De vrienden van lama Siske en fokbeer Teun medische rubriek Met VUT Truien trefzeker Schoenen per computer ÉÉN OP DE TWINTIG NEDERLANDERS IS INCONTINENT „In nachtmerries •kan ik nergens een wc vinden" Ze heeft meestal een fors uit gevallen handtas bij zich en als ze op vakantie gaat een ex tra koffer. Die komt leeg te- rug: „Ik heb altijd plaats voor souvenirs". Willy Zonneveld- Borgers uit Twente is 55 jaar. Sinds achttien jaar kan ze haar plas niet ophouden. Ze voelt ook niet of haar blaas vol is, omdat die na een auto ongeluk nagenoeg verlamd raakte. Sindsdien heeft ze al tijd een speciaal soort luiers bij zich. Willy Zonneveld is niet de enige: 750.000 Nederlanders zijn inconti nent. Meestal kunnen ze hun blaas niet beheersen, soms ook hun en deldarm niet. Als er één lichamelij ke handicap taboe is, is het wel in continentie. De Landelijke Vereni ging Incontinenten telt ongeveer 500 leden: „Mensen zijn zó bang om er voor uit te komen. Ze houden, het voor zichzelf en tobben maar door met babyluiers of andere noodoplossingen. Terwijl er zij het pas sinds een paar jaar goede middelen op de markt zijn. Het zie kenfonds vergoedt tegenwoordig het middel dat voor jou het beste is. Bovendien kunnen medicijnen uit komst bieden en soms kan inconti nentie door een operatie fors worden teruggedrongen of zelfs ge nezen. Maar dat moet je wel weten natuurlijk". Willy Zonneveld is contactpersoon voor de incontinen- ten-vereniging. In die functie zit ze achter één van de 06-telefoonlijnen die sinds afgelopen woensdag open staan in het kader van een grote voorlichtingscampagne. Het loopt storm. Zonneveld: „Er bellen men sen die al jaren hun plas niet kun nen ophouden en die nu pas weten wat incontinentie betekent omdat ze het nu op het tv-journaal hebben gehoord. Er bellen mensen die niet naar hun huisarts durven, die grote problemen hebben in hun relatie, die thuis blijven zitten omdat ze al tijd lekken... Kortom: isolement. Vooral bij bejaarden. Terwijl van de mensen boven de zestig 30 pro cent er last van heeft. Voor oude ren is het helemaal taboe om in hun omgeving te praten over hun f>robleem. Zo'n anonieme telefoon- ijn blijkt dan een hele uitkomst". Druppelen Een baarmoederverzakking na een bevalling, een operatie waarbij de blaasspier wordt beschadigd, maar ook de ziekte van Parkinson, sui kerziekte, een dwarsleasie of een hersenbloeding kunnen inconti nentie tot gevolg hebben. Dat uit zich op verschillende manieren. Zo hebben mannen na een prostaato peratie vaak last van „druppelen". Soms loopt de blaas leeg na een plotselinge inspanning of een lach- of hoestbui: inspannings-inconti- nentie. En dan is er ook nog een groep die de wc niet op tijd haalt: ze voelert dat ze moeten plassen, maar op dat moment is het al te laat. Die angst kent ook Willy Zon neveld: „In nachtmerries kan ik nergens een wc vinden" Dat die angst grote invloed heeft op je leven, kan iedereen zich voor stellen. Toch hebben wél 'continen ten' geen idee hóe groot die invloed is. Willy Zonneveld was onderwij zeres en dol op zwemmen. „Zwem men is van de baan en als je voor de klas staat, kun je natuurlijk niet elk moment wegrennen. Maar ik zeg er met nadruk bij dat dat voor mij geldt: er zijn ook mensen die wel door kunnen blijven werken omdat ze minder urine verliezen of minder constant". Omdat ze na een aantal operaties haar buikwand absoluut niet mag belasten door tillen of rekken, moet ze ook haar huishouden voor een deel door anderen laten doen. „Wat dat betreft zou ik willen dat dit een zichtbare handicap was. Net zo zichtbaar als een rolstoel of zo. Ik stond laatst buiten om een streep vogelpoep van het raam te vegen, toen er een vage kennis langs kwam die zei: 'Zo, eindelijk weer eens zélf aan het werk?' Ja, dat is zeer kwetsend". Partner Nog afgezien van de praktische kant van de zaak, is er de emotio nele. Zonneveld: „Er lopen heel wat huwelijken stuk op incontinen tie. Mannen kunnen soms niet ac cepteren dat hun vrouw inconti nent is of omgekeerd natuurlijk. Ik ken een vrouw die letterlijk van haar man te horen kreeg dat hij van haar walgde. Als zelfs je part ner je om die reden in de steek laat, wordt het wel heel moeilijk. Dan durf je er tegen anderen al he lemaal niet meer over te praten. Mijn man heeft er gelukkig van het begin af aan heel goed op gerea geerd. Ook tegen vrienden van ons was hij er heel open over. Dat geeft steun. Maar je moet je wel realise ren dat er van twee kanten begrip moet komen. Want ook het licha melijke aspect van je relatie blijft bestaan". Juist omdat incontinentie in rela ties zulke grote problemen kan veroorzaken, geeft de vereniging ook op dit terrein heel praktische tips. Willy Zonneveld: „Als je inconti nent bent, moet je alle mogelijkhe den uitbuiten om zo gewoon moge lijk te blijven functioneren. Omdat ie leven, binnenshuis en buitens huis, niet ophoudt". LIESELOT MEELKER Landelijke Vereniging Inconti nenten. Postbus 3440, 5203 DK MAANDAG 3 OKTOBER 1988 PAGINA 12 1 "/AN HUIS UIT EeidaeSouwnt Een maand of drie geleden is Joris met pensioen gegaan. Nee, niet Joris van de VVD. Die is jong en ambitieus ge noeg om de politiek voorlopig j nog te dienen. Nee, ik bedoel mijn neef: 65 jaar geworden, ruim 40 jaar dezelfde baas ge diend. Dat is trouwens een aantal maanden met veel fan fare gevierd. Terecht vind ik. Is het niet een streep aan de balk als iemand 40 jaar achter een in goede harmonie met baas en collega 's zijn taak ver vult? Dat komt steeds minder voor en in de toekomst kon het wel eens nooit niet meer gebeuren. Veertig jaar arbeid zaam leven wordt beslist een grote uitzondering. Altijd in dezelfde fabriek of op hetzelf de kantoor zal er helemaal niet meer bij zijn. De moderne mens is daar veel te ongedurig voor. Of nieuwsgierig, of te avontuurlijk. Maar goed, terug naar mijn neef. Gisteren was hij in de buurt en hij kwam even aan waaien. Of het vrije leven hem beviel? Nou ja, er zaten wel mooie kanten aan, al had hij het iedere dag bliksems druk. 't Voordeel was echter wel, dat je het allemaal zelf kunt bepalen: hoe laat je op staat, koffie drinkt met je vrouw, je ochtendkrantje leest. Of dat je juist eerst boodschap pen gaat doen. Trouwens, over dat naar de supermarkt gaan hadden Lies en hij al een paar maal woorden gehad. Zie je, Joris vindt het wel wat tuttig j en helemaal niet zo gezellig als zijn Lies om dat iedere keer samen te doen. O ja, zeker, als er gauw wat moet worden ge haald, iets lekkers bij de koffie bijvoorbeeld, springt hij met liefde even op de fiets. Maarl arm-in-arm met elk een bood schappentas aan de vrije hand] de stad in, nee dat hoeft Joris eigenlijk niet... Maar, zei hij, er zitten ook nog heel andere kanten aan dat pensioen. Je moet niet mee, maar je hóeft ook niet: mag zelfs niet eens. Niemand heeft je meer nodig. Nooit komt er één met een: „Hé Joris, heb je even tijd? Je moet me helpen. Ik kom er niet meer uit. Ze vragen je ook niet meer te notuleren als de ondernemingsraad vergadert. En je hoeft nooit meer iets te bedenken voor een komend 1 personeelsfeest Je gewone da gelijkse werk, nee dat hoeft nooit meer, herhaalde Joris wat mismoedig. Nu wéét ie- dereen natuurlijk wel wat voor me. Kun je actief worden voor de bejaardenbond. Daar 1 hebben zo'n pientere als jij nu net nodig. Zou je de openge- vallen plaats in het parochie- bestuur kunnen opvullen? Tja, allemaal mooi hoor, maar het 1 is niet écht. Niet echt je werkjL en dat mis ik. Hij dronk nog een kopje, JorisI" en vertrok. Iedereen weet walk met pensioen gaan betekent, maar voelt iedereen het mee:T Het is een soort rouwproces,X dat had Joris me ook nog met nadruk verzekerd. Dat wist hij, best en voelen dat hij het deed... Maar daar moest je dan^t ook over mogen praten. Omt-l het te verwerken, nietwaar. Ik ga voorlopig nog niet met pen-, sioen. Zelfs ga ik niet in dègc VUT. Daar heb ik nog veel te-ai veel fut voor. Maar ik ben eenfl" aantal jaren geleden tweemaal1k uit de redactie van een tijd*a schrift gestapt. Niet omdat zebt- me kwijt wilden; ik deed hem vrijwillig. In het ene geval hadn ik 15 jaar die taak vervuld e/fc' in het andere precies 12,5 jaarU Zelf meende ik toen dat eitw maar eens een ander gezichte achter die redactietafel moes/" oprijzen; dat de collega's èn lezers onderhand wel wj'sfe/£n wat ik te vertellen had. Enlli van de ene op de andere ver*" gadering hadden ze me n/erc meer nodig. Voor jou een anW der. Ik heb het daar natuurlijken moeilijk mee gehad. Zelfs ajug had ik het honderd maal zèlra bedacht. Weggaan, afscheid nemen, heG, vertrouwde voorgoed de ru& toe draaien, om welke zinnigtte reden dan ook, rouwen om hep onomkeerbare... Weet de omL geving eigenlijk werkelijk w%i hoe dat voelt? Morgen ga ii bellen, Joris opbellen om he/jp te vragen of hij binnenkort een paar uurtjes vrij voor heeft Ik heb een klus waartu voor ik raad wil. En als hij mijir dan wegwijs heeft gemaakt* vraag ik hem nog eens i'e/K grappigs uit zijn fabriekstijd tflai vertellen.' 1 Herinnering is een van onze kwaadste plagen. Anton van Duinkerken. Wonderlijk. Aan de ene kant treedt de mens op als gewetenloos exploi tant van legbatterijen en mestkalveren, deinst hij niet terug voor een hor mooninspuiting meer of minder, en staat hij on verschillig tegenover de gedurige afname van het aantal diersoorten in de wereld. Aan de andere kant kan hij met één be paald dier een heel inni ge relatie ontwikkelen. Vaak is zo'n lievelings dier een kat of hond. Maar er zijn ook mensen die buitengewoon hechte vriendschappen hebben gesloten met varkens, olifanten, lama's, elan den en apen. Aan de vooravond van vier okto ber, Werelddierendag, een kennismaking met enkele minder alledaag se dierenvrienden. Fokbeer Teun Zoals met Leo Pot, varkens houder op de proefboerderij van het attractiepark Flevo- hof. „Mijn relatie met dieren is in eerste instantie commer cieel. Ik produceer ze voor de slacht. Je zou mij een diri gent van komen en gaan kunnen noemen. Nou kan ie mand die over leven en dood beslist natuurlijk moeilijk emotionele banden aangaan. Maar er is één varken waar mee dat wel kan, en dat is Teun. Teun is namelijk een heren-varken, een zoge naamde fokbeer. Zijn taak is de dames onder het duizend koppig gezelschap dat ik hier heb lopen van kindertjes te voorzien. Dat doet hij heel goed en vandaar dat hij een blijvertje is", aldus Pot. „Teun heb ik naar mijn eer ste werkgever genoemd, die ik zeer bewonderde. Hij werkte keihard, was nooit te beroerd om alles op alles te zetten en had een uitsteken de relatie met zijn onderge schikten. Teun het varken heeft dezelfde eigenschap pen. Als je hem ziet, denk je: een doodgewoon roze var ken. Maar in feite toont hij een buitengewone inzet. Voor mijn bedrijf is hij enorm veel waard. Daardoor komt het, denk ik, dat er in de loop van de jaren tussen Teun en mij een echte vriendschapsrelatie is ge groeid". Burmaanse olifantjes Een vergelijkbaar innige band heeft Aleid Rensen, di rectrice van het Noorder Dierenpark in Emmen, met zes Burmaanse olifantjes:. „Het leuke van die Burma- nen is dat het net mensen, zijn. Heel sociaal ook. Als. een jong olifantje wees wordt, neemt heel de kudde de zorg voor het kleintje over. De so ciale voorzieningen onder olifanten, kun je zeggen, zijn bijna net zo goed geregeld als die bij ons. Aan de andere kant kunnen ze ook heel pes terig zijn. Zo heeft één van die zes Burmanen enorm last van watervrees. Als de ande ren samen een bad nemen, blijft hij aan de kant staan. Wat doen die anderen nou om de Burmaan-met-de-wa- tervrees te jennen? Zodra-ie even niet oplet, hup, plonzen ze hem met z'n allen alshog dat water in. Een lol dat ze dan hebben! Het zijn typisch gezelligheidsdieren. Wat niet wil zeggen dat ze het ook al tijd gezellig hebben. Zo nu en In reliëf gebreide trui van acryl/wol 89.- (Foxy Fashion). i Voor najaar en winter hebben de s Franse ontwer pers een „gezonde y chic" gepropa- 4 geerd. Dit staat in gewone spreek taal voor prettig draagbare kleren, J sobere belijnin- gentailor-made, f. lange broeken, (dandy) vesten, laarzen en na- tuurlijk De Trui. Wat is er op een winterdag heerlij- ker dan een wol- len trui aan te e schieten, om on- der een goed pak K_ te dragen of om in de tuin in te - werken. De trui is overal goed voor: bij het haardvuur, op een broek met zakdoekruiten in mais en het nieu- i we bordeaux, 's avonds in de bio scoop. maar ook bij een langere rok, op de wande ling. De meeste vrouwen voelen er niets voor door de herfstbladeren in het bos te struinen in een rokje dat halver wege de dij ein digt. Parijs heeft geleerd dat de mode op een keerpunt is geko men. Lacroix in troduceerde „de nieuwe vrouw" in flanel en tweed, gehuld in preuts uitziende rokken even op of onder de knie en zelfs langer. Er zit nog leven in de korte rok, maar door de herwaardering van de broek zijn de zomen gezakt; de couturiers kunnen hoog of laag springen: leggings houden jeugdige benen warm, grijze of geblokte Mariene Dietrich broeken met wijde pijpen zijn er voor rijpe re figuren en de trui is er voor bei de categorieën. Een sluike, aan sluitende sweater met een dichtge knoopte col zul len we ook zien. Deze wordt ge dragen bij een hoog opgesneden rok en bijvoor beeld een shawl over één schou der. Jaquards voor truien zijn er in alle soorten voor man en vrouw; tricot speelt in het mo debeeld. Er zijn tops in de handel die een blazer zeer goed kunnen vervangen omdat de collecties ver schillende struc turen vertonen en ook de bord uur- woede als bij tiro- ler jasjes zich op de trui heeft ge worpen. We noe men voorts grof- ge breide ka bel- truien met halve colletjes die goed samen gaan met bandplooibroe- ken. Wat netter en zeker vrouwe lijker zijn jaqua rds op zachtzinni ge wijze kleur op kleur verwerkt. Ook lime en fuchsia zijn een geliefd kleuren- duo. Trendy pas tels als oudzalm en vuilgeel ko men we tegen in effen en grof ge breide truien. Gladde wol kwali teiten hebben in- gebreide reliëfs, doorgestikte na den, tailleringen en geplooide stukjes in het achterpand. De winterse kleuren - nog even op een rijtje gezet - zijn voor truien: au bergine, paars, olijf, zwart, rose, lila, écru, citroen, fuchsia en smoke. TINY FRANCIS Kleren van „Kien". De herentrui met borduursel van Edel weiss kost 59,-. Haar sjaal komt op 24,75. De borduurfa- ge. geïnsprireerd op Tiroler jool, is bot gevoerd. FOTO'S: PR Nieuwe technie ken hebben nieu we perspectieven, en in 1992 is het zover: dan zal de schoen volauto matisch de weg naar de consu ment vinden. Het ontwerpen zal ge schieden door middel van een geïntegreerd pro- duktiesysteem. Momenteel worden in Neder land ca. 9 miljoen paar schoenen op jaarbasis geprodu ceerd: 7 miljoen paar blijven in Nederland, 2 mil joen paar worden geëxporteerd, o.a. naar Moskou. Ie dere inwoner van ons land heeft ten minste één paar schoenen van ei gen bodem. Dat komt mede door de grote duur zaamheid en de reparatiemoge lijkheden. In de Nederlandse schoenindustrie zijn ruim 3000 werknemers be zig, van wie ruim 1000 vrouwen zijn. Van deze medewerkers is bijna 40% jonger dan 30 jaar. Mo delleren en de sign staan sterk in de aandacht. Met de binnen enkele jaren te verwachten com puterisering kan de Nederlandse schoenindustrie 1992 slagvaardig tegemoet zien. „Teun heb ik naar mijn eerste werkgever genoemd, die ik zeer bewonderde". Dameslama Siske dan stappen ze met het ver keerde been uit bed; zijn ze de hele dag chagrijnig en is er geen land met ze te bezei len. Maar over het algemeen zijn het heel gezellige types, met wie ik prima kan op schieten". Theo Wunderink uit Epe, ei genaar van dierenpark „De Achterste Molen", heeft een lama als lievelingsdier, een dameslama. Siske luidt haar naam, en volgens Theo Wun derink is ook Siske een heel gezellig type. „Iedereen denkt dat lama's alleen maar spugen. Niets is minder waar. Het zijn echte knuffelbees ten. Als jij Siske niet aan haalt, komt Siske wel naar jou toe om met d'r zachte bekkie tegen je aan te han gen. Zeker als je een snor hebt. Heren met een snor, zo als ik zelf, krijgen heel vaak een dikke zoen van haar. Voorwaarde is wel dat Siske weet dat ze met goed volk te maken heeft. Wat dit betreft is Siske net als alle andere dieren. Dieren voelen exact aan of je wel of niet van ze houdt. Zo ja, dan zijn ze be reid je alle vertrouwen van de wereld te schenken. Maar zodra je gemeen tegen ze bent, is het uit. Ik zeg altijd: dieren zijn lief van zichzelf - het zijn altijd mensen die ze verpesten. En dat is Siske dus helemaal met me eens". Solitaire eland Een buitengewoon ongezellig type is de eland die zich het lievelingsdier weet van Hans Rosenberg, beheerder van het natuurpark Lelystad. „Een eland is een Einzelgan- ger, een individualist waar het oerinstinct van afstraalt. Hij kan je aankijken met zo'n blik in z'n ogen van „wat wil je nou eigenlijk van me?". Arrogantie met een tikkeltje verachting: „Meneer redt zichzélf wel". Maar zo'n ka rakter trekt mij juist erg aan". om met d'r zachte bekkie Als jij Siske niet aanhaalt, tegen je aan te hangen". „Zelf ben ik ook iemand die I zijn eigen gang gaat. Maar de r mate waarin de eland deze i eigenschap bezit, heb ik niet. J Misschien ben ik daar wel v een beetje jaloers op. Die 2 beesten trekken zich echt ab- soluut niets van een ander i aan, en daarom komt een ii eland als lievelingsdier mis- schien wat merkwaardig r over. Hij is agressief, totaal niet in toom te houden en be- paald niet sociaal aangelegd. r Hij verschijnt even in je ge- 1 zichtsveld en twee tellen la- ter heeft hij zich weer terug- s getrokken in zijn natuurlijke t bosrijke omgeving. Zodra hij i zijn vijand te pakken heeft, c gaat hij net zo lang door met trappen tot zijn concurrent i zich niet meer verroert. Maar t voor mij heeft die puur na- tuurlijke houding iets myste- i rieus. Dit beest is nog niet aangetast door de tijd en zijn omgeving. Hij is solitair en komt Siske wel naar jou toe hij blijft solitair. Dat spreekt me heel erg aan". Kapucijner aapjes Juist wel weer erg sociaal zijn de kapucijner aapjes, ook wel orgelaapjes genoemd, die in de Apeldoornse Apenheul wonen en zeer vriendschap pelijke banden onderhouden met hun dierenverzorgster Jacqueline Ruys. Zij vertelt: „Ze piepen, grom men, kirren, trekken rare koppen; niets menselijks is ze vreemd. Juist dat menselijke schept een band. Ik heb eerder met vogels gewerkt, maar daar krijg je nooit echt contact mee. Met deze aapjes wel. Ze zijn in staat door hun mimiek en geluidjes duidelijk te maken wat ze ergens van vinden. Ze hebben heel veel uitdrukking en zijn echt enorm intelligent". „Waarschijnlijk is dat de re den waarom deze aapjes in gezet worden bij lichamelijk gehandicapten; ongeveer zo als blindengeleidehonden. Toch is het niet zo makkelijk deze dieren in huis te hoü- den. Ze vereenzamen gauw, want ze zijn bijzonder gesteld op gezelschap. Bovendien zijn ze erg ondernemend. De hele dag in huis zitten of aan een leiband lopen, is niet echt iets voor deze actievelingen". „Ik heb mijn handen dan ook vol aan deze intellectuelen. Als één van de diertjes ziek is, zit je vaak tot midden in de nacht zijn pootje vast te houden. Het werk vergt veel van je, maar het leuke is dat je er iets voor terug krijgt. De dieren kennen je en luisteren naar je commando's. Als ik ze 's avonds roep, komen ze on middellijk naar me toe en la ten zich gedwee in de nach thokken stoppen. Zulke ge hoorzame kinderen heb je nog nooit mee gemaakt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 12