Tromgeroffel en theater Tien jaar grimeren met een glimlach Rijk de Gooijer eist schadevergoeding TR< fo/tdóeSouttHii Nieuwe biografie Karl May groot succes DDR GERARD GAROUSTE IN HET STEDELIJK „Dag van de literatuur met ontmoetingen lezer-schrijveC KUNST VRIJDAG 27 JANUARI 1989 PAGINr OOST-BERLIJN De eerste biografie die in de DDR is verschenen over de bekende Duitse schrijver van indianenverhalen en avonturen romans Karl May is een groot verkoopsucces. De titel van de Oostduitse levensbeschrijving van May luidt, „De man die Old Shatterhand De boeken van de weverszoon Karl May (1842- 1912) speelden onder meer in de Verenigde Sta ten, het Midden-Oosten en op de Balkan. De meeste landschappen die daarin vaak tot in de tail worden beschreven had de schrijver echter nooit gezien. May bereikte een ongekende en nog steeds voortdurende populariteit als de schepper van het Apache-opperhoofd Winnetou en diens blanke bloedbroeder Old Shatterhand. Deze werden mede dankzij Mays pakkende en een voudige stijl onsterfelijk. Ook de simpele opzet van hun avonturen droeg daaraan in grote mate bij: altijd is er de strijd tussen de ideale helden en de ruwe schurken, die uiteindelijk nooit hun straf ontlopen. Mays populariteit nam zodanig toe dat in de Westduitse stad Bamberg een Karl Maymu- seum is ingericht. Daarnaast bestaat sinds 1969 in Hamburg de „Karl-May-Gesellschaft". Dit is een instituut dat zich bezighoudt met weten schappelijk onderzoek naar het leven en werk van de schrijver. De schrijver van „De man die Old Shatterhand was", Christian Heermann, verklaarde de biografie te hebben geschreven omdat er „ontelbaar veel nieuwe gegevens" over May boven water zijn gekomen sinds de Westduitse schrijver Hans Wollschlager in 1965 de eerste wetenschappelijke Karl Maybiografie publiceerde. AMSTERDAM Acteur Rijk de Gooijer is boos op de TROS en exploitant Teleservice van een 06-te- lefoonlijn omdat zij zonder zijn toestemming zijn po pulariteit hebben gebruikt voor het winnen van le den voor de omroeporga nisatie. In een kort geding tegen beide instellingen eist hij 10.000 gulden als voorschot op een schade vergoeding. Het kort ge ding dient maandag 13 fe bruari voor de president van de rechtbank in Am sterdam. De Gooijer werd enige tijd ge leden opgebeld door iemand die vertelde van een reclame bureau te zijn. Deze vroeg De Gooijer of hij wilde meewer ken aan een reclamecampagne tegen Aids en voor het ge bruik van condooms. De ac teur weigerde en gaf zijn argu menten daarvoor te kennen, aldus zijn raadsman, mr. Crul. Later werd hij weer een keer gebeld met hetzelfde verzoek, waarop hij opnieuw weigerde. Vervolgens maakte de man die had opgebeld zich bekend als TROS-medewerker Ralph Inbar, die vertelde dat het ging om een grap en een opna me voor het Tros-programma Banana-Split. „Het gesprek eindigde wat lacherig", aldus de raadsman. Enige tijd na dit gesprek zag De Gooijer een advertentie in een ochtendblad met de op roep de Banana-splitlijn met een 06-nummer, van exploi tant Teleservice, te bellen. De Gooijer deed dat en hoorde het telefoongesprek dat hij met In- bar had gehad, met een recla meboodschap daarvoor en daarna met de oproep worden van de Tros. De Gooijer, die daarvoor toestemming had gegeve van mening dat hij suggestie dat hij me aan een ledenwerfcamp voor genoemde omroep, de heeft geleden. Een po om de zaak onderling te i len met de omroeporgani mislukte, waarop De Go besloot een kort geding spannen. Stella in Joods Historisch Museum AMSTERDAM „Frank Stella: Chad Gadja" heet de tentoonstelling van prenten van deze Amerikaanse kunste naar, die van 3 februari tot en met 28 mei in het Joods Histo risch Museum in Amsterdam te zien is. Frank Stella (52) be zocht in 1981 het Tel Aviv Mu seum in Israël, waar hij de zo juist verworven serie Chad Gadja van de Russisch-joodse kunstenaar El Lissitzky (1890- 1941) zag. Lissitzky had het joodse paaslied met die naam in 1919 geïllustreerd. Stella was er door gegrepen en be sloot een serie „Chad Gadja naar El Lissitzky" te maken. De serie van tv/aalf drukken dateert uit 1932-1984. Wad- dington in Londen, de bruik leengever, verzorgde de publi- katie ervan in een oplage van 60 exemplaren. Elke prent is gedrukt in een collage van li tho, linoleumblok en zeefdruk, voor een deel met de hand ge kleurd. Chad Gadja (een bok je) is een lied dat gezongen wordt op het joodse paasfeest. DEN HAAG Het is pre cies tien jaar geleden. Toen, in 1979, volgden de oprichters van „De Ver sierders" een grimeercur sus bij de Federatie Haags Amateurtoneel. Na de op leiding wilden de leden echt eens aan de slag met de vergaarde kennis. Er werd gekozen voor de op richting van een Grimegilde, waarbij het onderscheid ge maakt werd tussen „meesters" en „gezellen". De „meesters" kunnen op die wijze de gezel len begeleiden en na het afleg gen van een „meestersproef", bestaande uit het volbrengen van een ingewikkelde op dracht zoals het vervaardigen van een pruik of een kunstig grimeerwerk, kunnen zo de gezellen de, felbegeerde, titel „meester" behalen. Op het ogenblik bestaan „De versier ders" uit vier meesters en vier gezellen. Opdrachten „Wij schaffen onze eigen gri meerspullen aan en met de goedgevulde koffer helpen wij zo het amateurtoneel aan een betaalbare grime voor de voor stellingen. Wij willen nooit de beroepsgrimeurs in de weg staan, het is tenslotte allemaal begonnen om een hobby, maar we pakken alle opdrachten heel serieus aan. Opdrachten krijgen wij via mond tot mond reklame daardoor is er geen behoefte aan adverteren. Veel kennis hebben wij vergaard bij John Buchter, chef-grimeur van het RO-Theater. Hij maakte ons er van bewust dat onze taak niet alleen beperkt blijft tot het aanbrengen van de grime waardoor de speler meer zelfvertrouwen krijgt, maar dat de rust die wij uit stralen en de verplichte glim lach ontspannend werkt voor de persoon die, even later, de voorstelling tot een goed einde moet brengen", aldus een van de leden. Uitdaging De Versierders komen vaak in kontkakt met nieuwe ontwik kelingen via vakbladen en ontmoetingen met andere gri meurs. Daar maken zij dank baar gebruik van. „Natuurlijk blijven sommige opdrachten een enorme uitdaging. Zo maakten wij vorig jaar een af gehakt hoofd van een speler na. Als dat dan tijdens de voorstelling de bedoelde schrikreactie oproept, staan wij te glimmen. Een voorval dat ons altijd is bijgebleven vond plaats tijdens het jaarlijk se Voorhout-festival. Er staat een jongetje gebiologeerd te staren naar onze verrichtingen en hij vraagt tenslotte om het aanbrengen van een nep-woud op zijn hand. Als het klaar is schrikt hij van het resultaat en valt flauw. Trots zijn wij ook op de aandacht die koningin Beatrix aan ons schonk tijdens haar bezoek aan een presenta tie van het culturele leven in Den Haag. Heel geïnteresseerd sloeg zij onze verrichtingen gade. Verloop Wij hebben weinig verloop binnen de groep, maar als ie mand vertrekt, is dat omdat er een baby geboren wordt of dat er een verhuizing naar het buitenland plaats vindt. Nieu we gezellen dienen zich van zelf weer aan. Dan kijken we, van beide kanten, de kat uit de boom en als het klikt is het voor altijd. Onze opbrengsten van het grimeren worden ge bruikt voor geadopteerde kin deren van het Foster Parents Plan. Wij hebben er drie en volgen gespannen hun vorde ringen. Als de financiën het toelaten schenken wij nog een maal per jaar een bedrag aan een goed doel, dat in onderling overleg wordt gekozen. Zo geeft onze hobby nog meer voldoening. Waardering Wij hopen dat wij nog jaren lang op dezelfde voet kunnen doorgaan, want wat geeft er meer voldoening dan de waar dering van een persoon die, door het door ons aangebrach te grimeerwerk, groeit in zijn of haar rol en vol zelfvertrou wen aan het toneelspel kan deelnemen". ROB VAN DER MIJL Grimegilde: „De versierders", 10 jaar grimeren en geen op vallend verloop. FOTO: Ff\ DEN HAAG Het Ne derlands Congresgebouw staat woensdag 1 maart open voor wat moet wor den, aldus organisator Stichting BulkBoek, „het grootste literaire festival dat ooit in Nederland is gehouden". Verdeeld over zes zalen wordt van 's morgens half elf tot 's middags half zes een de gelijk programma gebo den, waaraan vierentwin tig Nederlandse en Vlaamse auteurs deelne men, die hun lezers niet alleen met open armen ontvangen, maar met hen ook in discussie willen treden. De hele dag staat in het teken n de ontmoeting tussen jon- lezers en auteurs, onder e, onder enig voorbehoud, Jan Wolkers, Harry Mulisch, Yvonne Keuls en Marga Min- co. Zij lezen voor uit eigen werk, vertellen erover, signe ren hun boeken en zijn bereid erover in discussie te gaan. Deze evenementen worden af gewisseld met, als het even kan, vrolijke intermezzi van bekende cabaretiers, onder wie Brigitte Kaandorp en Hans Dorrestijn. Organisator Stichting Buik- Boek stelt zich bovendien een aantal talkshows voor onder leiding van onder anderen Hans van Willigenburg en Frans de Rover, waarin schrij vers en speciale gasten discus siëren over onderwerpen op het gebied van de literatuur. Bekende Nederlanders uit de wereld van de politiek, sport en kuituur, onder wie minis ter-president Ruud Lubbers, Wim Kok, Monique van de Ven en Noraly Beyer vertellen over hun favorite boek of schrijver. In de bioscoopzaal worden vier' verfilmingen van Nederlandse (literaire) boeken vertoond en in de toneelzaal zijn voorstellingen te 2 speciaal voor jongeren gese teerde theaterprodukties. vendien wordt een tenti stelling ingericht rond het ma „Van inspiratie tot lez< Een open podium biedt doorlopend programma interviews, optredens, boel veilingen en de beke van de winnaar van renprijs in de CPNB-a „Ik film wat ik lee: deze wedstrijd zijn jong< tot twintig jaar uitgenoi een reclamefilmpje te maKjjfc- of een kort verhaal. De naar van een soortgelijke p maar dan voor oudere lezl wordt bekendgemaakt op I Boekenbal bij de opening de Boekenweek 18 maart - die als thema h „Boek en Film". Aan „Dag van de literatuur" v |l|gj ken mee de Stichting CP Schrijvers School Samei l ving, De Meervaart, Let kundig Museum en ninklijke Academie 1 dende Kunsten. Van Abbe Museum toont weer eigen collectie EINDHOVEN Voor de eerste keer sinds twee jaar gaat het gemeentelijk Van Abbe Museum in Eindhoven dit jaar weer rui me aandacht besteden aan de presentatie van het eigen kunstbe zit. Dat zal gebeuren met twee tentoonstellingen, waarvan de eerste onder de titel „Capita Selecta" van 21 januari tot en met 12 maart ongeveer 150 klassieke werken van de collectie moder ne kunst zal tonen. Het kubisme zal op de expositie vertegenwoordigd zijn met werk van Picasso, Braque, Chagall, Gris, Léger, Lipchitz en De- launay; De Stijl met werk van Mondriaan, Van Doesburg en Van der Leek en het constructivisme met werk van onder meer Moholy-Nagy en Lissitzky. Van de laatstgenoemde kunstenaar heeft het museum een indrukwekkende hoeveelheid werken, de grootste collectie buiten Rusland. Van het expressionisme, de „Neue Sachlichkeit" en het magisch realisme uit de jaren '20/'30 beschikt het museum over een en semble van karakteristieke werken van onder andere Kandin- sky, Kokoschka, Permeke, Beekman, Willink, Hynckes en Charley Toorop, die ook te zien zullen zijn. De brug tussen deze kerngroep modernistische werken uit het begin van deze eeuw en de periode na de Tweede Wereldoorlog wordt gelegd door later werk van een aantal vooraanstaande fi guren uit de historische avantgarde. Deze wordt getoond met onder meer een schilderij van Kurt Schwitters uit 1941, één van Picasso uit 1943 en één van Léger uit 1951. AMSTERDAM Gérard Garouste is schilder. Een schilder met een been in het theater en zijn hoofd in de hogere sferen van de literatuur. Onder het glanzend vernis van zijn schilderijen laaien de emoties hoog op, hun hef tigheid is haast te mooi om waar te zijn. Kijkend naar zijn werk treft me de overeenkomst met Franse geschiedschrijvers. Zo als Amerikaanse historici be kend staan om hun journalis tieke benadering, zo laten ge schiedschrijvers in Frankrijk het niet bij de vlotte documen taire: men beschrijft er litera tuur. De mentaliteit is verge lijkbaar: „lei Paris, ici la Grande Culture Francaise", ronken de schilderijen van Garouste. Sinds Beeren directeur van het Stedelijk Museum in Am sterdam is, wordt er al heel wat afgedubd en geschreven over zijn beleid dat tamelijk veel argwaan en afkeuring heeft geoogst. Het museum verraste niet meer, de tentoon stellingsmakers aan het Mu seumplein leken verzonken in een zware winterslaap. Misschien was een aanlooppe riode nodig, misschien is het toeval, in ieder geval is op dit moment de geur van gezapig heid verdreven door opvallen de exposities die allebei drin gen om een plaats op de eerste rang. Zo veel als de twee exposities op elkaar lijken wat betreft hun nadrukkelijke aanwezig heid, zo verschillend zijn ze te gelijkertijd, de expositie van werk van Garouste aan de ene kant, tegenover de 'Horn of Plenty', gewijd aan actuele kunst uit New York. Waar het werk van de New Yorkers uit blinkt in hedendaagsheid, in verbondenheid met de actuele, moderne cultuur van alledag, daar tegenover schittert het werk van Garouste als lon kend naar Eeuwigheid, naar de Traditie en de fictie van het theater. In de 'Horn of Plenty' ont breekt ieder spoor van verhe venheid, van respect voor de schilderkunst als opperste middel om illusies tot leven te wekken. De kunst van de jon ge Amerikanen is wars van zowel het ambachtelijke als ie der expressionisme. Geen post modernisme in de gedaante van herstel der geschiedenis. In die lijn ging Garouste rond 1970 wel van start. Wat Kiefer voor de Duitse schilderkunst werd, Enzo Cucchi en Sandro Chia voor de Jonge Italianen waren, dat is Garouste voor de Franse kunst. Garouste, gebo ren in 1946, is uithangbord van een generatie die het schilderen herontdekt heeft, die de figuratie niet schuwt en de geschiedenis als reservoir ziet van vormen en thema's die opnieuw bruikbaar zijn. „Indiënnes" van Garouste. Terwijl anderen het tastbare kunstwerk vervingen door niet meer dan een idee of pa pieren aanwijzing hoe het ver vaardigd zou kunnen worden, pakte Garouste de draad van de kunstgeschiedenis weer op en schilderde hij voorstellin gen die bevolkt zijn door kei zers, reuzen uit de Griekse en Romeinse mythologie, jagers, Bijbelse zondaars en dansende herders. Zijn kleurenpalet en het mo- delé van de figuren doen sterk denken aan Titiaan. Sommige compositieschema's berusten op regelrechte citaten uit de kunstgeschiedenis, Garouste's onuitputtelijk voorbeelden boek. Terugkerende personages zijn de Indiaan en de Klassieke. Het koppel dook voor het eerst op in een door Garouste zelf geschreven werk, opgevoerd in 1977. Al vanaf 1975 vulden de Indiaan en de Klassieke het podium van zijn schilderijen en tekeningen. De twee figu ren belichamen de weinig ver rassende tegenstelling tussen cultuur en natuur. De grote doeken presenteren voorna melijk huzarenstukken uit de grote wereldliteratuur, reizi gers op de rivier van de hel uit Dante's Divina Commedia en meer van dergelijke sleetse onderwerpen. Ondanks de zware kleuren en de verheven thema's maakt de inhoud van het oeuvre geen indruk. De schilderijen ronken „Ici Paris, Ici la Grande Cultu re Francaise". Niet meer dan pompeus geroffel op de trom uit het Parijs van de Zonneko ning. Zijn haken naar status oogstte overigens wel succes: Mitterrand liet hem een pla fondschildering aanbrengen in FOTO: PERS UNIE een van de vertrekken van het presidentiële Palais d l'E- lysée. Garouste liep in eerste instan tie in de val die Kiefer en Ba- selitz met zoveel deskundig heid en toewijding wisten te vermijden. Kiefer hield zich bezig met de verwerking van een thema dat niet gebaseerd is op een kunstgreep, op kunstmatig herstel van een continutëit die generaties voor hem niet meer als continuïteit hadden aangemerkt. En wat meer is, Kiefers onder werp beantwoordt aan werke lijke noodzaak: de schandvlek van het nazisme op het Duitse geweten ter sprake brengen. Baselitz vermeed een even tueel effect van identificatie met het afgebeelde door figu ren en voorwerpen onderste boven weer te geven. Garouste dubbelzinnig daaren tegen stond toe dat zijn schil derkunst werd binnengehaald als voortzetting van de Ware cultuur, de Traditie. Niettemin was Garouste op den duur niet tevreden over het dubieuze succes en hij probeerde uit te wijken. Sinds 1986 gaf hij het theater een belangrijker plaats in zijn beeldende werk. Zijn schilder stijl veranderde in meer ab stracte richting. De menselijke figuur wordt meer aangeduid dan afgebeeld. De kleuren hebben hun Titiaanse sompig- heid verloren en schitteren door emotionele directheid. Het theatrale heeft bovendien nadere uitwerking gekregen in de compositie. Garouste plaatst figuren op een podium of maakt gebruik van kikker perspectief, alsof hij schildert vanuit de diepte van een or kestbak. Het theater had zijn aantrek kingskracht voor Garouste als plaats waar alles fictie is, alles gespeeld en verzonnen. Zo hoopte hij al te traditionele aanduidingen van de afbeel ding te voorkomen. Op deze manier trachte hij figuratieve schilderkunst in te zetten als abstract middel. 'Indiennes' Hoewel zijn schilderijen en beélden na 1985 minder bol staan van hoogdravendheid, slaagt Garouste nog beter in iyjn opzet om figuratie en ab stractie samen te laten vloeien in wat hij zijn 'Indiennes' noemt. De benaming van deze schilderijen op veelal meters hoog, ongespannen doek, heeft niets te maken met de Indiaan als personage uit zijn toneel stuk. De naam is ontstaan vanwege de drager: Indiennes is de aan duiding van een collectie be schilderd textiel in het Musée Saint-Denis te Reims. De mu seumstukken dateren uit de XVe eeuw en zijn ooit abusie velijk aangezien voor bedrukt katoen uit Zuidoost-Azië. Garousté beschildert de doe ken in dezelfde losse hand als zijn recente schilderijen. Het linnen speelt in de Indiennes een eigen rol doordat het doek niet is weggeschilderd. Ga rouste zet zijn beeldende kracht in op een meer subtiele manier die de afbeeldingen decoratief maken in de positie ve zin van het woord: minder gewichtig en opdringerig. Vanwege hun formaat is een deel van de Indiennes overi gens tentoongesteld in de Oude Kerk in Amsterdam. Wat Garouste nog scheidt van Kiefer en Baselitz zijn de val lende Engelen en de uit de diepte omhoogkringelende slangen en andere arche-ty- pen. Dergelijke broeierige symbolen zijn misplaatst en onnodig in het werk van de Parijzenaar anno nu die Ga rouste zegt te willen zijn. Ook zonder dat kan Garouste de Franse schilderkunst op het niveau tillen waar cultuur echt iets te zeggen heeft. Om dat het niet meer of minder durft te zijn dan zichzelf: he dendaags. Garouste heeft er de technische en emotionele kwa liteiten voor. ADA VAN DER VELDEN Jan Wolkers ontmoet lezers, op de „Dag van de literatuur". Eric Schneider en Kiki Classem a in „Taboe' LEIDEN Eric Schneider Kiki Classen gaan met boe" van de Italiaanse ton schrijfster Nicola Manzari toernee door ons land In de regie van de uit Itj stammende Rosamaria Rini worden tientallen voorstel! gen gegeven. De serie va j stellingen start op 31 januark#)" Nieuwegein en eindigt er april in het Nieuwe de la l| in Amsterdam. De premi(AAF wordt 16 februari gegevenfer Di de Schouwburg in Leiqngs „Het stuk is het eerste dat ver t Manzari in ons land op 1st H planken komt. Ze zag rejage veel van haar werken in Itèn a en andere landen opgevoaat Taboe gaat over de relatie jerk\

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 8