Verkeerd(t?
gespeld( t?
PvdA-fractie eet defensiesoep van partijcongres niet zo heet
Politiek
Partij
Parlement
BINNENLAND
£eidóc6otvicmt
ZATERDAG
4 MAART 1989 PAGINA 5
DEN HAAG Als men
de opiniepeilers mag gelo
ven, dan is er in mei 1986
een wonder gebeurd. In
slechts luttele dagen zou
CDA-lijsttrekker Lubbers
„met zijn wijze glimlach"
zoveel kiezers bij de PvdA
hebben weggetoverd dat
een zeker schijnende ne
derlaag voor de christen
democraten werd omge
bogen in een klinkende
overwinning.
Wetenschappelijk onderzoek
heeft inmiddels uitgewezen
dat de zege van het CDA niets
te maken had met magische
krachten. De opiniegoeroes
wekten die indruk alleen om
hun eigen foutieve voorspel
lingen goed te praten. De ech
te oorzaak van de CDA-over-
wjnning was dat vele gema
tigd linkse kiezers welbewust
de PvdA de rug toekeerden,
daartoe geïnspireerd door het
succes van het kabinet-Lub-
bers (economisch herstel) en
door de radicale houding van
de socialisten zelf.
Want in die tijd was de PvdA
nog in de ban van partijvoor
zitter Max van den Berg. Ge
steund door het merendeel
van het partijbestuur en door
een groot aantal kaderleden in
het land wist „ayatollah" Van
den Berg zijn eigen radicale
standpunten telkens weer tot
de officiële partijlijn te verhef
fen.
Bij zo'n opstelling van de soci
alisten was er voor Klein
Links uiteraard geen droog
brood te verdienen. En het
was vooral daardoor dat de
PvdA toch nog behoorlijk
goed uit de stembus kwam:
van 47 naar 52 kamerzetels.
Maar de vreugde daarover
werd geheel overschaduwd
door de nog veel grotere winst
van het CDA. dat van 45 naar
54 zetels ging. De coalitie van
CDA en VVD behield aldus
haar meerderheid en kon haar
„karwei" gaan afmaken. De
PvdA restte niets anders dan
het vooruitzicht er weer een
aantal jaren op het Binnenhof
voor spek en bonen bij te zit
ten.
Ontwaken
Die bittere constatering deed
de partij eindelijk ontwaken
uit de hypnose, waarin Max
van den Berg haar een jaar of
acht gevangen had gehouden.
De voorzitter zelf ging weg en
werd opgevolgd door partijbe
stuurslid Marjanne Sint, die tot
dat moment in het dagelijks
leven een topfunctie bekleed
de bij een grote uitgeverij. Den
Uyl trad eveneens terug en
maakte plaats voor de door
hemzelf aangewezen Wim
Kok, de nuchtere ex-voorzitter
van de FNV.
Net als Gorbatsjov in de Sov
jetunie kondigde het nieuwe
leidersduo in de PvdA een
„perestrojka" af. Met de rap
porten „Schuivende Panelen"
en „Bewogen Beweging" pro
beerden zij duidelijk te maken
dat de Nederlandse sociaal-de
mocratie in een politiek en
maatschappelijk isolement was
geraakt. Er dienden „nieuwe
antwoorden op nieuwe uitda
gingen" te worden geformu
leerd.
Op die manier hoopten Kok
en Sint dat ook de beter opge
leide werknemers zich in de
PvdA zouden herkennen. Bo
vendien zou daardoor wellicht
tevens de afstand tot CDA en
VVD kleiner worden, hetgeen
die partijen er wellicht toe zou
brengen de PvdA niet langer
als melaats te beschouwen.
Mislukt
Met nog één jaar te gaan tot de
volgende kamerverkiezingen
en kort voor de Europese ver
kiezingen (15 juni) komt men
als geïnteresseerde waarnemer
niet bijster onder de indruk
van de resultaten van de met
zoveel fanfare aangekondigde
vernieuwing. Zeker na het
tweedaagse PvdA-congres in
de Amsterdamse RAI, waar
vorig weekend het program
voor de Europese stembus
strijd werd vastgesteld, moet
men wel instemmen met een
inmiddels veelbesproken arti
kel in het weekblad De Groe
ne Amsterdammer, geschre
ven door Michiel Zonneveld,
voormalig voorzitter van de
Jonge Socialisten in de PvdA
Zonneveld, die het schuiven
met de panelen van nabij heeft
meegemaakt, schrijft dat deze
operatie is „mislukt en ver
zand". Volgens hem kon dat
ook niet anders, omdat de lei
ding in feite geprobeerd zou
hebben de partij te restaureren
tot hetgeen zij was in de jaren
vijftig. „Wat het voorbeeld
van dat tijdperk vooral aan
trekkelijk maakte, was dat de
PvdA toen wél regeerde; niet-
regeren is inmiddels een trau
ma geworden voor de sociaal
democratische bestuurder", al
dus Zonneveld. Sint en Kok
hebben naar zijn mening over
het hoofd gezien dat de maat
schappelijke omstandigheden
veranderen en dat een poging
tot terugkeer naar oude nor
men en gewoonten ^lus bij
voorbaat zinloos is.
Hoe zinloos bleek in de RAI.
Tot stomme verbazing van alle
waarnemers nam het congres
zeer tegen de zin van de partij
leiding een aantal passages in
het Europees verkiezingspro
gramma op waarmee Max van
den Berg heel blij zou zijn ge
weest. Ga maar na: de defen
siebudgetten in de gehele Eu
ropese Gemeenschap moeten
met vijf procent omlaag, alle
Amerikaanse kernwapens die
nen van ons continent verwij
derd te worden en het veilig
heidsbeleid in West-Europa
mag nog slechts „voorlopig"
binnen de NAVO worden ge
organiseerd.
Een verbijsterde CDA-fractie-
leider De Vries constateerde
dat de PvdA zich met deze de
fensieparagraaf isoleert, zowel
in Europa als in eigen land.
Als deze tekst wordt overge
nomen in het program voor de
nationale verkiezingen van
mei 1990, dan zal het „knap
moeilijk worden met de PvdA
in een kabinet te gaan zitten",
aldus De Vries. Zijn VVD-col-
lega Voorhoeve uitte zich in
soortgelijke bewoordingen.
Subtiel
Het gebrek aan succes van de
„vernieuwing" in de PvdA
wijt Michiel Zonneveld ook
aan Wim Kok. „Hij leek drie
jaar geleden de grote verlosser.
Geen politiek leider had bij
zijn aantreden zo'n groot poli
tiek prestige. Sindsdien zijn
hem alle kwalen van de PvdA
aangerekend. Van het imago is
niet veel meer over, en dat
nog vóór hij ook maar één
verkiezingscampagne heeft ge
voerd".
Daar is geen woord Frans bij
en oppervlakkig beschouwd
zal men het snel met Zonne
veld eens zijn. Tot dusver
heeft Kok bepaald niet uitge
blonken door krachtig leider
schap. Ook deze keer in de
RAI gebeurde dat niet. Maar
er gebeurde wel iets anders.
Op subtiele wijze nam Kok in
zijn afsluitende redevoering
afstand van de genoemde con-
gresbesluiten. Hij sprak zich
uit voor een „bevriezing" van
de defensie-uitgaven en voor
het „wegonderhandelen" van
de kernwapensystemen die de
NAVO wil moderniseren. Ook
verklaarde Kok na afloop dat
de PvdA onder zijn leiding op
geen enkele wijze zal „morre
len" aan het Nederlandse lid
maatschap van de NAVO.
Deze week zeiden de defensie-
en buitenlandspecialisten uit
de PvdA-fractie hem dat hart
grondig na. Zij beklemtoonden
daarbij dat de zwaar door
CDA en VVD bekritiseerde
verlaging van het defensie
budget met 5 procent alléén
kan worden gerealiseerd als
alle EG-lidstaten het daarover
eens zijn. En aangezien dat
nooit zal gebeuren, blijft de ge
wraakte passage slechts het
karakter houden van een no
bel papieren streven, zo me
nen Koks fractiegenoten.
Peilingen
Die houding van Kok en zijn
fractie kan echter een forse
botsing opleveren met het con
gres als het er straks écht om
gaat, dat wil zeggen: als het
program voor de kamerver
kiezingen van mei '90 wordt
vastgesteld. Het is voor Kok te
hopen dat de opiniepeilingen
dan nog steeds zo gunstig voor
hem zijn. Volgens het laatste
NIPO-onderzoek zouden de
PvdA en D66, als er nu ver
kiezingen waren, tezamen een
zetels meer veroveren dan de
combinatie van CDA en VVD:
66 (56 en 10) tegen 65 (45 en
20). In de geschiedenis van de
politieke peilingen in ons land
is het niet eerder voorgeko
men dat de gematigd linkse
partijen meer aanhang hebben
dan de gematigd rechtse.
Natuurlijk zegt dat niets over
de werkelijke uitslag van de
verkiezingen, zoals in 1986
overduidelijk bleek. Edoch, bij
gebrek aan andere mogelijk
heden om hun succes bij de
kiezers te meten, stemmen de
partijen hun gedrag toch nog
steeds af op hetgeen moderne
waarzeggers als Maurice de
Hond in hun kristallen bollen
ontwaren. Daarom kan Wim
Kok in de PvdA voorlopig nog
wel een potje breken.
RIK IN 'T HOUT
ven wanneer die bij de uit
spraak ook wordt gehoord: als
het aan de Taalunie ligt mag
liefdebetuiging straks niet
meer worden gebruikt naast
liefdesbetuiging.
Weg trema
De 'Werkgroep ad hoe spel
ling' van de Taalunie heeft
ook huis gehouden op het ge
bied van de leestekens: de apo
strof, het trema en het verbin
dingsstreepje. Het' trema dient
geheel te verdwijnen; een
kniebuiging voor de steeds
verder oprukkende automati
sering? Waar verwarring kan
optreden, zoals in meeëten,
moet dan mee-eten worden
geschreven.
Ook het gebruik van het kop
pelteken moet worden uitge
breid: wat nu als Noordhol
lands en Oostvlaams wordt ge
schreven wordt dan Noord-
Hollands en Oost-Vlaams. Ook
het gebruik van de apostrof
wordt uitgebreid: pianootje
wordt piano'tje.
Het meest ingrijpend zijn de
voorstellen omtrent het d/t-
probleem bij verbuigingen van
werkwoorden. De werkgroep
vindt dat de verleden tijd van
het werkwoord de doorslag
moet geven. Als daar een d in
zit, dan is dat bij die werk
woorden ook de uitgangsletter
bij de tweede en derde persoon
enkelvoud. Dus hij speeld en
jij rend. Ook de dubbele d's en
t's in de verleden tijd, zoals bij
wacht(t)en en brand(d)en,
moeten verdwijnen.
„Een ramp"
Zoals bij elk voorstel van de
spellingswijze laaien de ge
moederen hoog op. Geen won
der: de taal behoort aan ieder
een en dus heeft iedereen daar
ook zijn mening over. De
schrijver Harry Mulisch stelde
zich op in de voorhoede van
de critici door de voorstellen
te omschrijven als „een ramp".
De Vereniging voor Weten
schappelijke Spelling, waarbij
leerkrachten, logopedisten,
taalkundigen en andere we
tenschappers zijn aangesloten.
meent echter dat de Taalunie
nog te behoudend te werk is
gegaan.
Eenheid van spelling, zoals wij
die nu (ondanks alle door het
groene boekje toegestane dub
belvormen) kennen, is pas
sinds het begin van. de vorige
eeuw regel. Sindsdien is er
slechts twee keer ingegrepen:
in 1883 en in 1947.
Het was de Leidse hoogleraar
Nederlands en welsprekend
heid Matthijs Siegenbeek die
in 1801 de taak op zich nam
een einde te maken aan de op
dat moment heersende anar
chie in het geschreven woord.
Hij deed dat in opdracht van
de Maatschappij tot Nut van
het Algemeen en de Taal- en
Dichtkundige Genootschappen
van Leiden, Rotterdam en
Amsterdam.
Hij had er drie jaar voor nodig
om zijn „Verhandeling over de
spelling der Nederduitsche
taal ter bevordering van een
parigheid in dezelve" op pa
pier te zetten. Uiteraard te
kende hij ook voor het eerste
„Woordenboek voor de Neder
duitsche spelling".
Siegenbeeks regels werden
voor het eerst uniform nage
leefd. Eerdere pogingen daar
toe leden schipbreuk. Zo na
men sommigen het taalge
bruik van Vondel en Hooft als
leidraad, terwijl protestantse
kringen zich beriepen op het
Nederlands van de Statenbij
bel uit 1637.
Museum voor de taal
Toen de taalkundigen De
Vries en Te Winkel in 1864 de
opdracht kregen een „mu
seum" voor de taal te ontwer
pen, kwamen de spellingsre
gels van Siegenbeek weer ter
discussie te staan. Alvorens
aan het „Woordenboek der
Nederlandse Taal" (WNT) kon
worden begonnen, moesten de
regels worden aangescherpt.
Dan kon pas gestreefd worden
naar het uiteindelijk doel van
het WNT: het vastleggen van
alle in de Nederlandse taal
voorkomende woorden. Een
eindeloze klus. niet alleen om
dat er dagelijks nieuwe
woorden bijkomen, maar ook
getuige het feit dat tot de dag
van vandaag nog niet elke let
ter zijn eigen boek heeft ge
kregen. Gereed zijn nu de de
len A tot en met Q en de
grootste delen van de R, de T
en de V.
Nadat Te Winkel in 1863 met
zijn „Grondbeginselen der Ne-
derlandsche spelling" de basis
voor het WNT had gelegd,
werd de spelling een jaar later
in België officieel ingevoerd.
Ons land zou pas veel later
volgen. Officieel bleef men
vasthouden aan de spelling-
Siegenbeek, hoewel minister
Thorbecke in 1866 al liet we
ten er geen bezwaar tegen te
hebben als op school de nieu
we schrijfwijze werd onder
richt. En hoewel van 1883 in
de meeste regeringsstukken de
spelling-Te Winkel (bloote
mensch) wordt gehanteerd,
kon het in 1938 nog voorko
men dat het ministerie van
justitie nog stukken verstuur
de die waren gesteld in de re
gels volgens Siegenbeek. Pas
in 1947 zou de in 1863 ontwor
pen spelling in ons land regel
worden.
Maar net als in deze tijd ble
ven ook in de vorige eeuw
neerlandici elkaar bestoken
met wijzigingsvoorstellen. De
meeste navolging kreeg nog de
hoogleraar Kollewijn die,
evenals de Taalunie deze
week, al in 1891 voor een
reeks vereenvoudigingen
pleitte. Een aantal daarvan
klinkt zelfs heden nog revolu
tionair. In het kleine oeuvre
dat de schrijver Nescio van
rond de eeuwwisseling heeft
nagelaten is een aantal van die
voorstellen na te lezen: eerlijk
is bij Kollewijn en Nescio eer
lik. bijzonder is biezonder en
niets wordt niet niks maar
Emoties
Toen in 1947 met de officiële
aanvaarding van de spelling-
Te Winkel eindelijk rust aan
het spellingsfront leek te zijn
wpergekeerd gaven de Neder
landse en Belgische regeringen
opdracht voor een nieuwe sa
nering. Dat resulteerde in 1954
in het groene boekje. Woorden
als quaestie en rhythme wor
den gemoderniseerd tot kwes
tie en ritme. Maar ook veran
derde bloote mensch in blote
De consternatie was groot:
mensen vroegen zich af hoe ze
nu „vis zonder ch konden
eten", maar de nieuwe schrijf
wijze vond snel ingang omdat
overheid en bedrijfsleven
eensgezind kozen voor de
nieuwe spelling-Marchant (ge
noemd naar de in Deventer
geboren minister van onder
wijs, kunsten en wetenschap
pen die de aanzet gaf tot de
vernieuwing).
Het Nederlands is een levende
taal. Dat betekent dat het zich
sinds 1947 voortdurend heeft
aangepast. En net als elk
woordenboek kan ook het
groene boekje nooit actueel
zijn; computer komt er bij
voorbeeld niet in voor.
Omdat taal leeft, spelen emo
ties er een rol bij. Ook bij spel
ling is dat het geval. Waar een
bankier of een notaris zal
spreken van een cliënt, zal de
welzijnswerker kliënt schrij
ven. En een actie komt keuri
ger over dan een aktie. Overi
gens staat het groene boekje in
deze twee voorbeelden beide
schrijfwijzen toe.
Het pleit voor de voorstellen
van de werkgroep van de
Taalunie dat zij nu eindelijk
eens een knoop wil doorhak
ken door één duidelijke voor
keursspelling te ontwerpen.
De voorstellen omtrent de
leestekens en werkwoordver
buigingen zijn echter erg
ingrijpend Van een geleidelij
ke aanpassing van de schrijf
taal is in deze gevallen abso
luut geen sprake. Leren schrij
ven en lezen is vooral een
kwestie van gewenning. De
verwarring in de taal zal door
deze voorstellen vooralsnog al
leen maar toenemen, wat de
diversiteit in de schrijftaal
vergroot. En dat is nu net wat
de Taalunie wilde voorkomen.
f JEAN-LOUIS MICHELS
SUSKE EN WISKE DE KOMIEKE COCO
Het is weer eens zover: de
periodieke discussie over de
spelling van het
Nederlands laait weer op.
De Nederlandse Taalunie
publiceerde deze week
nieuwe voorstellen op dit
gebied, en deelde daarbij
mee te willen streven naar
een „gematigde
vernederlandsing" van de
spelling. Dit uit zich het
duidelijkst in het geval van
de zogenaamde
bastaardwoorden, woorden
van buitenlandse
oorsprong. Daarnaast zijn
vooral zeer ingrijpend de
voorstellen omtrent de
leestekens en het d/t-
probleem bij verbuigingen
van werkwoorden.
DEN HAAG Nee, de
geüniformeerde haven
meester speeld vandaag
niet meer op zijn piano'tje.
Hij voeld zich weeig. Hoe
wel de piknik eksellent
j was geweest, begaf hij
zich onmiddelijk te bed.
Het zag ernaar uit dat hij
de rest van deze koningin-
nendag zou moeten mis-
I sen. Ook zijn tuba'tje zou
hij aan de wilgenboom
hangen en de kulturele
avond, georganiseerd door
de eukumenische ekolo-
gisten, hield hij voor ge-
I zien. Nee. overpeinsd hij,
gelegen onder de peren
boom, zijn akku is leeg.
„Ik kan beter een cozis si-
troenen nemen", dacht
hij.
Deze passage is niet geschre
ven door een slordige journa
list of er onopgemerkt bij een
slaperige corrector doorheen
geslipt. Wel klopt het dat het
stukje barst van de fouten. Al
thans, als we de huidige spel
lingsregels aanhouden. Als het
echter aan de Taalunie ligt',
verdient dit proza over een
aantal jaren toch een voldoen
de. Want in het stukje zijn de
deze week door de Taalunie
voorgestelde aanpassingen van
de spellingsregels toegepast.
Als we het stukje zin voor zin
doorlopen, komen we de vol
gende fouten tegen: geünifor
meerd (moet volgens de nu
geldende regels zijn: geünifor
meerd), speeld (speelt), piano
'tje (pianootje), voeld (voelt),
piknik (picknick), eksellent
(excellent), onmiddelijk (on
middellijk). koninginnendag
(koninginnedag), tuba'tje (tu-
baatje), wilgenboom (wilge
boom), kulturele (culturele),
eukumenische (oecumenische),
ekologisten (ecologisten), over
peinsd (overpeinst), peren
boom (pereboom), akku (accu),
dozis (dosis) en sitroenen (ci
troenen).
Met haar voorstellen heeft de
Taalunie willen streven naar
een gematigde vernederland
sing van de spelling. Dit uit
zich het duidelijkst in het ge
val van de zogenaamde bas
taardwoorden. woorden van
buitenlandse oorsprong zoals
de hierboven genoemde pick
nick. excellent en dosis.
Overigens wordt voor een
aantal van die bastaardwoor
den al een vernederlandste
vorm geaccepteerd. Voorwaar
de daarvoor is dat zij zijn op
genomen in de Woordenlijst
van de Nederlandse Taal, van
wege zijn omslag ook wel „het
groene boekje" genoemd. Ove
rigens geeft dat groene boekje
bij die vernederlandste
woorden in negen van de tien
gevallen de voorkeur aan de
Ook de verbindingsletter in
samengestelde woorden
moeten worden aangepast. Als
het meervoud van het eerste
deel van het woord eindigt op
en, dan moet dat ook in de sa
mengestelde woorden. Zie in
het boven afgedrukte frag
ment woorden als wilgenboom
en koninginnendag. In alle an
dere gevallen vervalt de n in
samenstellingen. Verder moet
in samengestelde woorden de
verbindings-s worden geschre-
Het meest
ingrijpend zijn
de voorstellen
omtrent het
d/t-probleem
bij
verbuigingen
van
werkwoorden.
De werkgroep
van de
Taalunie vindt
dat de
verleden tijd
van het
werkwoord de
doorslag moet
geven.
FOTO: DIJKSTRA
oorspronkelijke spelling.
De Taalunie wil door duidelijk
te kiezen voor de verneder
landste woorden een einde
maken aan de mogelijkheid de
bastaardwoorden op twee ver
schillende manieren te schrij
ven. Het mag volgens haar
echter niet zo ver gaan dat ook
woorden als twalet en sjofeur
ingeburgerd raken.
Onze staatssecretaris van
volksgezondheid. Dick Dees,
rookt niet meer Bravo en
hulde. Sinds hij eind jaren
zestig voor apotheker
studeerde pafte Dick dagelijks-
een pakje sigaretten weg en
somtijds wel anderhalf pakje,
afhankelijk van de mate van -
stress waarin hij verkeerde.
Tijdens interviews konden
journalisten die er ook graag -
eentje mochten opsteken zijn
rook tempo nauwelijks
bijhouden. Hoe voller z'n
asbak, hoe intenser hij had
gediscussieerd of vergaderd
over de vele gevaren die onze-,
gezondheid bedreigen.
Gans anders verging het de
verslaggevers die bij Dees'
voorganger, Joop van der
Reijden, op bezoek kwamen.
Joop was een fervent niet-
roker. Aan een muur van zijn
werkkamer had hij een
opvallend affiche gehangen
met de beeldende tekst:
..Kissing a smoker is like
licking an ashtray" (Een roker
asbak likken). Dit was zo
afschrikwekkend dat zelfs de
zwaarst verslaafde
nicotinofielen de lust tot het
grijpen naar een sigaret
onmiddellijk verging, althans
gedurende het verblijf in die
ruimte. Drinken deed Van der
Reijden wèl. Voor een goed
glas whiskey was hij meestal
wel te porren. Voor meerdere
glazen eveneens. Zo heilig was
deze hoeder der
volksgezondheid dus ook weer
niet. hoewel de mate waarin
hij alcohol gebruikte van dien
aard was dat hij gemakkelijk
minister van defensie van de
Verenigde Staten had kunnen
worden. Ook Dees heeft de
alcohol niet afgezworen. Hij
staat bekend als een groot
wijnliefhebber, die thuis een
rijke verzameling flessen uit
menig Frans chateau koestert.
..Maar ik drink met mate hoor,
ik klok het niet weg maar
geniet er echt van", pleegt hij
altijd enigszins
verontschuldigend te zeggen.
Zo hoort het ook. Een
bewindsman die belast is met
de volksgezondheid dient het
goede voorbeeld te geven. Dat
is voor Dees ook een van de
redenen geweest om de
sigaretten definitief af te
zweren. In het Algemeen
Dagblad zei Dees deze week
dat drie drijfveren hem
hebben gebracht tot zijn
besluit om geen sigaret meer
aan de lippen te zetten. „Ten
eerste: het is beter voor de
gezondheid", aldus Dick Dees,
daarmee verwijzend naar de
boekdelen sprekende
waarschuwing op pakjes
sigaretten en shag. In de
tweede plaats noemde hij het
argument dat niet-roken beter
is voor de sportbeoefening.
Daar kan de staatssecretaris
van meepraten, want hij trekt
er in de weekends graag met
de racefiets op uit en is zelfs
aan het trainen voor zijn derde
deelname aan de
Elfstedentocht voor fietsers
die binnenkort weer wordt
georganiseerd. Sinds hij niet
meer rookt gaat zijn
uithoudingsvermogen met
sprongen vooruit. Ten derde
vindt Dees dat het de
geloofwaardigheid van een
staatssecretaris van
volksgezondheid niet ten
goede komt als hij meer dan
een pakje per dag rookt. Mooi
gezegd allemaal, maar had
drijfveer 3 niet drijfveer 1
moeten zijn? Nee. vindt Dees.
In de eerdergenoemde krant
beklemtoonde hij juist dat hij
de genoemde volgorde van
drijfveren met opzet zo had
gekozen.
Toch zou het niet eens zo'n
gek idee zijn om aan
bewindslieden van
volksgezondheid de eis te
stellen dat zij zich noch aan
tabakswaren noch aan alcohol
overgeven en regelmatig aan
lichaamsbeweging doen. Juist
omdat hun geloofwaardigheid
tegenover de burgers dat
vereist. Wat heeft het voor zin
anti-rookmaatregelen af te
kondigen, een anti-
alcoholbeleid te voeren en
lichaamsbeweging te
propageren als de
bewindspersoon in kwestie de
natie daarin niet als lichtend
voorbeeld voorgaatDat een
voorzitter van een
omroepvereniging zich af en
toe klapwiekend van de
whiskey door de studio 's
beweegt, zal de meeste burgers
worst zijn. Maar als een
bewindsman die ons aller
gezondheid nastreeft niet
buiten tabak en alcohol kan en
er als een zoutzak bij loopt,
maakt hij 1zichzelf
belachelijk, omdat (2) zoiets
niet goed is voor je lijf en (3)
sportprestaties negatief
beïnvloedt en bovendien (4)
menigeen zal doen zeggen:
„Kom. we nemen er nog
eentje en steken er nog eentje»
op Maar ja. vmdt maar eens
zo'n asceet.
T. RU BB ELS