School aan bed 101N D ES®IJlS CcidócSoiumit Spijbelen beter al op basisschool voorkomen „EN HIJ IS ECHT ZIEK" ZATERDAG 14 JANUARI Om half elf precies wordt door twee verpleegkundigen van het Ju liana Kinderziekenhuis een bed het kleine lokaal van de Ziekenhuis- school binnengereden. Marcel komt voor zijn dagelijkse uur school op rolletjes naar de klas. Vele kinderen die niet ziek zijn, dromen van les in bed. Welke kin deren hebben dit voorrecht? Het kantoor van de Ziekenhuisschool 's- Gravenhage-Delft e.o. bevindt zich in hetzelfde gebouw als de Hoogstraten- school aan de Spaarwaterstraat. Onlangs vroeg een kind op de speelplaats aan het hoofd van de Ziekenhuisschool, me vrouw W. van IJperen, of de kinderen boven in bedjes lagen. De vraag typeert uitstekend dat veel mensen niet precies weten wat de Ziekenhuisschool is. Want de lessen worden niet verzorgd in het schoolgebouw maar in de ziekenhuizen. Het eerste misverstand dat mevrouw Van IJperen uit de wereld wil helpen, is het aantal weken dat een kind in het zie kenhuis moet liggen voordat het naar de speciale school mag. „Als een kind in de leeftijd van drie tot twintig jaar de eerste dag in een ziekenhuis komt, moet de be handelende arts inschatten of het verblijf drie weken of langer gaat duren. Als dat het geval is, dan kan het kind vanaf de eerste dag in aanmerking komen voor onderwijs". MAATWERK In de Haagse en Delftse regio is de Zie kenhuisschool actief in achttien zieken huizen en verpleeginrichtingen. „Dat be tekent niet dat we op alle plaatsen tege lijk lesgeven. Het gebeurt heel vaak dat we een aantal weken of maanden in een bepaald ziekenhuis geen les geven, om dat er geen kinderen zijn die in aanmer king komen voor onderwijs aan bed". Gemiddeld maken ongeveer 50 kinderen tebruik van deze vorm van onderwijs, ommige kinderen liggen voor een korte periode in een ziekenhuis. Anderen daarentegen verblijven voor een langere tijd in een verpleeginrichting, zoals in het psychiatrisch ziekenhuis Bloemen- daal. Al deze kinderen komen in aan merking voor onderwijs. De school van mevrouw Van IJperen levert dus maat werk. Door zeven leerkrachten (vijf for matieplaatsen) wordt het onderwijs ver zorgd. De meeste kinderen krijgen één a twee uur les per dag. Dat gebeurt in groepjes of, als het kind op de kamer moet blij ven, individueel. Maar wie het onder wijs in een groepje meemaakt, zal on middellijk zien dat ieder kind op indivi duele wijze wordt begeleid. „Het kan niet anders, want de kinderen komen niet uit dezelfde groep en er worden op de thuisscholen verschillende methoden gebruikt", aldus mevrouw Van IJperen. Het woord „thuisschool" wordt door haar gebruikt als ze de school bedoelt waar het kind normaal naar school gaat. De relatie met die school is heel belang rijk. „Onmiddellijk wordt contact gelegd met de leerkracht van de klas waar het kind inzit. Dat gebeurt heel vaak via de ouders. Zij zorgen er ook voor dat schriften en boeken van de school naar het ziekenhuis komen. Op deze wijze kunnen we de kinderen in hun eigen me thode onderwijs geven. Dat lukt niet al* tijd. Dan moeten we werken met ons ei gen materiaal. Maar gelukkig zijn dat uitzonderingen". De school die in de ziekenhuizen in Den Haag, Leidschendam, Voorburg, Delft en Zoetermeer werkt, is in 1986 na een fusie totstand gekomen. Tot de fusie mochten de leerkrachten van de Zieken huisschool in Den Haag de zieke kinde ren thuis begeleiden. Daardoor mocht de juffrouw uit het ziekenhuis ook bij het kind thuiskomen. Nu krijgt het zieke kind als het thuis verblijft, te maken met een andere leerkracht. Van IJperen vindt dat jammer, want op die wijze was de begeleiding beter. „Je raakt nu het zicht op het kind kwijt. Ze worden met een nieuwe leerkracht geconfronteerd, het geen niet echt bevoorderlijk is voor de noodzakelijke rust". Op de vraag of ieder ziekenhuis een lo kaal heeft, wordt duidelijk gereageerd: „Was dat maar waar! Wij ontvangen van het rijk geen vergoedingen voor lo kalen. In principe moeten de ziekenhui zen dat regelen, maar daar schort het nogal eens aan". LOKALEN In het kleine lokaaltje in het Juliana Kinderziekenhuis bevinden zich Marcel en Cüneyit en hun onderwijzeres Yvon ne. De lerares verdeelt haar aandacht op gelijke wijze over de twee leerlingen. Van het hoofdrekenen moet ze over springen naar schrijven. Het werken met de kinderen vergt veel concentratie en improvisatievermogen. Met een korte blik inspecteert de lerares de boekjes die de leerkracht van Marcel de vorige dag heeft gebracht. Ze worden gelijk op het ziekenhuistafeltje uitgespreid en de eer ste sommen over kwartjes en guldens worden gerepeteerd. De andere leerling in het lokaal is duidelijk minder op zijn gemak. Af en toe krimpt zijn gezicht in een van pijn. De oogleden blijken ook zwaar te zijn, maar door de aandacht van de leerkracht wordt hij gestimuleerd mee te doen. Ook in het ziekenhuis zijn er schoolva kanties. De negenjarige Marije woont sinds september in het JKZ. Als er geen school is, wordt het programma gevuld met zwemmen, een bezoek aan de die rentuin of bowlen. Het leven is voor haar duidelijk anders dan op de thuis school. Daar wordt ze 's morgens vroeg van huis opgehaald en komt ze aan het eind van de middag weer thuis. In het ziekenhuis krijgt ze een uur per dag les. „Maar ik moet ook huiswerk maken", vertelt ze op haar kamertje. In het beademingscentrum "De Schelp" in Scheveningen lijkt het op de pits- plaats van de formule-1-racerij. Zuur stofslangen liggen door de gang heen, zo dat de bewoners zich zonder problemen door het gebouw kunnen verplaatsen. De patiënten die daar verblijven, hebben allemaal problemen met de ademhaling. Sinds twee maanden woont Mark aan de Brugsestraat. Hij is negentien jaar en lijdt aan een spierziekte, die hem aan een elektrische rolstoel kluistert. In Arn hem waar hij tot voor kort woonde, ging hij elke dag naar een klas van acht leer lingen. Nu hij in Den Haag woont, krijgt hij individueel les. Dat bevalt hem dui delijk beter. „Het was te vermoeiend voor mij. Nu kan ik mijn eigen tempo volgen". Mark krijgt onderwijs op het niveau van mavo-A. Vooral het vak En gels bevalt hem goed. Het luisteren gaat hem beter af dan het spreken in deze taal. „In Arnhem konden we maar drie tv-zenders krijgen, maar hier kan ik ook naar de Britse zenders kijken. Ik volg re gelmatig het BBC-nieuws en het meeste kan ik goed begrijpen". Hij ervaart het onderwijs als een door breking van de alledaagse sleur. „Een tijdje geleden vond ik onderwijs niet zo belangrijk. Alhoewel ik geen studiebol ben, denk ik daar nu anders over". Hij is vastbesloten om na de zomervakantie examencertificaten te behalen. Dat moet dan via het volwassenenonderwijs, om dat hij dan te oud is voor de Ziekenhuis school. Ook Mark moet huiswerk maken. Door zijn handicap wordt hij daarin belem merd. Schrijven gaat heel moeilijk, maar binnenkort krijgt hij een computer, waardoor dat probleem wordt ondervan gen. Computers zijn op basisscholen en mid delbare scholen gewone hulpmiddelen geworden. Tot voor kort was dat voor de Ziekenhuisschool niet gewoon, maar door een gift van de Verenigde Spaar banken hebben alle vijftien scholen de beschikking gekregen over twee appara ten. „Dat bedrijf schonk er twee bij het tienjarig bestaan van de Amsterdamse school en ontdekte toen dat er nog veer tien scholen waren. Die hebben nu alle maal computers gekregen", aldus me vrouw Van IJperen. BEZUINIGING Enkele weken geleden zag het er nog slecht uit voor de vijftien ziekenhuis- scholen toen minister Deetman het be zuinigingsmes wilde zetten in deze schoolvorm. Gelukkig heeft de operatie niet plaatsgevonden, doordat de Tweede Kamer op tijd in de gaten had hoe be langrijk onderwijs voor zieke kinderen is. Toch doen zich nog vreemde situaties voor in de subsidieregeling. Meer dan 50 van de leerlingen van de Haagse school heeft de middelbare-schoolleef- tijd. Zij krijgen echter les van leerkrach ten die opgeleid zijn voor de basisscho len. „Om leerkrachten voor de oudere leerlingen te mogen aantrekken, moet je gemiddeld meer dan 55 leerlingen heb ben. In Den Haag schommelt dat aantal rond de 50", aldus mevrouw Van IJpe ren. In principe zijn het dus leerkrachten voor de basisscholen die deze kinderen lesgeven in vakken als Engels en wiskun de. En daarvoor zijn ze eigenlijk niet be voegd. LUCAS BOLSIUS DEN HAAG - Een jongen zit al leen in de klas. Op dat moment komt de docente binnen en vraagt: „Waar is iedereen?" De jongen antwoordt, wijzend naar de lege zitplaatsen: „Hij is ziek en zij is ziek en zij... En hij is echt ziek". Spijbelen is een enorm probleem in het onderwijs. Naar schatting spij belen 50.000 tot 100.000 leerlingen per dag. Toch is het onderwerp bij leraren nog een enorm taboe. Dat hebben de vier landelijke ouderor ganisaties het afgelopen jaar ge merkt bij hun actie om het school verzuim tegen te gaan. Onderzoek van het Samenwerkingsver band Schoolverzuim heeft uitgewezen dat vijftig procent van de leerlingen niet spijbelt, een derde weieens een keertje, ti'en tot viertien procent regelmatig en vijf procent erg veel. Ondanks deze alar merende getallen reageerden de scholen verbaasd. H. Loonen van de Nederland se Katholieke Oudervereniging legt uit: „We merkten dat scholen het schoolver zuim ontkenden. Spijbelen zou bij hen niet voorkomen. We hebben toen de conclusie getrokken dat er een sfeer van taboe om het spijbelen ligt. De goede naam van de school speelt ook een rol. Scholen die werkelijk een groot spijbel probleem hebben hangen dat niet aan de grote klok". In steden als Den Haag, Delft en Leiden is er geen apart onderzoek geweest naar het schoolverzuim op scholen, maar lan delijk gezien kan wórden vastgesteld dat spijbelen meer voorkomt in de grote ste den dan in plaatsen waar meer sociale controle is. SCHOOLKLIMAAT In de brochure „Voorkomen is beter dan genezen" die is uitgegeven in de actie week tegen schoolverzuim in oktober, komen de ouderverenigingen tot enkele hoofdoorzaken. Een belangrijk deel van het probleem ligt vaak bij de school. Het schoolklimaat, de sfeer kan leerlingen te genstaan, ze balen stevig van school. Een andere factor is (het ontbreken van) con trole op het spijbelen. Op het moment dat leerling merkt dat zijn spijbelen in de gaten wordt gehouden, spijbelt hij minder. Maar liefst tachtig procent van scholieren in het onderzoek zeiden dat hun afwezigheid op school helemaal niet was opgevallen. Een proef in Rotterdam bewees dat na invoering van een regis tratiesysteem het schoolverzuim daar met dertig procent terugliep. Een belangrijke oorzaak ligt ook bij de ouders. Echtscheiding en werkloosheid zorgen meestal voor spanningen in het „Belangrijk is dus dat er continue be langstelling voor het kind bestaat. Kin deren moeten thuis hun schoolverhalen kwijt kunnen. Dan voelen ze zich geluk kiger en dat heeft weer goede resultaten tot gevolg. Sommige ouders zeggen zo gemakkelijk: „We droppen onze kinde ren lekker op school". Maar ouders heb ben een grote verantwoordelijkheid want de school ligt in het verlengde van de opvoeding thuis. Daarom kiest een ou der voor een bijzondere school omdat die aansluit op een bijzondere opvoe ding. Je moet een kind laten zien dat het van groot belang is om naar school te gaan. Geef ze verantwoordelijkheid af hankelijk van leeftijd en de ruimte die ze hebben. Breng ze normen en waarden bij". Verder werkt het als kinderen betrokken worden bij de zaken op school. „Alles wordt beslist zonder hen. Op het mo ment dat je de leerling laat meepraten krijgen ze meer verantwoordelijkheid en gaan ze minder spijbelen. Het is toch te zot dat er niet op alle scholen een leer lingenstatuut met rechten en plichten is. Als scholieren in een week zes proefwer ken krijgen maar pas een paar weken la ter de cijfers dan denken ze ook: bekijk net maar", aldus Loonen. VERVOLGACTIE De ouderverenigingen zijn zeer tevreden over de resultaten van de actieweek in oktober. Veel scholen en ouders zijn zich meer bewust geworden van het pro bleem spijbelen en proberen daadwerke lijk wat aan de oorzaken te doen. Op landelijk niveau onderzoekt staatsseceta- ris van onderwijs Ginjaar-Maas oorza ken en oplossingen. Plaatselijk komen de gemeenten met opvangprojecten op de proppen. Loonen blijft een vervolgactie echter no dig vinden: „We zijn pas tevreden als we alle scholen bereikt hebben. Nu heeft maar 35 procent van de scholen in het voortgezet onderwijs genoeg animo ge toond. In een vervolgactie gaan we het accent leggen op de relatie lesuitval en spijbelen. Vaak ontstaan tussenuren door ziekte of uitstapjes. Huiswerkbege leiding in die uren is dan een goede op lossing". Ook in het basisonderwijs krijgt de be trokkenheid van ouders steeds meer aandacht. Een eerste wetenschappelijk onderzoek van de Stichting Centrum voor Onderwijsonderzoek naar dit gege ven is zojuist afgesloten. Het basisonder wijs kan hiermee niet alleen verzuim op de eigen school tegengaan, maar ook toe komstig spijbelen van kinderen die nu nog in de hoogste klas van de basis school zitten. Op deze manier wordt de spijbelcampagne effectiever. Voorkomen in het basisonderwijs is beter dan gene zen in het voortgezet onderwijs. MONIQUE BOOM gezin. Een reden te meer voor de ouder verenigingen om juist ouders op het spij belen opmerkzaam te maken. Oudera vonden organiseren is een van de mid delen om ouders meer bewust te maken van deze oorzaken. Loonen: „Wij als ou derverenigingen slaan over de verzuiling de handen ineen om sterker te staan in onze strijd tegen het spijbelen. Want Waar is iedereenvraagt de docent bij leerplichtigen. spijbelen komt op elke school voor, on geacht de identiteit van de school. We zijn vooral gericht op de harde kern van spijbelaars. Dat zijn meestal toch de kansarme jongeren. Ze zijn vaak minder gestimuleerd vanuit thuis. Ze zien de school niet altijd zitten. Het probleem is dat ze de school verlaten zonder diplo ma". van de klas. Naar schatting spijl Spijbelen? Dat betekent criminaliteit, denkt menigeen. In grote groepen trek ken jongeren door de stad, een spoor van vernielingen achterlatend. Dit beeld bestrijdt Loonen heftig. „Er is absoluut geen relatie tussen spijbelen en crimina liteit. Het is geen oorzaak en gevolg wat je als zodanig moet bestrijden. Want hoe gaat het in de praktijk? De meeste leer en elke dag vijftig- tot honderdduizend FOTO: ARCHIEF lingen gaan in hun eentje naar huis. Ou ders merken dat echter vaak niet op om dat beiden werken. En kinderen zijn zo inventief dat ze op de juiste tijdstippen weggaan of thuiskomen. Ik heb ouders gesproken die erachter kwamen dat hun zoon drie weken thuis was doordat de school belde om te vragen of hun zoon ziek was". In het kleine lokaaltje in het Juliana Kinderziekenhuis bevinden zich Marcel en Cüneyit en twee leerlingen. hun onderwijzeres Yvonne. De lerares verdeelt haar aandacht op gelijke wijze over de FOTO: CEES VERKERK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 37