Haagse schaatstroïka gevolg van goed beleid
Professionalisering top
en service overige leden
uoetballerlei
Week
SPORT
QeidctaQowtwrd
ZATERDAG 13 JANUARI 1990 PAGINi
•c
Faeröer zorgt voor primeur
BERN De voorronden van de strijd om de Europese voetbalti-
tel van 1992, beleven hoogstwaarschijnlijk een primeur. Voor
het eersj in de geschiedenis van de UEFA bestaat de kans dat
het nationale team van de Faeröer zal deelnemen aan de kampi
oenschappen. Aan de voorronden, waarvoor op 2 februari in
Stockholm zal worden geloot, neemt van de leden van de UEFA
nu alleen Liechtenstein niet deel.
Het bestuur van de in 1979 opgerichte voetbalbond van de Fae
röer, een eilandengroep tussen IJsland en Groot-Brittannië,
werd in juli 1988 aangenomen als lid van de FIFA. In juli van
dit jaar werd aan de UEFA gevraagd lid te mogen worden. Dat
verzoek werd in eerste instantie gehonoreerd, bij de vergadering
op 1 februari zal het lidmaatschap officieel worden.
Daniel Passarella
Passarella in dienst van oude liefde
BUENOS AIRES Daniel Passarella, aanvoerder van het Ar
gentijnse voetbalelftal dat in 1978 wereldkampioen werd, treedt
als trainer in dienst bij zijn oude liefde River Plate. Met Argen
tinië versloeg Passarella (36) twaalf jaar geleden in de WK-fina-
le Nederland in de verlenging. Na het behalen van de titel
speelde hij voor Fiorentina en Inter Milaan. Bij River Plate in
Buenos Aires was hij jaren als speler actief. De vroegere verde
diger heeft in augustus zijn loopbaan beëindigd. Passarella is de
opvolger van Reinaldo Merlo, die voor de eer bedankte toen
eind vorig jaar een nieuw bestuur aan het bewind kwam.
Dublin City heeft gevoel voor humor
DUBLIN Dublin City, een Ierse voetbalclub zonder spelers
en zonder veld, wil zich aansluiten bij de Schotse voetbal league.
„Ik heb dat Ierse gevoel voor humor altijd zeer gewaardeerd",
was de reactie van de Leaguevoorzitter Jack Steedman toen hij
de aanvraag onder ogen kreeg. De kansen van Dublin City zijn
echter uiterst gering. „Zo groot als mijn kans tot Miss World te
worden gekozen", taxeerde Steedman.
Careca uit de roulatie
NAPELS De Brazilaan Careca, aanvaller van Napoli, is als
gevolg van een voetblessure een maand uit roulatie. Hij bles-
seerdè~zich tijdens de training, na een botsing met clubgenoot
Alemao. Careca is één van de belangrijkste spelers van het Bra
ziliaanse voetbalelftal, bij de strijd om het wereldkampioenschap
Verenigde Staten zonder doelman
LA JOLLA Zonder de vaste doelmannen en Volendam-aan-
valler Peter Vermès betrekt de Verenigde Staten in februari een
trainingskamp in La Jolla, ter voorbereiding cp de strijd om de
wereldtitel voetbal in Italië. Vermès wordt door Volendam
slechts vrijgegeven voor een oefenwedstrijd in en tegen Honga
rije, later in het seizoen. Bondscoach Bob Gansier mist in La Jol
la eerste doelman Tony Meola, die competitieverplichtingen
heeft bij de Engelse eerste-divisieclub Sheffield Wednesday.
Tweede keus David Vanole heeft zich zonder opgave van rede
nen afgemeld.
SCHAATSTRAINER JAN DE VRIES GELUKKIG MET BREDE BASIS
DELFT Is het gewoon
puur toeval of misschien
dan toch een gevolg van
zorgvuldige planning dat
momenteel zovele goede
schaatsers uit de Haagse
regio doorbreken? „Het
laatste", meent Jan de
Vries en hij is de man die
het weten kan. De 47-jari-
ge Delftenaar is al ruim
vijftien jaar actief als trai
ner van het KNSB-gewest
Zuid-Holland. „Er is een
goed beleid. Ik heb er ve
len zien komen, ook weer
zien gaan, maar de brede
basis blijft een garantie
voor een gezonde toe
komst", aldus De Vries,
die ook de nu zo succes
volle troïka Thomas Bos-
Ben van der Burg-Bart
Veldkamp de juiste rich
ting wees.
De Vries kan zich zijn eerste
schreden naar het toen nog
spiksplinternieuwe schaatscen-
trum De Uithof goed herinne
ren. Het was op 4 november
1973, uitgerekend de eerste au
tovrije zondag. „Ik heb een
oude damesfiets geleend en
ben daarop van Delft naar
Den Haag geploeterd. Ik heb
me gigantisch in het zweet ge
reden. De andere jongens
kwamen allemaal op de race
fiets, nou, dat heb ik nog lang
moeten horen". Bovendien
had De Vries, zo bleek ter
plekke, inderhaast twee lin-
ker-schaatsen ingepakt. „Maar
ja, ik wilde me toch niet laten
kennen hè. Ik moest en ik zou
met mijn rechtervoet in die
linkerschoen, 't Is me nog ge
lukt ook, maar met heel veel
pijn en moeite, hoor".
Kinderen
Een kleine tien jaar later was
Jan de Vries, intussen als ex-
Drent („Uit Ruinerwold kom
ik") in het westen aardig geac
climatiseerd, ooggetuige van
een belangrijke beslissing.
„Het gewest Zuid-Holland
vond dat er een vaste trainer
voor D-junioren moest komen.
Dat was nog nooit eerder ver
toond. Een experiment, wat
moet je daarmee, kijken hoe
het gaat. Prachtig werken, met
die kinderen. Een kwestie van
heel goed opletten, ze probeer
den achter je rug altijd de kan
tjes eraf te lopen. Jongens en
meisjes van pakweg veertien
jaar, een grote groep jeugd-
schaatsers die ook al conditie
training kreeg. Ik heb daar
twee seizoenen aan meege
werkt, samen met onder ande
ren Ben van Hagen, Gerrit
Moerman en Hans Veldkamp.
Die jeugd-opleiding, die heeft
veel goed werk gedaan".
Thomas Bos en ook Jolanda
Grimbergen, de beide num
mers twee van de afgelopen
afstandskampioenschappen,
waren er vanaf het eerste uur
bij. „Ze kwamen uit de hele
provincie naar Den Haag toe,
uit de Bollenstreek, uit Zoeter-
meer, met bussen uit Haas
trecht. Thomas Bos woonde
vlakbij de Uithof, dat was een
voordeel, hij stond wanneer
het maar effe kon op het ijs.
We hadden toen ook Aad
Grimbergen. Tjonge, dat was
een talent, zeg. Er stond eens
Jan de Vries: „Die jeugd-opleiding, die heeft veel goed werk ge
daan".
FOTO: RINUS SLIERENDRECHT
een selectiewedstrijd op het
programma, maar het sneeuw
de verschrikkelijk hard. Dus
afgelast, Aad bleef thuis in
Rijnsburg. Maar het klaarde
plotseling op, wij toch rtaar de
baan toe en dat wordt me daar
toch een mooi ijsje, joh. Ja, dat
was zijn pech. Hij heeft zich
daarna helemaal op het mara
thon-schaatsen toegelegd".
Ben van der Burg kwam pas
een jaar later in beeld. Dank
zij een leugentje om bestwil
overigens. De Vries, lachend:
„De moeder van Conrad Alle-
blas, buurvrouw van de fami
lie Van der Burg in Den
Hoorn, heeft daarin een aardi
ge rol gespeeld. Ze reed Con
rad en Ben altijd naar de Uit
hof. Maar Ben was twee jaar
ouder en hoorde eigenlijk in
een andere groep thuis. De één
wel, de ander niet, dat was
sneu. Dus daar werd maar met
al te moeilijk over gedaan, zie
zo, een streepje op het formu
lier en hij was van het ene op
het andere moment zo maar
twee jaar jonger. En ach, wat
gaf het nou, Ben kon toch voor
geen meter schaatsen, dus lie
ten we 'm maar lekker meer-
ommelen".
Maar de revelatie van dit sei
zoen bleek alras een vlotte
leerling te zijn en tenslotte
liep-ie tegen de lamp. „Hij be
gon alle wedstrijden bij de pu
pillen te winnen en op een ge
geven moment had men het
door en moest er een aantal
medailles worden ingeleverd",
aldus De Vries die jaren later
Van der Burg op zijn mogelijk
heden wees. „Hij kwam eens
naar me toe en vroeg: „Jan, als
ik hard train, hoe ver kan ik
dan komen?". Ik: „Naar het
WK junioren". Hij weer: „Is
dat zo? Goed, dat is dan afge
sproken", en Ben wist zijn
doel. Ik vertelde hem nog dat
hij niet van zijn slechte pun
ten, maar juist van de goede
moest uitgaan en zo is het ge
komen. Als Ben iets zegt, dan
doet-ie het ook. Hij gaf zich
zelf ook altijd cijfers. Was-ie
tevreden, dan werd het een
acht, had-ie verzaakt, werd
het een vier".
Stóm
De eerste teleurstelling in Van
der Burgs nog kortstondige
schaatscarrière volgde echter
al spoedig. „De 500 meter is
niet zijn beste afstand. Maar
laat-ie nou bij de Residentie
Cup een prima sprint rijden.
En dat was nou net verkeerd.
Raar dat ik dat zeg, hè? Maar
let op, want hij dacht daarna
de 1500 meter ook wel even te
kunnen doen. En op z'n sterk
ste afstand ging het prompt
mis. Hij reed in zijn enthou
siasme de bochten niet goed.
„Stom, helemaal vergeten",
zei-ie na afloop. Een landen-
wedstrijd in Zweden ging
daardoor aan z'n neus voorbij.
Maar tijdens het banentoer-
nooi in Innsbruck nam Ben
revanche. Als niet-lid van
Jong Oranje plaatste hij zich
later bij het NK junioren B in
Heerenveen alsnog voor het
WK junioren. Ben werd twee
de, achter Jac Orie".
De tijd is dan rijp geworden
voor een nieuwe anekdote. De
Vries, als rechtgeaard noor
derling aanvankelijk de stug
heid zelve, is dan al lang ont
dooid en heeft zich parmantig
op z'n praatstoel genesteld.
Soms vullen echtgenote Geesje
en zoon' Erik hem aan. „We
trainden toen veel in het Wil-
helminapark in Rijswijk. Daar
was een hele steile helling,
mocht officieel wel niet, maar
ja, niemand hield ons tegen.
Soms moesten we wel oppas
sen voor wandelaars met hun
hondjes, dan dook er nog wel
eens iemand voorover met z'n
kop naast het pad de modder
in. Of we gingen rolschaatsen,
maar dat waren nog niet die
mooie skeelers van nu. Je
werkte je kapot, maar kwam
geen meter vooruit. Maar het
leverde wel een goede conditie
op".
Techniek
Intussen was ook Bart Veld
kamp ten tonele verschenen.
„Hij was aanvankelijk meer
wielrenner. Lopen kan-ie ook
wel goed, maar nee, daar had
Bart een gruwelijke hekel aan.
Lopen en fietsen gaan ook niet
goed samen, daar krijg je al
leen maar spierpijn van, hè".
Bart Veldkamp („Zijn vader
was ook een heel beste wiel
renner, is nog in Frankrijk ge
weest") bleek al snel de meeste
feeling voor techniek te heb
ben. „Als je Bart ziet schaat
sen, dat is pas echt genieten,
de souplesse straalt er vanaf.
Daar kan Ben niet aan tippen,
al is hij de laatste tijd duidelijk
vooruitgegaan. Hij moet het
mee'r van zijn ongelooflijke
trainingsijver hebben. En Tho
mas, die heeft veel voordeel
van z'n lange benen. Alle drie
hebben ze' dus wel iets wat
voor hen pleit".
Nadat het „Haagse" supertrio
via de Jong Oranje-school van
Leen Pfrommer nu in de
kernploeg van Ab Krook is
beland, heeft Jan de Vries een
andere, zo'n kleine veertig
man sterke gewestelijke selec
tie onder zijn hoede. „Het dui
delijke beleid van het gewest
Zuid-Holland staat immer ga
rant voor een gezonde toe
komst. Er zullen altijd talenten
afvallen, maar er komen ook
altijd weer nieuwe gezichten
bij. Juist die brede basis biedt
de mogelijkheid tot ontplooi
ing. Bij de jeugd is Zuid-Hol
land altijd toonaangevend. In
Noord-Holland/Utrecht is niet
eens een speciale jeugdtrai-
ning. Wij hebben nu een dub
bele herenselectie, ik train de
ene groep, Hans Veldkamp de
andere. Bij de meisjes, bij An-
dré Kraaijeveld is het nu wat
minder, maar dat is maar tij
delijk, die komen ook heus
wel weer, maak je daar maar
geen zorgen over".
DICK KIERS
VOORZITTER RUURD DE BOER VAN TENNISBOND WIL:
HILVERSUM Het op
stappen van twee mede
bestuursleden vórmde on
langs de eerste dissonant
tijdens het regime van
Ruurd de Boer als voorzit
ter van de Nederlandse
tennisbond (KNLTB). De
52-jarige ex-marineman,
wonend in Wassenaar,
staat inmiddels iets meer
dan een jaar aan 't roer
van de op één na grootste
sportbond van het land.
De Boer gaat daarbii
voortvarend te werk. Té
voortvarend, vonden ten
minste twee collega's. Re
den waarom vice-voorzit-
ter Mook-Grtlnberg en
penningmeester Hassert
er vorige maand de brui
aan gaven. „Ik verwiit het
ze niet, want het blijft na
tuurlijk liefdewerk-oud
papier".
„Ik wil altijd sneller", bekent
De Boer in een zolder-/verga
derkamer van het te kleine
bondsbureau in Hilversum.
„Het is natuurlijk leuk als je
allerlei zaken op papier hebt
staan, maar dan ben je er nog
niet. Je moet niet te lang tegen
bepaalde zaken aanhikken en
zo snel mogelijk tot resultaat
komen. We hebben vorig jaar
een marktonderzoek laten
verrichten. Dat is trouwens
een beleidsinstrument, dat vol
gens mij door elke sportbond
zou moeten worden gehan
teerd. Op de uitkomsten van
zo'n onderzoek moet je snel in
spelen. Ook om voor de. leden
zichtbaar te maken dat ie er
ook inderdaad mee oezig
bent".
Bovenstaande uitspraken mar
keren de werklust van de
voormalige kapitein ter zee
(vergelijkbaar met een kolo
nelsrang in het leger), die ooit
als „groundsman' tussen de
tennisbestuurders verzeild
raakte. Ruurd de Boer, ge
trouwd, vader van twee doch
ters en momenteel lid van zo
wel het Haagse Thor-RW als
van het Wassenaarse Kieviten,
oegon zijn sportieve loopbaan
n 1949 bij het Helderse Ani-.
no. „Later stapte ik over naar
HTC, de Helderse Tennis
Ruurd de Boer, vijf dagen per week in touw voor de tennisbond.
Club. Ik speelde op laag B-ni
veau en had nogal wat com
mentaar op de toestand van de
baan. Voor je het weet, ben je
dan commissaris-materiaal in
het bestuur. In 1978 ben ik de
„groundsman-cursus" gaan
volgen en vervolgens raakte
ik ook nauw betrokken bij de
aanleg van een nieuw park en
clubhuis. Daarbij moet je reke
ning gaan houden met de lig
ging ten opzichte van de zon
en, zeker in Den Helder, de
windrichting. Dat zijn zaken,
die nogal eens over het hoofd
worden gezien, maar ik let er
nog steeds op. Zo zijn er veel
parken waar uit zuinigheid al
leen maar hekken zijn ge
plaatst tussen de banen. En
bijvoorbeeld geen heg. Als je
daar een tijdje naar een wed
strijd zit te kijken, heb je op
den duur bij wijze van spreken
het gaas in je netvlies staan".
Grote bek
Na „automatisch" te zijn be
land in het bestuur van het
district Noord-Holland, was
Ruurd de Boer in het begin
van de jaren tachtig „ineens"
voorzitter van dat gezelschap.
„Men vond kennelijk dat ik
zo'n grote bek had dat men
dacht: laat het dan maar eens
zien. Je zegt een keer wat en
je raakt erbij betrokken. Dat
vind ik trouwens best gezond
hoor". Zijn transfer naar de
marinestaf in Den Haag bracht
het vertrek uit Den Helder
met zich mee, waardoor De
Boer tevens het voorzitter
schap in Noord-Holland moest
opgeven. Maar in Den Haag
ging hij vrolijk verder. Hij ad
viseerde bij de opzet van de
jeugdtraining en dat mondde
weer uit in het voorzitterschap
van de nationale commissie
geselecteerd jeugdtennis. „Dat
heb ik vier jaar gedaan en
toen werd ik gevraagd om
bondsvoorzitter Hehenkamp
op te volgen. Het klinkt mis
schien ouderwets, maar ik
vond dat wel een uitdaging".
Sindsdien combineert De Boer
zijn onbezoldigde bestuurs
functie met het adviseurschap
van een Haags ingenieursbu
reau, dat oorlogsschepen „voor
andere landen" ontwerpt.
„Daarvoor werk ik twee da
gen per week, en voor de ten
nisbond vijf. In mijn laatste
functie bij defensie hield ik
me op het ministerie bezig met
alles wat een schip tot oorlogs
schip maakt. Maar daarvóór
zat ik natuurlijk heel vaak op
zee. Ik was 22 jaar en net offi
cier, toen ik bij Nieuw-Guinea
baas was van een klein bootje
met vijf man aan boord. Totaal
geen comfort en ik was ver
antwoordelijk voor ieders vei
ligheid. Dan word je snel vol
wassen, hoor", verzekert de
zeemanszoon, die in 1937 in
Surabaya werd geboren. Tus
sen '42 en '45 zat hij in „het
kamp", een ingrijpende erva
ring waaraan hij nog wel eens
wordt herinnerd door oude op
names van Wim Kan. „Of die
periode verder op mij van in
vloed is geweest, weet ik ei
genlijk niet. Ik doe niet zo aan
zielkijken".
Service
De Boer richt de blik liever
vooruit en ziet dan het liefst
zoveel mogelijk tennissende
landgenoten in de internatio
nale top-100 staan. De voor
naamste veranderingen in de Franker
laatste tien jaar van deze eeuw
zitten volgens De Boer wat het
tennis betreft in „een verdere
professionalisering voor de top
en meer service-verlening
voor als onze leden". Dat laat
ste blijkt vooral uit de onlangs
„Het plan betekent een aanzet.
We hebben opdrachten meege
kregen, vooral ten aanzien van
de financiële invulling. Dat
wordt een hele puzzel. Naast
sponsoring zullen we ook in de
toekomst meer geld moeten
vragen van de leden. Daar ben
ik van overtuigd. En dus
moeten we voor hen ook zicht
baar maken wat er met dat
geld gebeurt. Bij de bond
moeten we ons bij alles wat we
doen realiseren dat we er zit
ten voor onze klanten, dus
voor de leden en de clubs. We
zitten er niet voor onze eigen
eer en glorie, maar de vereni
gingen moeten zich happy
voelen. En de topspelers na
tuurlijk ook".
Wat dat laatste betreft was
met het aantrekken van Stan
ley Franker als technisch-di-
recteur al een stap in de goede
richting gezet, voordat De
Boer zijn opwachtig maakte.
een weerslag van wat de vere
nigingen vinden", aldus de
Boer over het plan, dat op de
algemene ledenvergadering
van 9 december jongstleden
(evenals een contributie-ver
hoging) werd geaccepteerd.
langs weer voor drie jaar heeft
bijgetekend", aldus de voorzit
ter, die te maken had met
flink wat, buitenlandse, kapers
op de kust. „Met het topsport-
beleid gaan we op dezelfde
voet verder en we proberen
het zelfs nog uit te breiden".
In het jongste beleidsplan staat
„aanpak topsport" echter pas
als tiende genoteerd op de lijst
van „doelen" voor de toe
komst. De Boer: „Daar is in de
algemene vergadering ook een
opmerking over gemaakt.
Maar het huidige topsportbe-
leid laten we natuurlijk zeker
niet vallen. Dat staat op een
hoge plaats, maar vraagt niet
direct om éxtra aandacht. De
communicatie met de clubs
wel. Het was trouwens voor
mij geen echte verrassing dat
kritiek daarop uit het markt
onderzoek naar voren kwam.
Het was te verwachten, maar
het is goed om te horen".
VVD
De Boer, die ook een blauwe
maandag als VVD'er deel
heeft uitgemaakt van de ge
meenteraad van Den Helder,
is er trouwens van overtuigd
dat de overheid het belang
van de sport schromelijk on
derschat. „Het staat voor mij
als een paal boven water dat
de regering er te weinig geld
voor over heeft. Lubbers
noemde het onlangs „welwil
lend negeren". Zo'n opmer
king vind ik echt onder de
maat. Een tijdje geleden was
er een lunch met de nieuwe
FOTO: CEES VERKERK
minister van WVC (Hedy
d'Ancona, PvdA; red.). Het is
in elk geval lovenswaardig dat
zij de sport zelf in haar pakket
heeft en niet bij een staatsse
cretaris heeft ondergebracht.
We moeten er gezamenlijk
voor ijveren dat sport gezien
gaat worden als een cultuur
uiting. Want dat is het toch?"
Over de internationale politie
ke ontwikkelingen is de ex-
mijhtair wat minder openhar
tig. „Door de ontwikkelingen
in het Oostblok is de druk nu
wat van de ketel af. Ik ben er
nu alweer zo'n anderhalf jaar
uit, maar mijn militaire visie is
dat na de euforie toch mond
jesmaat met de ontspanning te
werk moet worden gegaan.
Sportief gezien wordt het wel
een stuk interessanter. Oost-
Duitsland zal meer evenemen
ten gaan organiseren en zich
ook razendsnel gaan toeleggen
op tennis, wat steeds werd ge
zien als dé uiting van kapita
lisme. Ook in een land als
Tsjechoslowakije tenniste
maar anderhalve man en een
paardekop. Maar dat zal onge
twijfeld anders worden. Ik heb
er geen behoefte aan een rol te
spelen, maar ook op het vlak
van het aanleggen van tennis
parken zullen zich in het Oost
blok interessante ontwikkelin
gen gaan voordoen".
ROB LANGEVELD
1
door Frank Werkman C
wf~
dof~
m l
Het Jaar mag dan net zijn
begonnen, de Weken zijn iT
voorbij. Dit weekeinde
er weer beroepshalve teg^
een bal geschopt. De
komkommertijd van oliebi
en appelflappen is daardw
over, het is weer tijd om
serieus te doen.
Ook de afgelopen periode
stond weer bol van de kei
en nieuwjaarsevenementei
werd allerwegen binnenst-
gebald, waarbij Haarlem oM
de kroon spande. DitmaalWj
waren het de lange mann
die krantepagina en
televisiescherm domineer<j
En terecht. Want ook de
Haarlemse Baske tbal weekjjC
bleek een kassucces. Wat i(j d<
Noordhollandse Lj
provinciehoofdstad ooit be
met honkbal werd in hetïa^
voorbije decennium voorfokt
met de varianten hand-, teil
volley- en basketbal. En c^te
nu in, over of door een
werd geschoten, het maaAL
Haarlem allemaal niets uir
toeschouwers kwamen mèaT
drommen. Prc
Hoe komt het toch dat di{ht<
soort meerdaagse j-n
evenementen in Haarlem l§
in zo'n grote populariteit j
kunnen verheugen? Is del
bisdomsstad zo
topsportminded? Wellicht.jn
Maar er is meer. De Wek(it
onder de rook van de St. 4de
voorzien kennelijk in een
behoefte. Want waar de j1(
gelijknamige voetbalclub f
uiterst moeizaam op het pep
hoogste niveau handhaaft[on
naar veler verwachting afa
het eind van dit seizoen Jix_,
eredivisie-veld zal moeterL^
ruimen, bezit de stad HaaL
nauwelijks topsport.
De al dertig jaar bestaan4t c
honkbalweek werd ooit jge|
geïntroduceerd onder ve
inspiratie van een sterke .pr:
plaatselijke club. Maar haLnt
volley- en basketballers v
niveau zijn er (tegen woor
niet in Haarlem. Als ze
één keer in toernooivornM^
gedurende een aantal dagj
actie zijn te zien, loopt d<M-
uit.
Niet voor FC of - zoals til
heet - SBV Haarlem. TotkjQ
spijt en ergernis van
bijvoorbeeld Barry Hughècr\
man die zich transformed™
van entertrainer tot ek
ondernemer. Maar ook hijnc
het terrein aan de Jan
Gijzenvaart niet doen i
vollopen. Hij trekt zich
tweewekelijks een haar uj231
toch al schaars begroeide 'or
hoofd bij het zien van de\ch
tribunes. Die op trainer i^l
Eykenbroek zelfs zo'n
deprimerende uitwerking
hadden dat deze zich elkeI
na een kortstondige rentï
weer hyperventilerend iri
ziektewet stortte.
Ik kan me wel een beetj&M.
voorstellen waarom het d
voetballers van Haarlem i
weinig voorspoedig vergas
Beroepsvoetballers, hoe f J
marginaal ze die professit
uitoefenen, hebben inspin
nodig. Het is een standaai -
gegeven dat een sportmai J
dat ene metertje meer, da;
beslissen over winnen of
verliezen, desnoods op zin
tandvlees wil afleggen all A
marteltocht wordt begelebei
door ondersteunend gejuiky,
de coulissen. Sfeerloos zwje
is dodelijk, zoals - dacht4
Joris van den Bergh al
aanduidde toen hij ooit c"
gewaagde van het
supporterslegioen als de
twaalfde man. Haarlem rij*
regelmatig het gevoel heeei
met slechts tien man in IP01
veld te staan. 2a'
Er rest Barry Hughes sief
één mogelijkheid om zicne
degradatiespook van het i
houden: ook bij de voetbi n
in Haarlem moet de Weè^
formule worden toegepa$n-
Spelen heet toch beter feli€
dan trainen, dus hoe mefl®
wedstrijden achter elkaafie
beter. Het publiek in de P-
Spaarnestad komt dan aa
misschien ook voor voeftf0(
de banken. !nt
Wat zegt u? Praktische ers
problemen? Scheve Va|
competitieverhoudingen ?'nl
allemaal best mee. Ve;
Burgemeesters heten Ha£lc
dank zij z'n keurige achtL
altijd overal van harte W
welkom. Doordeweekse
wedstrijden zijn dus gee^
probleem. Een toernee v£r
twee weken door BrabaM
Limburg betekent al mef
alle duels in het zuiden ra
het land. De rest kan oofa
meerdaagse trip worden
afgewerkt. i r3
De zeventien thuiswedstfa
dienen samengebald in aJrw
partjes, die dan de Haarh v
Voetbidweek worden
genoemd. Publiek, recettoa]
dus succes verzekerd.
\.2S,