig defect, voor demente
bejaarden en voor zwakzinni
gen als hun leven ten einde
loopt. Dat is nooit aanvaard
baar. Het meest fundamentele
waar een stervende recht op
heeft is ons geduld om af te
wachten tot hij zijn eigen dood
sterft en onze verdraagzaam
heid om hem te gunnen dat hij
die sterft. Daar hebben wij
niet In in te grijpen".
„Ethisch gezien is alleen de
betrokkene, het individu, be
voegd om over eigen leven en
sterven te beslissen. Omstaan-
ders hebben slechts de be
voegdheid om te beslissen of
zij op ethisch verantwoorde
wijze de al door de betrokkene
genomen beslissing ten uitvoer
brengen. Heeft de betrokkene
zo'n beslissing niét genomen,
dan eigent de helper zich over
leven en dood van een ander
een bevoegdheid toe die hij
ten enenmale niet heeft! Het is
mijn stellige overtuiging dat
ouders noch artsen bevoegd
zijn op ethisch verantwoorde
wijze te besluiten een pasgebo
rene met een geheel ongunsti
ge prognose doelbewust en ac
tief te doden. Datzelfde geldt
voor het actief doden van
mensen in een onomkeerbaar
coma, voor geestelijk gehandi
capten en voor demente be
jaarden".
„Actieve levensbeëindiging bij
deze patiënten is ethisch ten
enenmale niet verantwoord.
Omstaanders hebben daar het
recht niet toe, ook niet als
naar hun mening de dood niet
snel genoeg komt of alle pijn
en ongemakken niet te verhel
pen zijn of als het wachten op
de dood een te zware emotio
nele belasting oplevert. In
vrede mogen sterven is niet
hetzelfde als ongevraagd een
dodelijke injectie toegediend
krijgen!"
„Een reden die voor actief do
den wordt aangevoerd is om
ontluistering en honger en
dorst bij de stervende mens te
voorkomen. In zo'n diep coma
ontbreken pijnreflexen, dan
ervaart de patiënt geen honger
en dorst meer. Als de omstaan
ders, voor wie het allemaal
heel moeilijk is om te begrij
pen, bang zijn voor honger en
dorst bij de patiënt kun je met
behulp van medicatie, voor
hun gemoedsrust, honger en
dorst wegnemen".
Fundamentele vragen
„In de samenleving heerst
grote geestelijke armoede met
betrekking tot problemen rond
lijden, sterven, dood, leven.
Mensen weten geen raad meer
met de fundamentele vragen
van het bestaan. Ik houd mijn
hart vast want het wordt er
niet humaner op in de gezond
heidszorg".
„Met politiek en met juridi
sche regelgeving alleen redden
we het niet, ook al zijn ze be
langrijk, want de politiek moet
natuurlijk een aantal dingen
goed vastleggen in de wet. De
politiek kan geen eisen stellen
aan het goede en aan het ge
voel voor verantwoordelijk
heid in de mens. De politiek
kan daar slechts aan appelle
ren. We redden het alleen als
mensen weer willen luisteren
naar de kreet tot herbezinning
op de fundamentele waarden
van het leven".
FOTO: PERS UNIE
„De kerken laten met betrek
king tot het formuleren van
normen voor levensverlenging
verstek gaan. Hun boodschap
komt niet meer over. De pro
fessionele hulpverleners laten
het ook een beetje afweten".
„Niemand heeft een duidelijk
en afdoende antwoord op de
vraag wat mag en niet mag.
We beschikken over zoveel
mogelijkheden om het mense
lijk leven te redden, dat we te
kort dreigen te doen aan het
menselijk leven. Daarom
moeten we goede redenen
hebben om door kunstmatig
ingrijpen het leven in stand te
houden, of, anders gezegd, het
stervensproces te verlengen.
De grondnorm is eerbiediging
van het leven, je moet vechten
voor het behoud, maar het
gaat nooit om behoud van het
biologisch leven zonder meer.
Het gaat om behoud van mén
selijk leven. Wat daarvan be
reikbaar is moet per indivi
dueel geval bekeken worden,
dat laat zich niet voorspellen".
Medisch handelen
Bij comapatiënten, hebben de
rechters in de zaak Stinissen
bepaald, is het kunstmatig toe
dienen van vocht en voedsel
medisch handelen. Als de arts
dat niet langer zinvol vindt
mag hij die toediening stopzet
ten. Sporken: „Zo eenvoudig is
dat niet. Het al dan niet door
gaan of stoppen met de behan
deling is van meer factoren af
hankelijk: bloedcirculatie,
bloeddruk en temperatuur;
ademfunctie; lever- en nier-
functie; de stofwisseling; het
voorkomen en bestrijden van
infecties; de lichamelijke hy
giëne, het voorkomen van
doorliggen. Kortom, alles wat
tot de normale verpleging be
hoort".
„Dat betekent dat het nemen
van een ethisch verantwoorde
beslissing vereist dat in elk in
dividueel geval de diverse fac
toren tegen elkaar worden af
gewogen. Aan de ene kant lig
gen op de weegschaal de alge
Het verpleeghuis Het Wiedenbroek in Haaksbergen waar Ineke
Stinissen al vijftien jaar in coma ligt. Sinds 8 januari krijgt zij
geen vocht en voedsel meer; men laat haar sterven
mene conditie en de ernst van
de hersenbeschadiging. Die is
af te leiden uit onderzoek en
uit de duur van het coma. Aan
de andere kant liggen de kan
sen op geheel of gedeeltelijk
herstel van het bewustzijn'.'
„Artsen kunnen natuurlijk
geen oordeel geven over de zin
of de zinloosheid van mense
lijk leven. Ze moeten zich be
perken tot een oordeel over de
zin of zinloosheid van een me
dische behandeling. Dat bete
kent wel dat zij impliciet iets
zeggen over de zin van leven.
Als zij bepalen of een medi
sche behandeling zin heeft of
niet kan dat niet alleen gaan
over het puur technische".
Welke rol speelt de omgeving
eigenlijk?
„Achteraf blijken coma's soms
niet zo diep te zijn als eerst
werd aangenomen. Er zijn ge
vallen bekend van patiënten
die uit hun coma worden ge
praat. Ik ken het voorbeeld
van een vrouw die elke dag
uren aan het bed van haar in
coma verkerende vriendin zat
en praatte en praatte zoals al
tijd... de verpleegkundigen zei
den later: 'ze heeft haar vrien
din uit de coma gekletst'. Daar
vergemakkelijkte de gebor
genheid een terugkeer".
„Bij een patiënt in een diep
coma kan alleen de behande
lende arts de beslissingen ne
men, gesteund door zijn team.
Dan gaat het om de beslissing:
hoe groot zijn de kansen dat
we die patiënt nog uit zijn
coma halen? En zo ja: hoe is
die patiënt er dan aan toe? Dat
kan de familie niet beoorde
len. Alleen de arts en het be
handelende team kunnen op
een verantwoorde manier be
slissen over het staken van de
behandeling. Hoezeer ik ook
de familie een stem in het ka
pittel zou willen geven, de be
slissing is aan de arts".
„Iets anders zijn de grensge
vallen, waar misschien enig
rudimentair leven mogelijk
zou kunnen blijken. Niet we
tende of hij dat de patiënt kan
aandoen is het verstandig als
de arts bij. de familie te rade
gaat, om een beetje houvast te
krijgen. Draagkracht van de
familie is geen enkel argu
ment, die kun je niet gebrui
ken bij het besluit om iemand
te laten sterven of te doen
sterven. Als de familieleden
het niet meer aan kunnen
moeten zij hulp krijgen, zoals
dat trouwens bij elk sterfgeval
geldt. De ethische norm is en
blijft het heil van de betrokke
ne. Zo simpel is het".
Nou het tegenovergestelde. De
arts wil stoppen omdat verder
behandelen zinloos is, maar de
familie eist dat hij doorgaat.
„Dan moet er een tweede opi
nie komen, van een andere
specialist, spreek desnoods af
dat een arbitragecommissie be
oordeelt wat gedaan moet
worden. Je kunt geen arts
dwingen door te gaan met een
behandeling die zinloos is, als
dat echt duidelijk is".
„Ik heb het geval meegemaakt
van een man die na een her
senbloeding bewusteloos op de
intensive care terecht kwam.
Na vijf dagen was het voor de
artsen duidelijk dat ze niets
FOTO: PERS UNIE
meer voor hem konden doen
en ze wilden de behandeling
stopzetten. De vrouw van die
man eiste van de artsen dat ze
de behandeling zouden voort
zetten omdat zij wachtte op
een levensteken, omdat zij de
kans wilde hebben afscheid
van hem te nemen. Toen is het
compromis gesloten dat bij een
complicatie niet behandeld zou
worden. Vier weken heeft ze
aan het bed gewaakt waarqa
haar man stierf zonder dat ze
elkaar nog gesproken hebben".
Communicatiestoornis
„Het is misschien nooit meer
te achterhalen, maar in het ge
val van Ineke Stinissen moet
een afgrijselijke, onheil bren
gende communicatiestoornis
zijn ontstaan tussen Gerard
Stinissen en de behandelend
arts. Het is ronduit afschuwe
lijk wat daar vijftien jaar lang
is gebeurd".
„Dat justitie bij voorbaat aan
kondigt een onderzoek in te
zullen stellen als mevrouw Sti
nissen overlijdt is te begrijpen.
Justitie, moet wel. Van eutha
nasie is nu eenmaal in zo'n ge
val geen sprake".
„We moeten trouwens voor
zichtig zijn me. de termen 'eu
thanasie' en 'levensbeëindi
gend handelen'. Als we niet
oppassen krijgen we een heil
loze spraakverwarring. Stop
pen met zinloos gebleken me
disch handelen moet men geen
'levensbeëindigend handelen'
noemen. Ik blijf hameren op
het onderscheid tussen termen
als 'stoppen met medisch zin
loos handelen', 'euthanasie' en
'levensbeëindigend hande
len'".
Hoe ver zitten we in gevallen
als die van comapatiënten al
van het actief doden
„Soms is die stap natuurlijk
klein, daar moeten we niet ge
heimzinnig over doen. Het
stoppen met een medisch zin
loze behandeling komt daar in
die zin dicht bij dat je weet dat
de uitkomst altijd de dood is.
Toch ben ik ervan overtuigd
dat het niet alleen om een
emotioneel verschil gaat. Het
niet langer blokkeren van het
stervensproces is als handeling
wezenlijk anders dan iemand
dood spuiten. Niemand zal mij
ervan kunnen overtuigen dat
die twee hetzelfde zijn'
„Het heil van de patiënt is het
hoogste gebod van de medi
sche ethiek, dat is de grond-
norm. Ook bij comapatiënten
moet de arts zich steeds afvra
gen of het heil van de patiënt
gediend is bij voortzetting van
de behandeling. Ik ben ervan
overtuigd dat het heil van Ine
ke Stinissen niet bepaald ge
diend was met het voortzetten,
vijftien jaar lang, van deze be
handeling".
„Ik kom nog even terug op de
grens tussen leven en dood.
Wanneer is nog sprake van
een mens en wanneer niet
meer? Er is geen definitie te
geven van 'menselijk leven.'
Er is sprake van 'menselijk le
ven' of niet, tussenvormen In
staan gewoon niet. Het Hikt
soms wel of het 'ik' al dood is
en alleen het lichaam er nog
is, maar dat is niet zo: de mens
is eenheid van ziel en lichaam
Als het lichaam nog leeft, leeft
die mens nog'
LEO ENTHOVEN