„Al mijn personen krijgen wel iets van mijzelf mee" „Helft van Armenië in puin na aardbeving" Ernstigste aardbeving van laatst* tien jaar K Armenië berucht om natuurgeweld)!; KUNST £cidóa6ou/ia/nt EGYPTENAAR NAGUIB MAHFOUZ KRIJGT MORGEN NOBELPRIJS LITERATUUR In Stockholm wordt morgen de Nobelprijs voor literatuur 1988 uitgereikt aan de Egyptische schrijver Naguib Mahfouz. Waar schijnlijk zal hij die prijs niet persoonlijk in ontvangst nemen. Hij is bejaard en wordt geplaagd door suikerziekte. Maar erger is dat hij vliegangst heeft. Waarschijnlijk zal hij een van zijn doch ters sturen. Schrijver Ton van Reen zocht exclusief voor onze krant Mahfouz op in het koffiehuis waar hij al meer dan vijftig jaar elke dag de ochtendkranten leest CAIRO Zeven uur. De ochtendmist wordt ver dreven door uitlaatgassen. De zon graaft een baan van oplichtend stof naar me toe, het poedergoud waarmee de ochtend in Cairo wordt verguld. Het keurig onderhouden Tah- rirplein, waarop het gras zo groen is dat het op kunstgras lijkt, wordt om kranst door winkels en koffiehuizen. Vrij vlug vind ik het koffie huis Ali-Baba, dat er, ondanks de naam van een roverhoofd man, heel vredig uitziet. De naam van een sprookjesfiguur zou voor de schrijver Naguib Mahfouz wel eens de aanlei ding kunnen zijn geweest hier zijn vaste plek te zoeken, want na zijn bekroning met de No belprijs liet hij in de talloze in terviews met de wereldpers weten dat de verhalen uit de Duizend en een nacht een van de belangrijkste bronnen van de Arabische literatuur zijn. Binnen zitten, zo vroeg al, een paar oude mannen. Er gaat rust en berusting van hen uit, alsof ze alle tijd van de wereld hebben, maar niets om hem te vullen. Onwillekeurig moet ik aan de hoofdpersonen van Ge zwets op de Nijl denken, de fi losoferende vrienden die hun vragen over het nut van de wereld wegpraten onder het genot van een hasjiesjpijp, lui - onderuit gezakt op het terras van een woonboot. Ze zouden het kunnen zijn, in een oudere uitvoering. uit zijn koffiehuis de literatuur binnen. Zelf zou hij Anis Zaki kunnen zijn, de eigenaar van de woonboot, een ambtenaar die als verwijt van zijn chef te horen krijgt: „uw ogen Kijken naar binnen en niet naar bui ten, zoals bij de overige schep selen van God". Op de tafel ligt een krant. Op de voorpagina een grote fotc van een man die, heel klein, in een net iets te ruim zittend pak een beetje verloren maai ook wat onwillig tussen bossen bloemen, luidsprekers en ca mera's staat: Naguib Mahfouz Nobelprijswinnaar voor de li teratuur 1988, zojuist begiftigd met de hoogste Egyptische on derscheiding, de Orde van de Nijl. De zilveren halsketting, als teken van zijn nieuwe waardigheid, is hem zojuist omgehangen door president Hosni Moubarak. Het publiek brengt de schrijver een ovatie. Ik voel zijn tenen in zijn schoenen krommen. Ik hoor hem krimpen in zijn pak. Het podium is de laatste plaats waar een schrijver thuishoort. Bescheiden als hij is zou Na guib Mahfouz, op dit grote mo ment voor Egypte, liever in zijn koffiehuis hebben gezeten, of gewoon thuis bij zijn vrouw, schrijvend aan de keukentafel, zoals hij dat naar eigen zeggen altijd gedaan heeft om geen studeerkamerschrijver te zijn. Dat laatste is hem gelukt: de geuren van keukens en koffie huizen doordrenken zijn boe ken. Ik word uit mijn beschouwin gen opgeschrikt door een langs de deur scheurende sooter met defecte uitlaat. Mijn blik blijft rusten op een kleine man die aan een stalletje verderop een krant koopt. Naguib Mahfouz schrikt van al die voorpagina's van al die kranten die voor hem liggen, met allemaal die foto van hem, veelal in kleur. Lezend loopt hij naar het kof fiehuis, zwaait met de krant naar de vier mannen die even oud zijn als hij en juist aan een spelletje domino zijn begonnen en loopt rakelings langs me; de geur van een kettingroker drijft even over mijn tafeltje. De schrijver zit helemaal al leen, afgetekend tegen het lichte raam, alsof hij in profiel is uitgeknipt uit zwart papier. Naguib Mahfouz leest zijn krant onbewogen, zelfs nu ze, voor vandaag althans, in hem de grootste nationale attractie heeft gevonden. Hij kijkt op noch om als ik aan een tafeltje ga zitten. Ook niet als plotseling een paar fotogra fen binnenstormen, nog vol slaap, ongeschoren en riekend naar het nachtleven van een wereldstad. Met bijna vijftig boeken en een groot aantal filmscenario's op zijn naam is hij, de peetvader van de Ara bische literatuur, al zo lang een beroemdheid dat zijn licht dat van de flitsers verre over treft. Pas als na een minuut of vijf twee schoolmeisjes de trap op komen en aandoenlijk verle gen boeken aan hem voorleg gen om ze te laten signeren, verschijnt er een glimlach om zijn lippen. Hij, vader van twee dochters, is altijd een be wonderaar geweest van vrou wen en brak een lans voor hun onafhankelijkheid, zoals in „Miramar", waarin een meisje dat van het boerenland komt, vecht voor haar zelf standigheid. Een groepje Engels sprekende mannen klimt de trap op. Journalisten. Nu moet ik snel zijn, anders heeft Mahfouz geen tijd meer om mijn boe ken te signeren. Vlug pak ik de werken uit mijn tas, loop naar hem toe en reik hem de hand. Hij herkent de omsla gen, staat op, schudt mijn hand en nodigt me uit aan zijn tafel tje plaats te nemen. „Zou u mijn boeken willen sig neren?", vraag ik en houd hem het eerste boek geopend voor. Glimlachend pakt hij een van de pennen uit het borstzakje van mijn jas en sig neert ze, langzaam schrijvend, in een beverig handschrift. „U komt van ver", zegt hij terwijl hij schrijft. „U moet wel een groot bewonderaar zijn van mijn werk". Er klinkt een sar castische ondertoon door in zijn stem. Vermoedelijk heeft hij in de laatste weken te veel journalisten te woord moeten staan, die nauwelijks iets meer over zijn werk wisten dan dat het was bekroond. De Nobel prijs gebood immers haast. Stuntelig Gewend als hij is aan het Ara bische schrift, moet hij zijn best doen om de letters te vor men. Als bij een kind dat nog maar pas schrijfles heeft, ko men ze op papier, een beetje stuntelig. Hij morst as op een bladzijde en veegt het zo on handig weg dat er strepen op het papier achterblijven. Als hij alle boeken heeft gesig neerd, steekt hij, bijna triom fantelijk, mijn pen terug, niet in mijn maar in zijn borstzak je „Uit welk land komt u?" vraagt hij vriendelijk. „Holland". „Waf" „Holland". Ik moet het zes keer herhalen, ook al draagt hij een hoorapparaat. En dan weet ik nog niet of hij het echt begrepen heeft. Rekening houdend met zijn doofheid kalk ik vlug een vraag in mijn schrijfblok. Wat was uw eerste indruk toen u hoorde dat de Nobel prijs voor u was? „Dat hij niet zo zeer voor mij was bedoeld dan wel om de hele Arabische literatuur te eren", zegt hij. Gaat u uw invloed gebruiken in zaken die de politiek van de Arabische landen betreft? „Schrijvers geven hun mening in boeken. Ik praat niet met politici over mijn ideeën, maar boeken kunnen wel een poli tiek wapen zijn, vooral als de ideeën aanslaan". Wat is uw mooiste boek? „Dat weet ik niet. Ik zie mijn boeken niet los van elkaar. Meer dan mijn eigen boeken bewonder ik de jonge Arabi sche schrijvers die net zo ge durfd schrijven als in Europa en Amerika. Mijn schrijven blijft in herinneringen ste ken". Kunnen zij zo vrij schrijven omdat u zichzelf nooit hebt la ten beperken? „De Arabische literatuur is niet minder vrij dan de wes terse", zegt hij wat fel. „Overal is er repressie, maar die ver schilt van cultuur tot cultuur. Arabische sprookjes als uit de Duizend en een nacht zijn in westerse landen altijd gekuist uitgegeven". Met een servet poetst hij koffiekringen van zijn schoteltje. Maar uw boeken werden vaak verboden. „In Oost-Europese landen worden boeken vaak niet uit gegeven door gebrek aan pa pier. Dat is ook censuur". Als om te demonstreren wat cen suur is zet hij het lege kopje ondersteboven op het bordje. Uw werk lijkt me verkapt auto-biografisch. Komt u zelf in al uw boeken voor? „Ik hou van mensen. Daarom krijgen al mijn personen wel iets van mijn eigen karakter mee, soms met mijn goede, soms met mijn slechte eigen schappen". U bent een verteller, net als de andere Arabische schrijvers. „Egypte leeft meer dan hon derd jaar achter op Europa. Wij leggen nu pas de basis voor onze literatuur. Aan ex perimenteren komen wij voor lopig nog niet toe". Hij staat op en geeft me een hand. „Be dankt voor de vragen", zegt hij. Ik ga naar beneden, bestel opnieuw koffie en pak mijn notitieblok. Naguib Mahfouz komt naar beneden, geeft me in het voor bijgaan een hand, wandelt naar buiten en verdwijnt in de Tahrirstraat, in zijn kielzog het groepje journalisten en fo tografen, nagestaard door de mensen op straat die zich zichtbaar het hoofd pijnigen over de vraag waarom deze eenvoudig geklede, kleine Naguib Mahfouz in het koffiehuis in Cairo, waar hij bereidwillig de boeken signeert die de Ned| landse schrijver Ton van Reen (links) naar aanleiding van het gesprek met hem had meegenomt, foto: george frauenfellj^ man achtervolgd wordt met camera's. Gezien het grote su- ces van Mahfouz' boeken moeten er zich onder de toe schouwers toch ook een aantal van zijn lezers bevinden. Zijn boeken worden in Egypte ver slonden, vooral omdat hij be vattelijk over eigentijdse on derwerpen schrijft, begrijpelijk als een verteller uit de negen tiende eeuw. Waarheid In zijn werk snijdt Mahfouz vaak sociale en politieke on derwerpen aan. Hij is niet bang de waarheid te zeggen. In De Midaqstraat, een roman die verhaalt over het tijdloze leven in een wijk, vertelt hij onder meer over een homo seksuele man die aan de drugs raakt, met een directheid die men niet gauw van een Arabi sche schrijver verwacht. Alles wat menselijk is, is normaal voor Mahfouz waardoor zijn werk, vooral in kringen van Moslim-fundamentalisten, vaak niet goed viel, zodat vei ligheidshalve verscheidene van zijn boeken in Egypte werden verboden. In veel Arabische landen werden zijn boeken uit de handel gehaald toen hij in 1979 Sadats vredes- gesprek met Israël bijviel. Na een wandeling van een uur ben ik in Gamaliya, het stads deel waar Mahfouz geboren en getogen is. De wijk ziet eruit alsof ze getroffen is door een luchtaanval die uitsluitend de bovenste etages van de huizen heeft vernietigd. Hier en daar is een huis keurig opgeknapt, wat de treurigheid van de an dere woningen nog versterkt. In alle steegjes van de wijk en in alle gaatjes waar nog juist een auto kan staan, wordt er druk gewerkt aan karkassen die weer geschikt worden ge maakt om deel te nemen aan het ontstellende verkeer. Voortdurend klinkt-het tikken en hameren, schaven en schu ren op in de straatjes, die toch al volgepropt zijn met winkel tjes en handeltjes, werkplaat sen, magazijntjes en vooral met koffie- en eethuisjes, al of niet in de open lucht en be volkt met in alle rust thee drinkende en waterpijproken- ,de mannen. Tussen het winkeltje van een ijsbereider en een handeltje in traditionele kleding, met een kleurige T.L.-buizen- verlichte etalage vol trouwfoto's, schit teren de uitgedoste paren die enkel weelde uitstralen, vrou wen met veel goud omhangen, gekleed voor het sprookje van het leven dat in de werkelijk heid de armoe van de sloppen zal betekenen als het geleende ilt; eerni goud weer is ingeleverd. „Het Bruiloftslied" beschr1^ Mahfouz zo'n verhaal van pilthc jonge man die uit lietershé trouwt, maar zijn sprookje bond ter ziet eindigen. por Elk bedrijf in Gamaliya )~nfT „De Kleine Winst" kunn heten. Voor buitenstaander?? dit samenraapsel van nerif»^^ doenden één grote chaos, mbaar wie boeken van Mahfouz hde gelezen, weet dat alles hier ^tippe paald wordt door de ijzer wetten van het gezin, de fa^e re lie en de buurt. Hier wonen(ten,nie mensen die thuishoren in Vallem boeken, eeuwige ploeteraLj.j d met niks. Inventief in het ten n denken van een broodwboven ning, maar niet in staat om L me, ven de armoede van de omLe rai ving uit te stijgen. Dit zijnLer]ed hoofdpersonen van zijn v<Ljnd gelezen werken als „De Khoudei deren van Gebelawi", „Midlvense straat" en zijn magnum-oL^d j, „De Trilogie". 1500 pagina'ijUer drie delen, waarin hij zijnuet m gen jeugd beschrijft. Lita^ do tuur in het decor van verpLe sc^ pering dat kenmerkend tenkoi voor uit hun voegen gegroa,jng r steden in ontwikkelingslanfieg0n die driftig bezig zijn zich vCelha, ters te ontwikkelen, hoeiiemt( hun bewoners het tempo ifcjjkt r kunnen volgen en traditionLerci* blijven leven en denken. HiiiHel TON VAN RELn va BUITENLAND (Vervolg van de voorpagina) MOSKOU De Armeen se radio en televisie brachten gisteren sobere klassieke muziek ten ge hore. In de hoofdstad Je revan liepen families de ziekenhuizen af op zoek naar verwanten die moge lijk door de verwoestende aardbeving van woensdag gewond zijn geraakt. De natuurramp heeft het noordwestelijk deel van de re publiek volledig in puin ge legd. „Iedereen kent wel ie mand in het noorden. Maar de ziekenhuizen hebben geen lijsten met gewonden. Ik kan alleen maar zeggen dat het een tragedie is", zei Nora Milikjan, een redacteur van het Ar meense persbureau Armen- press. „We hebben het ontzettend druk. Houd de lijn niet bezet, bel morgen maar", zei de dienstdoende arts die de tele foon opnam bij het ministerie van gezondheid in Jerevan. Sovjet-leider Michail Gorbats- jov is vanmorgen vroeg vanuit de VS in Moskou teruggekeerd en zal waarschijnlijk gelijk doorvliegen naar de Armeense hoofdstad Jerevan om van- daaruit leiding te geven aan de hulpoperaties in het door de aardbeving getroffen gebied. Naar verwacht zullen zich in het rampgebied nog meer aardschokken voordoen. In alle staten De ziekenhuizen van Jerevan hebben ten minste 2500 ge wonden opgenomen. Alle art sen zijn ingezet. De normale telefoonverbindingen met Le- ninakan, Kirovakan en Spitak, de ergst getroffen steden, zijn uitgevallen, maar het leger heeft een alternatief commu nicatienet in werking gesteld. Vanuit Moskou was het niet mogelijk telefonische verbin ding te krijgen met politiebu reaus, het seismologisch cen trum en de luchthaven van Leninakan. „De sfeer in Armenië is ver schrikkelijk. De ziekenhuizen' puilen uit. De mensen zijn in alle staten omdat ze niet weten wat er met hun familieleden is gebeurd", zei Gennadi Simon- jan, onderdirecteur van Ar- menpress. De vakbonden hebben vijftig duizend bedden ter beschik king gesteld in sanatoria en hotels. Tientallen vliegtuigen en helikopters zijn ingezet en uit het hele land rijden treinen naar de Kaukasus. Het leger zou 6500 soldaten hebben inge zet. Deze staan de al ter plaat se zijnde zesduizend militairen bij, die naar het gebied waren verplaatst om de etnische on rust tussen Azerbajdzjanen en Armeniërs te beteugelen. Verwoest Ergst getroffen is Spitak, een stad met zestienduizend inwo ners tussen Leninakan en Ki rovakan. De regeringskrant Izvestia meldde dat hier nog maar een van de acht scholen overeind staat, en dat er ook in de omliggende streken grote schade is aangericht. De we gen naar het stadje, dat het dichtst bij het epicentrum van de aardbeving ligt, zouden on begaanbaar zijn. Een liftenfa- briek is ingestort, graansilo's zijn verwoest. Spitak heeft verder fabrieken voor koper, leer, zuivel, en plaatselijk ver bouwde suikerbiet. Normaal wonen er in het gebied rond om Spitak zo'n vijftigduizend mensen, maar dit aantal was aanzienlijk toegenomen door de vele vluchtelingen die de m Huilende vrouwen rouwen tussen het puin in Spitak om hun omgekomen familieleden. etnische onlusten tussen Ar menië en het aangrenzende Azerbajdzjan waren ontvlucht. Leninakan, de tweede stad van Armenië met circa 230.000 inwoners, is zeker voor de helft verwoest door de krach tige aardbeving. In Leninakan staan alleen nog gebouwen van twee verdiepingen of min der overeind. Alle andere ge bouwen zijn ingestort. Hoewel ook Kirovakan, de derde stad van Armenië met meer dan tweehonderddui zend inwoners, werd getroffen is de schade er iets beperkter omdat de stad wat oostelijker en verder van het epicentrum van de aardbeving ligt. Minister van buitenlandse za ken Edoeard Sjevardnadze heeft bevestigd dat de kern centrale bij de Armeense hoofdstad Jerevan niet is be schadigd. De centrale ligt zui delijker dan het getroffen ge- Artsen zonder Grenzen wil naar Armenië AMSTERDAM De me- dische hulporganisatie Artsen zonder Grenzen heeft haar diensten aan de Sovjet-autoriteiten ten be hoeve van de slachtoffers van de aardbevingsramp in Armenië aangeboden. „Een medisch team, be staande uit artsen en ver pleegkundigen uitgerust met noodvoorraden medi cijnen en medisch materi aal, is beschikbaar om di rect af te reizen naar het rampgebied", aldus de or ganisatie. Artsen zonder Grenzen heeft haar dien sten gisteren aangeboden aan de ambassade van de Sovjetunie in Den Haag en aan het ministerie van volksgezondheid in Mos kou. „De Sovjet-autoritei ten inventariseren mo menteel alle schade. Het wachten is op toestem ming van Sovjet-zijde". 189/9 itleti loynei leid zi MOSKOU De aardf ving die Armenië höergej getroffen en waarbij foetb dodental kan oplopen iuPP°' honderdduizend is de e[,pds^ ste aardbeving van de jhen gelopen tien jaar. ferme ein w De laatste aardbeving waa?"s meer dan tienduizend docer vielen vond plaats in septd33" ber 1985 in Mexico-Stad. L voc In september 1978 kwanj*°lf ruim twintigduizend menjuo om het leven toen een aarcPorst ving in Oost-Iran honder<!an dorpen verwoestte. In tofer de zijn er de afgelopen tien jlen- S bij de ergste aardbevingen ?aëen sen 43.500 en 83.500 men|en m om het leven gekomen. Milja de nen mensen raakten dakPag n en er werd onschatbare schPnd. aangericht. De kracht vanlPanJe aardschokken varieerde tus! 4,5 en 8,1 op de schaal i Richter. Na China en Japan lijkt menië het zwaarst getrol gebied te zijn van deze eel -« Een aardbeving in China k^ I1 te in 1976 naar schatting achthonderdduizend men het leven, terwijl bij een i dere aardbeving in 1927 n tweehonderdduizend Chine waren omgekomen. In U< vonden 4 honderdduizend O, hï Uit de puinhopen van het verwoeste ziekenhuis in Spitak hebben reddingswerkers één bed kunnen panners de dood toen T<{ennj redden. Hoeveel mensen in het ziekenhuis waren op het moment van de aardbeving is niet bekend. In totaal zijn tienduizenden mensen levend onder het puin begraven. foto: ap ^en ona< ekre ud-v NEW YORK Het ge bied van Armenië dat door de aardbeving is ver woest, is al jaren berucht om zijn vernietigende na tuurgeweld. Volgens Donald Finley van het Amerikaans instituut voor geologisch onderzoek is in het getroffen gebied, dat ook delen van Turkije en Iran omvat, de afgelopen eeuwen van diverse forse aardbevingen sprake ge weest. De streek bevindt zich tussen het Afrikaanse en het Euraziatische plateau, waar van de onderlinge bewegingen en verschuivingen hevige schokken kunnen veroorza ken. Het is een gebied van hoge bergketens, geologische scheuren en uitgedoofde vul kanen waarin ongeveer vijf honderdduizend mensen wo nen. Om de etnische geweld dadigheden in Azerbajdzjan te ontvluchten trokken de afge lopen weken tienduizenden Armenen naar Armenië. Ve len van hen hadden juist hun toevlucht gezocht in het noor den van de republiek, met' name in het ernstig getroffen stadje Spitak. Hoog boven de door de aard beving verwoeste steden to rent de besneeuwde vulkaan krater van de 4.090 meter hoge berg Aragats. In 893 v. Chr., lang voordat instrumenten waren ontwikkeld om de kracht van aardschokken en - bevingen te meten, heeft zich in Armenië een beving voor- gedaan die aan circa twintig- letei duizend mensen het moet hebben gekost. Dat althans afgeleid worden uit verse geschiedkundige bi nen. an c De wetenschap voor het i spellen van aardbevingen .volgens diverse deskundi nog in de kinderschoenen, name in China is gewerkt apparatuur die dergelijke tuurrampen met enige van zekerheid dient te spellen. Succes daarbij nu toe zo goed als uitgeblev rsp( 972 ichra tar lat h: tenr) Iet 1 .ver prof ;wal; v" In

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 8