„Ik heb 42 km naar eer sjt ïkkie lopen verlangen" tMiStpOUDQ 1 mal Ie „Mijn voorlopige doel is de Nederlandse top" ZATERDAG 11 NOVEMBER 1989 PAGINA 31 ballonnen aan de gevel. En een spandoek over de complete breedte van de straat met de tekst: 'Paul, nu ben je eindelijk in beeld'. De hele (Meidoorn jstraat had Paul Kluts een warm welkom voorbe reid. Zondag was hij één van de 23.000 deelnemers aan de twintig ste marathon van New York. „Niet te beschrijven wat we daar hebben meegemaakt. Absoluut de reis van mijn leven", aldus Kluts razend enthousiast, een paar uur na zijn terugkeer in Leiden. Collega en trainingsmaatje Ton Plugge beaamt dat. „Mooier kan gewoon niet", brengt hij een enigszins hees klin kend stemgeluid uit. „Hoe ik zo schor kom? Da's van het feesten en zingen. Maandag zijn we namelijk door het geluid gegaan daar. Ik ge loof dat niemand meer praten kon". Een gesprek met Kluts (45) en Plugge (37) over hun belevenissen in The Big Apple levert een aaneenschakeling van anekdotes op. New York heeft een diepe indruk op het tweetal gemaakt. Zeven dagen zijn ze er geweest, met uiteraard als hoogtepunt de marathon op zondag. De twee maakten deel uit van het zoge heten 3M-marathonteam, een groep van 49 lopers die zich gezamenlijk heeft voorbereid op de 42 kilometer en 195 meter in de Amerikaanse miljoenenstad. Onder leiding van trainer Teun de Ree- de en met financiële steun van het be drijf waaraan de groep zijn naam ont leende. Tien maanden lang hebben ze vijf dagen in de week getraind. Waarbij elke dag minimaal vijftien kilometer af gelegd werd. van Leidenaars Kluts en Plugge geweest. Kokosnoten „Als je dat wilt kun je beter een andere marathon lopen", vertelt postbesteller in Zoeterwoude Ton Plugge, die eerder de marathon van Rotterdam tot een goed einde bracht. "Ik heb de hele afstand met Johan de Meij opgelopen. We heb ben het rustig aan gedaan, zodat we nog een beetje om ons heen hebben kunnen kijken. Er valt daar namelijk zo enorm veel te zien. Langs het hele parcours stonden de mensen rijendik ons aan te moedigen. Ik weet zeker dat we er op een gegeven moment uitzagen als kokos noten, maar die Amerikanen maar roe pen: 'You're looking good, you're the best, you did it, you're a winner'. Nou dan wil je wel lopen natuurlijk". i "In The Bronx, de wijk waar alles ge beurt wat God verboden heeft, waren ze het meest enthousiast. Daar liep je kilo meters lang tegen uitgestoken handen te slaan". Paul Kluts vult aan: „Maar één dag in de week ben je in die wijk je le ven zeker. En dat is als de marathon er is. Geweldige mensen die Amerikanen, maar wel uitsluitend tijdens de mara thon. Voor de rest vind ik het pokkelui, die je op alle mogelijke manieren probe ren te flessen. Altijd te veel geld in reke ning brengen en vervolgens te weinig wisselgeld teruggeven. Je moet daar echt vreselijk goed op je tellen passen. Tjeerd Scheffer, één van onze groep, is er tot tweemaal toe ingestonken. Kocht een fles mineraalwater en moest daar tien dollar voor neertellen. Da's meer dan twintig piek!" Grienen Bleef Ton Plugge de gehele marathon bij maatje Johan de Meij, Paul Kluts liep de afstand in gezelschap van de enige drie KLUTSEN PLUGGE VOLBRENGEN MARATHON NEW YORK Marathonlopers Paul Kluts (links) en Ton Plugge: „Moe waren we niet, alleen maar zo vreselijk blij, dat de tranen over onze wangen stroomden". FOTO: ANDRÉ VAN HAASTEREN dames van de groep: Ellen Kooreman, Carolien van Stigt en Ingrid Middel koop. „Ingrid kreeg al na een kilometer tje of negen last van een oude kniebles sure en heeft de rest van de tocht met pijn gelopen. Ze konden wel een beetje steun bebruiken. Ik trouwens ook". Toch verklaart Kluts, die in het dagelijks leven bestellersvoorman bij de PTT is, niet moe over de finish gegaan te zijn. „Ik was alleen maar blij. Die drie mei den waren nauwelijks de eindstreep over, of die beginnen me daar een pot te grienen. Nou, en toen heb ik ze even op gevangen hè. Hoewel dat niet mee viel, want ik heb maar twee armen en bij me zelf kwamen de tranen ook. Maar moe, nee daar had ik geen last van. Wel had ik vreselijk veel trek in een zware Van Nelle. Een lekker sjekkie, daar heb ik 42 kilometer lang naar lopen verlangen". Tranen van vreugde stroomden er bij vrijwel alle Leidse deelnemers aan de marathon. Ook bij Ton Plugge. „Johan de Meij is echt een harde jongen, een koele kikker. Maar toen hij de finish over was, stond hij te huilen als een kind. Ik aanvankelijk niet, maar daar bracht Tjeerd Scheffer - die vent van die dure fles Spa - verandering in. Hij komt naar me toe en zegt: 'Was je vrouw Le- nie er maar bij, hè'. Ja en toen wilden de tranen wel komen natuurlijk. Die Schef fer wist precies hoe hij dat aan moest pakken, hij deed het er om". De ruim 42 kilometer door de grootste voor Plugge, Kluts en de rest van de groep („vrienden voor het leven") om nooit meer te vergeten, maar dat geldt zeker ook voor de dagen ervoor en erna. Zwerver Eén van de dames van de groep. Ellen' Kooreman, had voor alle dagen een pro gramma uitgestippeld dat de groep in alle delen van New York bracht. Paul Kluts vertelt over één van de blevenis- sen van de groep. „Op een gegeven mo ment zit er langs de kant van de weg een zwerver te zingen en te bedelen. Onze trainer, Teun de Reede, pakt een kam en een vloeitje en gaat met die kerel mee zitten blazen. En wij maar dollars in dat bakkie van die zwerver gooien. Hij was dolgelukkig. 'Thank you Lord, it's a mi racle, a miracle', riep hij uit. Twee dagen later komen we hem weer tegen: in een kraakhelder wit overhemd en met een keurig kortgenipt kapsel. Wij hebben die man gewoon weer op de rails gezet. Nou ja, in elk geval voor een paar weken dan". En zo valt anekdote na anekdote op te tekenen uit de monden van de twee PTT-ers, die vier en viereneenhalf uur over de marathon van New York deden. „Dat het niet mee zal vallen de dagelijk se draai weer te vinden, realiseren zij zich goed. „Vrijdag over een week, de zeventiende, hebben we al onze eerste reünie. In De Harmonie. En zondag gaan we weer voor het eerst trainen, want we willen als groep bij elkaar blij ven en naar een volgend doel toewerken. Wat dat is? In ieder geval de marathon van Rotterdam, april volgend jaar. En daarna stellen we weer een volgend doel, misschien wel Tokyo of zo". Naar New York gaan ze in elk geval voorlopig niet meer. „Dat kan een volgende keer alleen maar tegenvallen. Daar was het dit jaar te onvergetelijk voor". PAUL DE VLIEGER BADMINTONNER CORNO MESKERS NAAR WK-JEUGD Warmonder Corno Meskers is uitgenodigd voor het WK badminton voor junioren, dat van 16 tot 27 november in Djakarta wordt gehouden. FOTO: HENK SNA TERSE WARMOND - Deelnemer zijn op een wereldkampioenschap is al een grote eer op zich. Als het WK zich in het walhalla Indonesië afspeelt is er sprake van iets unieks. Op don derdag 16 november stapt badmin tonner Corno Meskers in het vlieg tuig dat hem naar Djakarta voert. Daar wacht het grote avontuur. Voorspellingen over de resultaten durft de Warmondse jeugdspeler niet echt te doen, daarvoor zijn land en tegenstanders hem te onbe kend. „Die Indonesiérs kennen we niet in Ne derland. Eigenlijk kennen we amper een badmintonner uit Aziè. Wij spelen er nooit tegen, dus voorspellingen over hoe wij ervoor staan en hoe groot onze kan sen op een behoorlijk resultaat zijn, valt echt niet te doen. Wat ik wel weet, is dat bij de senioren de Indonesische spelers de beste van de wereld zijn en dat de Nederlandse top daar nog ver van af zit". Corno Meskers uit Warmond laat met deze uitspraken zijn nuchtere kijk op een komend avontuur blijken. De jeug dige badmintonner beseft, dat een carriè re in zijn favoriete sport nog pas in het beginstadium is en beschouwt de wereld kampioenschappen voor junioren in het warme Djakarta dan ook als een zeer nuttige ervaring, die ook nog eens een fel begeerde reis naar het exotische Indo nesië oplevert. De uitnodiging voor het WK jeugdbad- minton komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Meskers geldt al vanaf zijn jonge jaren als een talentvol speler, die voor zijn sport veel opzij zet en die een mooie carrière in het badminton zou kunnen opbouwen. Samen met Quinten van Daim uit Den Bosch vertrekt de Warmonder donderdag 16 november naar Dajkarta, waar op 21 november het WK van start gaan. „We gaan onder leiding van Quintens vader, Tony van Daim, die ook bonds coach voor de jeugd is, eerst trainen en acclimatiseren. Quinten en ik komen uit in het enkelspel, samen spelen we dub bel en voor de mixed is een partner aan gevraagd. Vooral van die dubbels stel ik mij veel voor. Ik heb een knieblessure gehad en daardoor een flinke trainings achterstand opgelopen. In de competitie en in de toernooien mocht ik vanwege die blessure niet singelen, maar dubbels heb ik juist heel veel gespeeld. De Zwe den hebben ook wel eens van de Indone siérs gewonnen, dus waarom zou ik dat ook niet kunnen". Vertrouwen in eigen kunnen is in vol doende mate aanwezig. Vooral geba seerd op het feit dat Corno Meskers in zijn eigen leeftijdsgroepen altijd wel bij de beste vier van Nederland heeft ge staan. Het zijn ook hier de dubbelspelen, waarin de opmerkelijkste resultaten zijn geboekt. „Toen ik 12 jaar was, won ik bij de Nederlandse kampioenschappen de dubbel en de mixed. En ook later is dat zo gebleven. Bij de zestienjarigen werd ik met Monique Meijer twee jaar achtereen kampioen in het gemengddub- bel. Met Esther Fleurbaay won ik daarna ook bij de achttienjarigen". „Maar ik voel dat ik nog steeds vooruit ga, dus wie weet win ik ook nog wel eens een eerste prijs in de single". Corno Meskers traint daarvoor zo'n tien uur per week. Naast vier uur bondstraining onder leiding van de begeleider op de verre trip, Tony van Daim, traint de Warmonder ook drie uur op de club. Rob Kneevel staat hier voor de groep. Privé-trainer Peter de Geer schaaft drie uur per week aan de techniek van de ze ventienjarige Meskers, die bij de War mondse badmintonclub met de toepas selijke naam 'Steeds Vooruit' de eerste passen op een badmintonveld zette. „Maar lang ben ik daar niet gebleven. Mijn ouders speelden op die club. In 1979, toen ik acht jaar was, mocht ik voor het eerst mee. Op mijn twaalfde speelde ik al in Den Haag bij Victor SIO. Een jaar later werd ik lid van Dropshot, ook in Den Haag. Daar speel ik alweer voor het zesde seizoen". De in middels Al-speler geworden Meskers heeft een plaats in het eerste team ver worven. Den Haag is naast Haarlem een toonaangevende stad voor het badmin ton geworden. De top van Nederland speelde in het verleden bij het Haarlem se Duinwijck. Die club speelt nog steeds in de eredivisie, maar de Haagse regio scoort hoger met naast Dropshot ook landskampioen VELO. Achterstand Behoort Corno Meskers inmiddels tot de subtop van ons land, de wereldtop is nog ver weg. „De Aziaten hebben hun li chaamsbouw mee en zijn razendsnel. De Denen hebben badminton als vak op school. Daarom staan er naast Aziaten ook veel Denen op de wereldranglijst. In Nederland is badminton veel minder be kend en moet je het naast je schoolwerk doen. Eigenlijk heb ik dus nu al een ach terstand. Door volwassenenonderwijs te volgen heb ik wel wat meer tijd gekregen om te trainen. Daarnaast werk ik partti me in de sportzaak van mijn sponsor Landwer Johan, die mij ook aan een materiaalsponsor heeft geholpen. En zo denk ik dan de combinatie van studie, werk en sport te kunnen maken. Mijn doel is voorlopig de Nederlandse top, de wereldtop, dat lijkt mij nog wel ver weg". Bij de heren lijkt die uitspraak opgeld te doen. Bij de dames gaat het allemaal wat gemakkelijker. Met Eline Coene en Astrid van der Knaap zijn er wel dege lijk Nederlandse meisjes, die internatio naal meedraaien. De Nederlands kampi oene tot en met 14 jaar, Brenda Conijn, wordt door Corno Meskers wel getipt als een goede kanshebber om door te stoten. De inmiddels vijftienjarige Lissese heeft echter ook een achterstand op haar Azia tische collegaatjes, die zich hele dagen met badminton bezig houden. „En met tempotraining, want dat missen we vooral in Nederland. Ik hoop in Indone sië, waar veel meer op tempo getraind wordt, ook van die trainingen te kunnen volgen. Daar hou ik het meest van en daar leer ik het meest van". Voorlopig zit er nog tempo in de ont wikkeling van badmintonner Corno Meskers uit Warmond en mag hij een sporttrip maken, waar anderen allen maar van dromen. PETER KLEIN Onder redactie van Peter van der Hulst en Paul de Vlieger. Fijn Zomaar een wedstrijd in de zondag vier de klasse: één uitsluiting, drie boekingen, een grensrechter die genoteerd wordt en een trainer die achter de hekken plaats mag nemen. Het gevolg: toeschouwers die de scheidsrechter na afloop belagen, waarbij de man het geluk heeft dat be stuursleden zich over hem ontfermen. Met andere woorden: het was weer 'ou- werwets' fijn langs die lijn. Moedeloos Maar ook binnen die lijnen is het niet al tijd koek en ei. Iemand die daar sinds kort weer over mee kan praten is Huug Aandewiel. De blessure-gevoelige speler van Rijnsburgse Boys moest het duel te gen ARC voor de derde keer in vier jaar tijd voortijdig staken. Na een gebroken jukbeen en een gebroken kaak, verliet de speler ditmaal hinkend sportpark Mid- delmors. Zelf dacht Aandewiel eerder deze week aan een zwaar gekneusde en kel. Zeker was wel dat hii weer eventjes vanaf de ziilijn kan toekijken. „Het is zo 'langzamerhand om moedeloos van te wordenreageerde de verdediger op zijn reeks van blessures. Ook Rijnsburgse Boys zal er zo langza merhand moedeloos van worden. Want, zonder de andere spelers ook maar iets te kort te doen, de praktijk heeft in het ver leden uitgewezen dat een Rijnsburgse Boys zonder Aandewiel nog wel eens puntjes in wil leveren. In het Bloemendorp zal men er zich zo onderhand het hoofd over breken hoe die Ongetwijfeld zal er iemand zijn die stille tjes denkt: misschien moeten we Aande wiel in de volgende ontmoeting met ARC maar niet meer opstellen. Bureaucratie Ruud Moesman, secretaris van SVLV, loopt al een aantal jaartjes bij zijn vere niging mee en dacht daarom ook te we ten met welke zaken de tuchtcommissie van de KNVB zich zo bezig houdt. „Blijkbaar ben je nooit te oud om te le ren", diende Moesman echter, tot zijn spijt, te concluderen. Wat was het geval? De wedstrijd Lugdunum 6 tegen SVLV 4 werd gestaakt vanwege een blessure bij de scheidsrechter. Omdat de tuchtcom missie deze zaak in behandeling zou ne men, kreeg Moesman het verzoek om een verklaring te geven. Maar, „wat moet er nu verklaard worden? Dat de scheidsrechter gesimuleerd heeft? Ik weet FOTO: HENK SNATERSE het niet. Of hij werkelijk geblesseerd was Ik kan daar niet over oordelen. Ik ben in mijn vrije tijd secretaris van een voetbal vereniging en geen arts", laat de Voor schotenaar in het clubblad weten. „Ik snap er totaal niets meer van. Ik dacht dat de tuchtcommissie wel wat beters te doen had dan zich bezig te houden met een wedstrijd die gestaakt is wegens een blessure van een scheidsrechter". Zelf kan Moesman maar één verklaring bedenken voor de handelswijze van de KNVB. „Zou men in Leiderdorp bij een gestaakte wedstrijd de betreffende vereni gingen, zonder te kijken naar de oorzaak daarvan, direct om een verklaring vra gen?" Moesman heeft er slechts een korte op merking voor over. Bureaucratie... Inventief Als samensteller van een advertentie moet je inventief zijn. De goede kanten van je produkten of diensten zoveel mo gelijk zien te belichten. En als het even kan, op een originele manier. Zinssneden die de samenstellers van de volgende oproep niet vreemd geweest zul len zijn: Woensdag 15 november: kwalificatie WK 1990 op groot scherm in de kantine. Geen bobo's Geen trainers Geen VIP 's Geen stavengooiers. Kunst Elke speler uit zijn teleurstellingen op ge heel eigen wijze. Met dat beruchte vinger tje naar de scheidsrechter, natrappen, of door gewoon enkele seconden op de grond blijven liggen: we kennen het alle maal. Anders wordt het echter als twee spelers van een verschillend team zich op dezelf de, vriendelijke, wijze uiten. Dan wordt het bijna kunst... FOTO: ANDRÊ VAN HAASTEREN £eidóc6outa*it

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 31