Verleden tijd is fïni, de toekomst leeft Eerst binnen kijken om buiten meer te zien 'finale De andere jaren Keus in slasoorten Lege school INFORMATIEMARKT IN DE NIEUWE KERK: Bonnefanten btnnen de perken foidóc&Hncmt1 ZATERDAG 1 OKTOBER 1988 PAGINA AMSTERDAM - Het Haagse sa lonorkest Passé speelt „muzikaal behang" uit de jaren twintig en dertig. Jetty Pearl, die in de oor logsjaren als „Jetje van Oranje" het volk moed insprak via de verboden Engelse zender, doet de algehele presentatie. Banden met vroeger, maar niet met de verleden tijd, want die bestaat niet op de Infor matiemarkt voor Ouderen - het enige taboe bij dit evenement, zo zou je het kunnen zeggen. Want „verleden tijd" is een dood begrip, maar „vroeger" is blijven leven, er is een toekomst aan te verbinden. En dat gebeurt heel duidelijk op de Informatiemarkt voor Ouderen in de Nieuwe Kerk. De tienduizend bezoekers die er jaarlijks komen, kijken ook naar die toekomst, zo is de ervaring van Titia Frieling en Kiek van der Grinten. De mensen nemen hun herinneringen mee naar binnen in de Nieuwe Kerk, maar niet om ze te koes teren. Veeleer wijs geworden door de er varingen in hun leven, bekijken ze kri tisch wat er voor hen „te koop" is op het gebied van bijvoorbeeld huisvesting, re creatie, hulpverlening, studie, belangen behartiging in het algemeen. De com mercie heeft geen toegang, omdat daar voor genoeg andere gelegenheden zijn: het woord is geheel en al aan instanties, non-profit-organisaties en aan de oude ren zelf. Wat dat laatste betreft, daarbij hebben zich in de afgelopen jaren duidelijke uit- Een programma, zoals dat past in het nationaal en internationaal cultureel en ontmoetingscentrum, officiële aanduiding voorde Nieuwe Kerk op de Dam in Amsterdam. Koor- en orgelconcerten van grote klasse, exposities en lezingen van internationale allure. Dan opeens er tussen door: Informatiemarkt voor Ouderen, dinsdag 4 en woensdag 5 oktober. De zesde in successie, georganiseerd door de Stichting De Nieuwe Kerk zelf, die er jaarlijks zo'n vijfenzeventig standhouders, uitvoerders van culturele evenementen en tienduizend bezoekers mee trekt. Die informatiemarkt hoort helemaal thuis in dit centrum, vinden Titia Frieling en Kiek van der Grinten, sprekend namens de Stichting De Nieuwe Kerk. Informatie in de ruimste zin van het woord is immers ook cultuur, zeker als de bezoekers alle gelegenheid krijgen om zelf actief te zijn. Wat ze graag doen, zo is in de voorgaande jaren gebleken. Meedansen met een groep zoals het folkoristisch gezelschap Faja Lobi, maar ook de „exposerende" instellingen - vrijwel alles vertegenwoordigend wat er in ons land is aan belangenbehartiging van ouderen - het hemd van 't lijf vragen. Dit jaar is er zelfs een sprekershoek, op de eerste dag van de markt, waarin iedereen twee minuten krijgt om een mededeling te doen, z'n gram te halen, be- of verwondering uit te spreken, eventueel een wens te uiten. Geanimeerde rondgang langs de stands. gangspunten gevormd. Niet meer wach ten tot een ander iets voor je doet. Zelf er aan beginnen. Gemakkelijker gezegd dan gedaan? Een groepje Amsterdamse senioren maakte er op de Informatie markt van vorig jaar geen probleem van. Vertelde aan een snel groeiend aantal toehoorders het verhaal van een leeg staande school in de wijk. Een bron van ergernis: daar staat die school leeg en wij hebben hier niks in de buurt waar we eens wat activiteiten op touw kunnen zetten. De senioren ondernamen actie: „We hebben de wethouder opgebeld en gezegd dat we eens wilden praten. Over die leegstaande school. We hébben ge praat en zo kwam de boel dan toch aan 't rollen". Of die school inmiddels een buurthuis voor senioren is geworden daar ging het al lang niet meer om. Wat de Amsterdammers wilden vertellen was hoofdzakelijk dat het uitermate gezond kan zijn om zelf de dingen aan te pak ken. Er niet mee te blijven zitten. En er ook niet mee van het kastje naar de muur te lopen. Laat staan dat je ook maar in overweging zou nemen, je van het kastje naar de muur te laten stüren. Zelf er bij blijven, ook bij de culturele manifestaties die deel uitmaken van de Informatiemarkt. Een film vertonen in een apart zaaltje? Gebeurt niet meer, na dat bezoekers halverwege de vertoning waren weggelopen onder het motto: „Naar de film gaan, dat kunnen we thuis ook wel doen". Meer succes had het ini tiatief van de organisatoren, bij de film „Liefde op leeftijd" een van de hoofdrol spelers uit te nodigen om vragen van de kijkers te beantwoorden. Dat sloeg aan. De film, indertijd gemaakt in opdracht van de Erasmus Universiteit in Rotter dam, behandelde een delicaat onderwerp in het leven van veel ouderen, maar maakte het vooral ook bespreekbaar. Ook voor een generatie van mensen die zijn opgegroeid in een sfeer waarin het intieme liefdeleven niet tot de meest be sproken zaken behoorde. Boekdelen spreekt de opmerking van een oudere man, na het gesprek met de - niet pro fessionele - hoofdrolspeler: „Ik snap nu pas, dat ik me geen ouwe viezerik hoef te voelen". Dat overal bij betrokken raken op de In formatiemarkt - het gaat eigenlijk van zelf, niemand wordt ertoe gedwongen en waarschijnlijk doen de bezoekers het juist daarom. Als er een bord in de lucht gestoken wordt met het opschrift: „Wie heeft zin om volgende maand mee te gaan naar het Bonnefanten Museum in Maastricht", kan iedereen die geen zin heeft dat voor kennisgeving aannemen. Maar je kunt er ook door op een idee komen. Het idee bijvoorbeeld, dat het best leuk zou kunnen zijn. Nog zoiets: er staat een groep te zingen, gewoon voor 't plezier. Niemand is 's morgens in de trein gestapt met de gedachte: „Als er straks gezongen wordt zing ik mee". Maar in de Nieuwe Kerk gebeurt het toch dat zo'n groep zich gaandeweg uit breidt tot een compleet koor. Waarna menigeen naderhand denkt, en ook zégt: „Ik heb eigenlijk nooit geweten dat ik zoiets leuk zou vinden". Zo is de Informatiemarkt voor Ouderen in de loop van de tijd uitgegroeid tot een springlevend ontmoetingsevenement, stellen Titia Frieling en Kiek van der' Grinten vast. Ontmoeting op maat schappelijk, cultureel en politiek terrein, maar ook in de persoonlijke sfeer. Het feit dat in toenemende mate ook jonge ren een kijkje komen nemen, geeft hen voldoening. Jongeren uit de professione le en particuliere (verenigings)sector, maar ook gewoon belangstellenden. Het versterkt de gedachte, dat we eens moeten ophouden met het „indelen" van oudere mensen in een apart maat schappelijk vak. Een soort reservaat, waarin we gemakshalve alle ouderen on der één noemer brengen, terwijl ze als mens toch even gevarieerd zijn als het FOTO: PERS UNIE leven zelf. „Als het goed is moeten wij als organisatoren van de Informatie markt voor Ouderen op den duur over bodig worden. Informatie kunnen geven die voor alle leeftijdsgroepen relevant is, waar iedereen uit kan halen wat nuttig lijkt. Misschien komt het nog eens zo ver. De voortekenen zie je al in de gene ratie die nu naar de ouderdom groeit. Ze staat anders in het leven dan de oudere generatie van nu ooit heeft kunnen doen, heeft in een andere tijd geleefd. Maar goed, zolang het nog niet zo ver is, zullen we graag doorgaan met de Infor matiemarkt zoals die nu een vaste plaats heeft gekregen in het maatschappelijke en culturele leven van ons land". AADSCHOUTEN Informatiemarkt voor ouderen, 4 en 5 oktober, toegang gratis. Mogelijkheid tot het maken van een rondrit door Amster dam in een antieke tram (twee gulden) en een rondleiding door het Paleis op ae Dam (een gulden). In het kader van ..Nederland Museumland" belichten we in deze rubriek elke week een minder bekend museum. In oktober staat Overijssel centraal. Vandaag aandacht voor het bezoekerscentrum Noetselerberg in Nijverdal. BEZOEKERSCENTRUM NOETSELERBERG IN NIJVERDAL: Albert Leever achter de balie van het bezoekerscentrum Noetselerberg, terwijl hij een natuurliefhebber op een mooie wandelroute wijst. FOTO: PERS UNIE NIJVERDAL - „Eigenlijk zijn wij geen museum. Als ik naar een mu seum ga, kan ik daar bijvoorbeeld een werk van Rembrandt zien, maar Rembrandt zelf zal ik er niet aantreffen. Bij ons kun je wat je binnen ziet ook buiten in levende lijve aanschouwen. Je moet eerst hier binnen kijken om buiten meer te zien". Albert Leever is beheerder van het be zoekerscentrum Noetselerberg in Nijver dal. Hij mag het dan wel geen museum noemen, het staat wel in de lijst van Ne derlandse musea en doet bovendien mee in het programma van Nederland Mu seumland dit jaar. Het bezoekerscentrum Noetselerberg werd in oktober 1972 geopend, maar moest een maand later weer dicht omdat er tijdens een hevige storm een boom op het dak viel. „Maar toen die schade een maal verholpen was, konden we weer bezoekers ontvangen". Al die bezoekers trekken vervolgens de omliggende bossen in. Grappig is echter, dat de meesten toch vrij dicht in de buurt van het centrum blijven. „Wij stu ren het ook bewust in die richting, door bijvoorbeeld onze wandeltochten hier in de buurt te concentreren. Zo blijft de rest van de heuvelrug wat rustiger. Heel veel mensen gedragen zich keurig in de natuur, maar er zijn er ook, die de rust verstoren of een hoop troep achterlaten. Afgelopen jaar was het een goed bosbes- senjaar. dus er kwamen heel wat mensen plukken. Als je nu tussen die bosbessen- struikjes doorloopt, vind je daar heel veel lege frisblikjes en chipszakjes. Nou, die groeien daar echt niet vanzelf hoor". Het idee van bezoekerscentra is overge waaid uit Amerika, waar enige Neder landers de zogeheten visitor-centres ont dekten en vonden dat zoiets ook in ons land moest komen. En dat gebeurde dan ook; inmiddels zijn er heel wat bezoe kerscentra, niet alleen van Staatsbosbe heer, maar bijvoorbeeld ook van Na tuurmonumenten. Nu vindt Leever, zo als het een goed beheerder betaamt, „zijn" centrum natuurlijk wel een van de beste. „Er zijn centra, waar de men sen alleen maar kunnen kijken, bij ons leeft het meer, omdat de bezoekers hier van alles kunnen doen. Ze mogen din gen beetpakken, ze kunnen knoppen be dienen, vragen beantwoorden, het blijft niet bij kijken alleen". Aan de meeste panelen zit een rij knop pen, waarbij vragen staan. In gevaj van het goede antwoord gaat er een lichtje achter een plaatje branden en zo kan ie dereen zijn of haar kennis van de natuur testen. Echt leven is er ook te zien: een bijenkast en rondrennende bosmuisjes, die overigens wel netjes in een hokje zit ten. Natuurlijk is er ook een diaklank beeld en wordt in de uitgebreide ten toonstelling getoond hoe het omliggende landschap is ontstaan en hoe het be heerd wordt door Staatsbosbeheer. Met mensen in rolstoelen is rekening gehou den, zij kunnen er ook makkelijk in en bovendien is er voor hen een speciale puzzeltocht over goede paden. Verder zijn er routes met een beschrijving op papier, maar is er ook een zogenaamde zoek-je-weg-wandeling, waarbij de men sen zelf kunnen bepalen naar welke pun ten ze gaan. Liefhebbers van geologie kunnen binnenkort op de Noetselerberg hun hart ophalen, want dan is er een speciale expositie over dit onderwerp te zien. Bezoekerscentrum Noetselerberg, Nijver- dalse Bergweg 5, van mei tot en met au gustus dagelijks geopend van 10.00 tot 17.00 uur, van september tot en met april op maandag gesloten, andere dagen geo pend van 10.00 tot 16.30 uur. Toegang gratis. Niet met openbaar vervoer te be reiken. Vroeger was een krop sla gewoon een krop sla. Maar vandaag de dag zie je op de markt of bij de groenteman steeds nieuwe variéteiten verschijnen. Sommi ge mensen klagen er zelfs oven je kunt haast niet meer het verschil zien tussen andijvie en sla. Het assortiment slasoor ten is de laatste jaren inderdaad enorm uitgebreid. Er is rode en groene sla en- ook komen er combinaties voor. Ze zijn bijna allemaal moeiteloos zelf te kweken op de koude grond. Voor het volgende seizoen geeft dat alle mogelijkheden voor variatie. Daarbij is het verstandig de planten niet uit zaad op te kweken maar gewoon van elke soort een paar plantjes te kopen. De meeste soorten die we nu kennen stammen af van de wilde sla en de groente heeft al een lange geschiedenis. De eerste gegevens over sla als cultuur gewas dateren uit het jaar 550 voor Christus toen de groente gestoofd gege ten werd aan de Perzische hoven en in Egypte. Drie belangrijke slavarièteiten die afstammen van de wilde sla zijn kropsla, pluksla en bindsla. De meeste soorten worden in ons land geteeld maar ook kennen we import uit Italië, Frank rijk, Spanje en Israel. Sla is het hele jaar door verkrijgbaar. En het is een groente die goed past bij de tijd waarin wij le ven. Wij willen immers gezond voedsel. Sla levert weinig energie en kan een waardevolle bijdrage aan onze maaltij den geven. In een handomdraai zijn met sla frisse en decoratieve gerechten te ma ken. Combinaties met zowel zoete als hartige produkten zijn smakelijk. Daar om passen salades van sla op elk mo ment van de dag: bij de lunch, als voor gerecht of als tweede groente. De kropslavariëteiten hebben een losse, gesloten krop. Het blad is vrij dun en zacht. De bladkleur varieert van licht- tot donkergroen. Er zijn soorten met rode randen of rose delen. Ijsbergsla be hoort tot dit type. De bladeren zijn ech ter knapperig en veel steviger dan van kropsla. De eigenlijke voorvader van ijs bergsla is de Batavia. Deze kropsla-va- rièteit heeft groen of rood gebobbeld blad. maar mist het knapperige van ijs bergsla. Tot pluksla behoren de niet-kroppende slatypen met gekroesd of sterk ingesne den blad. Eikebladsla, krulsla, lollo rosso behoren tot deze veriëteit. Vooral de rode soorten zijn erg in trek. Bindsla vormt een langwerpige krop die van boven min of meer gesloten is. Deze slasoort wordt ook Romeinse sla of Ro maanse sla genoemd. Het blad is vrij stug en geschikt om te stoven. Het hart is mals genoeg om rauw te eten. Een andere bekende slasoort is de krul- andijvie of frisee. Het hart van de krop is geel en kleurt naar buiten groen. Fa milie van de witlof is de radicchio of roodlof. De kropjes zijn klein en hebben rode blaadjes met dikke witte nerven. Een kruising tussen roodlof en witlof is de rode witlof. Deze slasoort heeft de vorm van witlof met rood gevlamde bla deren. Sla kan enkele dagen bewaard worden in de koelkast als ze in plastic folie is ver pakt. Het best houdbaar is ijsbergsla: die kan een verblijf van een week in de koelkast makkelijk verdragen. Alle sla soorten leveren weinig calorieën. Ge middeld zo'n 50 kilo Joules per 100 gram. Was de bladeren voor het gebruik en sla ze droog in een slacentrifuge. Scheur de bladeren in stukjes. Op deze manier komt de vorm van de sla het beste uit. Ijsbergsla heeft een vrij neutrale smaak en combineert goed met fruit. De licht bittere slasoorten zoals frisee en radic chio doen het goed met blauwe schim melkaas. rettich en uitgebakken spekjes. Eikebladsla heeft een lichte notensmaak en combineert goed met nootjes. Voor speciale effecten is het aardig rode en groene soorten sla te mengen. Als dressing zijn er diverse mogelijkhe den met kant-en-klare sauzen. Om de smaak van bijzondere slasoorten het best te laten uitkomen is een simpele vi naigrette van olie met citroensap of azijn, mosterd en peper vaak het lek kerst.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 22