Historisch
beeld van
Pim Muiier
verre van
volledig
voetballerlei
PORTPIONIER MANOEUVREERDE TUSSEN IDEAAL EN WERKELIJKHEID
Tenue
QeidóaQowiant
ZATERDAG 9 DECEMBER 1989 PAGINA 19
'""jlfram Wuttke in de ban
Jerlan
ireetf&ERLA UTERN FC Kaiserslautern heeft
?r\viis{ram Wuttke in de ban gedaan. De 27-jarige
ienvelder mag wel nog trainen bij de club,
J heel wordt niet meer opgesteld in het eerste
1. De viervoudige international kwam dit
deelden alleen in het nieuws door zijn escapades
wijs >n de lijnen. Enige tijd geleden werd hij
>omie\ je clubleiding berispt voor enkele nachte
uitspattingen.
Wolfram Wuttke.
Dragan Stojkovic naar Marseille
MARSEILLE De Joegoslavische international Dragan Stojko
vic tekende woensdagavond na afloop van de UEFA-Cupwed-
strijd FC Köln-Rode Ster Belgrado een contract van twee jaar,
met een optie voor nog een seizoen, voor Olympique Marseille.
Met de transfer van de 24-jarige Stojkovic is een bedrag van
ruim zestien miljoen gulden gemoeid.
Wembley wellicht heilige grond af
LONDEN De kans is groot dat de heilige grond van Wembley
voor de komende voetbalgeneratie slechts een „tempel" wordt
die ze alleen uit de geschiedenisboeken kennen. Het Londense
stadion is eigendom van een stichting die naast de gebruikelijke
huursom 25 procent van de recette eist. Dat loopt aardig in de
papieren, vandaar dat de Engelse bond nu plannen ontwerpt
voor de bouw van een eigen stadion. Het stadsbestuur van Bir
mingham heeft al ingespeeld op die gedachte en gratis grond
aangeboden.
Dynamo Berlin bevoordeeld
OOST-BERLIJN Dynamo Berlin wordt wellicht het slachtof
fer van de hervormingen in de DDR. Secretaris Spitzner van de
Oostduitse voetbalbond heeft gezegd dat de meervoudige natio
nale kampioen is bevoordeeld door de arbiters op bevel van
Mielke, de afgezette baas van de Stasi, de staatsveiligheidsdienst.
Dynamo is de club van de Stasi en wordt door de Berlijners de
schandaalclub genoemd.
Kendall trainer Manchester City
MANCHESTER Het bestuur van Manchester City heeft Ho
ward Kendall aangesteld als trainer. De nieuwe technische lei
der tekende bij de hekkesluiter van de eerste divisie een con
tract voor drie jaar. Eind vorige maand werd Mei Machin bij
Manchester City ontslagen vanwege zijn slechte relatie met de
supporters van de club, waarmee hij vorig seizoen naar de hoog
ste afdeling was gepromoveerd. Kendall werd vorige maand bij
de Spaanse club Atletico Bilbao op straat gezet.
HAAG Pim Mu-
(1865-1954) ging de
hiedenis in als grond-
£r van de (sinds giste-
honderd jaar oude
rt 21|nklijke Nederlandse
n Hojbalbond en initiatief-
,«9«er tot zowat alle
ten in Nederland. Dat
irisch beeld is aller-
}t onjuist, maar er ont-
(kt nog wel het een en
jr aan. Zo zullen maar
ligen beseffen dat die-
Ie Muiier ervoor pleit-
e later zo omstreden
je-ordonnantie in Ne-
jnds Indië te handha-
In zijn „Over de on-
rerping /en ontwikke-
van Sumatra in ver-
I met enige vraag-
ken van den dag" uit
liet Muiier wat dat
?ft weinig onduide-
eid bestaan. Dat het
ar »n voor de zijde van
i ha|oloniale planters niet
S,eneest humane positie
kende, heeft Jan Bre-
y5te in „Koelies, planters
ve oloniale politiek" wel
Vell%lijk gemaakt.
haa!
betook de inspanningen van
iterrjr - eens hoofdredacteur
larvie Deli-courant - op spor-
:ie ebied hebben te lijden ge
nder het gebrek aan wer-
interesse. Muiier was -
ad - nauw betrokken
oprichting van de
B in 1889, een gewaar-
- I bestuurslid van talloze
ionden en zelf een uiter-
fanatiek sporter. Maar
Igegeven dat hij daarbij
ïr keek dan alleen de
en heldere idealen voor
had, heeft de tand des
»iet overleefd.
het toch merkwaardig
d met de figuur Muiier.
is zijn leven kreeg hij
scheiding na onderschei
en noemden velen hem
zend „Pa Pimmy". Maar
hij zijn laatste rustplaats
revonden op de Haagse
afplaats aan de Kerkhof-
was het ook onmiddellijk
iet oog uit het hart". Zo
en atletiekvereniging in
em (de stad waar Muiier
maakte) in de viering
ijn honderdste geboorte-
en goede reden om Mu
il nationaal niveau eer te
_ien. Het comité ontwierp
iraai programma, maar
op het laatste moment
van de plannen, simpel-
imdat niemand voldoen-
|d ter beschikking wilde
^-ïtatie
Witmarsum geboren
zelf zou zijn huidige
e reputatie nog het
aan het hart zijn gegaan.
jWillem Johan Herman
T - door zijn vader alleen
genoemd wanneer hij
awaad had uitgehaald,
was het altijd „Pim" -
iet alleen een man vol
f, maar ook ijdel tot en
'oen het Algemeen Han-
id eens zijn gen'ealogi-
m^iaspeuringen onder de
cht wilde brengen, stond
- stukje te lezen dat Mu-
Weliswaar een koppige,
\Jt toch vooral bescheiden
-p-tnoest worden genoemd,
jn z'n familiaire navor-
weinig aandacht wilde
ten. Met die nederigheid
et echter alleszins mee.
rigineel van dat krante-
)t valt in het Algemeen
rchief nog terug te vin-
n het blijkt geschreven
Muiier zelf.
dertigers
■.jak
pet was in geen geval
ijdelheid, die Muiier tot
ïbitieuze plannen in de
•ereld aanzette. De man
1879 de eerste voetbal-
nenh Nederland (HFC) van
•nd hielp, wilde met z'n
1 dCPingen tal van idealen
Een lijken. Wat dat be-
'alt er een treffende ge-
p met de idealen van de
gers te ontdekken. Waar
j_ traditionele klimaat in
land probeerden te door-
i dank zij tal van literai-
jesterwerken, probeerde
d en de heersende bedaard-
onver te halen, met be-
'an de sport.
is de wraak van ons
WIJ •inaars, tegen uw middel-
leid en uw domme
beschreef Lodewijk
Dleyssel zijn afkeer over
ratuur van de voorgaan-
leratie. Muiier uitte zich,
e opkomst van de sport
1. in soortgelijke bewoor-
J- Hij trok ten strijde te-
^^en microbe die bij ons te
lande voorgoed zijn tenten
schijnt te hebben opgeslagen,
namelijk de deftigheid. Ik ken
geen deftiger mensen dan Ne
derlanders. Zij zijn deftiger,
intrinsiek deftiger, dan Oos
tenrijkers en Engelsen, en me
nig oankdirecteur of notaris
vindt dat het hem niet aangaat
„als een gek achter die ballen
aan te hollen", beschreef hij in
„Eigen Haard" een ontwikke
ling die vergelijkbaar was met
zoveel andere landen.
De overeenkomst tussen Mu
iier en Tachtigers was overi-
gens niet alleen van theoreti
sche aard. Muiier ontmoette in
de Haarlemse Koekamp, één
van de eerste terreinen in Ne
derland waarop jongens tegen
een bal trapten, bekende
schrijvers als Frederik van
Eeden, Herman Gorter en Ro
land Holst. Hij rekende deze
Tachtigers tot z'n „intieme
Haarlemsche vrienden" en
wisselde ideeën met hen uit.
Wel moet daarbij worden aan
getekend dat de eerste schre
den die Muiier zette op het ge
bied van sport slechts voor
weinigen waren weggelegd.
De HFC'ers die Muiier om
zich heen wist te verzamelen,
behoorden tot de gegoede
stand in Haarlem. Dat blijkt
ook wel uit de voorname posi
ties die de mede-oprichters
van die voetbalclub in Haar
lem later bereikten. Ze wer
den griffier, directeur, notaris,
makelaar in effecten en medi-
Een groot deel van de Haar
lemse bevolking had simpel
weg geen tijd en geld om zich
met het ontluikende sportle
ven bezig te houden. Op het
moment dat mr. Tjepke Mu
iier, de vader van Pim, in 1867
voor 22.000 gulden met zijn fa
milie z'n intrek nam, in een
Pim Muiier op 20-jarige leef
tijd: „Ik ken geen deftiger
mensen dan Nederlanders".
FOTO: ARCHIEF HFC
statig pand aan de Haarlemse
Nieuwe Gracht, leefde de helft
van zijn 30.000 medeburgers
min of meer van de bedeling,
terwijl arbeid (een weekloon
van tien gulden was al heel
wat) slecht werd betaald.
Maar de familie Muiier had
voldoende geld, zodat Pim sa
men met andere leerlingen
van het gymnasium in Haar
lem, zich op de sport kon toe
leggen. Muiier, wiens „han
delsmerk" was dat hij al op
jeugdige leeftijd kaal was ge
worden, ontleende zijn ideeën
om het heersende ideaal van
bedaardheid te doorbreken
voornamelijk aan Engeland;
het land waar vele aspecten
van moderne sportbeoefening
voor het eerst verschenen. In
het voorwoord van een boekje
over cricket, dat Muiier in
1897 schreef, vertelde hij dat
het werkje voornamelijk was
gebaseerd op Engelse litera
tuur. Ook de vele tekeningen
die Muiier op papier zette, lie
ten een Engelse stijl zien. Hij
baseerde ze op schetsen in het
blad „Punch". Bovendien
bracht Muiier op het St. Leo
nards College in Engeland een
Toen hij nog in leven was, vroeg men Muiier regelmatig ter representatie. Zoals hier, om de aftrap
te nemen bij een jubileumwedstrijd. Maar later was het „uit het oog uit het hart".
FOTO: ARCHIEF HFC
Muiier hield aan zijn actieve sportleven een ruime hoeveelheid
medailles over. Onder meer drie elfstedentochtkruizen en een
medaille ter herinnering aan de eerste cross country loop in
1878. Ze worden bewaard in het gemeente-archief van Haarlem.
FOTO: ARCHIEF HFC
deel van zijn studietijd (1883)
door. De sportpionier deed in
Engeland daarom veel ideeën
op. Hij speelde er rugby, zag
voetbal, hockey, lawn tennis
en gebruikte deze ervaringen
om de Haarlemse jeugd en
thousiast, te maken voor deze
sporten.
Sportbeoefening betekende
voor Muiier, die in 1923
trouwde met zijn achternicht
Louise Haitsma Muiier en z'n
naam bij voorkeur als „Mui-
jee" liet uitspreken, niettemin
meer dan alleen een remedie
tegen het bestaande bedaard
heids-ideaal. Het vormde niet
louter een reactie en het zich
afzetten tegen iets, nee, actief
sporten en de organisatie daar
van diende ook als beweging
met een duidelijk doel. Voor
Muiier kon sport een belang
rijke bijdrage leveren aan de
opvoeding. In een artikel over
een in 1892 gehouden sport-
tentoonstelling te Schevenin-
gen omschreef Muiier de gees
telijke en lichamelijke vor
ming die door sport kon wor
den bereikt tot in de details.
Volgens de auteur leerde de
jeugd in sportwedstrijden het
behouden van de nodige kalm
te om vlug en goed te hande
len temidden van een veelheid
aan mogelijkheden, wat ook in
het dagelijks leven van pas
komt. Bovendien doet sport
veel goed aan het moreel van
de jeugd, die anders toch maar
de dagen zou slijten met roken
of het nuttigen van drank, zo
meende Muiier. Maar ook het
leger kon profiteren van de
opvoedende waarde die sport
in zich had. Na een opsom
ming van de kwaliteiten die
door voetbal worden ontwik
keld, stelde Muiier: „Wij zijn
een handelend en landbou
wend volk, wij moeten de bo
vengenoemde eigenschappen
aankweeken, willen wij ons
blijven handhaven in den
wedloop met andere volken.
De Nederlandsche voetbal
bond levert aan het leger tal
van lichamelijke gezonde,
weerstand bezittende, energie
ke jongelingen". Wat dat be
treft pasten de idealen van
Muiier volledig bij het heer
sende nationalisme van rond
de eeuwwisseling. Voor Muiier
was het vanzelfsprekend dat
hij zijn ideeën over sport in
dienst stelde van het eigen
land, het nationalisme. Dat
bleef overigens niet bij slechts
een theoretisch pleidooi, zoals
we nog zullen zien.
Iedereen
Slechts weinigen konden zich
aan het einde van de 19e eeuw
met sport inlaten. Pas in 1874
werd loonarbeid voor kinde
ren beneden de twaalf jaar
verboden. En het was in 1889
een hele stap vooruit dat voor
vrouwen en kinderen van
twaalf tot zestien jaar de ar
beidsduur werd beperkt tot elf
uur per dag. Pas in 1919 kwam
de acht-urige werkdag tot
stand. Het was daarom niet
verwonderlijk dat eerst na
1900 mensen uit lagere sociale
klassen zelf sportverenigingen
oprichtten en pas toen de eli
taire sporters uit de 19e eeuw
zich ernstig zorgen gingen ma
ken over de sterk groeiende
deelname van arbeiders. Pim
Muiier zag die uitbreiding van
de sport tot nationaal ver
schijnsel, beoefend door alle
sociale klassen, tevreden aan.
En die opvatting was zeker
niet vanzelfsprekend. Vanaf
het moment dat arbeiders zich
in toenemende mate gingen
interesseren voor sport werd
er tegen volksdeelname gea
geerd. Zo waren de elitaire
voetballers van weleer be
vreesd voor spelverruwing die
zou ontstaan, hetgeen er onder
meer toe leidde dat aparte
volksvoetbalbonden tot stand
kwamen. Muiier koos in deze
felle strijd aan het begin van
deze eeuw geen partij. Als hij
al een voorkeur had, dan was
dat voor een man van goede
komaf een opmerkelijke posi
tie. Muiier merkte over het
voetbal in een interview (1935)
op: „Als ideaal heb ik mij
steeds gesteld, dat zij een spel
voor ons volk zou worden".
Cosmopolitisme
Pim Muiier was er de man
niet naar om vanaf de kant te
blijven toekijken of de idealen
die hij zich had gesteld, van
zelf tot stand zouden komen.
Om de werkelijkheid enigszins
te laten overeenstemmen met
zijn ideeën, spande hij zich
vanaf 1879 (oprichting HFC)
ook daadwerkelijk in. Hij ver
vulde een belangrijke rol in de
ontwikkeling die kan worden
aangeduid met de term „cos
mopolitisme". Het betekende
dat lokale verscheidenheid op
het gebied van sport langza
merhand plaats ging maken
voor nationale uniformiteit
wat betreft organisatie en re
glementering. De bijdrage van
Muiier aan deze organisatie
vorming kan op z'n minst be
langrijk worden genoemd. Met
name voetbal, atletiek, schaat
sen, hockey, cricket, kaatsen
en tennis heeft hij in deze ont
wikkeling gestimuleerd. In
1889 richtte Muiier de Neder
landsche Atletiek- en Voetbal
bond (NAVB) op, terwijl hij la
ter de andere sporten terzijde
stond. Ook was hij in 1908 se
cretaris van de Nederlandsche
Bond voor Lichamelijke Op
voeding, die (tevergeefs) was
bedoeld als een overkoepelen
de federatie voor de sportbon-
"den. In het oprichtingsjaar van
de NAVB droeg hij ook door
het stichten van „Het Sport
blad" bij tot de verspreiding
van de sport.
NAVB
Het was ook in zijn functie als
redacteur van dit sportblad dat
Muiier, die met de pen razend
vaardig was en twintig jaar
lang onder het pseudoniem
Pim Pernel ludieke bijdragen
leverde aan „Het Vaderland",
de aanzet gaf tot de NAVB. In
die bond waren oorspronkelijk
atletiek en voetbal verenigd,
vooral omdat Muiier meende
dat atletiek de ideale basis was
voor voetbal. Zoals die opvat
ting ook nu nog een punt van
discussie zou zijn - hoeveel
voetballers roepen bij het lo
pen van een verplicht rondje
niet uit „Hé, we zitten niet op
een atletiekclub"? - vormde de
combinatie van meet af aan
een weinig gelukkige samen-
De drie sportboeken die Muiier tussen 1892 en 1897 schreef.
Prijs per deeltje 2,50, keurig gebonden en uitgegeven bij De
Erven Loosjes te Haarlem.
FOTO: ARCHIEF HFC
voeging. De atletiek moest er
in 1895 dus aan geloven en
werd uit de NAVB verbannen,
vooral omdat diverse atletiek
wedstrijden een fors nadelig
saldo voor de bondskas had
den opgeleverd.
Muiier wist zich te laten strik
ken als eerste voorzitter van
de NAVB (1889-1892) en ver
vulde die functie ook in 1897.
In dat laatste geval werd hij
binnengehaald zoals Joop van
der Reijden onlangs bij Feye-
noord; als een „nood-bestuur
der" bij uitstek. Op dat mo
ment was in het bondsbestuur
grote onenigheid ontstaan over
de toepassing van de regle
menten en dat leidde tot het
ontslag van vijf bestuursleden,
onder wie de voorzitter. Mu
iier wist als interim-voorzitter
de zaken weer op het juiste
spoor te krijgen, zoals hij dat
in 1919 nog eens voor elkaar
kreeg. Het „cosmopolitisme"
bleek ook uit functies op ander
gebied die Muiier vervulde.
Hij was voorzitter van de Cric
ketbond (1891-1892), de nieu
we Atletiekbond (1892) en van
de internationale schaatsenrij
dersunie (IEV) van 1892-1895.
Boekjes
Muiier droeg er door het
schrijven van „Wintersport",
„Athletiek en voetbal" en
„Cricket" toe bij dat deze
sporten bekend raakten. De
boekjes behoorden tot de eer
ste standaardwerken over
sport in Nederland. Muiier, die
eigenlijk in de NAVB alle
sporten had willen verzame
len, waagde in 1908 een nieu
we poging. Hij introduceerde
de Nederlandsche Bond voor
Lichamelijke Opvoeding
(NBLO), die een overkoepe
lende federatie voor de inmid
dels tot stand gekomen sport
bonden moest worden. Die po
ging slaagde pas later dank zij
het Nederlandsch Olympisch
Comité, maar Muiier kreeg het
als secretaris van de NBLO
wél voor elkaar dat er vier
daagse afstandsmarsen - nu
nog bekend als de „Nijmeegse
wandelvierdaagse" - tot stand
kwamen en propageerde in
het leger de 12- en 24-uurs-
marsen. Ook richtte hij zich in
die functie tot de Frieschen
IJsbond en had daarmee een
daadwerkelijk aandeel in de
eerste georganiseerde Elfste
dentocht anno 1909.
Muiier zelf was tevens een ge
waardeerd sporter. Hij hield er
een memorabele hoeveelheid
medailles aan over, die zich nu
nog bevindt in het gemeente
archief van Haarlem. Muiier
hield alles nauwgezet bij. In
zijn groene sportdagboek no
teerde hij prestaties in voetbal,
cricket, tennis, ijshockey,
schaatsen, wielrennen en atle
tiek. Hij speelde zelfs twee
maal mee in het „bondselftal"
- zoals het Nederlands voetbal
elftal tot 1905 heette - van de
NVB. Ook schaatste hij in 1890
op eigen initiatief een elfste
dentocht, waarvan de tijd (12
uur en 55 minuten) jarenlang
als record bleef gelden, omdat
Muiier zo slim was geweest
alle doorkomsten nauwgezet
bij te houden.
Grenzen
Tussen idealen en werkelijk
heid lagen voor Muiier de
grenzen, die zijn tegenstanders
bepaalden. De onstuitbare op
komst van sportbeoefening be
tekende aan het eind van de
19e eeuw een regelrechte be
dreiging voor de gymnastiek;
het vak dat op de scholen een
vooraanstaande positie had
weten te veroveren. Het tijd
schrift van het gymnastiek-
verbond omschreef in 1888
sportclubs dan ook als „een
kanker voor de degelijke vor
ming van de jeugd". Dat de
jeugd zich steeds meer richtte
op sport en zich steeds vaker
onttrok aan de (naar hun me
ning saaie) gymnastieklessen,
dreigde de positie van gymle
raren danig te verzwakken en
zij namen dan ook alle moge
lijke wapens ter hand om de
sport als nutteloos en gevaar
lijk af te schilderen. Ook art
sen en autoriteiten vormden
lange tijd een voor Muiier te
nemen hindernis. Het staat
vast dat de sportpionier om
aan hun bezwaren tegemoet te
komen („Sport, is nutteloos en
schadelijk") naar de pen greep
en juist het tegendeel beweer
de. Zijn hierboven beschreven
idealen moeten dan zeker óók
in dét licht worden aan
schouwd. Maar het pleit voor
de pionier dat velen hun be
zwaren tegen sport allengs
achterwege lieten. Wat dat be
treft waren de ideeën van Mu
iier allerminst zonder inhoud
en bepaalden zijn manoeuvres
tussen ideaal en werkelijkheid
dat de grens tenslotte moeilijk
bleek te trekken.
HENK RUIJL
door Frank Werkman
De fameuze, voormalige
textielgigant uit het oosten van
het land, die zich een kleine
tien jaar geleden op de
surfzeilmarkt begaf, dit
afzetgebied gaandeweg zag
opbollen maar ook weer
inzakken heeft een nieuwe
kansde sporttenues. Meer in
het bijzonder door de
tegenwoordig steeds meer in
zwang rakende slidingbroek.
Vooral naarmate de
weersomstandigheden meer
bar worden, vindt deze van
royale stof gefabriceerde lange
onderbroek gretig aftrek.
Want één ding is zeker: zo'n
on flatteus, onder het eigenlijke
korte broekje uitstekend geval
is misschien wel lekker warm,
maar het is geen gezicht.
Voetballers plachten zich
gemiddeld al het minst aan te
trekken van uniforme
kledingsideeën. De over de
short hangende shirtjes waren
al legio en de afgezakte
kousen, idem. Soms zijn in één
team ook nog wel eens van
verschillende mouwen, korte
en lange, voorziene hemden te
zien. Ook de buitenmodel
broekjes, waarin Italianen zich
nog wel eens lieten zien waren
bepaald geen toonbeeld van
elegance. Hierbij gold evenwel
dat de kleur doorgaans
uniform was en dat was al
heel wat
Wat er tegenwoordig over de
velden paradeert is soms een
visuele kwelling van de eerste
orde. Van de week was zelfs
een een benige voetballer in
actie te zien. Een speler van
FC Porto maakte het wel heel - -
erg bont door zo'n ordinaire
slidingbroek met slechts één
pijp aan te trekken. Bij Napoli
was er iemand die een wit
exemplaar showde.
Ik ben niet zo'n fan van
uniformen. Heb er zelf nooit
officieel één behoeven te
dragen, gelukkig. Maar van
professionele sporters mag je
verwachten dat ze er coutureel
een beetje appetijtelijk uitzien.
Dat er op de amateurvelden
doorlopend wordt gezondigd
tegen uniforme tenues is tot
daar aan toe. Sinds de
individuele teamsponsors hun
opwachting hebben gemaakt,
bestaat het dat in één
vereniging alle elftallen er
anders uitzien. Dat is niet
fraai, maar alia. Daar hoef ik
niet naar te kijken. Maar het
zooitje ongeregeld dat
tegenwoordig door de stadions
en over het televisiescherm
dwarrelt is een aanfluiting.
Ik ben het dan ook helemaal
eens met Leo Beenhakker, die
vorig seizoen bij Ajax de
spelers verbood om zo'n
belachelijke onderbroek aan te
trekken. Als ik een avondje
naar de schouwburg ga en ik
betaal voor een
toneelvoorstelling verwacht ik
ook niet de dames en heren
acteurs in overall en vrije-
tijdskleding op het podium te
zien staan.
Voetballers verklaren dat die
waanzinnige uitdossing helpt
bij blessures, ze zelfs
voorkomt. Maar dat verhaal
komt mij net zo waarschijnlijk
voor als de anekdote dat Sjaak
Swart het slipje van zijn
vrouw aantrok, omdat hij
daarin beter voetbalde Puur
bijgeloof, maar daar heb ik
geen moeite mee. Zo lang ik
maar niet wordt geplaagd door
extravagant uitgedoste spelers,
die als ik ze in actie zie eerder
in hun bewegingen lijken te
worden gehinderd dan
geholpen door zo 'n textiele
uitstulping.
Voetballers beginnen zo
langzamerhand overeenkomst
te vertonen met veldrijders,
die het bemodderde parkoers
niet zelden betreden met een
uitrusting die elke zichzelf
respecterende
sportkledingfabrikant het
schaamrood naar de kaken
jaagt. Met een oude
trainingsbroek van
schoonvader en een door
moeder gebreide muts zien ze
er uit als karikaturen van
topsporters. Dat ook
voetballers zich bij Siberische
omstandigheden ietwat kleden
op kou en ongemak is
begrijpelijk en terecht. Ook
handschoenen kunnen daarbij
horen. Een panty eveneens.
Maar zodra ik een voetballer
op mijn netvlies krijg die een
hoofddeksel draagt bekeer ik
me subiet tot een andere kijk-
hobby.
Voetballers moeten maar eens
een voorbeeld nemen aan
schaatsers en skiers. Die zien
er, ook in de meest polaire
situatie altijd tip-top uit.
Misschien moet de boven
genoemde firma in textiel uit
het oosten van het land zich
eens wat nadrukkelijker met
dit probleem gaan
bezighouden. Ik zou het
toejuichen.