Vader-abt Amandus en het opgeklopte schuim ZATERDAG 24 DECEMBER 19! Toen de boze wereld aan de poort van de Trappistenabdij te Tegelen rammelde en er het milieu van stilte dreigde te verstoren, schrok vader-abt Amandus Prick op uit zijn contemplatie. Niet alleen spande hij met succes een kort geding aan tegen de Staat, maar ook ging hij zich bezighouden met de vraag wat de mensheid in 's hemelsnaam bezielde om zo roekeloos om te springen met de planeet aarde. De sleutel vond hij toen minister Neelie Smit-Kroes zich liet ontvallen dat ze niets wist van bidden. Een gesprek over de vijand in onszelf, de vraag van de vergankelijkheid, opgeklopt schuim als schijnsubstantie en de aarde als opdracht. HOOFDSCHULDIGE MILIEUCRISIS IS ONGEKENDE CONSUMPTIEDRANG )e wi Abt Amandus Prick: „Tragisch zijn ze, de mensf die niet meer weten wat bidden is en die er niet /nJCUSa om geven". naar Op onze landerijen, telt de 71-jarige Amandus Prick vin ger voor vinger af, telen we asperges, aardappelen, bieten, vruchten voor in de conserven en als wisselprodukt gerst. „Of we dat macrobiotisch doen? Nee hoor. Nee, pns nageslacht zal niet ondervoed zijn, haha". De proestbui van de hoogbejaarde die bijna een minuut aanhoudt, valt slechts te begrij pen voor wie weet dat Amandus Prick welis waar vader is, maar dan vader-abt van het klooster Onze Lieve Vrouw Onbevlekte Ont vangenis, beter bekend als de abdij Ulinks- heide die men zoeken moet in het deze mid dag toepasselijk, want maagdelijk wit o ver sneeuwde struweel boven Tegelen. Amandus Prick en de vijfentwintig kloostergenoten over wie hij vader is, zijn paters Trappist; hun schier Spartaanse orderegels sluiten het krijgen van een nageslacht uit. Grapje dus. De vraag naar de onbespotenheid der Ulinkheidese asperges echter was ter zake, want over het milieu gaat het gesprek met vader-abt. Over het menselijk tekort meer in het bijzonder dat aan de wortel ligt van een steeds nijpender milieucrisis. Niet een ge wetenloze industrie immers, beaamt pater Aman dus van harte, is de hoofdschuldige. Noch zijn dat de boeren met hun veestapels en pesticiden, de au tomobilisten met hun uitlaatgassen of, op grotere schaal, de geldwolven met hun gerooi van helling- bos én tropisch regenwoud. De hoofdschuldige, dat is de ongeremde consumptiedrang van de mens heid. De wereldvermaarde bioloog prof. Konrad Lorenz zei het onlangs in het Duitse opinieblad Der Spiegel zo: „De mens is slechts een zoogdier dat handelt naar zijn driften en instincten. Die instinc ten schrijven (net als de bijbel) voor gaat heen en vermenigvuldigt u, neemt de wereld en onderwerpt haar. Een instinct dat voorschrijft: zo is het wel ge noeg, bestaat niet. Alleen inzicht in zijn beperkin gen kan de mens nog redden. Maar hij gebruikt zijn verstand juist om zijn instincten te rechtvaardigen, goed te praten". SNELWEG Merkwaardig genoeg voor een man Gods blijkt va der-abt Amandus deze kille visie van de ongelovige wetenschapper die Lorenz is, te onderschrijven. Al leen: „Ik heb er iets aan toe te voegen". Maar dat komt straks. Eerst komt de weg die de aanleiding was om de reis naar Tegelen te ondernemen en van gedachten te gaan wisselen met een pater Trappist. Een stuk snelweg dat de ontbrekende schakel moest gaan opvullen in de vierbaansverbinding Randstad- Venlo-Roergebied. In de gedaante van deze weg klopte de boze wereld aan bij de poort van de abdij Ulinksheide, de monniken aldaar opwekkend uit de diepte ,van hun tijdloze contemplatie. Stilte, moet men weten, is wezenlijk voor een Trappist. Eeu wenlang kende de beschouwelijke orde, die zich niet voor niets ooit als zijnde „van de strenge on derhouding" heeft afgesplitst van de meer rekkelij ke Cisterciënzers, zelfs een absoluut spreekverbod: de paters moesten zich onderling verstaan met be hulp van gebarentaal en ook dit liefst met mate. Sinds het Tweede Vaticaans Concilie is deze regel versoepeld, maar nog steeds behoort een gewijde rust tot de zegeningen die het klooster van Onze Lieve Vrouw Onbevlekte Ontvangenis aan gekwel de zielen te bieden heeft. Helaas: „De wereld wil mij achterna, al waar ik ga of sta of ooit de ogen sla", zoals Guido Gezelle al dichtte. Minister Neelie Smit-Kroes wenste dat ont brekende stuk snelweg in de kolf van haar bestuur lijke pistool bij te kerven en dat het pal langs de abdij van de Trappisten zou voeren, daar waar nu een archaïsch landweggetje loopt, deerde haar niet. Maar toen bleek ze buiten de waard, in casu vader- abt Amandus, gerekend te hebben. Deze verhief voor één keer zijn stem, spande een kort geding aan tegen de Staat en kreeg van de rechter voorlopig ge lijk. De weg mag er niet komen zolang Smit-Kroes geen serieuze aandacht heeft besteed aan de vijf al ternatieven die er liggen op redelijke gehoors- afstand van de ommuurde kloosterlandouwen. REBELLIE „Stilte", verklaart vader-abt Amandus zijn plots- klapse rebellie tegen Den Haag, „absolute stilte is altijd een onmisbaar element geweest voor wie de teruggetrokkenheid van de beschouwing zoekt. Stil te bevordert de concentratie en dwingt tot luisteren. Wij zeggen altijd: God spreekt in de stilte. Als je dan op honderd meter van de abdij het vrachtver keer van en naar het Roergebied voorbij hoort ra zen, blijft daar weinig van over". Toch zou men er verkeerd aan doen de Trappisten van Tegelen te be schouwen als wereldvreemde kluizenaars, ingemet seld in onbegrip voor de moderne tijd. Pater Aman dus met name is, behalve abt, ook manager van een winstgevend bedrijf; zijn monniken exploiteren op commercièle basis een wijnstekerij en een asperge steker^", ze verkopen aardappelen, ze bottelen mis wijn, gewone wijn en kruidenlikeur. „Het is bepaald niet zo dat wij met anderhalf been in de eeuwigheid staan en met een half been hier, mank en blind, op met mip1 OTO.-GIESl ieeft nk< BIDDEN Aangezien hij zichzelf ook nog filosoof noemt, het vraagstuk maar eens breder bekeken dan dat ge wraakte stukje snelweg van Smit-Kroes. Op welke afgrond stevent de mensheid met open ogen af? En vooral: waar komt zulk suïcidaal gedrag vandaan? Nu de boze wereld aan de poort van zijn abdij heeft gerammeld, zal vader-abt daar in de voorshands veiliggestelde stilte van de kloostertuin ongetwijfeld over hebben lopen contempleren. Dat klopt. Maar mag hij zijn bespiegeling toch beginnen met een steek onder water in de richting van zijn opponent, de bewindsvrouw van verkeer en waterstaat? Dan moet hij er even een kranteknipsel bij halen, behel zende het verslag van een VVD-bijeenkomst in Weert waar ook Neelie Smit-Kroes aanwezig was. Ze benutte de gelegenheid om haar gemoed te luch ten over de weerspannige Trappisten en wat liet ze zich ontvallen? „Hier staat het", glundert vader-abt. „Van bidden weet ik niets, zei Neelie Smit-Kroes. Dat kwam natuurlijk uit die vlotte mond van haar, maar het is precies waar het om draait. Tragisch zijn ze, de mensen die niet meer weten wat bidden is en die er niet meer om geven. Ik had laatst een boekske uit de middeleeuwen in handen dat heette: De Const der Consten. Over bidden ging het, de kunst der kunsten dus. Nou, als je zegt: van die kunst weet ik niets, dan ben je ver weg". Voor de duidelijkheid: vader-abt wil bidden aller minst uitgelegd zien als kwezelig met de neus in een gebedenboek zitten. „Bidden, daar versta ik onder: de deugd beoefenen. Goed luisteren ook. En naden ken over de vraag waartoe je op aarde bent. Bezin ning op jouw houding tegenover de wereld. In die zin is bidden dus niet iets wat alleen gelovigen doen. Het is iets van alle mensen en van alle tijden. Bidden, dat is nadenken over jezelf. Daarbij stoot je op bepaalde normen en dan vraag je jezelf af: hoe leef ik ernaar? Dat is het begin van het hele verhaal. De vraag: waar ben ik mee bezig, met het opbou wen of met het afbreken van de wereld? Natuurlijk hebben we de economie nodig. Maar bepaalde nor men en waarden hebben we méér nodig, want de economie geeft geen antwoord op de vragen van het bestaan. Neem nou iemand die alleen maar werkt om rijk te worden. Voor mijn part laat hij zijn erf genamen twee miljard na. Dat is toch een uiterst De mens is niet alleen een vergankelijk wezen, hij is ook het enige wezen dat zich bewust is van zijn ver gankelijkheid, laat vader-abt zijn gedachten met de enkele sneeuwvlokken achter de hoge kloosterra- men meedwalen. Dat is wat hij aan de instincten theorie van prof. Konrad Lorenz toe te voegen heeft. Vanuit het besef van die vergankelijkheid zoekt de mens, bewust of onbewust, eeuwig en al tijd antwoord op de vraag: hoe ga ik met die ver gankelijkheid om? Het antwoord vervolgens dat hij vindt, is bepalend voor zijn leven. De mens mag dan minder dan vroeger ter kerke gaan, de hoge vlucht die genootschappen als het Ethisch Paranor maal Centrum kunnen nemen, de Vriendenkring De Levensboom, de spirituele vereniging De Kring loop, Zeni, Centrum Intuïtieve Ontwikkeling, die hoge vlucht bewijst dat de mens nog immer zoeken de is naar zijn diepste wezen. „En dan komt hij de vijand in zichzelf tegen", mij mert vader-abt Amandus. „Als het goed is tenmin ste. Want wanneer je, zoals wij nu, over de dreigen de milieuramp praat, kun je niet anders dan vast stellen dat de vijand in jezelf zit. Nou, kijken waar de vijand in jezelf zit, is een manier van bidden. En dat heeft een mens erg nodig. Ach, weet u, de tegenwoordig denkt dat hij een volstrekt auto- Ti wezen is, maar dat is hij niet. Hij is een vol strekt afhankelijk wezen. Afhankelijk van zijn af komst, afhankelijk van de cultuur van zijn tijd en kelijk van het antwoord dat hij vindt op de vraag: wat is de betekenis van mijn leven? Want aan die vraag ontkomt niemand. Die bestaat voor ieder- SNOR De keerzijde van de medaille echter. „Dat opper vlakkige, ja. Dat zit ook in ieder mens. Het idee van de autonome mens waar ik het over had. Met mij zit het wel snor. Het gaat prima met de samen leving. En de mensen die zich afvragen of het wel zo goed gaat, zijn idioten. Dat idee. De geestelijke stroming die we de verlichting noemen en waartoe veel van de moderne inzichten te herleiden zijn, had het buitengewoon sterk. Maar de gedachteidat het wel snor zit, dat de mens immers van nature is, heeft verschrikkelijke gevolgen gehad. Voor is het een raadsel hoe ze komend jaar met zo veel tamtam twee eeuwen Franse Revolutie kunn vieren. Waarom? Gewoon. Je kunt nog zo hoog geven van de democratie en de secularisatie, m er schuilt een levensgroot gevaar in. Het gevaar melijk dat de mensen niet meer nadenken over i verschrikkelijke kwade dingen die er ook in h; binnenste zitten. Het gevaar dat je geen vrag meer stelt over je doelstellingen, je motiveringe Dat is heel gevaarlijk". Paters Trappisten mogen dan asceten zijn die 1 zaken aan de geneugten des levens, televisie kijl doen ze blijkbaar. In dit stadium van het tenminste moet vader-abt opeens denken programma dat hij op een van de Duitse netl heeft gezien - de aangename glooiingen zijn abdij uitkijkt, zijn al Duits grondgebi daar. „Het was een kunstprogramma over toonstelling en daarin hoorde ik de Oberbürg meister van München zeggen: „Wij hier klopp niet alles op tot schuim". Dat beeld trof n het is precies wat de moderne wereld doet. Schui kloppen om een schijnsubstantie te krijgen. Wa neer iemand tegenwoordig maar voldoende aploi legt in wat hij zegt of doet, denken we dat het si stantie heeft. Terwijl het gewoon niets anders d opgeklopt schuim is". WAARTOE? Alweer een steek onder water richting Neelie Sm Kroes die juist het bidden der Trappisten opgeklt schuim schijnt te vinden, gezien haar vraag Weert of iemand haar uit kon leggen wat het 1 verzonken monniken kan schelen of ei dan wel heel veel auto's langs hun klooster i Vader-abt komt liever terug op Lorenz. „Nogma; ik ben me ervan bewust hoe waar het is wat hij 2 over de menselijke instincten als oorzaak van milieubederf. Maar ik kijk verder. Ik zeg: is er niet voor het milieu, de mens is er voor goede wereld. Als de wereld goed is, komt het 1 het milieu ook wel goed. En dan ben ik optim tisch. Niet omdat ik de mens niet wantrouw, omdat ik erop vertrouw dat hij nooit, helem nooit heen zal kunnen om zijn levensvragen, afhankelijkheid, zijn vergankelijkheid. Elke V komt die vraag weer terug: waartoe, mens, zijt op aarde? En dan komt de aarde ook tot zijn drrcht". PIET SNOERl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 28