Politiek in RIA LUBBERS £eidóc Sou/uwit1 ANNE 'De Kindertelefoon, die bel je gewoon' door Piet Snoeren Met Anne, KRO, goedemorgen. Werkelijk het zonnetje in 's werelds tranendal is dit radioprogramma op de dinsdagochtend. Heeft men een hart uit te storten, een lever te ontlasten, een boezem te luchten, een molensteen van de borst te wentelen, bel 06-3212223 en een woord van begrip of bemoediging kwinkeleert op uit deze roomse babbelbox die al babbelde, lang voordat de babbelbox was uitgevonden. De dinsdagochtend in kwestie had Anne haar luisteraars het onderwerp verhuizen opgegeven. Nou, daar werd me toch een brok uit een keel geperst. Amper meer te dragen was de afwijking waarmee een zo te horen redelijk snikke klager aan kwam zetten. Hij kon niet tegen stilte, snikte hij gaandeweg zijn bekentenis. En om de maat vol te maken, was hij ook nog een vliegtuigmaniak Pal aan de bulderbaan van Schiphol wilde en zou hij wonen. In een huis zonder geluidsisolatie. Een stulp op de vliegbasis Leeuwarden of Soesterberg, dat mocht ook. Als er maar vliegtuigherrie was. Niet aan te komen echter. Ten einde raad, snotterde hij, had hij de koningin geschreven. Misschien dat prins Bernhard Welke troost Anne hierop wist, bleef in het ongewisse, want de telefoon riep, en daar gaat het ook niet om. Zulke mensen bestaan, dat is het punt. Dank zij Anne werd het mysterie ontsluierd van dat foldertje, geplukt uit de wildgroei aan folders die de balies van reisbureaus overwoekeren naarmate het vakantieseizoen dichterbij komt. Vakanties voor maniakken", stond er op de omslag. En binnenin: „Het leven is saai. Daarom willen wij tijdens de vakantie gevaar bieden, spanning, uitputting, opwinding". Reizen naar oorlogsgebieden stelt de Britse organisatie in het vooruitzicht die de folder heeft verspreid. Het allernieuwste van het nieuwe. Zo kunnen deelnemers deze zomer naar keuze het met mijnenvelden bezaaide front in Iraq bezoeken dan wel Bayruth dat constant onder spervuur ligt, of de door Israel bezette Jordaanoever waar de Palestijnse opstand, de intifada woedt. De rest van het programma staat, in afwachting van meer actuele brandhaarden, nog open. Misschien is El Salvador iets? Een trip naar San Fransisco di Javeira om te zien waar cameraman Lagrouw leeg lag te bloeden? Zulke mensen bestaan. De een ambieert een woning aan een bulderbaan, de ander laat zich naar het andere eind van de wereld vliegen teneinde door een mijnenveld te mogen waden. En waarom? Veertig jaar geleden waren er wereldwijd niet meer dan 25 miljoen mensen die zich een buitenlandse vakantie konden permitteren aldus drs. A. van Egmond, docent psychologie aan de Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer. Tegenwoordig zijn dat er tegen de 400 miljoen. De wereld is zo langzamerhand één groot vakantiecentrum geworden. Wie nog naar een exclusief reisdoel verlangt, dient zich dus pijlsnel in de race naar de laatste paradijsjes te werpen En in de reis werpen doen Nederlanders zich. Liefst 500.000 hunner zullen de komende zomer in Nepal of Bhutan proefondervindelijk gaan kijken hoe lang hun neus is. Het Incapad in Peru. De gapende ozonlaag van Antarctica. Gezeten op een olifant zoeken we de grootste eenhoornige rhinoceros en de Bengaalse tijgers aie hier leven. Tijdens deze tocht maken we in de rivierdorpen kennis met de leefwijze van de Dajaks, een volk van koppensnellers. Als het donker is, gaan we in kleine bootjes het Amazonegebied bij nacht inspecteren waar je de ogen van de krokodillen ziet oplichten als je de meegebrachte lampen op het water richt. Het landschap hier in Kenya is bergachtig vanwege de vele dode vulkanen en daarin bevinden zich grotten waar de geraamten van omgekomen wilde dieren liggen in een dikke laag vleertriuizendrek aie onbehoorlijk naar amoniak stinkt. De folders barsten van dit soort aanbiedingen, dus voor fijnproevers - „ultraconsumenten die alles al hebben behalve veel tijd en die vooral gebrand zijn op korte, maar wel intensieve vakanties", noemt psycholoog Van Egmond ze - voor fijnproevers is dat niks meer. Die haasten zich, zolang het nog kan, het voetspoor te drukken van P.J. ORourke wiens zojuist verschenen boek Vakanties in de hel" hard op weg is een bestseller te worden. Beschrijvingen van trektochten door oorlogsgebieden, precies. Het is belangrijk te weten, legt ORourke bijvoorbeeld uit, dat er twee soorten wegversperringen ziin. Stop nooit bij het soort waar je van de militairen langzaam moet rijden, want dan denken ze dat je een terrorist bent en schieten je dood. En rijd nooit langzaam bij een wegversperring waar je moet stoppen; dan gebeurt namelijk hetzelfde. Hoe je die twee uit elkaar houdt? Dat kun je niet en daarin schuilt het leuke van zulke vakanties. Russisch roulette, die kant gaat het in de reiswereld uit. Maar als de vakantie niet langer genoten kan worden zonder de toegevoegde waarde van doodsverachting, waarom dan zo ver van huis en zo ingewikkeld? Niet gelezen dat Italië overweegt zijn Adriatische kusten te sluiten? Vanwege een dusdanige vervuiling dat er nog slechts „gelatine achtig zwemwater, een stroperige vloeistof' over is? Wat een uitdaging, daarheen met vakantie en maar gokken: welke teen rot het eerst weg? Niet vergeten telefoonnummer 06-3212223 mee te nemen echter. Mocht het onverhoopt goed gaan, Anne weet raad. ZATERDAG 6 MEI 1989 PAGINA 25 Ze is,-wat je kunt noemen, De First Lady van Nederland, alleen heeft dat begrip bij ons een wat andere inhoud dan in Amerika. Bovendien hebben we hier nog een koningin, dus de representatieve taken van Ria Lubbers zijn nogal beperkt. Geen Raisa Gorbatsjov dus, maar wel een vrouw met een aparte, eigen charme. Een energieke persoonlijkheid ook, met een even nuchtere kijk op de wereld als haar man. 48 is ze nu - en net als veel andere vrouwen heeft ze een keerpunt beleefd in haar leven. Kinderen de deur uit, manlief altijd weg en zodra je een voet buitenshuis zet, een Bekende Nederlander. Mensen die steeds op je letten omdat je nu eenmaal de echtgenote bent van de minister president. Hoe dat aanvoelt, vertelt ze in dit interview. Ria Lubbers: „De vraag: gaan mensen met me om omdat ze mij aardig vinden of doen ze het om Ruud, daar word je schizofreen i ROTTERDAM - Een 'theemoe- der'. Zo noemde ze zichzelf ooit in een interview in Libelle. Iemand die er altijd was als de kinderen thuiskwamen. Dat hoeft nu niet meer, want Paul, Bart en Heieen wonen op zichzelf. Tegenwoordig opent ze een tentoonstelling hier, brengt een bezoekje daar en reist veel naar het buitenland. „Had ik maar een baan", zegt ze la chend, „dan zou ik net als iedereen recht hebben op vakantie. Dan heb ik gewoon twee weken vrij zonder dat ik me ergens zorgen over hoef te maken. Als ik er nu even tussenuit wil, moet ik eerst twee uur de telefoon in om alle afspraken af te zeggen". Ze meent het niet echt. Ria volgt haar neus en doet opeens allemaal dingen waar ze nooit tijd voor heeft gehad. De theemoeder van weleer vindt het heer lijk de 'first lady' van Nederland te spe len. „Soms zie ik buiten bejaarde mensen wandelen. Af en toe zwaaien ze en dan is het alsof ze zeggen: Kijk eens, hier lo pen wij nu, lekker in het zonnetje! Dat vind ik prachtig. Geniet ervan! „Mensen schamen zich vaak om ervoor uit te komen dat ze blij zijn met hun vrijheid. Ik zou tegen alle vrouwen wil len zeggen dat ze van hun vrijheid moeten genieten als hun kinderen het huis uit zijn. Je leeft maar één keer en toevallig is dat net nu. Op mijn veertien de overleed mijn moeder. Mijn vader heb ik tot zijn dood verzorgd en daarna was ik getrouwd en kregen we kinderen. Zelf heb ik nooit een tijd gekend dat ik echt vrij was. Nu wonen de kinderen op zichzelf; mijn man is vaak weg en nu ge niet ik van mijn vrijheid. Dat moet je doen wanneer het kan". Ria Lubbers woont in een groot en sta tig, maar onopvallend huis in Kralingen, een deftige Rotterdamse wijk. Eens werd het pand bewoond door familie van Ria's kant. „Als we dit niet hadden ge had, waren we misschien in het Catshuis gaan wonen", zegt ze, terwijl ze in de keuken rondscharrelt. De living is ruim en huiselijk. Een licht vertrek met brede ramen en modern meubilair. Op de ach tergrond kabbelt muziek. Ria wandelt vrolijk door het huis. In rode broek, blauwe trui en met een gezonde bruine kleur. „Ik ben net terug uit Aruba", legt ze uit. Het lijkt een huisje zonder zorgen. Maar de schijn bedriegt. „Er zijn mensen die zich de zorgen van mensen zoals wij niet voor kunnen stellen. Die moeten maar eens een maandje meedraaien", zegt Ria uitdagend. „Nooit kan ik samen met mijn man de stad in. Soms zie ik men sen met z'n tweeën samen gezellig win kelen. Ik heb een man die al om zeven uur 's morgens de deur uitgaat. Als ik hem om elf uur 's avonds terugzie, mag ik bHj zijn. Het leven dat wij leiden is emotioneel gezien heel zwaar. Je moet de gedachte maar laten varen dat je recht hebt op je man. Als ik steun nodig heb kan ik niet onmiddellijk tegen Ruud aanleunen. Wij hebben geleerd om onze problemen in korte zinnen tegen elkaar te vertellen". Gezinsleven Ze zwijgt even en zegt dan, wat weemoe dig glimlachend: „Het geld, ons mooie huis, het is allemaal zo betrekkelijk. Het brengt zijn eigen zorgen mee Voegt er dan, haast vergoelijkend aan toe: „Ik denk dat elk gezin dezelfde zorgen heeft. Misschien niet in dezelfde balans. Bij de een wat meer van dit en bij de ander wat meer van dat. Wat ik vooral mis is de gezelligheid, de knusheid en huiselijk heid van het gezinsleven. Soms ga ik bij een vriendin een borreltje drinken. En als haar man dan om zeven uur thuis komt, kan ik gewoon stikjaloers wor den". Ria komt uit een advocatenfamilie. Van kindsbeen af leerde ze omgaan met de regels en gewoonten in de hogere krin gen. Daar heeft ze nu voordeel van. „Bij een galadiner bijvoorbeeld ken ik de eti quette", zeg ze. Vaak alleen „Toch is het als vrouw van de premier moeilijk om jezelf te blijven. Verschijn ik ergens, dan worden de mensen soms door veiligheidsfunctionarissen of orga nisatoren opzij geduwd omdat mevrouw Lubbers eraan komt. Daar krijg ik het gewoon benauwd van, ik vind het af schuwelijk. Zonder die mensen opzij te duwen kom ik er ook wel. Ik moet steeds kiezen wat ik wel en wat ik niet wil. Ik kom uit een nuchtere familie, maar ik kan me voorstellen dat er men sen zijn die zich door de uiterlijkheden laten meeslepen. Dan denk je dat je in de hemel bent. Je maakt van jezelf een ander persoon en dan moet je nog to neelspelen ook. Op die manier maak je het voor jezelf moeilijk. Zulke mensen kunnen wel eens raar gaan doen". Sinds haar man regeringsleider is, is de wereld voor Ria wel drukker, maar tege lijk ook eenzamer geworden. Haar ken nissenkring slank als smeltend ijs. „Nu moeten we je zeker met U aanspreken", vroeg een bekende nadat Ruud premier was geworden. Het was misschien als een grapje bedoeld, maar na verloop van tijd merk je opeens dat je er niet meer bijhoort. Met de hockeyvereniging gin gen we af en toe uit eten en dan namen we onze mannen mee. Mijn man had daar geen tijd meer voor toen hij minis ter-president werd. Ik ging dus vaak al leen. Hij vindt ons zeker niet meer inte ressant genoeg, merkte iemand op. Toen knapte ik af en ben ermee gestopt. Ik voelde me daar alleen maar ongelukkig". Heel ernstig zegt ze: „Je wordt ook ach terdochtig. Er zijn mensen die met mij omgingen omdat ze de politiek zo inte ressant vinden. Maar die interesseert mij juist helemaal niet. Daarom haakten ze later weer af. Je vraagt je voortdurend af: gaan mensen met mij om omdat ze me aardig vinden of doen ze het om Ruud? Willen ze ergens bijhoren, probe ren ze via mij hogerop te komen? Daar word je schizofreen van! Maar soms blijkt juist het omgekeerde en ontmoet je werkelijk heel aardige mensen". Haar echte vriendinnen, waar ze al sinds jaar en dag mee omgaat, koestert ze met zorg. „Ik ben nu eenmaal een trouwe hond", zegt Ria met een lach. „Als ik ie mand graag wil blijven ontmoeten, doe ik daar heel veel moeite voor". Ondanks alles voelt ze zich niet een bij wagen van haar succesvolle echtgenoot. Ja, het is waar, haar leven wordt gedic teerd door dat van haar man. Maar is ze daardoor onzelfstandig? Koppel „Ach, wat heet zelfstandig?", roept ze vrolijk. „Ik kan bijvoorbeeld alleen naar Groningen reizen. Het is maar wat je zelfstandig noemt". Ernstig vervolgt ze: „Ik ken vrouwen die werken en die heel zelfstandig lijken. Maar als hen iets ergs overkomt, zijn ze nergens en hangen te gen een ander aan. Veel vrouwen willen niet écht zelfstandig zijn. Ze willen iets van hun kwetsbaarheid behouden. Dat geldt niet alleen voor vrouwen, maar voor alle mensen. Als je op alle fronten zelfstandig bent, heb je geen ander meer nodig. Dan heeft een ander jou ook niet nodig". Van de andere kant vindt ze het 'intriest' als een vrouw zich niet kan ontwikkelen. „Als een man een vrouw dat verbiedt, zal ze ongelukkig en be krompen worden. Ik kan me niet voor stellen dat je dan in je huwelijk kunt functioneren. Je kunt op die manier toch geen koppel vormen met je man? Het hangt er dan maar van af wat je het be langrijkste vindt in je leven. Wat het zwaarst weegt moet het zwaarst tellen. Als je doet wat je graag wilt, leef je ge lukkiger". Ze vertelt dat ze nooit een baan heeft gehad en dat ook nooit echt heeft gewild. „Voor vrouwen uit mijn generatie was het bijzonder om te wer ken. Toch vecht iedereen eigens voor. Ik heb een thuisfront georganiseerd waarin mijn man kan gedijen. En ik denk dat onze kinderen een produkt zijn van mijn opvoeding. Als je wilt meewerken aan een gezonde maatschappij is het be langrijk dat je evenwichtige kinderen op de wereld zet. Onevenwichtige mensen maken problemen voor zichzelf en hun omgeving". Bij Ria breekt altijd een lach door. Ook als ze zegt dat zij makkelijk praten heeft. „Ik zit aan de goede kant van de streep", stelt ze vast. „Ik heb een man die al mijn initiatieven toejuicht. Zelfs als ik een breicursus zou volgen, dan zou hij nog enthousiast zijn". HENK VLAMING GROTE ACTIE VANAF 10 MEI DEN HAAG - „Mijn vader en moeder hebben mij vorige week verteld dat ze uit elkaar willen gaan. Ze kunnen niet meer met el kaar opschieten en maken vaak ru zie. Nu willen ze apart gaan wo nen. Ze hebben mij gevraagd bij wie van de twee ik in de toekomst wil wonen. Ik wil het liefst bij mijn vader blijven. Maar ik kan mijn moeder ook niet in de steek laten. Ik wil helemaal niet dat ze gaan scheiden. Denken jullie dat het weer goed kan worden tussen die twee?". Zulke verhalen krijgt de Kinder- en Jeugdtelefoon geregeld te horen. Kinde ren die tussen twee vuren zitten, of die zich schuldig voelen vanwege de schei ding van hun ouders. En verder over moeilijkheden op school, thuis, gepest worden, angst voor in verwachting ra ken, ouders die streng zijn, liefdesperike len. Erover praten met iemand helpt vaak. Met een goede vriend(in), een fij ne leraar of een familielid. Maar zo ie mand is er niet altijd. Dan lijkt het of je met je zorgen nergens naartoe kunt. Op zo'n moment kan de Kindertelefoon vaak helpen. Niet door je een kant en klare oplossing te geven, maar door sa men naar ideeèn te zoeken. Aan de Kindertelefoon zitten vrijwilli gers, die zelf ongeveer een jaar of twintig zijn. Het is niet nodig je naam te zeggen. Niemand hoeft te weten te komen dat je hebt gebeld. Je hoeft niet bang te zijn dat je wordt uitgelachen. De Kindertele foon neemt grote en kleine problemen serieus. In 1979, het Internationale Jaar van het Kind, werd de Kindertelefoon opgericht. Dat betekent dat binnenkort het tienja rig bestaan gevierd kan worden. Dat ge beurt door in de kranten en op radio en tv aandacht te vragen. Want al is het aantal gesprekken met de Kindertele foon in die tien jaar enorm gegroeid (bij na 60.000 per jaar), van elke tien kinde ren weet er één nog niet dat hij bestaat. Op 10 mei begint een grote actie, met de naam 'De Kindertelefoon, die bel je ge woon'. Er worden duizenden posters, folders en stickers verspreid. Verder worden in het hele land activiteiten ge organiseerd. De Kindertelefoon is bestemd voor kin deren van 8 tot 18 jaar. De meeste bel lers zijn tussen 12 en 16 jaar oud; 14-ja- rigen bellen het allermeest. Opvallend is, dat meisjes vaker dan jongens om hulp vragen. Behalve die 60.000 telefoontjes met vra gen om hulp, komen er ongeveer 25.000 nep-telefoontjes binnen: kinderen ver zinnen een verhaal, giechelen, maken grapjes of zeggen helemaal niks. Ook die telefoontjes worden serieus behandeld. Vaak willen de bellers namelijk op die manier de Kindertelefoon 'uittesten', voordat ze met hun echte probleem op de proppen komen. Twee grote steden in onze buurt hebben een Kindertelefoon: Den Haag (070- 924242) en Leiden (071-120611). Een vrijwilliger van de KJT: „In de ja ren dat ik achter de telefoon zit, heb ik veel meegemaakt. En elke keer als ik dacht dat ik het allemaal al beleefd had, werd ik weer verrast door een nieuwe er varing. Dus het blijft spannend, grappig, verdrietig, vertederend en ontstem mend!". De meeste vragen gaan over seks. Het mag dan wel waar zijn dat er meer open heid over seks is, toch blijven veel kin deren met vragen zitten. Aan hun vader of moeder durven ze bepaalde dingen vaak niet te vragen. Maar bij de Kinder telefoon hoefje je naam niet te vertellen, dus is het veel makkelijker te praten over dingen waar je een rood hoofd van krijgt. Gek genoeg komen jongens meestal met 'technische' vragen over seks (hoe moet ik het doen?), terwijl meisjes vaker willen weten, hoe 'het' is en voelt. Over verliefdheid wordt ook heel vaak gebeld. „Ik vind hem zo vreselijk leuk, maar ik durf het hem niet te zeggen. Hoe maak ik het aan?". Dat zijn meestal hele leuke gesprekken, zeggen de mede werkers van de Kindertelefoon, want verliefd zijn is ook heel leuk. De medewerkers zijn erachter gekomen dat verliefdheid bij kinderen door vol wassenen vaak niet serieus wordt geno men. „Kalverliefde", wordt er gezegd, of: „Het gaat wel weer over". Natuurlijk gaat het wel weer over, maar dat is nog geen reden om verliefdheid niet serieus te nemen. Ook problemen thuis zijn een veelbe sproken onderwerp. Zakgeld, afwassen, huiswerk, strenge ouders. De kinderen die bellen vóelen zich achtergesteld, krij gen naar hun gevoel te weinig aandacht, of hebben soms voortdurend ruzie met broertjes of zusjes. Verder is pesten iets waar veel bellers mee zitten. Ze worden getreiterd omdat ze rood haar hebben, een beugel, een gekke jas, omdat ze slecht rekenen, geen vader hebben. Ook schoolproblemen 'scoren' hoog. „Hoi, ik ben Richard. Ik ben vijftien jaar en zit in twee-havo. Ik ben al een keer blijven zitten en nog haal ik slechte cijfers. Ik denk dat ik nu naar de mavo moet. Mijn ouders zitten te zeuren dat ik dan mijn toekomst vergooi en spijt krijg. Ze zeggen dat ik gewoon niet goed mijn best doe. Maar ik snap geen bal van Frans en wiskunde. En ik wil hele maal niet doorleren. Kunnen jullie mij raad geven?". Maar ook veel 'zwaardere' zaken komen aan de orde. Angst voor dat hun vader en moeder gaan scheiden, plannen om weg te lopen, eenzaamheid, zelfmoord plannen, mishandeling of incest. Als een gesprek met de Kindertelefoon niet vol doende is, worden die kinderen doorver wezen naar andere hulpinstanties, zoals vertrouwensartsen, jongerenadviescen tra, kinderrechtswinkels enzovoort. YVONNE JANSEN it er bij- eerd den- rken ook ook niet van Of zit. die eens on lage r de laar ver, boe ever zijn De tot ik iden hierj be- ïeri-1 Praten over grote en kleine problemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 25