Verhalen
die
zichzelf
schrijven
en
kiespijn
geen pijn
doet
finale
BIJNA IEDEREEN KAN ZICHZELF ONDER HYPNOSE BRENGEN
KNMI
'Êcidóc Sotvuvnt'
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1988 PAGINA 21
Drs. Albert Gieskes:
^Creatieve trance treedt
bij tallozen ook spontaan
op".FOTO: WIM VAN NOORT
DEN HAAG - Schilders, beeld
houwers, schrijvers - iedereen met
een creatief beroep kent het frustre
rende en neerdrukkende, ja angst
aanjagende verschijnsel van het
„droog staan". Wat er precies mis
is, lijkt niet te achterhalen, maar
„ergens" is er „iets" geblokkeerd.
Het doek blijft leeg, het papier
blank. Algehele verlamming. En de
deadline nadert. Drs. Albert Gies
kes, klinisch psycholoog en be
stuurslid van de Nederlandse Ver
eniging van Hypnotherapie advi
seert in zo'n geval een zelfhypnose-
techniek toe te passen teneinde een
„creatieve trance" te bewerkstelli
gen:
„Ga gewoon achter de schildersezel of
achter de computer zitten. In een ont
spannen houding en met gesloten ogen.
Neem een beeld in gedachten dat u be
valt en waarop u zich makkelijk kunt
concentreren. Dat kan zoiets abstracts
zijn als een een witte stip, maar ook een
boom, een wolk, een leeg strand - het
maakt niet uit. Een leeg strand? U ziet
uzelf op dat strand slenteren. De zee
bruist, over uw gezicht strijkt een koel
windje, het is heerlijk weer. U geniet en
u hebt alle tijd van de wereld. De adem
haling wordt rustiger, het hart klopt
langzamer. Op uw dooie gemak - het li
chaam begint hier en daar wat loom aan
te voelen - gaat u tenslotte weer 's op
huis aan. Naar de computerkamer.
Computer aanzetten, de cursor ver
schijnt en totaal ontspannen wacht u op
de dingen die komen gaan. Helder en
met een gevoel van ontvankelijkheid.
Misschien komt er iets, misschien komt
er niets - we zien wel. Soms komt er in
derdaad niets, maar vaak zult u merken
dat er een beeld verschijnt. Of een zin.
Of een woord. Laat dat gebeuren. Geniet
van uw ontspanning, uw helderheid.
Tenslotte, als u echt zin krijgt om het
beeld te gaan uitwerken, om de zinnen
te gaan intikken, opent u de ogen, en u
staat toe dat het verhaal geschreven
wordt. U laat het verhaal zichzelf schrij
ven".
Drs. Albert Gieskes is een van de orga
nisatoren van het 11e wereldcongres van
de „International Society for Hypnosis",
dat van zaterdag 13 tot en met vrijdag
19 augustus in het Congresgebouw in
Den Haag wordt gehouden en waaraan
zo'n zeshonderd artsen, tandartsen en
psychologen deelnemen. Ter aankleding
van het congres worden twee tentoon
stellingen ingfericht. Een daarvan is ge
wijd aan de Oostenrijker Mesmer, die
rond 1800 faam verwierf met zijn in
middels verworpen theorie dat er bij
hypnose magnetische krachten van dier
lijke aard in het spel zijn. Een andere ex
positie behelst schilderstukken die op
een of andere manier verband houden
met hypnose en die zijn vervaardigd
door studenten van de Koninklijke Aca
demie voor Beeldende Kunsten in Den
Haag. De schilderijen vormen de oogst
van een prijsvraag die het Hypnose-con-
grescomité ter gelegenheid van de bij
eenkomst uitschreef en waarvan de
hoofdprijs (2000 gulden) naar de Am
sterdamse Frederika Hasselaar ging. De
concentratietechniek zoals zojuist be
schreven was een van de lesonderdelen
op de voorlichtingsdag ter voorbereiding
van de prijsvraag.
Albert Gieskes: „Zoals we er tegenwoor
dig tegen aankijken is de trance die door
hypnosetechnieken wordt bewerkstelligd
helemaal niet zo'n uitzonderlijk ver
schijnsel. De creatieve trance van zojuist
treedt bij tallozen ook spontaan op. Als
je aan de makers van grote kunstwerken
vraagt hoe die nou precies tot stand zijn
gekomen, zullen ze bijna allemaal sta
melen: „Ik weet het niet. Opeens was het
er. Het is buiten mij om tot stand geko
men". Naar hun eigen beleving is het
alsof het gedicht zichzelf heeft geschre
ven, alsof de penseel de harid heeft ge
leid. Ook topsporters kennen die erva
ring. Een een-tweetje, een omhaal, een
kopbal - en in een tijdsbestek van luttele
seconden heeft Marco van Basten een
schitterend doelpunt gecreëerd. Hoe-ie
hem dat gelapt heeft, begrijpt hij zelf
achteraf ook niet. Het is gebeurd in een
toestand van opperste concentratie. In
een trance-toestand".
Achtergronden
Wat de achtergronden van die trance
zijn, hoe je het bestaan ervan kunt ver
klaren - dat weten de geleerden helaas
niet. Maar dat het bestaat, staat vast. En
het kan gepaard gaan met niet alleen op
perste concentratie en creativiteit, maar
bijvoorbeeld ook met vermindering van
de pijngevoeligheid. Of een verminderde
controle over bepaalde spiergroepen, wat
zich kan uiten in een heel licht of juist
heel zwaar gevoel. Een veranderde tijds
waarneming, waardoor het lijkt of de
tijd veel langzamer of daarentegen veel
sneller verloopt dan normaal, is even
eens mogelijk. Net als geheugenverlies.
Het merkwaardige, maar ook geruststel
lende hierbij is dat men in die trance
toestand niet inboet aan zeggenschap
over het eigen gedrag. Ook niet wanneer
de trance is opgeroepen door een hypno
tiseur. „Alle schijn van het tegendeel ten
spijt", beklemtoont Gieskes, „heeft de
hypnotiseur geen macht over de man of
vrouw bij wie hij de trance heeft inge
leid. Verhalen bijvoorbeeld dat een hyp
notiseur louter door het aanwenden van
hypnosetechnieken seksueel misbruik
van iemand zou kunnen maken, berus
ten op een fabeltje".
Een ander geruststellend aspect is dat de
veranderingen die aan de trance-toe
stand eigen zijn, zich in het algemeen
slechts voordoen voor de duur van de
trance. Eenmaal terug in de „gewone"
werkelijkheid functioneert men in de re
gel weer als voorheen. In de regel, aange
zien een uitzondering wordt gevormd
door de therapeutische situatie waarin
het de uitdrukkelijke bedoeling is be
paalde herinneringen uit het geheugen te
laten verdwijnen.
Het ogenschijnlijk zo buitengewone ka
rakter van de trance heeft geleid tot uit
bundige exploitatie hiervan in de sfeer
van circus en variété. Allemaal kennen
we de toeschouwer-vrijwilliger die het
toneel wordt opgeroepen en door Mr.
Hypnosis in de meest vreemdsoortige
houdingen wordt neergezet. Nu eens
staande en met een handje in de lucht
dat daar wel een kwartier of een half uur
moeiteloos blijft bungelen. Dan weer zo
stijf als een plank op twee stoelen die
anderhalve meter uit elkaar zijn gezet.
Amusement
Het geheugenverlies pleegt zich te mani
festeren in de vrijwilliger die onder hyp
nose niet meer tot tien kan tellen: „een,
twee, drie, vijf' en de vier bestaat
opeens niet meer.
De Nederlandse Vereniging van Hypno
therapie is over het aanwenden van hyp
nose voor amusementsdoeleinden wei
nig enthousiast. Niet omdat, zoals een
wijdverbreid misverstand wil, een on
deskundig opgeroepen hypnose ertoe
zou kunnen leiden dat „het slachtoffer er
nooit meer uitkomt". Een trance kan
nog zo diep gaan, de normale toestand
keert uiteindelijk altijd weer terug. Ook
zonder tussenkomst van een hypnoti
seur. „Maar wel", zegt Gieskes, „kan een
trance onderhuidse emoties losmaken
zoals angst en verdriet. Als de hypnoti
seur die emoties niet kan hanteren, kun
nen daarvan grote problemen komen.
Ook de lichamelijke gewaarwordingen
van gevoelloosheid of juist een heel
zwaar gevoel kunnen verwarrend wer
ken. Onze vereniging kreeg onlangs een
brief van een jongen van veertien die
een of ander hypnosewerkje te pakken
had gekregen en de daarin beschreven
technieken op zijn vriendje was gaan
toepassen. Dat vriendje was in paniek
geraakt omdat hij het gevoel had gekre
gen dat hij zijn hele lichaam kwijt was.
Dat soort ongelukkige situaties moet
worden voorkomen, en vandaar dat
onze vereniging zich op het standpunt
stelt dat hypnose alleen mag worden toe
gepast door artsen, tandartsen en psy
chologen".
Als instrument in handen van deze laat
ste beroepsbeoefenaren wordt hypnose
bijvoorbeeld veel toegepast voor pijnbe
strijding en angstvermindering. Een
kwaal als migraine kan met hypnose
heel goed worden aangepakt. Vaak is een
half uurtje al voeldoende om de pijn te
verjagen.
Tandarts
Ook tandartsen kunnen de ellende die
zij hun patiënten aandoen met hypnose
technieken krachtig verminderen. Maar
als je nou een tandarts hebt die hiervan
niets wil weten?
Albert Gieskes: „Alle hypnose is in es
sentie zelfhypnose. De hypnotiseur kan
helpen de trance op te roepen, maar uit
eindelijk is het de betrokkene zelf die
het doet. En wat hij doet is zich concen
treren. Op een stip, een beeld, een klank,
of bijvoorbeeld een dobber. Talloze lief
hebbers van de hengelsport gebruiken de
dobber als concentratiepunt. Vermoeid
en vol zorgen gaat zo'n visser van
huisaan de waterkant zet hij zijn
stoeltje, neerhij gooit zijn hengel
uiten hij zit nog geen halve minuut
of alle stress valt van hem af. Wat voor
wonderlijk fenomeen heeft zich voltrok
ken? De visser heeft zich geconcentreerd
op zijn dobber en heeft zichzelf daar
door in trance gebracht. Spontaan. Zon
der het vooropgezette doel om in trance
te raken. Maar toch is dat wat er eigen
lijk met hem is gebeurd".
„De patiënt die in de stoel van de tand
arts ligt, kan hetzelfde doen. Wat ik in
die situatie doe is ontspannen, mijn han
den losjes laten bungelen en mijn aan
dacht naar mijn handen brengen. Voor
mij is dat voldoende om van de pijn
geen last te hebben. Maar het is heel
goed mogelijk een stapje verder te gaan
en zich te concentreren op één van de
handen, laten we zeggen de rechter. Laat
die rechterhand in gedachten absoluut
gevoelloos worden. Vervolgens verbeeld
je je dat die gevoelloosheid geleidelijk
aan wordt overgebracht vanuit de hand
naar de kaak. Totdat ook die kaak ge
voelloos is geworden".
En als je daar dan maar hard genoeg in
gelooft
„Het is niet zozeer een kwestie van ge
loof als wel van concentratie en verbeel
dingsvermogen. Mensen die zich heel
goed kunnen concentreren en in staat
zijn om helemaal op te gaan in de imagi
naire wereld van bijvoorbeeld een boek
of een film, blijken het best in staat om
in trance te raken. Een klein percentage
van de mensen kan dat heel erg goed.
Een klein percentage kan het niet. Maar
de meeste mensen kunnen het wel in
enige mate".
Thuis gekomen neemt de verslaggever
die, hoewel slechts semi-creatief bezig,
vaker „droog staat" dan niet, onmiddel
lijk de proef op de som terzake de crea
tieve trance.
Kruipt achter het beeldscherm, brengt
zijn gedachten naar het strand, gaat daar
genoeglijk kuieren Dan in gedachten
weer terug naar huis, computer aanzet
ten Maar er komt niets, hoor.
Hoewel
Is dit verhaal nou alweer af? Maar wie
heeft het dan geschreven?
WILLEM SCHEER
door Piet Snoeren
De hoogste temperatuur, ooit op aarde
gemeten, was 59,4 graden boven nul
(Insala, Algerije, 1973); de laagste
bedroeg min 88,3 graden (Vostok,
Antarctica, 1960). Het hoogste
hogedrukgebied bereikte 1083 millibar
(Agata, Siberië, 1968); het laagste
lagedrukgebied bracht 877 millibar op de
barometer (Guam, Stille Oceaan, 1958).
Men ziet: het Groot Guinness Record
Book gaat over méér dan over het
grootste aantal rauwe eieren, ooit in een
etmaal door de ene gek op het hoofd van
een andere gek stuk geslagen, of, nog
gekker, over het wereldrecord paalzitten,
zojuist door Harry Reijers uit Purmerend
(„Ik zit paal voor de gezelligheid") van
104,5 uur op 112 uur bracht.
Uitersten. Daartussen beweegt zich, met
wisselend succes, het weer en één van de
hoogste bazen over het weer is, met
wisselend succes, prof. dr. H. Tennekes,
onderzoeksdirecteur bij het KNMI te De
Bilt. Een verfrissende man, want fluitend
als was er geen vuiltje aan de lucht hangt
hij de vuile was van zijn instituut buiten,
zo bleek tijdens een congres over
systemen en denken in systemen,
bijeengeroepen door een firma die
handelt in computerprogramma's. Prof
Tennekes was uitgenodigd als
gastspreker en gezien de wijze waarop ze
zich te De Bilt bij de meningsvorming
over het te verwachten weer laten leiden
door de uitdraaien van computers
inplaats van door hel krimpende wind
en uitgaande vrouwen zijn niet te
vertrouwen" waarop Hans de Jong graag
terug wil vallen, mag de invitatie geen
verwondering baren.
Wel verwondering baarde de hoogleraar
zelf. „Wij weerkundigen", hing hij de
vuile was welgemoed te wapperen,
„missen het vermogen om enigszins
deugdelijke weersvoorspellingen op de
iets langere termijn af te leveren, van
welk een verfijnde perfectie de
apparatuur ook moge zijn die de
hedendaagse meteoroloog ten dienste
staat". Anders gezegd: aie schoksgewijs
oprukkende wolkenpartijen tijdens het
weerpraatie na het journaal waarnaar
Han Meilink kan kijken met de vochtige
ogen van een door kalverliefde bevlogene,
vormen enerzijds het voortbrengsel van
opperst technologisch vernuft, maar
zeggen anderzijds geen ene moer. „De
atmosfeer onttrekt zich aan ieder
gepland beheersingsproces en kan haar
eigen boontjes wel doppen",
waskniiperae prof. Tennekes ae
groezelige interlókjes van zijn KNMI aan
ae lijn. „Uit de onvoorspelbare chaos van
wolken en winden ontstaat binnen enkele
dagen een prachtige depressie die orde
schept in alle uitwisselingsprocessen over
een paar miljoen vierkante kilometer,
over de hele breedte van de oceaan. En
dat zonder raad van bestuur,
organisatieschema of beleidsplan. De
wolken boven ons schrijven geen notulen,
ze vergaderen niet en telefoneren niet,
maar toch zijn ze even zovele bewijzen
voor het uitbundige vermogen om
zichzelf te organiseren dat de natuur
bezit".
Op dit punt aangekomen verstoutte de
hooggeleerde meteoroloog zich een
wending aan zijn betoog te geven, niet
ongelijk aan die door zijn KNMI over
het hoofd geziene orkaan op een mooie
Hemelvaartsdag waaraan ze bij het
reddingswezen zulke zwarte
herinneringen bewaren. „Er is", verblufte
hij zijn gehoor, „een overeenkomst
tussen het onvermogen van
weerkundigen om, ondanks hun verfijnde
apparatuur, een deugdelijke voorspelling
op de iets langere termijn te geven, en het
onvermogen van managers om hun
organisatie in de hand te houden. Ieder
streven naar zekerheid in een
ingewikkeld systeem berust op
wensdromen. Managers proberen de
chaos waar ze zo bang voor zijn, uit te
bannen door steeds ingewikkelder
systemen te bedenken, maar al doende
halen ze de onzekerheid juist door de
achterdeur binnen". Samenvattend: „Gij,
managers, kunt nog heel wat opsteken
van de zelforganisatie in de natuur".
Gods water over Gods akkers, kortom,
daar vaart een manager wel bij. En
wanneer zo'n manager aan de leidraad
van prof. Tennekes' advies slapende
stinkend rijk is geworden? „Dan kan hij
altijd mooi weer hebben, want er is altijd
wel ergens zon", antwoordt de van
oorsprong Rotterdamse duvelstoejager
Abraham van Leeuwen die zichzelf via
de drietrapsraket van het Nederlands
Talen Instituut, het postorderbedrijf
Keurkoop en de uitgeverij Lecturama
regelrecht de zevende hemel van de
multimiljonairs binnen heeft gelanceerd.
„Men denkt wel eens dat rijke mensen
ook last hebben van slecht weer, maar
dal is dus gewoon niet zo", onthult
Abraham van Leeuwen wiens memoires
op het punt van verschijnen staan. Hij,
bezitter van de 60 miljoen dure „New
Horizon L", een van 's werelds meest
patserige boudoirschepen, laat zijn
goudgegalonneerde kapitein de
goudbeslagen steven - „zo simpel is
dat" - van dag tot dag daarheen wenden
waar een zonnetje wil schijnen. En het
KNMI van prof. Tennekes. ach, dat is er
voor de uitslovers, de zwoegers, de
werkslaven. Het KNMI, dat is er voor de
dommen.