Verkeerd(t? gespeld( t? PvdA-fractie eet defensiesoep van partijcongres niet zo heet Politiek Partij Parlement BINNENLAND £eidóc6otvicmt ZATERDAG 4 MAART 1989 PAGINA 5 DEN HAAG Als men de opiniepeilers mag gelo ven, dan is er in mei 1986 een wonder gebeurd. In slechts luttele dagen zou CDA-lijsttrekker Lubbers „met zijn wijze glimlach" zoveel kiezers bij de PvdA hebben weggetoverd dat een zeker schijnende ne derlaag voor de christen democraten werd omge bogen in een klinkende overwinning. Wetenschappelijk onderzoek heeft inmiddels uitgewezen dat de zege van het CDA niets te maken had met magische krachten. De opiniegoeroes wekten die indruk alleen om hun eigen foutieve voorspel lingen goed te praten. De ech te oorzaak van de CDA-over- wjnning was dat vele gema tigd linkse kiezers welbewust de PvdA de rug toekeerden, daartoe geïnspireerd door het succes van het kabinet-Lub- bers (economisch herstel) en door de radicale houding van de socialisten zelf. Want in die tijd was de PvdA nog in de ban van partijvoor zitter Max van den Berg. Ge steund door het merendeel van het partijbestuur en door een groot aantal kaderleden in het land wist „ayatollah" Van den Berg zijn eigen radicale standpunten telkens weer tot de officiële partijlijn te verhef fen. Bij zo'n opstelling van de soci alisten was er voor Klein Links uiteraard geen droog brood te verdienen. En het was vooral daardoor dat de PvdA toch nog behoorlijk goed uit de stembus kwam: van 47 naar 52 kamerzetels. Maar de vreugde daarover werd geheel overschaduwd door de nog veel grotere winst van het CDA. dat van 45 naar 54 zetels ging. De coalitie van CDA en VVD behield aldus haar meerderheid en kon haar „karwei" gaan afmaken. De PvdA restte niets anders dan het vooruitzicht er weer een aantal jaren op het Binnenhof voor spek en bonen bij te zit ten. Ontwaken Die bittere constatering deed de partij eindelijk ontwaken uit de hypnose, waarin Max van den Berg haar een jaar of acht gevangen had gehouden. De voorzitter zelf ging weg en werd opgevolgd door partijbe stuurslid Marjanne Sint, die tot dat moment in het dagelijks leven een topfunctie bekleed de bij een grote uitgeverij. Den Uyl trad eveneens terug en maakte plaats voor de door hemzelf aangewezen Wim Kok, de nuchtere ex-voorzitter van de FNV. Net als Gorbatsjov in de Sov jetunie kondigde het nieuwe leidersduo in de PvdA een „perestrojka" af. Met de rap porten „Schuivende Panelen" en „Bewogen Beweging" pro beerden zij duidelijk te maken dat de Nederlandse sociaal-de mocratie in een politiek en maatschappelijk isolement was geraakt. Er dienden „nieuwe antwoorden op nieuwe uitda gingen" te worden geformu leerd. Op die manier hoopten Kok en Sint dat ook de beter opge leide werknemers zich in de PvdA zouden herkennen. Bo vendien zou daardoor wellicht tevens de afstand tot CDA en VVD kleiner worden, hetgeen die partijen er wellicht toe zou brengen de PvdA niet langer als melaats te beschouwen. Mislukt Met nog één jaar te gaan tot de volgende kamerverkiezingen en kort voor de Europese ver kiezingen (15 juni) komt men als geïnteresseerde waarnemer niet bijster onder de indruk van de resultaten van de met zoveel fanfare aangekondigde vernieuwing. Zeker na het tweedaagse PvdA-congres in de Amsterdamse RAI, waar vorig weekend het program voor de Europese stembus strijd werd vastgesteld, moet men wel instemmen met een inmiddels veelbesproken arti kel in het weekblad De Groe ne Amsterdammer, geschre ven door Michiel Zonneveld, voormalig voorzitter van de Jonge Socialisten in de PvdA Zonneveld, die het schuiven met de panelen van nabij heeft meegemaakt, schrijft dat deze operatie is „mislukt en ver zand". Volgens hem kon dat ook niet anders, omdat de lei ding in feite geprobeerd zou hebben de partij te restaureren tot hetgeen zij was in de jaren vijftig. „Wat het voorbeeld van dat tijdperk vooral aan trekkelijk maakte, was dat de PvdA toen wél regeerde; niet- regeren is inmiddels een trau ma geworden voor de sociaal democratische bestuurder", al dus Zonneveld. Sint en Kok hebben naar zijn mening over het hoofd gezien dat de maat schappelijke omstandigheden veranderen en dat een poging tot terugkeer naar oude nor men en gewoonten ^lus bij voorbaat zinloos is. Hoe zinloos bleek in de RAI. Tot stomme verbazing van alle waarnemers nam het congres zeer tegen de zin van de partij leiding een aantal passages in het Europees verkiezingspro gramma op waarmee Max van den Berg heel blij zou zijn ge weest. Ga maar na: de defen siebudgetten in de gehele Eu ropese Gemeenschap moeten met vijf procent omlaag, alle Amerikaanse kernwapens die nen van ons continent verwij derd te worden en het veilig heidsbeleid in West-Europa mag nog slechts „voorlopig" binnen de NAVO worden ge organiseerd. Een verbijsterde CDA-fractie- leider De Vries constateerde dat de PvdA zich met deze de fensieparagraaf isoleert, zowel in Europa als in eigen land. Als deze tekst wordt overge nomen in het program voor de nationale verkiezingen van mei 1990, dan zal het „knap moeilijk worden met de PvdA in een kabinet te gaan zitten", aldus De Vries. Zijn VVD-col- lega Voorhoeve uitte zich in soortgelijke bewoordingen. Subtiel Het gebrek aan succes van de „vernieuwing" in de PvdA wijt Michiel Zonneveld ook aan Wim Kok. „Hij leek drie jaar geleden de grote verlosser. Geen politiek leider had bij zijn aantreden zo'n groot poli tiek prestige. Sindsdien zijn hem alle kwalen van de PvdA aangerekend. Van het imago is niet veel meer over, en dat nog vóór hij ook maar één verkiezingscampagne heeft ge voerd". Daar is geen woord Frans bij en oppervlakkig beschouwd zal men het snel met Zonne veld eens zijn. Tot dusver heeft Kok bepaald niet uitge blonken door krachtig leider schap. Ook deze keer in de RAI gebeurde dat niet. Maar er gebeurde wel iets anders. Op subtiele wijze nam Kok in zijn afsluitende redevoering afstand van de genoemde con- gresbesluiten. Hij sprak zich uit voor een „bevriezing" van de defensie-uitgaven en voor het „wegonderhandelen" van de kernwapensystemen die de NAVO wil moderniseren. Ook verklaarde Kok na afloop dat de PvdA onder zijn leiding op geen enkele wijze zal „morre len" aan het Nederlandse lid maatschap van de NAVO. Deze week zeiden de defensie- en buitenlandspecialisten uit de PvdA-fractie hem dat hart grondig na. Zij beklemtoonden daarbij dat de zwaar door CDA en VVD bekritiseerde verlaging van het defensie budget met 5 procent alléén kan worden gerealiseerd als alle EG-lidstaten het daarover eens zijn. En aangezien dat nooit zal gebeuren, blijft de ge wraakte passage slechts het karakter houden van een no bel papieren streven, zo me nen Koks fractiegenoten. Peilingen Die houding van Kok en zijn fractie kan echter een forse botsing opleveren met het con gres als het er straks écht om gaat, dat wil zeggen: als het program voor de kamerver kiezingen van mei '90 wordt vastgesteld. Het is voor Kok te hopen dat de opiniepeilingen dan nog steeds zo gunstig voor hem zijn. Volgens het laatste NIPO-onderzoek zouden de PvdA en D66, als er nu ver kiezingen waren, tezamen een zetels meer veroveren dan de combinatie van CDA en VVD: 66 (56 en 10) tegen 65 (45 en 20). In de geschiedenis van de politieke peilingen in ons land is het niet eerder voorgeko men dat de gematigd linkse partijen meer aanhang hebben dan de gematigd rechtse. Natuurlijk zegt dat niets over de werkelijke uitslag van de verkiezingen, zoals in 1986 overduidelijk bleek. Edoch, bij gebrek aan andere mogelijk heden om hun succes bij de kiezers te meten, stemmen de partijen hun gedrag toch nog steeds af op hetgeen moderne waarzeggers als Maurice de Hond in hun kristallen bollen ontwaren. Daarom kan Wim Kok in de PvdA voorlopig nog wel een potje breken. RIK IN 'T HOUT ven wanneer die bij de uit spraak ook wordt gehoord: als het aan de Taalunie ligt mag liefdebetuiging straks niet meer worden gebruikt naast liefdesbetuiging. Weg trema De 'Werkgroep ad hoe spel ling' van de Taalunie heeft ook huis gehouden op het ge bied van de leestekens: de apo strof, het trema en het verbin dingsstreepje. Het' trema dient geheel te verdwijnen; een kniebuiging voor de steeds verder oprukkende automati sering? Waar verwarring kan optreden, zoals in meeëten, moet dan mee-eten worden geschreven. Ook het gebruik van het kop pelteken moet worden uitge breid: wat nu als Noordhol lands en Oostvlaams wordt ge schreven wordt dan Noord- Hollands en Oost-Vlaams. Ook het gebruik van de apostrof wordt uitgebreid: pianootje wordt piano'tje. Het meest ingrijpend zijn de voorstellen omtrent het d/t- probleem bij verbuigingen van werkwoorden. De werkgroep vindt dat de verleden tijd van het werkwoord de doorslag moet geven. Als daar een d in zit, dan is dat bij die werk woorden ook de uitgangsletter bij de tweede en derde persoon enkelvoud. Dus hij speeld en jij rend. Ook de dubbele d's en t's in de verleden tijd, zoals bij wacht(t)en en brand(d)en, moeten verdwijnen. „Een ramp" Zoals bij elk voorstel van de spellingswijze laaien de ge moederen hoog op. Geen won der: de taal behoort aan ieder een en dus heeft iedereen daar ook zijn mening over. De schrijver Harry Mulisch stelde zich op in de voorhoede van de critici door de voorstellen te omschrijven als „een ramp". De Vereniging voor Weten schappelijke Spelling, waarbij leerkrachten, logopedisten, taalkundigen en andere we tenschappers zijn aangesloten. meent echter dat de Taalunie nog te behoudend te werk is gegaan. Eenheid van spelling, zoals wij die nu (ondanks alle door het groene boekje toegestane dub belvormen) kennen, is pas sinds het begin van. de vorige eeuw regel. Sindsdien is er slechts twee keer ingegrepen: in 1883 en in 1947. Het was de Leidse hoogleraar Nederlands en welsprekend heid Matthijs Siegenbeek die in 1801 de taak op zich nam een einde te maken aan de op dat moment heersende anar chie in het geschreven woord. Hij deed dat in opdracht van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen en de Taal- en Dichtkundige Genootschappen van Leiden, Rotterdam en Amsterdam. Hij had er drie jaar voor nodig om zijn „Verhandeling over de spelling der Nederduitsche taal ter bevordering van een parigheid in dezelve" op pa pier te zetten. Uiteraard te kende hij ook voor het eerste „Woordenboek voor de Neder duitsche spelling". Siegenbeeks regels werden voor het eerst uniform nage leefd. Eerdere pogingen daar toe leden schipbreuk. Zo na men sommigen het taalge bruik van Vondel en Hooft als leidraad, terwijl protestantse kringen zich beriepen op het Nederlands van de Statenbij bel uit 1637. Museum voor de taal Toen de taalkundigen De Vries en Te Winkel in 1864 de opdracht kregen een „mu seum" voor de taal te ontwer pen, kwamen de spellingsre gels van Siegenbeek weer ter discussie te staan. Alvorens aan het „Woordenboek der Nederlandse Taal" (WNT) kon worden begonnen, moesten de regels worden aangescherpt. Dan kon pas gestreefd worden naar het uiteindelijk doel van het WNT: het vastleggen van alle in de Nederlandse taal voorkomende woorden. Een eindeloze klus. niet alleen om dat er dagelijks nieuwe woorden bijkomen, maar ook getuige het feit dat tot de dag van vandaag nog niet elke let ter zijn eigen boek heeft ge kregen. Gereed zijn nu de de len A tot en met Q en de grootste delen van de R, de T en de V. Nadat Te Winkel in 1863 met zijn „Grondbeginselen der Ne- derlandsche spelling" de basis voor het WNT had gelegd, werd de spelling een jaar later in België officieel ingevoerd. Ons land zou pas veel later volgen. Officieel bleef men vasthouden aan de spelling- Siegenbeek, hoewel minister Thorbecke in 1866 al liet we ten er geen bezwaar tegen te hebben als op school de nieu we schrijfwijze werd onder richt. En hoewel van 1883 in de meeste regeringsstukken de spelling-Te Winkel (bloote mensch) wordt gehanteerd, kon het in 1938 nog voorko men dat het ministerie van justitie nog stukken verstuur de die waren gesteld in de re gels volgens Siegenbeek. Pas in 1947 zou de in 1863 ontwor pen spelling in ons land regel worden. Maar net als in deze tijd ble ven ook in de vorige eeuw neerlandici elkaar bestoken met wijzigingsvoorstellen. De meeste navolging kreeg nog de hoogleraar Kollewijn die, evenals de Taalunie deze week, al in 1891 voor een reeks vereenvoudigingen pleitte. Een aantal daarvan klinkt zelfs heden nog revolu tionair. In het kleine oeuvre dat de schrijver Nescio van rond de eeuwwisseling heeft nagelaten is een aantal van die voorstellen na te lezen: eerlijk is bij Kollewijn en Nescio eer lik. bijzonder is biezonder en niets wordt niet niks maar Emoties Toen in 1947 met de officiële aanvaarding van de spelling- Te Winkel eindelijk rust aan het spellingsfront leek te zijn wpergekeerd gaven de Neder landse en Belgische regeringen opdracht voor een nieuwe sa nering. Dat resulteerde in 1954 in het groene boekje. Woorden als quaestie en rhythme wor den gemoderniseerd tot kwes tie en ritme. Maar ook veran derde bloote mensch in blote De consternatie was groot: mensen vroegen zich af hoe ze nu „vis zonder ch konden eten", maar de nieuwe schrijf wijze vond snel ingang omdat overheid en bedrijfsleven eensgezind kozen voor de nieuwe spelling-Marchant (ge noemd naar de in Deventer geboren minister van onder wijs, kunsten en wetenschap pen die de aanzet gaf tot de vernieuwing). Het Nederlands is een levende taal. Dat betekent dat het zich sinds 1947 voortdurend heeft aangepast. En net als elk woordenboek kan ook het groene boekje nooit actueel zijn; computer komt er bij voorbeeld niet in voor. Omdat taal leeft, spelen emo ties er een rol bij. Ook bij spel ling is dat het geval. Waar een bankier of een notaris zal spreken van een cliënt, zal de welzijnswerker kliënt schrij ven. En een actie komt keuri ger over dan een aktie. Overi gens staat het groene boekje in deze twee voorbeelden beide schrijfwijzen toe. Het pleit voor de voorstellen van de werkgroep van de Taalunie dat zij nu eindelijk eens een knoop wil doorhak ken door één duidelijke voor keursspelling te ontwerpen. De voorstellen omtrent de leestekens en werkwoordver buigingen zijn echter erg ingrijpend Van een geleidelij ke aanpassing van de schrijf taal is in deze gevallen abso luut geen sprake. Leren schrij ven en lezen is vooral een kwestie van gewenning. De verwarring in de taal zal door deze voorstellen vooralsnog al leen maar toenemen, wat de diversiteit in de schrijftaal vergroot. En dat is nu net wat de Taalunie wilde voorkomen. f JEAN-LOUIS MICHELS SUSKE EN WISKE DE KOMIEKE COCO Het is weer eens zover: de periodieke discussie over de spelling van het Nederlands laait weer op. De Nederlandse Taalunie publiceerde deze week nieuwe voorstellen op dit gebied, en deelde daarbij mee te willen streven naar een „gematigde vernederlandsing" van de spelling. Dit uit zich het duidelijkst in het geval van de zogenaamde bastaardwoorden, woorden van buitenlandse oorsprong. Daarnaast zijn vooral zeer ingrijpend de voorstellen omtrent de leestekens en het d/t- probleem bij verbuigingen van werkwoorden. DEN HAAG Nee, de geüniformeerde haven meester speeld vandaag niet meer op zijn piano'tje. Hij voeld zich weeig. Hoe wel de piknik eksellent j was geweest, begaf hij zich onmiddelijk te bed. Het zag ernaar uit dat hij de rest van deze koningin- nendag zou moeten mis- I sen. Ook zijn tuba'tje zou hij aan de wilgenboom hangen en de kulturele avond, georganiseerd door de eukumenische ekolo- gisten, hield hij voor ge- I zien. Nee. overpeinsd hij, gelegen onder de peren boom, zijn akku is leeg. „Ik kan beter een cozis si- troenen nemen", dacht hij. Deze passage is niet geschre ven door een slordige journa list of er onopgemerkt bij een slaperige corrector doorheen geslipt. Wel klopt het dat het stukje barst van de fouten. Al thans, als we de huidige spel lingsregels aanhouden. Als het echter aan de Taalunie ligt', verdient dit proza over een aantal jaren toch een voldoen de. Want in het stukje zijn de deze week door de Taalunie voorgestelde aanpassingen van de spellingsregels toegepast. Als we het stukje zin voor zin doorlopen, komen we de vol gende fouten tegen: geünifor meerd (moet volgens de nu geldende regels zijn: geünifor meerd), speeld (speelt), piano 'tje (pianootje), voeld (voelt), piknik (picknick), eksellent (excellent), onmiddelijk (on middellijk). koninginnendag (koninginnedag), tuba'tje (tu- baatje), wilgenboom (wilge boom), kulturele (culturele), eukumenische (oecumenische), ekologisten (ecologisten), over peinsd (overpeinst), peren boom (pereboom), akku (accu), dozis (dosis) en sitroenen (ci troenen). Met haar voorstellen heeft de Taalunie willen streven naar een gematigde vernederland sing van de spelling. Dit uit zich het duidelijkst in het ge val van de zogenaamde bas taardwoorden. woorden van buitenlandse oorsprong zoals de hierboven genoemde pick nick. excellent en dosis. Overigens wordt voor een aantal van die bastaardwoor den al een vernederlandste vorm geaccepteerd. Voorwaar de daarvoor is dat zij zijn op genomen in de Woordenlijst van de Nederlandse Taal, van wege zijn omslag ook wel „het groene boekje" genoemd. Ove rigens geeft dat groene boekje bij die vernederlandste woorden in negen van de tien gevallen de voorkeur aan de Ook de verbindingsletter in samengestelde woorden moeten worden aangepast. Als het meervoud van het eerste deel van het woord eindigt op en, dan moet dat ook in de sa mengestelde woorden. Zie in het boven afgedrukte frag ment woorden als wilgenboom en koninginnendag. In alle an dere gevallen vervalt de n in samenstellingen. Verder moet in samengestelde woorden de verbindings-s worden geschre- Het meest ingrijpend zijn de voorstellen omtrent het d/t-probleem bij verbuigingen van werkwoorden. De werkgroep van de Taalunie vindt dat de verleden tijd van het werkwoord de doorslag moet geven. FOTO: DIJKSTRA oorspronkelijke spelling. De Taalunie wil door duidelijk te kiezen voor de verneder landste woorden een einde maken aan de mogelijkheid de bastaardwoorden op twee ver schillende manieren te schrij ven. Het mag volgens haar echter niet zo ver gaan dat ook woorden als twalet en sjofeur ingeburgerd raken. Onze staatssecretaris van volksgezondheid. Dick Dees, rookt niet meer Bravo en hulde. Sinds hij eind jaren zestig voor apotheker studeerde pafte Dick dagelijks- een pakje sigaretten weg en somtijds wel anderhalf pakje, afhankelijk van de mate van - stress waarin hij verkeerde. Tijdens interviews konden journalisten die er ook graag - eentje mochten opsteken zijn rook tempo nauwelijks bijhouden. Hoe voller z'n asbak, hoe intenser hij had gediscussieerd of vergaderd over de vele gevaren die onze-, gezondheid bedreigen. Gans anders verging het de verslaggevers die bij Dees' voorganger, Joop van der Reijden, op bezoek kwamen. Joop was een fervent niet- roker. Aan een muur van zijn werkkamer had hij een opvallend affiche gehangen met de beeldende tekst: ..Kissing a smoker is like licking an ashtray" (Een roker asbak likken). Dit was zo afschrikwekkend dat zelfs de zwaarst verslaafde nicotinofielen de lust tot het grijpen naar een sigaret onmiddellijk verging, althans gedurende het verblijf in die ruimte. Drinken deed Van der Reijden wèl. Voor een goed glas whiskey was hij meestal wel te porren. Voor meerdere glazen eveneens. Zo heilig was deze hoeder der volksgezondheid dus ook weer niet. hoewel de mate waarin hij alcohol gebruikte van dien aard was dat hij gemakkelijk minister van defensie van de Verenigde Staten had kunnen worden. Ook Dees heeft de alcohol niet afgezworen. Hij staat bekend als een groot wijnliefhebber, die thuis een rijke verzameling flessen uit menig Frans chateau koestert. ..Maar ik drink met mate hoor, ik klok het niet weg maar geniet er echt van", pleegt hij altijd enigszins verontschuldigend te zeggen. Zo hoort het ook. Een bewindsman die belast is met de volksgezondheid dient het goede voorbeeld te geven. Dat is voor Dees ook een van de redenen geweest om de sigaretten definitief af te zweren. In het Algemeen Dagblad zei Dees deze week dat drie drijfveren hem hebben gebracht tot zijn besluit om geen sigaret meer aan de lippen te zetten. „Ten eerste: het is beter voor de gezondheid", aldus Dick Dees, daarmee verwijzend naar de boekdelen sprekende waarschuwing op pakjes sigaretten en shag. In de tweede plaats noemde hij het argument dat niet-roken beter is voor de sportbeoefening. Daar kan de staatssecretaris van meepraten, want hij trekt er in de weekends graag met de racefiets op uit en is zelfs aan het trainen voor zijn derde deelname aan de Elfstedentocht voor fietsers die binnenkort weer wordt georganiseerd. Sinds hij niet meer rookt gaat zijn uithoudingsvermogen met sprongen vooruit. Ten derde vindt Dees dat het de geloofwaardigheid van een staatssecretaris van volksgezondheid niet ten goede komt als hij meer dan een pakje per dag rookt. Mooi gezegd allemaal, maar had drijfveer 3 niet drijfveer 1 moeten zijn? Nee. vindt Dees. In de eerdergenoemde krant beklemtoonde hij juist dat hij de genoemde volgorde van drijfveren met opzet zo had gekozen. Toch zou het niet eens zo'n gek idee zijn om aan bewindslieden van volksgezondheid de eis te stellen dat zij zich noch aan tabakswaren noch aan alcohol overgeven en regelmatig aan lichaamsbeweging doen. Juist omdat hun geloofwaardigheid tegenover de burgers dat vereist. Wat heeft het voor zin anti-rookmaatregelen af te kondigen, een anti- alcoholbeleid te voeren en lichaamsbeweging te propageren als de bewindspersoon in kwestie de natie daarin niet als lichtend voorbeeld voorgaatDat een voorzitter van een omroepvereniging zich af en toe klapwiekend van de whiskey door de studio 's beweegt, zal de meeste burgers worst zijn. Maar als een bewindsman die ons aller gezondheid nastreeft niet buiten tabak en alcohol kan en er als een zoutzak bij loopt, maakt hij 1zichzelf belachelijk, omdat (2) zoiets niet goed is voor je lijf en (3) sportprestaties negatief beïnvloedt en bovendien (4) menigeen zal doen zeggen: „Kom. we nemen er nog eentje en steken er nog eentje» op Maar ja. vmdt maar eens zo'n asceet. T. RU BB ELS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 5