Met Mozes en Mirjam mee":
eenheid van liturgie en uitleg
Lotgevallen van de katholieke pers
fieidóc SouAcmti01
Verpleging
kerk
wereld
GEESTELIJK LEVEN/OPINIE
£etdóc Gomant
ZATERDAG 29 APRIL 1989 PAGINJ INE
door Marinus van der Berg
Verzorgenden en verplegen-
den zijn in opstand gekomen.
Dat is een opvallende ge
beurtenis. In 1986 zei een
vakbondsbestuurder van de
christelijke vakbond CFO:
„Ze zijn meer dienstbaar dan
strijdvaardig". Een ander
vakbondsbestuurder zei: „Je
hoort ze, hoe slecht het ook
gaat, nooit praten over hun
eigen salaris. Ze hebben het
altijd over hun werk, hoe ze
het niet meer goed kunnen
doen, hoe ze moeten rennen
en draven en hoe de patiën
ten eronder lijden".
Als buitenstaander zou je
kunnen denken dat het alleen
maar gaat om salarisverho
ging, maar het gaat om veel
meer. De actie van de verzor
genden en verplegenden
roept de vraag op hoeveel wij
in onze samenleving uit willen
geven aan een goede ge
zondheidszorg.
Er lijkt een neiging om wel
veel geld te willen besteden
aan technische hoogstandjes,
maar veel minder bereidheid
om geld te besteden aan de
verzorging van mensen. Juist
nu er steeds meer hulpbe
hoevende ouderen komen en
onder meer het aantal de
mente ouderen stijgt, is dit
dringend nodig. Een samen
leving die zichzelf respec
teert, heeft zorg om de hulp
behoevende in haar midden.
Vanaf het begin van de acties
is steeds gezegd dat de pa
tiënten er niet onder mogen
lijden. Al meerdere jaren is
gezegd dat de patiënten lij
den onder de bezuinigingen.
In de ziekenhuizen waar de
opname-duur is gedaald is
als effect daarvan het „ern
stig ziek-zijn" alsmaar geste
gen. Het herstellen gebeurt
nu thuis. Vroeger in het zie
kenhuis. In de verpleeghuizen
moeten steeds minder ver
zorgenden steeds meer werk
doen. In sommige periodes is
het niet ongewoon dat er in
één week tijds drie a vier
mensen sterven. Dit betekent
steeds veel extra werk.
Een helder en indrukwekkend
beeld van de gestegen werk
druk in een verpleeghuis
biedt het zojuist verschenen
boek: „Tranen achter het
glas aan". Peter Heerkens
heeft gedurende drieënhalve
maand zich van binnenuit
verdiept in het leven van een
verpleeghuis voor lichamelijk
en hulpbehoevende ouderen
en in een verpleeghuis voor
demente ouderen. Hij heeft
geluisterd en gesproken met
bewoners, familie, verzorgen
den, met leiding en met be
leidsmakers. Zijn verhalen
worden onderstreept met cij
fermateriaal.
Met groot respect heb ik het
boek gelezen en het verdient
juist in deze weken de aan
dacht van velen. In de afgelo
pen jaren hebben ook ande
ren zoals familieleden en
geestelijke verzorgers in zie
ken- en verpleeghuizen de
noodklok geluid.
De overheid schijnt bang te
zijn voor de olievlekwerking.
Als de een komt, komt ook
de ander. Salarisverhoging
alleen lost ook niets op. Er
dient een politiek bereidheid
te groeien om een groter per
centage van het nationale
huishoudboekje te besteden
aan de zorg voor zieken en
hulpbehoevenden. In 1986
leek er nauwelijks actiebe
reidheid. Nu is het anders ge
worden. We kunnen het niet
afdoen met te zeggen: „Er is
nu een nieuwe generatie die
lastiger en kritischer is ge
worden". Er is een diepe on
vrede: het gevoel niet echt
gehoord te worden, maat
schappelijke onderwaarde
ring, onderschatting van de
geestelijke en lichamelijke
belasting van dit werk.
Het is dan ook een opvallend
en verheugend gegeven dat
uif onderzoek blijkt dat er in
de samenleving een grote
sympathie is voor de actie
van de verplegenden en ver
zorgenden. „De minister
moest hier maar eens een
tijdje als patiënt worden op
genomen en dan behandeld
worden zoals iedereen", is
een ander veel gehoorde leu
ze.
Hopelijk komt er al eerder
een oplossing die zowel op
korte als op lange termijn
voorwaarden schept voor een
gezondheidszorg die aan
dacht voor heel de mens
heeft.
Christelijke leiders buigen voor islamitisch terrorisme'
JERUZALEM De burgemeester van Jeruza
lem heeft de leiders van de christelijke kerken
in het Heilige Land ervan beschuldigd dat ze
zijn gezwicht voor „islamitisch terrorisme en
dreigementen van de Arabieren". De leiders
van de Grieks-Orthodoxe, Rooms-Katholieke,
Melkitische, Armeense, Syrische, Koptische en
Anglicaanse Kerk in Israël uitten deze week in
een brief aan secretaris-generaal Perez de
Cuellar van de Verenigde Naties zware kritiek
op het beleid van Israël in de bezette gebieden.
„Het volk dat in het Heilige Land woont, is
van zijn fundamentele rechten beroofd, omdat
het onderworpen is aan de willekeur van de
autoriteiten", zo schreven zij onder meer. Kol
iek verwondert zich erover dat de christelijke
leiders het stilzwijgen bewaren, „als het terro
risme onder de joden slachtoffers maakt, als
stenen worden geworpen naar joodse gelovi
gen die bij de Klaagmuur bidden, of als joodse
begraafplaatsen worden ontheiligd". Hij sprak
tijdens een plechtigheid die door de Grieks-Or
thodoxe Kerk in Jeruzalem was georganiseerd.
Koliek beklemtoonde nog dat Israël er alles
aan zal doen om alle godsdiensten de toegang
tot hun heilige plaatsen te verzekeren.
Het boeiende van ons
klimaat vind ik dat
het bij machte is vier
seizoenen in een
week te leveren.
Simon Carmiggelt
MODEL VAN PASSIESPEL IN HEDENDAAGSE VORM
DEN HAAG „Cantate"
(„Zing") heet het zang-,
speel- en dramastuk „Met
Mirjam en Mozes mee",
over de uittocht van het
volk Israel uit Egypte.
Het is gemaakt door Gea
Boessenkool, tekst en
Jan-Willem van de Vel
de, muziek.
De titel „Cantate" is ei
genlijk te beperkt, er ge
beurt immers veel meer
dan zingen. „Je kunt mis
schien ook wel spreken
van een soort bibliodra-
ma", vinden Gea Boes
senkool, de Haagse tekst
dichter en-theologe-uit-
liefhebberij en Jan-wil-
lem van de Velde, Haags
componist en muziekle
raar.
„Want er gebeurt van alles. In
wat wij dan Cantate hebben
genoemd spelen mensen een
toneelrol, wordt gezongen en
gespeeld, geimproviseerd, ge
danst en geluisterd. Het is in
derdaad veel meer dan mu
ziek. Bovendien is er bij
„Cantate" niet, zoals bij veel
muziek in de kerk, sprake
van een opvoering. Iedereen
kan er aan mee doen, nie
mand blijft buiten spel".
Boessenkool en Van de Velde
kijken met plezier terug naar
de grote „happening" waar de
Cantate door zo'n achthon
derd mensen werd uitgevoerd
en beleefd. Dat was tijdens de
jubileumbijeenkomst van de
Mirjam (r) deelt water en brood uit aan het volk, de deelnemers aan „Cantate" in de Amster
damse Dominicuskerk, tijdens de viering van tien jaar Basisbeweging foto: hans kempkes.
Basisbeweging, enkele weken
terug in Amsterdam.
Het verhaal van de uittocht is
verdeeld in tien scènes die
werden gespeeld door ver
schillende groepen: vrouwen
groepen, slavengroepen, een
„Mozesgroep" en een groep
droomuitleggers. Tijdens en
tussen de scènes klonken
spreekkoren, werden dia's ge
toond, liederen en werden
licht-en geluideffecten ge
bruikt.
Kenmerkend voor het stuk is
de vrijheid die de deelnemers
hebben (improvisatie) en an
derzijds zijn er de „spelregels"
die gevolgd kunnen worden
waardoor de bedoeling van de
makers het beste tot haar
recht komt. „We hebben ge
probeerd het verhaal van de
uittocht actueel te laten zijn.
Want dat verhaal heeft ook
nu nog heel wat te zeggen. Er
is immers ook nu veel slaver
nij. We zitten gevangen in
structuren van arm/rijk, die
van het vijanddenken en ie
dereen kan zelf nog allerlei
„slavernijen" bedenken, van
roken tot en met de baan.
Voor de uitvoering in Am
sterdam hadden plaatselijke
basisgroepen bijdragen voor
bereid. Zo kwam er een Mo-
zes-figuur op die kritische
vragen stelde bij al die versla
vingen, maar ook een „cap
tain of industry" die de belan
gen van de westerse indus
triële wereld verdedigde".
De inhoud van het uittocht
verhaal kwam daardoor heel
dicht bij de mensen: de groe
pen van Voorschoten/Zoeter-
meer verbeeldden de tien pla
gen van Egypte in actuele mi
lieuvraagstukken. De basis
groep uit Deventer die deed
„verslag" van het proces dat
christenen in die plaats door
maakten toen ze een Marok
kaanse vluchteling opnamen:
solidariteit met die man bete
kent het uittreden uit het vei
lige verzekerde bestaan en
dat blijkt vreselijk moeilijk.
Passiespel
Boessenkool en Van de Velde,
beide betrokken bij de basis
gemeente Ekklesia Den Haag,
hebben veel positieve reacties
gehad. De deelnemers in Am
sterdam voelden zich met
huid en haar betrokken bij
dat oude verhaal. Zelfs zo dat
ze de Exodus lieten zien: mas
saal de kerk uit en het Spui
op, de Mozes-figuur achterna.
„Onze werkwijze lijkt wel een
beetje op het middeleeuwe
passie- of kerstspel", vinden
de auteurs. „Volks- en kunst
toneel waren toen nog niet
gescheiden. Je had én de
overgeleverde teksten en de
improvisatie. In dat laatste
konden de mensen hun eigen
leven kwijt. Zo gaat het bij
ons eigenlijk ook. In „Met
Mirjam en Mozes mee" geven
we teksten, voorzien van een
inhoudelijke, theologische toe
lichting. Het gaat er om die
oude grondwoorden te laten
klinken in hun authentieke
betekenis, in de omstandighe
den van vandaag. Want dat is
voor ons de kern: het je toeëi-
genen van het verhaal van
toen in het hier en nu. Het
moet zó gaan leven dat men
sen tot de ervaring komen:
het had mij kunnen gebeuren,
wat het volk is overkomen.
Of: Wat Mozes allemaal tegen
God zei om onder zijn op
dracht uit te komen, heb ik
ook niet heel vaak heel mooie
woorden voorhanden om din
gen niet te doen? En: durven
we de woestijn van onzeker
heid wel in te gaan?
De Amsterdamse uitvoering
was niet de eerste; in kleiner
verband werd het werk al di
verse keren uitgevoerd. Het
werk is namelijk zo opgezet
dat het ook met groep van
zo'n twintig, vijfentwintig
mensen. En „Cantate" kan
ook heel goed in één dag wor
den ingeoefend en uitgevoerd;
het hoeft dus niet zoals voor
de Amsterdamse happening,
echt langdurig te worden
voorbereid.
„Het is maar net wat je wilt
en wat de omstandigheden
zijn. Je kunt als gespreks
groep, als actiegroep of als
wat dan ook besluiten om ge
durende meerdere avonden
de Cantate voor te bereiden.
Je kunt ook zeggen: als afslui
ting van een het gesprekssei-
zoen besteden we een dag aan
voorbereiding en uitvoering.
De ervaring heeft inmiddels
wel geleerd dat deze manier
van werken gemeenschap
sticht. Je bent op een heel in
tensieve wijze met elkaar be
zig, in vormen die je vaak
niet gewend bent.
Van de Velde en Boesenkool
hebben vage plannen voor
een nieuw project, maar zeker
is er nog niets. Wat wel zeker
is dat hun „Cantate" wordt
ervaren als een vernieuwende
integratie van liturgie en bij
beluitleg.
LÜTSEN KOOISTRA
(Tekst, toelichting, adviezen,
exegese en liederen van „Met
Mozes en Mirjam mee" staan
gebundeld in Doek „Cantate",
uitgave Luyten, Aalsmeer.
Prijs ƒ15, -,)
Het Katholiek Documentatie
Centrum (KDC) in Nijmegen
viert maandag zijn twintigja
rig bestaan met een bezinning
over de journalist in de con
fessionele media. Het is duide
lijk dat diens rol een ingrij
pende verandering heeft on
dergaan, niet eens zozeer in
de afgelopen twintig jaar
waarin het documentatiecen
trum actief is geweest als wel
veeleer in de direct daaraan
voorafgaande periode. Het in
stituut is zelf produkt van een
voltooide (katholieke) eman
cipatie en centrum van vooral
(historische) bezinning op het
recente katholieke verleden,
hetgeen tot uiting komt in de
jaarboeken van het KDC. Jan
Roes, directeur van het KDC,
wijst er echter op dat de taak
van zijn instituut niet alleen
bedoeld is het verleden zicht
baar te maken (dit jaar tot ui
ting komend in de uitgave
van het eerste van een vijf
delen omvattende bibliografie
van katholieke periodieken
vanaf de Franse tijd; een
monnikkenkarwei vanwege
de vele lacunes en het slechte
beheer van deze vaak in het
niet verdwenen bladen), het
instituut wil inspelen op actu
ele ontwikkelingen in het Ne
derlandse rooms-katholicisme.
In dat verband heeft Roes ooit
gesproken van de gemankeer
de emancipatie die hierin tot
uiting komt dat tegen de
hoopvolle verwachtingen di
rect na Vaticanum II in de
oorspronkelijke identiteit en
rol van katholieken in de sa
menleving vrijwel is ver
dampt. Het betekent ook dat
als gevolg van deze toene
mende versmelting van ka
tholieken met de hen omrin
gende samenleving „de rele
vantie terugloopt" van een in
stituut als het KDC.
Het is hier niet de plaats om
op de oorzaken en omstandig
heden die tot deze ontwikke
lingen geleid hebben verder
in te gaan, maar het is zon
neklaar dat deze situatie zich
ook weerspiegelt in de* confes
sie-gebonden journalistiek. De
journalist tussen roeping en
beroep, luidt het motto waar
onder maandag in Nijmegen
gediscussieerd zal worden tus
sen deskundigen, vooral his
torici, en journalisten. Werd
katholieke journalistiek ooit
als een vorm van apostolaat
opgevat, nu zijn haar verte
genwoordigers beroepsmen
sen die in de eerste plaats wil
len inspelen op de behoefte
van lezers gebeurtenissen en
situaties adequaat te verwoor-
Jaarboek
Bij gebrek aan een duidelijk
toekomstbeeld is het niet ver
wonderlijk dat de aandacht in
het jaarboek voornamelijk
uitgaat naar de tijd dat de ka
tholieke pers nog echt katho
liek was. Het jaarboek biedt
een betrekkelijk willekeurige
verzameling hoofdstukken
over de geschiedenis van ka
tholieke landelijke en regio
nale bladen, geschreven door
aankomende historici en en
kele veteranen uit de journa
listiek. De nodige pagina's
worden besteed aan die na
oorlogse episode van kranten
en weekbladen waarin de
grote omslag van orthodoxie
naar pluriformiteit plaats had.
De periode ook waarin er nog
volop kansen leken te bestaan
voor een nieuwe taakopvat
ting, maar waarin menig blad
kopje onderging.
Twee van die momenten die
karakteristiek mogen heten
voor de lotgevallen en de
richting van de na-oorlogse
katholieke pers waren de fu-
Jarr Roes. foto. cees verkerk
sie van De Tijd en de (Rotter
damse) Maasbode in 1959 en
het laten vallen door de
Volkskrant van de onderkop
Katholiek dagblad voor Ne
derland in 1965. Over. dat
laatste komt de oud-hoofdre
dacteur van de Volkskrant,
drs. J. van der Pluim, zelf aan
het woord in een bijdrage die
hij vlak voor zijn plotselinge
overlijden vorig jaar voltooi
de. De plannen voor het laten
vallen van die onderkop be
stonden al lange tijd. De in
wijding van het nieuwe ge
bouw aan de Wibautstraat
(met wijwater dus) bleek een
mooie aanleiding, aldus Van
der Pluim. We wilden laten
zien dat we een krant maak
ten die ook voor niet-katho-
lieken interessant was.
Ook al verdween de onder
kop, Van der Pluim zei toen
dat zijn krant een katholieke
krant zou blijven. Er heeft
nooit een strategie bestaan om
naar een linkse krant toe te
werken zoals soms wel is ge
suggereerd. Het is volgens
hem een kwestie geweest van
het benutten van de mogelijk
heden -die zich na schrapping
van de ondertitel voordeden.
En er waren volop journalis
tieke mogelijkheden dank zij
de ontwikkelingen in de sa
menleving. De naar de vak
bond overhellende sympathie
van de oud KAB-krant bleef
in het (eerste) redactiestatuut
van 1975 bewaard: (De krant)
beoogt de ontwikkelingen te
bevorderen die een belofte in
houden voor een menswaar
diger samenleving, luidt een
zinsnede uit dat statuut die in
de huidige tijdgeest al weer
enigszins gedateerd overkomt.
Heel anders verliepen de ont
wikkelingen bij de Katholie
ke Illustratie waarover een
andere hoofdrolspeler schrijft,
Herman Pijfers. Hij streefde
in de jaren vijftig naar ver
breding van de Katholieke Il
lustratie dat in zijn soort toon
aangevend was, maar met na
drukkelijke handhaving van
de katholieke identiteit. Het
zou er niet van komen en het
blad ging in 1969 op in de
Nieuwe Revue dat zich radi
caal ontdeed van zijn katho
lieke verleden.
Fusie
Dat er andere tijden op til wa
ren bleek uit de fusie tussen
De Tijd en De Maasbode in
1959. Vóór de oorlog waren zij
de twee toonaangevende lan
delijke katholieke bladen,
maar daarna waren ze enigs
zins in de versukkeling ge
raakt. De Tijd leek voor De
Maasbode de meest aangewe
zen fusiepartner. Voor de oor
log had De Maasbode gepro
beerd tot vier keer toe De
Tijd op te kopen die toen veel
minder abonnees had dan De
Maasbode. Haar reputatie als
landelijke krant was groot in
commerciële kringen, terwijl
De Tijd toch vooral doorging
voor een pastoorskrant. De
Rotterdamse krant kwam
echter totaal berooid uit de
oorlog te voorschijn. Niet al
leen werd het gebouw en al
het materieel van de krant
verwoest, ook kreeg ze al in
het begin van de oorlog een
verschijningsverbod opgelegd.
Daar herstelde ze zich nooit
van. Toen in 1958 duidelijk
was dat er hoe dan ook iets
moest gebeuren, is door direc
teur Kuipers van de Maasbo
de serieus overwogen aanslui
ting te zoeken bij Haagse dag
blad Het Binnenhof. Een for
meel gesprek heeft echter
nooit plaats gevonden, zo
schrijft H. Vermeulen die het
archief van de Maasbode
heeft bestudeerd. Samenwer
king met De Tijd leek meer
voor de hand te liggen en in
1959 sloeg dat nieuws dat con
current De Volkskrant naar
buiten bracht als een bom in,
en haalde ook de wereldpers.
Het Franse blad Le Monde
meldde in een zesregelig be
richt dat „De Maasbode sera
absorbé par De Tidj" (De
Maasbode zal worden opge
slokt door De Tijd) met dat
onverwoestbare gallische ta
lent voor verhaspeling van
Nederlandse namen. De her
innering aan de vroegere
overnamepogingen van de
Maasbode indachtig lachte
men bij De Tijd in zijn vuistje,
maar dat zou slechts van kor
te duur, want nauwelijks een
decennium later dienden de
rentabiliteitsproblemen zich
bij dit dagblad opnieuw in
volle omvang aan.
PAUL VAN VELTHOVEN
De gezegende pers: aspecten van
de Nederlandse katholieke persge
schiedenis. Jaarboek van het Ka
tholiek Documentatiecentrum. Uit
gave: Kerckebosch, Zeist.
Gerelativeerd optimisme
■fcSEL
10 gul.
10 gul
steun
an d<
geer
;een
•n de
President Duisenberg van de Nederlandsche Bank
minister Ruding van financiën zijn het de afgelopen jai
roerend eens geweest over het financieel-economische bel r°
dat in ons land moet worden gevoerd. Hamerend op looniiet
tiging, waarschuwend tegen een gebrek aan begrotingsdis is ges
pline, mopperend over de omvang van de staatsscht n wo
vormden zij de gewetensvolle kascommissie van de BV
derland.
Het gaat momenteel goed met de BV. De economist
groei overtreft de stoutste verwachtingen, er wordt stevig
ïnvesteerd, de werkgelegenheid stijgt spectaculair. Beide
vloedrijke economen geven dit gaarne toe al was
maar omdat het hun jarenlange gelijk bevestigt doch
kost hun moeite zich los te maken van de rol van bederv
der feestvreugde. Ruding is er nu eenmaal de persoon
naar om de toeter aan de mond te zetten. Duisenberg
dat wat vlotter af. Hij verhaalt in het jongste jaarverslag
zijn bank van een succesvol jaar 1988 en schetst een ro
perspectief voor 1989 en de periode daarna. Maar hij kan
natuurlijk toch niet nalaten enkele relativerende kanttel
ningen te plaatsen bij een overwegend zonnige ontwikkelii
DUISENBERG maakt zich met name zorgen over de staa m
schuld, die nog altijd een te zwaar beslag legt op de rijks! jn
groting en op de geldmarkt. In dat opzicht is hij anderm; or r
geheel eensgezind met Ruding, die de strijd tegen de natior jne^
le schuldenlast tot eerste prioriteit heeft verheven. Ook en 0
bankpresident maakt duidelijk dat een loongolf, laat sta nj,
een loonexplosie, veel zo niet alles ongedaan kan maken v n v0
ih de achterliggende jaren is opgebouwd dank zij de ge: ^er;
menlijke inspanning van overheid, werkgevers en vakbar(j0(
den. p. v
verr
De stijging van de loonkosten is ruim achtergebleven bij is de
groei van de arbeidsproduktiviteit. Die winst ten opziclèar v
van de buitenlandse concurrentie mag ons land pertinent r
niet uit handen geven, te meer daar eerder sprake is gewe 'ra^
van een inhaalrace dan van het nemen van een voorsproi matl;
Het is het bekende verhaal waartegen weinig is in te brenotoi
gen, hoe vervelend het op dit ogenblik bijvoorbeeld de actiputei
voerende verpleegkundigen in de oren zal klinken. fsdier
l(wa
BUITENSPORIGE looneisen in de bedrijven en de ovffl Bui
heidssector zouden niet alleen het financieringstekijng
doen oplopen en de bedrijfsrendementen in gevaar breng# ge^
maar tevens de inflatiespiraal in beweging brengen. En daap'*le
in schuilt volgens Duisenberg thans wellicht het grootste ri|aans
co voor onze opgebloeide economie. Hij hoort in de verte nl,w i
melijk het inflatiespook reeds zachtjes aan de kettingen ran de t
melen. fden
fi het
TT i. Mo
xlET Nederlandse bankwezen heeft de laatste jaren \j Voo
ruimhartige kredietverstrekking steeds meer (giraal) geldjirme<
omloop# gebracht. Geruime tijd geleden stelde de Nederlangen
sche Bank daarom al een „beperkte dijkbewaking" in. V|°rnJ
gens afspraak werd de groei van de geldscheppende activitl.
van kredietinstellingen aan banden gelegd. Nu is zo'n £p-
spraak slechts een zeer voorzichtige en vrijblijvende ingrefend
met een uiterst beperkte werking. Op de (inter)nationa dan
geldmarkt staan te veel kramen waarover zelfs marktm€Fr ke
ster Duisenberg geen zeggenschap heeft. Het geldvolumer vo
dan ook blijven uitdijen, en daarmee is een voedingsbodeLee
ontstaan voor inflatie, een verschijnsel dat in ons land bij^r Z]
leek uitgebannen. vrac
oud
DUISENBERG overweegt nu hardere maatregelen. HjBet
dichtdraaien van de geldkraan betekent een stijging van (jen l
rentetarieven. Dat heeft vervelende neveneffecten, maar gi als
zien de tekenen van oververhitting die onze economie begiet N
te vertonen is enige afkoeling misschien niet eens zo slech
Het is in elk geval te verkiezen boven een aanwakkerende!*
inflatie, die een verwoestende loon- en prijsspiraal in we*
king kan zetten en de herwonnen concurrentiekracht v«J~1J
onze economie kan ondermijnen. Het is een geruststellend^
gedachte dat Duisenberg waakzaam blijft, en temidden vauct€
al het economisch optimisme de inflatiegeest niet uit de flfrt
wenst te laten. jn r
Zonnige perioden
DE BILT (KNMI) Een rug
van hogedruk strekt zich over
de Britse Eilanden naar de
Noordzee uit. Het trekt naar
het oosten en bepaalt het weer
vandaag. In de nabijheid van
deze rug kunnen we een flin
ke zonnige dag tegemoet zien.
Veel bewolking ontwikkeld
zich niet.
Na een koude nacht loopt de
temperatuur morgen op tot 10
graden aan de kust en tot zo'n
12 graden in het binnenland.
Dat zijn enkele graden te wei
nig voor dit jaargetijde, maar
een prettige bijkomstigheid is
dat de wind zwak en veran
derlijk blijft. Met al een zonni
ge dag met weinig wind en
geen neerslag, waarbij regen-
gebieden ver van ons verwij
derd blijven. Een bevindt er
zich boven Ierland, de ander
moeten we boven Oost-Europa
zoeken.
Weersvooruitzichten voor di
verse Europese landen, mede
gedeeld door het KNMI, geldig
voor morgen en maandag:
Benelux: Perioden met zon,
maar in Belgie en Luxemburg
maandag wolkenvelden en
een kleine kans op wat motre
gen. Middagtemperatuur onge
veer 15 graden.
Zuid-Skandinavië en Dene
marken: Perioden met zon en
droog. Middagtemperatuur
ca.12 graden.
Groot-Brittanië: Morgen veel
bewolking en af en toe regen,
maandag opklaringen en op de
meeste plaatsen droog. Mid
dagtemperatuur ca. 14 graden.
Duitsland: Perioden met zon
en droog. Middagtemperatuur
ca. 15 graden.
Frankrijk: Perioden met zon
en op de meeste plaatsen
droog. Middagtemperatuur
van 13 graden in het noorden
Alpenlanden en Noord-Italit afj
Perioden met zon en op
meeste plaatsen droog. Miiaa^.
dagtemperatuur ongeveer L pp
graden. Lee
Midden- en Zuid-Italië: Wissl1
lend bewolkt en vooral
m„prst<
gen enkele regen- of onween°es
buien. MiddagtemperatuiPme
ca. 18 graden. N ZL
Spanje: Perioden met zo|uut
maar in het uiterste noordejde
ook wolkenvelden. Droofotei
Middagtemperatuur van ongfaarc
veer 18 graden in het noorde[er
tot ruim 25 graden in het zi
inko
Hen
gen-of onweersbuien. Middag
temperatuur ongeveer 17 grit"
WEERRAPPORT HEDENMORGEN
Waer Max M
Amsterdam onbew 11