Vrouwelijk Nederland op zoek naar een vriendin finale Bekijk het rustig en zie wat je ermee kunt doen" De andere jaren 'ficidóc 0omo4it' ZATERDAG 18 MAART 1989 PAGINA 27 Eind vorig jaar richtten twee vriendinnen, Ank Bakker en Kathleen Vos, een bureau Vrouwencontact Nederland op. Zij gunnen iedere vrouw zo'n warme vriendschap als zij samen hebben. Er kwam een storm van reaoties over hen heen van vooral eenzame vrouwen, veelal alleenstaanden, maar ook getrouwden die smachten naar een vriendin met wie ze kunnen praten, uitgaan, lachen en huilen, va kantie vieren en hobby's beoefenen. Ank en Kathleen hebben een „beerput" geopend. Als Ank haar telefoon 's avonds niet afzet wordt er tot diep in de nacht doorgebeld. LMSTERDAM - „Mevrouw, ik la nu al een half jaar ingeschreven n nu heb ik nog geen vriendin". Mevrouw, ik kan ze niet voor u akken". ,en andere vrouw, uit Enkhuizen, rijgt een vriendin aangeboden in jommenie, maar is bang dat haar lat te veel reisgeld gaat kosten. Er /ordt naar een oplossing gezocht. 'oor een meisje van 23 dat op haar 19e I is getrouwd, nu is gescheiden en geen ant uit kan, weten Kathleen en Ank og geen oplossing. Het meisje heeft te eel problemen. „We kunnen een andere rouw toch ook niet opschepen met ie tand die niets anders doet dan over problemen met de scheiding pra- :en volgende mevrouw komt even langs m iets met een betaling te regelen. Op laar inschrijfformulier staat haar leef- ijd: 72 jaar. Ze rijdt op een sportfiets en iet er uit als 50. Kathleen en Ank staan af en denken: „We moeten ze eigenlijk 'lemaal bezoeken voordat we bemidde- maar daarvoor is geen tijd. ft telefoon van het bureau Vrouwen- intact Nederland staat niet stil. Sinds ind oktober hebben zich nu duizend Houwen ingeschreven met het doel een indere vrouw bij haar in de buurt te inden om vriendschap mee te sluiten, let resultaat gaat ieders verwachtingen boven. Eenzaamheid straalt af van de neeste verzoeken om een vriendin. :en zeer gevarieerd aanbod in leeftijd: 13 tot 80 jaar. Vrouwen die vanwege de aan van hun man zijn verhuisd naar en eenzame plek in het Noorden van iet land, de kinderen uit huis zien gaan n niet kunnen aarden; vrouwen die we duwe zijn geworden en langzaam maar zeker alle bevriende echtparen hebben verloren; hardwerkende alleenstaande vrouwen die zich in de mannenmaat schappij dubbel moeten bewijzen, 's a - vonds doodmoe zijn en geen puf meer hebben sociale contacten te onderhou den; bijstandsvrouwen en -moeders, hoewel die tot nu toe nog in de minder heid zijn. Dat is Ank Bakker nog een doorn in het oog, want bijstandsvrou wen „uit de depressie trekken" is haar specialiteit. Het kan niet aan het in schrijfgeld voor een half jaar van 45 gul den liggen, vindt Ank. Zij weet dat zo'n bedrag niet te hoog is. Zij is door erva ring deskundig. Vreten Ank en Kathleen ontmoetten elkaar bij de slankheidsclubs in Leiden, waarvan zij beiden leidsters werden. Ank was net gescheiden en bijstandsmoeder en Kath leen was getrouwd en wilde haar zinnen verzetten. Sinds die tijd, nu zo'n vijftien jaar geleden, hebben ze elkaar niet meer uit het oog verloren. Ze hebben geen ogenblik tegen hun zin zonder werk ge zeten, ze verzonnen na elk project weer een nieuw en alles wat ze aanraakten flo reerde. Zonder opzet werkten ze al die jaren met en voor vrouwen. Er was in die tijd veel werk aan de winkel. Ank Bakker vertelt: „Vrouwen vraten zich vol om hun problemen te vergeten, doen dat nog, maar er is meer bespreekbaar geworden. Er was in die tijd ook nog veel taboe. Ik was zeer gemotiveerd om dat ik mezelf zo in de verdrukking heb gevoeld door mijn scheiding. Ik moest van de rechter mijn baan bij de biblio theek opzeggen omdat ik anders mijn kinderen aan mijn man moest toever trouwen. Hij kon wel een huishoudster Ank Bakker en Kathleen Vos runnen samen Vrouwencontact Nederland. Gaandeweg ontdekten ze hoe groot de eenzaamheid is onder vrouwen. FOTO: GER DIJKSTRA graag hulpverleningspaden bewandelt, in plaats van zich puur alleen met de be middeling bezig te houden. Eenzaamheid Ze besteden veel tijd aan het luisteren naar de moeilijkheden van eenzame vrouwen. „Je moet de gesprekken zo kort mogelijk houden, maar je ontkomt er niet aan dat de ellende van de een zaamheid af en toe over je heen wordt gegooid. Het is eigenlijk hetzelfde als bij de slankheidsclubs: achter het probleem van vreten en van eenzaamheid schuilt de oorzaak. Vrouwen voelen zich niet gelukkig in het huishouden, kunnen geen kant meer uit als bijstandsmoeder of voelen zich te veel weduwe. Daarom probeer ik ze ook altijd te stimuleren iets te gaan ondernemen, behalve een vriendin zoeken. Er was een vrouw uit Pieterburen die hield van dieren, vertel de ze me. Ze was eenzaam. Ik heb haar gestimuleerd een dierenasiel te openen, heb papieren voor haar opgehaald en opgestuurd. Dat moet ik eigenlijk niet doen, maar ik kan het niet laten. Ik heb nu een lange lijst met instanties waar wij vrouwen naar kunnen doorverwijzen als ze problemen hebben. Je merkt dat de meesten nog erg weinig weten van de mogelijkheden voor hulp. We hebben nog niets gehoord van die vrouw uit Pie terburen, maar ik weet zeker dat ze bezig is, want ze was wel enthousiast". Roken in dienst nemen. Ik nam ontslag en kwam vervolgens bij die slankheidsclubs terecht om toch mijn eigen geld te kun nen verdienen. Ik was nog veel meer op pad dan met mijn vaste baan het geval was. Er kraaide geen rechter naar. Ik kan er nu nog woest om worden". Haar eigen situatie en die waarin vrou wen nu nog verkeren, hebben van Ank een „echte feministe" gemaakt. Kathleen is wat „gematigder", is van het stel meer de „handelsvrouw". In Hillegom hadden ze na het project „slankheidsclubs" dat hen boven het hoofd was gegroeid, een winkel in twee dehandskleren, die ze van de hand moesten doen toen Ank naar Amster dam verhuisde met haar „ware Jacob". Maar na een korte gewenningsperiode in de nieuwe woonomgeving hingen ze al weer bij elkaar aan de lijn en bespraken hun volgend plan: het vriendinnenbu- reau. Een gat in de markt, zeggen ze. Kathleen en Ank zijn nu beiden moeder van zelfstandige kinderen, hun echtgeno ten hebben drukke banen, ze hebben volop tijd om het bureau te laten uit groeien. Voorlopig doen ze het werk nog vanuit Anks huis, een appartement in Amsterdam. Het kantoor is wel wat klein, er wordt al aan uitbreiding ge werkt. „We hadden ook wel gezellig bij elkaar kunnen gaan zitten, maar wij zijn doeners. Dat houd ik de vrouwen die bellen ook altijd voor", zegt Ank die Vrouwen moeten een inschrijfformulier invullen. Daarin wordt vrij gedetailleerd naar persoonlijke omstandigheden geïn formeerd, zoals naar vervoersmogelijk heden. roken en bezwaren daartegen, hobby's, kinderen, huisdieren en finan ciële omstandigheden. Een vriendschap kan soms op het roken stuklopen, heb ben Kathleen en Ank al ervaren. Daar om breiden ze hun formulier steeds ver der uit. Kathleen: „We doen meer dan bemiddelen alleen, zoals dat bijvoor beeld bij relatiebureaus gaat. Wij zoeken de vriendinnen bij elkaar, volstaan dus niet met het leveren van namen, maar kijken ook of er kans van slagen is, of de vrouwen dezelfde interesses hebben. Je krijgt soms hele vreemde verzoeken, je moet overal rekening mee houden. En we moeten onze eigen grenzen blijven bepalen. Laatst was er een vrouw die een homovriendje zocht om mee uit te gaan. We schrijven geen mannen in of ze nu homo zijn of niet. We bemiddelen ook niet voor lesbische vrouwen die een partner zoeken. Het gaat ons om vriend schap. Wij zijn geen huwelijksbureau". MARSCHA VAN NOESEL Vrouwencontact Nederland is te bereiken onder telefoonnummer: 020 - 6622687. ALFRED PELGER, EEN LEVEN IN ELEKTRONICA HAVELTE - Het is allemaal een kwestie van rustig bekijken, zegt Alfred Peiger. Laatst nog. Bij een oudere in de buurt deed de televi sie het niet meer. Wel beeld, geen geluid. Laat op de avond, winkels dicht, geen reparateur te bereiken. Idee: even Peiger bellen, die heeft er immers verstand van. Peiger ,Wie de ontwikkeling van de elektro nica niet op de voet volgt, zal over vijf jaar analfabeet zijn". Een uitspraak die je steeds vaker hoort, soms ook nog met de ietwat meewarig uitgespro ken toevoeging: „Voor veel ouderen zal dat best moeilijk worden". Zin of on zin? Dat laatste ongetwijfeld, als er voor de zoveelste keer van uitgegaan wordt dat ouderen per definitie minder oppikken uit hun omgeving dan jonge ren. En dat is in z'n algemeenheid ze ker niet het geval, er zijn voorbeelden te over van ouderen die juist meer op pikken dan ze eertijds deden. Met name als ze in hun dagelijkse leven meer tijd en minder aan hun hoofd hebben dan vroeger. Rest wel de vraag hoeveel „eenheden" van elektronica we in de toekomst nog tot ons moéten ne men om redelijk bij te blijven. Hebben we alles nodig wat zich beweegt tussen afstandsbediening van de televisie en satellietverkeer tussen aardse super machten? Een gesprek met Alfred Pei ger (70) in Havelte, sinds 1962 voorzit ter van de FIAR, waarin fabrikanten, importeurs-en agenten op elektronica gebied verenigd zijn. Sinds geruime tijd presideert hij ook de stichting Fi- ïato. Op de eerstvolgende ledenverga dering, deze zomer, zal hij beide func ties overdragen aan een jongere vak broeder. „Ik had nog best een tijdje meegekund, maar zo staat het nu een maal in de statuten en die heb ik zelf mee opgesteld. Vandaar". kwam, zag en vond niks bijzon ders. Ze praatten nog wat na, over de afgelo pen dag die verder wel leuk was geweest. Kleindochtertje op bezoek gehad, ja - wacht even, dat meisje had ook aan de televisie gezeten. Een lichtje bij Alfred Peiger: hoe groot was dat kind eigenlijk? Nou, een paar turven hoog. Dan kon ze dus niet hoger komen dan het laagste knopje, bedacht Peiger. En alleen het schuifje van de aansluiting voor de hoofdtelefoon zat zo laag. Hij zette het schuifje terug op z'n plaats en het geluid was terug. Rustig bekijken zoiets, dan komt het allemaal goed. Als stadskind, in de jaren dertig, was het Drentse Havelte hem al vertrouwd. Va der Peiger, medisch specialist in Amster dam en moeder, de actrice Emma Mo rel, hadden er een mooi buitenhuis waarin het gezin zo veel tijd doorbracht als maar mogelijk was. Nu woont Alfred Peiger er permanent, met zijn vrouw en met de herinneringen. „Hier begon ik m'n eerste experimenten. Een eigen ra diocentrale voor de buurt. Kabeltjes door de bomen en een ontvanger bij tien mensen thuis. Myziekje draaien, maar ik gaf ook de prijzen van de koeien en de kippen op de Meppeler weekmarkt. Moeder hield voordrachten voor mijn radio, prachtig was dat. Ik heb zelfs nog uitbreiding gehad, in Nijeveen, een paar kilometer verderop. Daar zat ook ie mand met een eigen station, een oudere man, maar die had wat moeite met het aankondigen van de platen. Hij zei ge woon: „Dit is Piet Jansen en die zingi. „De maan is zo rond". Of ik het voor hem wilde, doen, vroeg hij, als we hier waren met vakantie. Zo werd ik een van de eerste disc-jockey's in Drente". Hij zocht en vond zijn weg in de wereld van 't geluid. Exportmanager voor on derdelen. Beginjaren zestig een eigen be drijf in Amsterdam, inkoop van dia mantpuntjes voor grammofoons vanuit de Verenigde Staten en doorverkoop naar de industrie in Europa. Zijn eerste bezoek aan de jaarvergadering van de FIAR (Fabrikanten, Importeurs en Agenten in Radioartikelen), bakermat onder meer van de Firato: geweldige herrie in de tent, want het bestuur deed volgens de leden van alles niet goed of juist te goed, zoals dat soms gaat in een vereniging. Het bestuur trad dan ook af en er moest een nieuwe voorzitter ko men. „Ze keken eens rond in de zaal en toen zagen ze mij zitten. Die moeten we hebben, dachten ze. Niet omdat ze meenden dat ik de beste van 't stel was, Alfred Peiger, temidden van antieke spul len gehuldigd op de Firato. FOTO: PR maar omdat ik pas kwam kijken en in diamantpuntjes handelde. Snap je - ik stond vrij van de hele voorgeschiedenis en door de diamantpuntjes was ik ook geen partij in de grote concurrentie. En zo ben ik altijd voorzitter gebleven, later ook van de Firato". zo'n ding Zijn visie op ouderen en elektronica. „Dat grote groepen ouderen straks elek tronisch analfabeet zullen worden, geen gebruik meer kunnen maken van allerlei dagelijkse voorzieningen, ik geloof het niet. Natuurlijk zul je krijgen dat de een nog van alles aanschaft en de ander niks meer. Alleen moet je dan wel bedenken, dat daar een groot gebied tussen in zit waaruit ieder voor zich moet kiezen wat hij nog wil en wat niet. Als ik zie wat er nu al op de markt is in, bijvoorbeeld, elektronische beveiligingssystemen, dan geloof ik dat steeds meer oudere mensen daar gebruik van zullen maken. Op zo'n eenvoudige manier iemand kunnen waarschuwen in geval van nood, dat is toch prachtig? Maar ook eenvoudige ge bruiksvoorwerpen zullen steeds meer in gang vinden, denk ik. Kijk alleen maar naar zoiets simpels als afstandsbediening voor de televisie. Toen het er kwam zag je inderdaad wel ouderen denken: „Wat moet ik met zo'n ding?". Nu zijn er legi oenen ouderen die dat ding voor geen prijs meer willen missen". Het geldverkeer, pincode, magneetstrip. „Toch alleen maar gemakkelijk? De ene oudere na de andere hoor je klagen dat geld zo gauw kwijt raakt, door verliezen, tasjesroof en wat al niet meer. Als straks het boodschappen doen verder geauto matiseerd wordt kan ik me nauwelijks voorstellen dat veel ouderen echt proble men krijgen. Alleen moeten we wel goed aan een paar dingen denken. Ik heb al gezien dat mensen hun code op de be taalkaarten schreven om hem bij de hand te hebben. Ja, dan krijg je natuur lijk moeilijkheden als de kaarten gesto len worden of als je ze verliest. Op losse briefjes schrijven en in je zak of tasje stoppen is ook niet de oplossing. Maar vertel me niet dat ieder voor zich geen oplossing kan vinden die veilig is .en waarmee je op elk moment van de dag uit de voeten kunt. Ik wil nog maar eens zeggen: „Een kwestie van rustig bekij ken, dan is voor de meeste mensen echt wel iets te bedenken waar goed mee te leven valt". televisie Dat geldt ook voor een alledaags ding zoals de televisie. Ouderen kunnen er behoorlijk mee zitten als beeld en geluid gaandeweg voor hen vervagen. Dichter bij het toestel gaan zitten is vaak de op lossing waar in eerste instantie aan wordt gedacht. Peiger: „En dat is nu juist het laatste waaraan je zou moeten denken. De vuistregel: drie maal de „lange kant" van het toestel als kijkafs- tand geldt nog steeds. Als minimum, ook dat nog. Wie zich er niet aan houdt stelt zichzelf absoluut kandidaat voor oogbeschadigingen. Een groter toestel nemen lost niet altijd de problemen op: je hebt dan inderdaad een groter beeld, maar doorgaans is het minder scherp dan het beeld van een kleiner toestel. Wie daarmee te maken krijgt zou eens moeten letten op een voorziening die veel nieuwe toestellen tegenwoordig heb ben. Black screen of bij een ander merk weer een andere fantasienaam, maar het geeft in elk geval scherper contrast. Je kunt er ook iets dichter bij gaan zitten zonder gevaar voor de ogen, iets dichter, ook echt niet meer. Maar het werkt wèl. En wat het geluid betreft, bij oudere toe stellen kon maar één kijker luisteren via de hoofdtelefoon, bij de nieuwe toestel len is ook dat veranderd. Hoofdtelefoon met een aparte ingang, anderen kunnen gewoon blijven luisteren. Het is handig om te weten dat zulke dingen bestaan". Waar sommige ouderen zich echt door uit veld laten slaan, dat is de grote varia tie aan knopjes, toeters en bellen waar mee vooral de moderne geluidsappara tuur wordt uitgerust. „Ik denk toch wel eens, dat er eenvoudiger apparatuur op de markt zou moeten komen. Gelijk waardig in kwaliteit natuurlijk, maar simpeler van uitrusting. Zo ver zal het nooit komen, vrees ik. De industrie is er niet op ingesteld, zou het zelfs een stapje terug vinden. Ik blijf er bij dat het zou moeten. Maar goed, nu het toch niet ge beurt, valt te overwegen om - als het kan - uiteindelijk apparatuur te nemen die van huis uit eenvoudig is. Bij mu ziek is dat de cd-installatie. Ik weet het, 't is zonde van de platen die je nog hebt, maar alles slijt een keer en als er dan toch vervanging moet komen, zou ik ze ker adviseren om aan cd te denken. Eventueel cassettes, ook niet al te moei lijk, zij het dat de geluidskwaliteit min der goed is. Voor 't overige, vroeger was natuurlijk ook niet alles even eenvoudig. Wie nog een bandrecorder heeft kan daarover meepraten, maar uiteindelijk was het wèl leuk. De mijne gebruik ik nog steeds. Als mijn vrouw en ik op donderdagavond naar het Concertge bouw in Amsterdam zijn geweest en de NOS zendt 's zondags dat programma uit, denk er aan dat ik het op de band zet. Prachtig. Nou, hoeveel mensen heb ben daar vroeger niet tegen opgezien omdat een bandrecorder zo'n ingewik keld ding wasMet dingen zoals we ze nu gepresenteerd krijgen zal 't ook wel weer zo gaan. Dan zijn we terug bij het punt waar we dit gesprek begonnen: „Bekijk het rustig en zie wat je ermee kunt doen". AAD SCHOUTEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 27