reurig beeld van de falende man
Deighton mist vaart
Het spijkerbed van Tim Finn
„Menig
moe man
die zijn
avondmaal
nam
Bevroren beelden
gevonden op zolder
kan een
stormpje
hebben
3EKEN/PLATEN
CeidócScHvumt
VRIJDAG 21 APRIL 1989 PAGINA 17
rt
ng g«,
releken bij mij moet Qua-
de gebochelde klok
luider van de Notre-Dame
Don Juan geweest zijn,
lasanova. De stakker kan
logelijk zoveel blauwtjes
hebben als ik". Zo be-
van de episoden in
lekje „Genante vertonin-
van Hans Dorrestijn,
in voortdurend een ik-fi-
met de naam Hans op-
schrijver die een
leitje van zijn leven
voornamelijk faalt
als man. Daarvan geeft hij
grimlachend en tandenknar
send een beeld.
Dit boekje bevat wat verhalen
rond dit thema, die weliswaar
als aparte vertellingen te be
schouwen zijn, maar eigenlijk
een doorlopende keten vor
men. Steeds nieuwe inciden
ten, waarin over de mislukte
toenadering tot een vrouw
verteld wordt.
„De seksen zijn niet geschapen
om elkaar te troosten", ver
zucht de verteller ergens. Hij
heeft teveel ellende van de
eeuwige jacht naar sex en ero
tiek ondervonden. Maar dat
belet hem niet steeds opnieuw
te vallen voor de verlokkingen
die de „erotische koestering"
te bieden heeft. De vertonin
gen die daarop volgen zijn
doorgaans gênant vooral voor
de man zelf, die dom en on
handig door het leven klun-
geit. Allerlei meisjes en vrou
wen passeren de revue in deze
tien episodes, waarvan er vier
de titel dragen „Genante ver
te lachen. Dorrestijn staat in
deze verhalen dicht bij het
werk van zijn makker Lévi
Weemoedt, die ook in staat is
over de meest wanhopige mo
menten met de grootste lol te
vertellen. Dat is vaak tamelijk
schrijnend, zoals ook in dit
boekje.
Het slotverhaal beschrijft een
laatste wanhopige poging van
de hoofdfiguur om tot een re
latie met vrouwen te komen.
Een van zijn vrienden vertelt
hem dat vrouwen pas kontakt
met hem maken als hij andere
vrouwen verovert. Maar hij
staat al zo lang „droog". De
klucht en het drama die vol
gen zijn bitter en dwars. Door
een moeder en een dochter
komt alles toch in orde voor
deze droevige figuur, die zich
hier de „schedeslaaf" noemt
en dat begrip op een heel di
recte en onverholen wijze on
der woorden brengt.
Met tien van die verhalen is
het voor de lezer overigens
echt schoon genoeg, want het
thema leidt tot een niet ophou
dende herhaling van steeds
dezelfde observaties.
JAN VERSTAPPEN
Hans Dorrestijn: „Genante
vertoningen" - verhalen.
Uitgave Bert Bakker. Prijs
ƒ24,90
HERDRUK VAN „MEI"
FOTO: DIJKSTRA
nakantjer weer
jrkenbaar voor
l.e liefhebbers
im
rs
k get
iiten
29e optreden van recher-
ir De Cock („Met ceeoo-
;aa") in de door A.C.
itjer geschreven reeks
urén van een Amster-
politieman speelt zich
Hugenoten-kringen. „De
en moord eerste klasse"
de dood van een jon-
■yilondine, die i
t bij
op Amsterdam Centraal
et wordt aangetroffen door
schoonmaker. De recher-
Nati ir, die zijn stad liever met
aanlejram of te voet doorkruist
de afstandse politie-
d&swagen, gaat op onder-
uit en slaagt uiteraard in
opzet.
pol.iti ntjer heeft opnieuw een
>pgetr( mathematische structuur
st als bepast in zijn verhaal,
in het aantal betrokkenen
hoofdstuk toeneemt. Zo
lonstetf het anders - in een trein
v^dt ontmaskerd,
tl
nt)er is inmiddels een vaste
in erkende naam in het va-
rd zij»anc^se detective-schrijvers-
giie- En terecht. Hoewel je je
ti$ soms verbaast over zijn
3 spook™, waarin hij bijna on-
te fe televisie-teksten ge-
de v^kt. Niet storend voor de
vastgg)ebbers van Baantjer/De
rmina'k' die zijn stijl herkennen
Dmdatwaarc*eren- Anderen hoe-
ebruiï niet echt uit te kijken
r bleeF 30e speuractie van de
snaDt sterdamse rechercheur,
doordj FRANK WERKMAN
afgesl. Baantjer: De Cock en
ord eerste klasse",
deigeverij De Fontein
arn. Prijs 14,90.
do<
erden (ADVERTENTIE)
arbij n
azemier
leken- Tijdschriften
ipermolen 10,
de op]117 pB Leiden
RosnTp' 071-22.00.22
et e
reestraat 127-129
|311 CM Leiden
071-12.46 42
?/r- en kantoorboekhandel
..^eerterick
irdeinde 33
&71 CM Roelofarendsveen
bl 01713-16033.
4 zandvliet
FOTO: PERS UNIE
De Fram in de ijselijke greep van het poolijs.
De vermaarde ontdekkingsrei
ziger Ronald Amundsen, de
eerste mens die de Zuidpool
bereikte (op 14 december 1911)
maakte ooit eens de opmer
king dat hij blij was niet later
geboren te zijn, omdat er dan
voor hem niets meer te ont
dekken viel, hooguit de maan.
Daar is wel iets van waar.
Toen Amundsen in 1872 gebo
ren werd was de aarde nog
niet volledig onderzocht. De
poolstreken vormden in meer
dan één opzicht witte plekken
op de globe. Zelfs de wateren
van Siberië en het Canadese
poolgebied waren nog niet in
kaart gebracht. Amundsen
wijdde zich vrijwel uitsluitend
aan de oplossing van deze
raadsels. Gedurende dertig
jaar keerde hij, steeds weer op
nieuw, naar de ijselijke uithoe
ken terug.
Niet alleen tijdens de beroem
de Zuidpool-expeditie (1910-
1912), maar ook op de poolreis
langs de noordwestelijke door
vaart (Noorwegen-Canada-
Grote Oceaan) in 1903-1906 en
de noordoostelijke doorvaart
langs de Siberische kust in
1918-1923 schoten Amundsen
en zijn bemanningsleden on
der de meest barre omstandig
heden talloze foto's. Daar wer
den later toverlantaarnplaatjes
van gemaakt. Met die licht
beelden illustreerde Amund
sen zijn lezingen die hij over
de hele wereld hield. Omdat
kleurenfotografie nog niet be
stond, werden sommige lan-
taarplaatjes met de hand inge
kleurd.
Eerbwijzen
BIJLAGE Bil UW KRANT MET
INFORMATIE OVER FILMS,MUZIEK
Voor de komst van de film
vormde de lezing met lan
taarnplaatjes de enige manier
om gesproken woord met „le
vende" beelden te illustreren.
Voor Amundsen was het bo
vendien een manier om nog
wat financiële vruchten van
zijn beroemde tochten te pluk
ken. En dat was nodig, want
Amundsens leven was een
lang gevecht met schuldeisers.
De toverlantaarn bracht kort
stondig ook financieel wat
verlichting. Alleen al in Ame
rika hield hij in een half jaar
tijd 160 voordrachten. Tijdens
een lezing in Engeland werd
de ontdekkingsreiziger ge
vraagd wat eigenlijk het nut is
van barre tochten naar levens
gevaarlijke uithoeken van de
aarde. Met uiterste minachting
antwoordde hij: „Bij kleine
geesten is er alleen maar
ruimte voor gedachten over
brood en boter".
De pool werd tenslotte zijn
dood. In 1928 nam de Noor
deel aan de opsporing van de
ontdekkingsreiziger Nobile die
met zijn luchtschip „Italia"
een noodlanding in het noord
poolgebied maakte. Amundsen
bedelde een vliegboot, com
pleet met bemanning, bij el
kaar en startte op 18 juni van
uit Troms in Noord-Noorwe-
gen. Daarna is nooit een spoor
meer van het toestel en de in
zittenden teruggevonden.
Amundsen verdween in de ijs-
zee, zijn enige werkelijke thuis
op aarde.
Aangrijpend
Na Amundsens dood bleken
de toverlantaarplaatjes ver
dwenen te zijn. In 1986 wer
den ze teruggevonden in een
kist op zolder bij een ver fami
lielid. Uit deze 200 unieke,
„bevroren beelden" is het
schitterende en aangrijpende
fotoboek „Amundsens Poolex
pedities in foto's" samenge
steld. De originele lantaarn
plaatjes zijn gereproduceerd in
de staat waarin ze werden ge
vonden. De vlekken, krassen,
en verkleuringen komen de
kwaliteit niet altijd ten goede,
maar verhogen wel de authen
ticiteit.
De foto's zijn eerder pretentie
loze kiekjes van amateurs dan
fotografische kunstwerken,
want in tegenstelling tot ande
re beroemde ontdekkingsreizi
gers uit zijn tijd (vooral Scott)
nam Amundsen op zijn expe
dities nooit een beroepsfoto
graaf mee. Maar dat doet aan
het unieke van dit stuk foto
grafische geschiedschrijving
niets af.
De meeste foto's hebben be
trekking op de Zuidpool-expe
ditie. Een enkel plaatje herin
nert aan de tocht met de Belgi-
ca, waarop Amundsen in 1898
zijn eerste poolreis maakte.
Een van zijn scheepsmakkers
zei later dat Amundsen de
„Napoleon van de Poolstre
ken" was en dat de Belgica
zijn school was.
Eenzaam man
Roland Huntford schreef bij
de betoverende beelden het le
vensverhaal van Amundsen,
zijn glorie en teleurstellingen.
Hij citeert daarbij uit de dag
boeken van de ontdekkings
reiziger. Die combinatie van
foto's en beeldende tekst
maakt het boek tot een uniek
document-humain over een
verbeten ijskouwe doordouwer
die niet alleen witte plekken
op de wereldkaart inkleurde,
maar die, met bijvoorbeeld Ib
sen en Grieg, behoort tot de
beroemde Noren die hun land
„uit de duisternis van de noor
delijke mistbanken tevoor
schijn haalden", zoals Hunt
ford het noemt.
Ondanks zijn roem en dui
zendkoppig gehoor was
Amundsen een eenzaam man,
die in het lezingencircuit bleef
ronddolen in een poging het
uiterste uit zijn prestaties te
persen. „Dit was tegelijkertijd
geestdodend en inspannend;
het oprakelen van de laatste
vonkjes van zijn vroegere
triomfen. Dit verklaart voor
een deel de bitterheid van
Amundsens latere jaren",
schrijft Roland Huntford.
„Achter een grimmig uiterlijk
verborg zich een gevoelig
Het kan raar lopen in het le
ven. Tim Finn weet er alles
van. Als de oprichter van de
Nieuwzeelandse groep Split
Enz kan hij terugkijken op
een redelijk succesvolle car
rière, maar toen hij het na
twaalf jaar voor gezien hield,
kwam zijn solo-escapade niet
echt van de grond. Het be
scheiden succes van „Fraction
too much Friction" leek een
veelbelovende start, maar
daarna werd het heel stil rond
zijn persoon. Behalve in Au
stralië en Nieuw Zeeland gin
gen zijn twee solo-elpees „Es
capade" en „Blue Canoe"
roemloos ten onder. Aan de
zijlijn mocht hij toezien hoe
zijn broer Neil, die in de laat
ste versies van Split Enz een
belangrijke rol had gespeeld
door goed in het gehoor lig
gende composities af te leve
ren, met zijn nieuwe groep
-Crowded House bijna pro
bleemloos de wereldtop be
reikte.
Jaloers
„Ja, ik ben jaloers geweest",
liet Tim Finn onlangs weten,
„want ik heb altijd gehoopt
dat Split Enz dat zou overko
men. Maar tussen Neil en mij
is van jaloezie geen sprake.
We spreken elkaar minstens
twee keer per week, meestal
telefonisch. Het gekke was
dat hij zich schuldiger voelde,
dan ik jaloers was. Ik herin
ner mij dat hij mij belde toen
de eerste single op de twee
plaats in de Amerikaanse hit
lijst stond. Hij zei: „ik ben he
lemaal niet blij en dat zou ei
genlijk wel moeten". Ik denk
dat hij zich schuldig voelde
tegenover mij, tegenover Split
Enz. Hij was niet in staat om
van zijn succes te genieten. Ik
heb hem zoveel mogelijk ge
holpen om dat wel te doen.
Hij heeft een jaar vol emotio
nele problemen achter de rug,
maar nu voelt hij zich prima".
Het was dankzij Neil Finn dat
Tim in contact kwam met
producer Mitchell Froom, die
op deze titelloze derde solo-el
pee ook de toetsenpartijen
voor zijn rekening neemt. Het
album werd in twee delen op
genomen. Nummers zoals
FOTO: PR
„How'm I Gonna Sleep",
„Show A Little Mercy" en
„Not Even Close" werden al
eind 1987 opgenomen, terwijl
de rest in augustus en septem
ber 1988 werd vastgelegd. In
de tussenliggende maanden
werkte Mitchell Froom aan
elpees voor Crowded House
en Richard Thompson, terwijl
Tim op reis ging en nog wat
nieuw materiaal schreef.'
Het eindresultaat blijkt meer
dan de moeite waard te zijn.
Als geen ander loodst Tim
Finn zijn luisteraar door ver
schillende stemmingen en
mag je meevoelen met de
componist. Zoals hij met Split
Enz al liet horen, weet Tim
hoe een goede melodie moet
klinken. Hij lijkt op dit album
over eenzelfde commerciële
oor te beschikken als bijvoor
beeld Paul McCartney. Het is
dan ook stuk voor stuk pak
kend werk, dat dankzij de
medewerking van klasse-ar
tiesten zoals bassist Tony Le
vin, gitarist David Rhodes en
percussionist Alex Acuna veel
weg krijgt van een reisje door
luilekkerland. In „Parihaka"
zit een opvallend ritme. Het
nummer neigt naar reggae.
„Not Even Close" biedt muzi
kaal de bitterzoete smaak die
ook in de tekst is terug te vin
den. In „Show A Little Mer-
cry" stort hij ook wat zang be
treft zijn hart uit, terwijl
„Been there done That" egos
van de Beatles in zich draagt.
Tekstueel heeft de elpee veel
weg van een spijkerbed. Zijn
persoonlijke pijn en vreugde
gaan hand in hand met een
intelligente en reflecterende
kijk op het leven. Het zijn
korte, maar krachtige literai
re werkjes met een positieve
lading. De depressieve perio
de lijkt Tim voorgoed achter
zich te hebben gelaten. En nu
maar wachten tot hij naar Ne
derland komt voor concerten.
Misschien is Parkpop de aan
gewezen plek om zijn live
kwaliteiten te tonen?
HANS PIET
Jerry Marotta (drum
In de acht jaar van haar be
staan heeft De Dijk zich opge
werkt tot een van de meest
volwassen bands van ons
land. De groep werd welis
waar opgericht in een perio
de, dat iedere vaderlandse
popmuzikant overschakelde
op Nederlandstalig, maar
overleefde als een van de
weinige deze rage. Geen won
der: De Dijk richtte zich nim
mer op het nogal wispelturige
tienerpubliek maar koos zo
wel in tekst als muziek voor
een, weliswaar niet vernieu
wende, maar hecht doortim
merde aanpak.
Terwijl de kids zaten te kwij
len bij de reggae van Doe
Maar of de melancholie van
de Frank Boeijen Groep had
De Dijk allesbehalve last van
het tegen wil en dank worden
van een tienergroep. De eer
ste singles werden weliswaar
geen succes, ondanks de bij-
na-klassieker „Bloedend
Hart", maar op de bühne
bouwde De Dijk gestaag aan
een ijzersterke reputatie.
Pas op de vierde langspeler
„Wakker In Een Vreemde
Wereld", met daarop de eerste
échte hit „Mag Het Licht
Uit", kreeg De Dijk met een
doorbraak te maken: de eerste
dijkdoorbraak die geen verve
lende gevolgen had. Het al
bum leverde De Dijk de nodi
ge erkenning (en een Zil
veren Harp) op en dus is er
anno 1989 alle reden om het
bestaande concept voort te
zetten.
Dat gebeurt dan ook op „Nie-
rpand In De Stad" (Mercury
836 985), een plaat waarop ri
sico's vermeden worden en de
rock en r&b opnieuw staat als
een huis. De melodieën zijn
wellicht minder verrassend
dan we van De Dijk gewend
waren, maar desondanks is de
De Dijk: geen
moment
vervelend...
FOTO: PR
band geen moment verve
lend. Zanger Huub van der
Lubbe weet het stadse leven
opnieuw aardig te verwoor
den. De band is op z'n sterkst
in de stomende single „Ik
Kan Het Niet Alleen", het
melodieuze titelnummer met
prachtig Hammond-orgel, het
innemende „Nergens Goed
Voor" en de tracks, waarin de
Super Groove Horns hun in
dringende partijtje meeblazen.
Eerst was er de doorbraak en
nu houdt De Dijk zich prima
staande.
GERT MEIJER
Provocerend, zo typeert Wil
lem Wilmink de eerste regel
van „Mei" van Herman Gor
ter, het beroemde gedicht, dat
hij in 1888 voltooide. „Het ding
is af", schreef hij toen aan een
vriend. Die eerste regel werd
spreekwoordelijk: „Een nieu
we lente en een nieuw geluid".
Bovengenoemde typering van
Willem Wilmink vind je in
zijn aardige toelichting bij een
nieuwe herdruk van het ge
dicht. Deze provocatie zit in
het volgende (en nu citeer ik
Wilmink): „Wie begint er nu
zijn debuut met de mededeling
dat zij iets te horen zullen krij
gen wat zij nog nooit gehoord
hebben? En dat nieuwe geluid
moet dan zijn „als het geluid
dat ik vaak hoorde", een uiter
aard merkte deze en gene op
dat een vaak gehoord geluid
toch moeilijk nieuw kan zijn".
Maar die kritiek is onzin,
vindt Wilmink, want het is
niet dat, wat Gorter schreef,
maar de manier waarop. En
die is nog steeds nieuw, aldus
Wilmink, die daarna ingaat op
een aantal dichterlijke en lite
raire bijzonderheden in deze
tekst van Gorter en in zijn
verdere oeuvre.
Zo wijst hij op de knappe ver
stechniek van Gorter, bijvoor
beeld in deze passage uit de
beroemde aanhef van „Mei":
„En menig moe man die zijn
avondmaal
Nam, luisterde, als naar een
oud verhaal.
Glimlachend, en een hand die
't venster sloot,
Talmde een poze, wijl de jon
gen floot".
Regels die inderdaad wat be
treft vormgeving en inhoud
van een enorme kracht en vi
taliteit zijn. Wilmink heeft oog
voor de ritmische s
De tekstuitgave van Wilmink
is overigens niets anders dan
een herdruk van de bekende
Ooievaar-serie, die voor het
eerst verscheen in 1956 onder
redaktie van Garmt Stuiveling
en die sindsdien keer op keer
ongewijzigd herdrukt werd.
Zoals ook nu weer.
JAN VERSTAPPEN
Herman Gorter: „Mei" - in
geleid door Willem Wil
mink. Uitgave Bert Bakker.
Prijs ƒ19,90 (gebonden
ƒ34,90)
Kleuterpoëzie
„Vingers in de jampot" is een
kostelijk bundeltje prima kleu
terpoëzie van Geert de Kocke-
re. Het betreft leuke rijmpjes
over alledaagse dingen. De
versjes zijn ritmisch en heel
komisch en zijn gemakkelijk
van buiten te leren. Sabine de
Meyer maakte de leuke teke
ningen, die het karakter van
het boekje, dat 17,50 kost en
bij Lannoo verscheen, voor
een aanzienlijk deel bepalen.
L.H.
gen tot genegenheid. Hij
trouwde nooit; stierf eenzaam
ongelukkig. Het leek alsof
len. Amundsen was geen
nuchtere, zakelijke onderzoe
ker. Hij was een dromer en
een man van de daad. Hij was
een exponent van een genera
tie die de lege plekken op de
kaart zag inkrimpen. Zijn lan-
taarplaatjes vatten de presta
ties van een opmerkelijk man
samen. Zij resumeren de laat
ste jaren van het klassieke
tijdperk van de ontdekking
van de aarde, toen de poolge
bieden de laatste grote witte
plekken van de globe vorm
den en de mens zich op eigen
kracht, met ski's, sleden en
honden verplaatste".
AAD STRUIJS
Roland Huntford: „Amund
sens Poolexpedities in fo
to's". Uitgave Zomer Keu-
ning. Prijs 69,90.
Boeiende science fiction Ira Levin
„Rosemary's baby" en „De jongens van Brazilië" hebben de
naam van Ira Levin gevestigd als een van de schrijvers die het
best in staat zijn spanning op te roepen en die vast te houden tot
de laatste alinea van het boek. Zijn nieuwste werk „De dag der
dagen" speelt in de toekomst, science fiction dus. Maar met grie
zelig veel verwijzingen naar ontwikkelingen in onze moderne
maatschappij.
Hoofdpersoon in het verhaal is Chip. Die naam op zich is al bij
zonder omdat heel veel mensen in die samenleving dezelfde na
men dragen. Er bestaan vier jongens- en vier meisjesnamen.
Verder wordt het persoonlijk onderscheid gemaakt met behulp
van letters en cijfers. De officiële naam van Chip is Li
RM35MM4419. Meestal wordt hij buitenshuis Li genoemd. Chip
is de naam die zijn familie hem geeft.
Er is nog meer bijzonder aan Chip: hij heeft één groen oog. De
meeste mensen zien er in de wereld van Chip hetzelfde uit. Ze
gedragen zich ook bijna allemaal gelijk. En iedereen draagt een
gelijke armband die werkt als een controlepas. Als ze ergens in
willen of een controlepost willen passeren moeten ze de arm
band tegen een aftaster houden. Er komt dan een goed- of af
keurend antwoord. Dat wordt gegeven door Uni, de grote com
puter die alle leven bepaalt.
Om de bevolking gelukkig en vooral rustig te houden krijgt ie
dereen elke maand een injectie. Daardoor bestaat er geen ruzie
of afgunst maar evenmin liefde of emotie.
Al vroeg in zijn leven hoort Chip, dat er wel eens mensen zijn,
die hun armband weigeren te dragen. „Ongeneeslijken" noemt
zijn moeder hen. Uiteraard raakt Chip bij die ongeneeslijken be
trokken. Op den duur wil hij weg uit zijn omgeving. Hij wil op
zoek naar de wereld zoals die was voor Uni kwam. Zoals de vo
rige boeken van Levin: buitengewoon boeiend.
JAN VAN KOOTEN
Ira Levin: De dag der dagen". Uitgave Bruna. Prijs ƒ16,90
James Bond was misschien
ooit wel de meest aanspreken
de, geheim agent, maar zijn
menselijke trekjes bleven - ze
ker in zijn films - doorgaans
beperkt tot oppervlakkige, on
gecompliceerde avonturen met
fraaie exemplaren van de an
dere sekse. Het beeld van de
man van de geheime dienst
heeft sinds Bonds introductie
zowel in film als op schrift de
nodige nuanceringen onder
gaan. Waardoor de inlichtin
genman ontstond, die in bijna
niets afwijkt van de doorsnee
huisvader met al zijn zorgen
en problemen.
In zijn laatste boek „Spionnen
horen", het eerste van een
nieuwe trilogie, heeft Len
Deighton dat beeld geschetst
van Bernard Samson.
Deze Brit wordt geconfron
teerd met een weggelopen
vrouw, die net als hij bij de
Engelse geheime dienst werkt
en blijft met twee, al wat gro
tere kinderen achter. Geluk
kig heeft hij Gloria, een blon-
Len Deighton
FOTO: SP
de schone van net in de twin
tig, die hem helpt ook de gees
telijke spanningen te overwin
nen. Druk, die nog wordt ver
groot door het feit dat Samson
een complot op het spoor
denkt te zijn. Een financiële
transactie van ongekende om
vang, waarin zijn naar het
oostblok „verdwenen" eega
Fiona een rol zou spelen.
Deighton heeft in dit eerste
trilogie-deel een beetje moeite
om vaart in het verhaal te
krijgen. Hij verliest zich wat te
veel in persoonlijke trubbels
van Samson, hetgeen sympa
thiek, soms herkenbaar aan
doet, maar veroorzaakt dat de
lezer enige moeite heeft om bij
de les te blijven. Pas in de
laatste paar hoofdstukken ont
staat enige tekening en de
snelheid van handelen, die
Deighton normaal gesproken
eigen is.
Het slot ontstaat na interessan
te verwikkelingen en biedt de
opening voor de twee reste
rende delen van de trilogie.
Waarvan het is te hopen dat
Deighton die wat meer snel
heid en afwisseling zal meege-
FRANK WERKMAN