We moeten vanuit zijlijn
bouwen aan geloofskracht
£eidóe(3oma/ir
Liefdespoëzie van de volmaakte mysticus
GEESTELIJK LEVEN/OPINIE
kerk
wereld
Verbroedering
weer
EeidócSouxont
ZATERDAG 9 JULI 1988 PAG]
Communist vraagt meer ruimte voor Hongaarse kerk
BOEDAPEST De kerken in Hongarije moeten meer ruimte
krijgen om hun activiteiten te. kunnen ontplooien. Dit heeft de
propagandachef van de Hongaarse communistische partij, Ja-
noe Andics, gezegd in een gesprek met het Oostenrijkse pers
bureau Kathpress. De kerken kunnen een partner van de staat
zijn. Zij hebben zelfs een plaats bij de opbouw van de socialisti
sche maatschappij. Godsdienst is echter een privé-zaak, die
buiten de machtsmonopolie van de partij ligt. Hij erkende dat
er in de Oosteuropese maatschappij sprake is van een herople
ving van de godsdienst. Voor de Hongaarse communistische
partij is het lidmaatschap en het christen-zijn echter onvere
nigbaar, aldus Andics, een voormalig hoogleraar sociologie.
Wereldgebedsdag tegen sekstoerisme
DRIEBERGEN De Olympische Spelen in Seoul zullen
het sekstoerisme naar Zuid-Korea nog meer stimuleren. Nu
al staat op menu's in de restaurants: ,Wij garanderen u een
diner inclusief aangenaam gezelschap'. Heel veel vrouwen
in Zuid-Korea zijn echter uit armoede gedwongen om door
prostitutie in het onderhoud van hun gezin te voorzien.
Daarom vraagt het bestuur van de wereldgebedsdag de toe
schouwers bij de Olympische Spelen in september het sek
stoerisme te boycotten. Het bestuur bestaat uit 80 vrouwen
uit 25 landen, die een dezer dagen in Hirschluch (DDR) bij
een kwamen.
Op de avond
van het leven zullen ze je
examineren over de
liefde.
St. Jan van het Kruis
door Marinus van der Berg
Langleven
Op de verjaardag zingen we de
jarige „een lang zal ze leven"
toe. Ik gebruik opzettelijk de
vrouwelijke vorm, want vrou
wen leven langer dan mannen.
Bij een huwelijk wensen we het
bruidspaar een lang en geluk
kig huwelijk. Er wordt in deze
wens aan lang een wens toe
gevoegd, namelijk gelukkig.
Momenteel krijgen de langstle
venden veel aandacht. De oud
ste bewoner van een stad, een
dorp, een tehuis haalt de
krant. We leggen in onze tijd
veel nadruk op lang leven en
op zo een actief mogelijk le
ven.
Als koning Hizkia ziek wordt,
juist in een tijd waarin het land
zijn leiding niet kan missen,
krijgt hij er nog een aantal ja
ren bij. Het accent ligt echter
niet op het aantal jaren, maar
op het zo goed en zinvol mo
gelijk omgaan met de jaren.
Met onze woorden zou je kun
nen zeggen: „Niet kwantiteit
heeft de nadruk, maar aller
eerst kwaliteit". Als aan Jezus
de vraag wordt gesteld waarop
ons leven tenslotte geoordeeld
zal worden, dan klinken die be
roemde woorden: „Ik was ziek
en jij hebt mij opgezocht; ik
had honger en jij hebt mij te
eten gegeven. Wat je aan de
minste hebt gedaan dat heb je
aan Mij gedaan". Liefde en ge
rechtigheid zijn in het bijbelse
denken de centrale momenten
en niet lengte van leven.
Plotseling of verwacht wordt je
in je leven soms geconfron
teerd met het sterven van een
jong iemand. Iemand van wie
we zeggen: „In de bloei van z'n
leven; iemand die nog zoveel
had kunnen betekenen". On
uitgesproken denken of zeg
gen we: „Anderen zien geen
zin meer in hun leven en wen
sen te sterven en juist deze
mens die nog zo van het leven
hield, gaat van ons weg". Het
sterven van jonge mensen
maakt ons stiller en grijpt ons
meer aan dan het sterven van
oud geworden mensen. Dan
zeggen we gemakkelijker: „Het
was zijn tijd". Bij het sterven
van een jong iemand zijn we
langer in de greep van de
„waarom... vraag". Het ver
driet, die pijnlijkste pijn, zoals
Vasalis eens heeft gezegd, is
dieper in ons.
Nog niet zolang geleden had
den veel mensen troost aan de
gedachte: Niemand gaat voor
zijn tijd". Deze gedachte roept
nu verzet en protest op. Ze lijkt
onrecht te doen aan het ge
voelde verdriet. Ze springt te
gauw weg van ons verdriet,
van de leegte die we voelen.
Steeds minder mensen kunnen
geloven in een God die wille
keurig de hand heeft in het
sterven en dagelijks zoveel
leed zou veroorzaken in het le
ven van mensen. Ik kan ook
zelf niet in zo'n God geloven.
Het verhaal over Jezus van Na
zareth vertelt mij van een an
dere God. Maar er is nog iets
dat ik niet kan geloven, name
lijk dat de dood het laatste
woord heeft. Ik geloof in een
Liefde die ons allen tenslotte
zal omvatten: uiteindelijke Lief
de. Ik geloof dat we Licht tege
moet gaan en dat Licht ons te
gemoet komt. Dat maakt niet
mijn verdriet om het sterven
van mensen minder. Het be
vrijdt me wel van enkele kram
pen. Namelijk van de gedachte
dat je zou moeten mikken op
een zo lang mogelijk leven. Het
geeft me ook het vermoeden
dat ieder leven, hoe kort ook,
waarde heeft. Die waarde is
niet zomaar te ontdekken en
ze kan vaak pas gezien worden
na een lange en donkere
nacht. Ik zie dan ook geen te
genstelling tussen verdriet en
geloof. Mijn geloof vermindert
niet het verdriet. Mijn geloof
wekt me ook eerder op tot
sympathie en meeleven met de
mens in het verdriet dan tot
een afstandelijke houding on
der een vrome dekking. Ik zeg
niet dat geloven mij helpt de
dood als een waarde te zien.
Met de dood leef ik in onmin
en zeker als het een jong ie
mand of een kind treft, maar
ook als het gaat om een mens
ongeacht de leeftijd. Geloven
leert me niet dat ik de dood
moet aanvaarden, maar dat ik
het leven moet zoeken. Tel
kens weer. Leven waarin liefde
de eeuwige bron is, die mij
voedt. Misschien moeten we
elkaar meer een Liefdevol le
ven toezingen dan een Langle
ven.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiii
HEIN
SCHAEFFERS
PLEIDOOI
VOOR
SPIRITUALITEIT
lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Jarenlang doceerde de dominicaan Hein Schaeffer theolo
gie aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Na zijn pe
riode als omroeppastor van de KRO trad hij in het huwe
lijk met een hervormde theologe. Werkend op het Domini
caans studiecentrum voor Theologie en Samenleving in
Nijmegen, staat hij als gehuwd priester bewust aan de zij
lijn van de Kerk na, zoals hij zegt, kennis gemaakt te heb
ben met de harde kanten van het instituut Kerk.
NIJMEGEN Hein
Schaeffer heeft nog maar
weinig vertrouwen in de
geloofskracht van de ge
vestigde kerken. Niet
pessimistisch, maar realis
tisch'vindt hij zichzelf, als
het gaat over de institu
tionele ontwikkelingen in
de katholieke Kerk. „Er
is een vervreemding ge
groeid tussen de officiële
leiding in de Kerken en
de gelovigen. Een ver
vreemding die heel ver
drietig is en voorlopig
niet overwonnen kan
worden. Meer ruimte in
de Kerk bevechten heeft
weinig zin. Kerkelijk ge
sproken gaan wij een pe
riode in van zwijgen en
bidden. Het heeft geen
zin het lawaai in en rond
Kerk en geloof nog te
vérhevigen. Volgehouden
polemieken over kerke
lijke structuren en ge
loofsinhouden betekenen
veelal verspilling van ge-
loofsenergie. Dat wil niet
zeggen dat we alleen
maar kunnen wachten op
betere tijden. We moeten
aan de zijlijn van de ker
ken een nieuwe geloofs
kracht opbouwen".
Omdat de kerkelijke leiders
moeilijk herkenbaar zijn als
geestelijke leermeesters, zijn
de gelovige christenen op
zichzelf teruggeworpen om
het gebied van het persoonlijk
geloven te ontginnen. Gelo
ven wordt door kerkelijke lei
ders gelijkgesteld met gehoor
zamen aan het leergezag. „Te
gen kerkelijke leiders zou ik
willen zeggen dat er veel
meer religiositeit, veel meer
geloven is dan ze vaak den
ken. En er wordt ook veel
meer gebeden. Maar door de
dogmatische, nogal bevoog
dende en weinig vertrouwvol-
le toon die kerkelijke leiders
aanslaan, kruipen veel men
sen volgens hem in hun
schulp. Ze worden afgeschrikt
en proberen zich dan in een
niemandsland zelf een weg te
zoeken.
Er is de laatste jaren veel ge
zegd en geschreven over het
proces van ontkerkelijking,
maar er is maar betrekkelijk
weinig aandacht geschonken
aan de diepere religieuze en
spirituele motieven die er zijn
om zich van de kerken te ver
wijderen. „We vrezen veront
reiniging, we zijn bang voor
valse tonen zodra we ons ui
ten. Onze vrees is dat we ons
laten forceren tot meer duide
lijkheid en grotere stelligheid
dan we eigenlijk bezitten, en
dat toehoorders met onze
woorden aan de haal gaan. In
ons leeft de angst dat er al
gauw lawaai ontstaat rond iets
dat wij kennen in de stilte
van ons hart. Ik denk dat dit
een van de redenen is waar
om velen er in onze dagen
voor kiezen om afstand te
houden van de Kerken."
Louter de schuld bij de kerke
lijke ontwikkelingen leggen is
echter maar een kant van de
medaille. Ook de no-nonsense
maatschappij brengt veel ge
lovigen in een niemandsland,
meent Schaeffer. „Ook de
maatschappij wijst geen we
gen naar een leven-met-in
houd. Het zich planmatig af
zetten tegen .nonsense' doet
sneuvelen wat zich kwetsbaar
een weg zoekt. Het veld van
de spiritualiteit blijft braaklig-
gen. De maatschappij is aller
minst gericht op spiritualiteit,
op een verdiepter leven. Spi
ritualiteit, de basis van waar
uit je leeft, is niet één-twee
drie om te zetten in klinkkla
re termen.
Niemandsland
Dat niemandsland, wat ver
staat hij daaronder? „Onze
Kerk, onze samenleving
plaatst ons in een vacuüm.
Die culturele ervaring kan er
toe leiden dat onze wereld
wezenlijk niemandsland is.
Niemandsland is de natuurlij
ke omgeving van de gelovige,
van haar of hem, die toeleeft
naar wat nog niet te zien is.
Het kan een vruchtbaar uit
gangspunt zijn waardoor je op
weg gaat. In niemandsland
kom je terecht als je je laat
bepalen door een visioen. Dan
besef je: het land waarin ik
nu leef, dat is het niet."
Als er in de Kerken nauwe
lijks meer plaats is voor ei
gentijds geloven en de no-
nonsensemaatschappij gelovi
gen ook geen onderdak meer
biedt, wat dan? Helemaal af
geschreven heeft Hein
Schaeffer de kerken ook weer
niet. Zijn hoop is gevestigd op
het conciliair proces voor
Hein Schaeffer.
vrede, gerechtigheid en de
heelheid van de schepping.
Daarin kan ook voor mensen
in de zijlijn van de Kerken
een nieuwe spiritualiteit
groeien. „Op oecumenisch
vlak zie ik een nieuw elan
ontstaan, in samenhang met
het conciliair proces. Dat is
echt iets hoopvols. De geza
menlijke kerken zijn bezorgd.
Niet zozeer voor hun eigen
hachje, maar over de armoe
de, de toenemende bewape
ningswedloop en de verwoes
ting van het milieu. Mensen
in de parochies en de gemeen
ten sluiten zich aaneen om als
gelovige christenen te vech
ten voor gerechtigheid, vrede
en de heelheid van de schep
ping. Dat is een bedding van
spiritualiteit, waarin christe
nen en van-huis-uit christe
nen zich opnieuw thuis kun
nen voelen, zodat geloven
niet langer meer een eenzaam
avontuur is. Het conciliair
proces is een soort opwek
kingsbeweging, een opleving
van christelijk verantwoorde
lijkheidsbesef en van spiritua
liteit. Vrede, gerechtigheid en
de heelheid van de schepping,
het zijn de fundamentele
waarden van het geloof. Een
soort definitie van het rijk
Gods."
Bezorgdheid
Hein Schaeffer ontkent ten
stelligste dat al die aandacht
voor het conciliair proces een
prijsgegeven van het christe
lijk geloof is en een vluchter^
in politieke en maatschappe
lijke werkelijkheden. Inte-
XJendeel, juist door het conci
liair proces Worden christe
nen aangesproken op hun re
ligieuze schatten. „Het komt
voort uit een pure bezorgd
heid voor de wereld van van
daag. Van de Geest van God
wordt gezegd dat Hij geko
men is om de aanschijn van
de wereld te vernieuwen. Het
aanschijn van de aarde ver
nieuwen vraagt enorme con
sequenties. Dat is een uiterst
spirituele opgave. Je kunt spi
ritualiteit en het conciliair
proces niet tegen elkaar uit
spelen. Het conciliair proces
speelt zich ook in dat nie
mandsland af, omdat mensen
afstand nemen van het bijna
vanzelfsprekende geweld, het
onrecht, en de milieuverwoes
ting. Het conciliair proces is
voor mij een beweging van
kritiek en hoop, van het sa
men zoeken en een richting
kiezen in het niemandsland."
Oproep
Hij vind het een onbescheiden
vraag als ik hem vraag wat
God voor hem betekent. „Ik
probeer te geloven in een per
soonlijke God. Ik voel me nog
steeds aangesproken door de
verhalen uit de traditie van
het joodse en christelijke ge-
FOTO: BENNO NEELEMAN
loof. Bijbelse verhalen van
mensen die een stem gehoord
hebben en zoals Abraham en
Sara worden uitgedaagd om
met God mee te trekken, om
met Hem de wereld een ande
re vorm te geven, land van
Iemand te laten worden, van
Hem. Ik ervaar Hem als een
groet en als een oproep. Wij
mensen zijn gewenst. Gewen
ste kinderen van God en we
kunnen zijn oproep horen.
Eeuwenlang hebben christe
nen elkaar met Godsbeelden
om de oren geslagen. De laat
ste jaren zijn we gaan ontdek
ken dat het geloof geen zaak
is van duidelijke scherp om
schreven Godsbeelden, maar
van zoeken, vragen, vermoe
den en tasten.
geloof kan alleen verder ge
dragen worden in een bewust
ontwikkelde .vrijzinnigheid':
binnen het doorgegeven ver
haal zo aandachtig mogelijk
koersen op je eigen intuïties:
„Je moet het zelf doen. Spiri
tualiteit, creativiteit, geloven,
je mag het niet ophangen aan
wat voor instituut of dogma
tiek ook. Dat is verstarrend.
Dan verraad je je oorspronke
lijkheid. Wij kunnen begin
nen samen richting te kiezen
in niemandsland. Een huiska
mer is al groot genoeg."
THEO KRABBE
Slechts een zonderlingespe
ling van het lot heeft er voor
gezorgd dat het werk van
Juan de Yepes y Alvarez, be
ter bekend onder de naam
van Sint-Jan van het Kruis,
de grootste Spaanse mysticus
en lyricus, nog bestaat.
Sint Jan van het Kruis leefde
in een tijd dat de Spaanse in
quisitie oppermachtig was.
Niet alleen liet zij haar sporen
na onder tegenstanders van
de kerk en andersdenkenden,
met name de joden, maar ook
binnen de kerkelijke gelede
ren werd een voortdurende
strijd om rechtgelovigheid ge
streden. Beslissend voor de le
vensgang van Sint-Jan van
het Kruis was zijn ontmoeting
met de mystica Teresa van
Avila die een hervorming van
de carmelitessenorde had
doorgevoerd. Zij spoorde Juan
de la Cruz, die was ingetreden
bij de carmelieten omdat hij
een leven van afzondering en
stilte wilde leiden, hetzelfde
te doen voor de carmelieten.
De regel van deze orde was in
de laatste eeuwen verwaterd.
Was Teresa van Avila gedre
ven door het streven met haar
hervormde carmelitessenorde
een voorbeeld te stellen aan
de wereld die op dat moment
werd verscheurd door onder
linge strijd tussen christenen,
Sint-Jan van het Kruis wilde
door herstel van de oude
monnikenregel slechts terug
getrokken leven. De ironie
van het lot heeft gewild dat
de hervormingen die hij no
dig achtte, veilig te stellen.
Eerst was die strijd gericht te
gen de kerkelijke hiërarchie
die een nieuwe kloosterorde
met lede ogen aanzag, nader
hand was ze gericht tegen fi
guren binnen de hervormde
orde zelf, in wie hij dezelfde
machtsmisbruiken zag opko
men als in de oude carmelie-
tenorde. Met name was dat
het geval bij de Italiaanse
bankier Nicolas Doria die op
voorspraak van Teresa van
Avila, kort voordat zij stierf,
een leidende rol wist te be
machtigen. Doria zou Juan de
La Cruz als prior ten val
brengen. Het speet hem wei
nig, want hij hij wilde niets
liever dan een ondergeschikte
rol vervullen om te kunnen
mediteren en te schrijven,
maar als Doria meer tijd van
leven zou hebben gehad, zou
hij Juan de la Cruz uit de
orde hebben gezet. De voorbe
reiding daarvoor was al in
volle gang en zijn geschriften
waren al onderzocht, zo zelfs
dat sommigen van zijn orde
genoten delen van zijn manu
scripten uit angst voor de in
quisitie hadden vernietigd.
Waarschijnlijk zou dat het lot
van heel zijn werk zijn ge
weest als kort na de dood van
Juan de la Cruz in 1591 niet
ook Doria was gestorven. Dat
was de zonderlinge speling
van het lot of misschien mag
het in deze context een won
der heten dat dit gebeurde.
Aan het proces van diffamatie
kwam een einde. Het gelovige
volk had inmiddels in de zon
derlinge Juan de la Cruz een
heilige onderkend. Tijdens
zijn langdurige sterfbed werd
hij door velen als een heilige
vereerd en na zijn dood werd
zijn lichaam deels aan stuk
ken gereten om als relikwie
te dienen voor zijn aanhan
gers. Van onderen was de er
kenning begonnen tegen de
krachten van bovenaf, de in
quisitie op de eerste plaats.
Pas in 1627, zesendertig jaar
na zijn dood zou zijn voor
naamste werk, het Cantico
Espiritual, in druk verschij
nen. Op het eind van de ze
ventiende eeuw werd hij 'zalig
verklaard en kort daarna hei
lig. De vele belastende stuk
ken die de Spaanse Inquisitie
over hem verzameld had wer
den heimelijk vernietigd.
De levensbeschrijving die Ge
rald Brenan van Sint-Jan van
het Kruis geeft maakt van
hem een ondergeschikte in
zijn eigen biografie. Hij is
daarin een man van het twee
de plan en hoe vreemd dit op
het eerste gezicht ook lijkt,
het lijkt een perfecte illustra
tie van de levenswijze van
een man die de openbaarheid
heeft geschuwd. Steeds is hij
gedomineerd door vijanden
zoals Doria of halfslachtige
medestanders als Gracian. Al
leen Teresa van Avila was
zijn steun en geestelijk toever
laat, maar Juan de la Cruz
overleefde haar negen jaar en
die tijd was bijna voldoende
om het hervormingswerk van
Juan de la Cruz te breken.
De biografie die Brenan van
deze mysticus samenstelde is
geen traditionele hagiografie.
Zij is inleiding op de poëzie
die, onmiskenbaar autobiogra
fisch, de grootste faam van
Juan de la Cruz vormt. Maar
omdat met veel invoelings
vermogen en respect naar het
optreden en de drijfveren van
De la Cruz en naar zijn direc
te relaties met zijn voor- en
tegenstanders is gekeken,
heeft het resultaat toch veel
weg van zo'n hagiografie. Van
de oppermachtige rol van de
geestelijkheid en de politieke
omstandigheden in het zes-
tiende-eeuwse Spanje krijgt
men slechts een vaag vermoe
den.
Het tweede gedeelte van het
boek is een voortreffelijke
toelichting en commentaar op
de poëzie van Juan de la
Cruz, waarvan een selectie in
het derde gedeelte van het
boek in zijn Spaanse tekst en
in Nederlandse vertaling (van
de hand van P. N. van Eyck
en Bernard Verhoeven) zijn
afgedrukt. Uit deze inleiding
blijkt indirect over hoeveel
kennis de Engelse aristocraat
Brenan beschikt van het le
ven in Spanje waar hij zich al
voor de Burgeroorlog vestig
de. Hoogtepunt van het poëti
sche werk is het al genoemde
Cantico Espiritual, het Gees
telijk Hooglied, dat direct ge
ïnspireerd werd op het bijbel
se Hooglied. Het Cantico Spi
ritual is de gecondenseerde
uitkomst van een leven van
uiterste versterving en we
reldverzaking. Het is een po
ging van de mysticus de een
heid van de ziel met God in
beeld te brengen. Maar in te
genstelling tot wat men mis
schien zou denken, gebeurt
dat niet op de manier van een
dorre, abstracte allegorie. Wat
we zien is, net als in het bij
belse Hooglied, de toenade
ring tussen een verliefd meis
je en haar minnaar. Het be
gint, zoals Brenan schrijft,
met een schreeuw van ver
langen en angst, dat vervol
gens omslaat in een gevoel
van lichtheid, klaarte, blij
heid, haastige beweging. Er is
een gevoel van op reis gaan
en avontuur, er zijn vlagen
van tederheid en passie, maar
die worden getemperd door
een buitengewone fijnzinnig
heid.
De vertaling van P. N. van
Eyck is ietwat archaïserend,
de vertaling blijft de mindere
van het origineel. De oor-
pronkelijke tekst is zo sterk
dat ze steeds weer nieuwe
vertalingen aan kan.
PAUL VAN VELTHOVEN
Gerald Brenan: Sint-Jan
van het Kruis. Leven en
poëzie. Uitgave Gooi en
Sticht. Prijs 37,50.
Sr-
>0
PRESIDENT Roh Tae Woo van Zuidkorea heeft aan
digd dat wat hem betreft de deur naar het noorden T
kiertje kan worden gezet. Handelscontacten, familiefrj
en uitwisseling van studenten tussen Noord- en Zuijei
moeten mogelijk worden. Het is niet voor het eerst da| be
probeert de communistische broeders in Pyongyang dl0""
te reiken. Al vijftien jaar lang laat de zuidelijke regeriiT
enige regelmaat weten dat het tijdstip voor een Kor|
verbroedering is aangebroken. De houwdegens in hel
den hebben zich tot dusver echter onwrikbaar getooj he
willen best praten over toenadering, maar alleen
voorwaarden. Voor Zuidkorea geldt in feite hetzelfde, f1
riodieke oprispingen van nationale verzoeningsdrang j-
Koreaanse schiereiland hebben daarom het karakter v^
ritueel gekregen.
MAAR dit keer zit aan Zuidkoreaanse kant aanmJT
meer druk op de ketel. De Olympische Spelen staan v|
deur. President Roh is bang voor provocaties en sabota*
ties uit Noordkorea. Geen ongerechtvaardigde angst,"
het bewind van Kim II Sung is even gewetenloos als c
riaal. En niemand weet in hoeverre de Sovjetunie enjl
bereid en in staat zijn Pyongyang van onbekookte daj
te houden. Zoals eigenlijk ook niemand weet hoe i
zwak momenteel de positie is van de onberekenbare j
Sung, die onlangs nog het lijdend voorwerp van een i
aanslag was.
In Zuidkorea heeft Roh Tae Woo het nodige te duchtar
de studentenoppositie. Evenals het verzoenende gebaai
ting noorden, behoort de studentenrebellie tot de vastèl"c;)
ties van het zuiden. Jarenlang heeft dat behalve be£a"
koppen nul komma nul opgeleverd. Maar sinds in Seimsi
Olympische gedachte heeft postgevat is dat anders. Qitei
druk van het massale protest op Zuidkorea's talrijke cal
sen zag Roh zich vorig jaar gedwongen zijn presidents el
bevechten in rechtstreekse verkiezingen. Slechts dank'
stupiditeit van de politieke oppositie hopeloos vel
door de persoonlijke eerzucht van haar twee voornar
leiders kon hij zegevieren. Een handvol concessie!
en na de verkiezingen was echter onvoldoende om
moederen tot bedaren te brengen. Met de Spelen in het
uitzicht ruiken de democratische krachten hun kans.L
korea wil zich straks presenteren als een welvarend, talc
cratisch land. Zolang het olympische vuur brandt is denta
ring derhalve tot veel bereid. Dat heeft reeds een gronf
herziening en rechtstreekse presidentsverkiezingen i
verd, alsmede de vrijlating van politieke gevangenen,!
re persvrijheid en een matiging van de pölitieterreurj"
met name de studentenbeweging, hier en daar ongetvT A
geïnspireerd door Noordkoreaanse infiltranten, wil mr
SEDERT 1948 wordt de 38e breedtegraad op het Kor^
schiereiland getekend met prikkeldraad. Ook in dit self
ze deel van de wereld lieten Russen en Amerikanen
Tweede Wereldoorlog een ijzeren gordijn zakken. Alleöi
sen 1950 en 1953 ging het gordijn open om tanks en k
nen door te laten op weg naar het front tijdens de Kor^S
oorlog. Voor de rest bleef het dicht, en vele malen onvrei
delijker dan in Duitsland. Noord en zuid groeiden iak
daardoor steeds verder uit elkaar. Zuidkorea ontwiek
zich met steun van de Verenigde Staten in hoog temj=d
een relatief welvarende industriestaat. Het is thans éfr^t
welgedane „Tijgers van het Oosten". De prijs voor dé;oca
uitgang bestond uit een autoritair bewind, politieke |T"
drukking en een ongelijke welvaartsverdeling. Noork
intussen zakte onder een stalinistisch regime weg naj
niveau van politieke en economische achterlijkheid,
tot het Albanië van Azië maakte.
VOOR die twee landen ooit weer een eenheid zijn, i
nog heel wat gebeuren. Misschien dat een combinati
echte democratie in het zuiden en perestrojka in het nol
op termijn iets mogelijk maakt. En misschien dat nu tcjn
met indirecte hulp van de Olympische Spelen, een begir
worden gemaakt met het slechten van de vele barrièreje!
slot van rekening zegt men dat sport verbroedert. in
Nog een
enkele bui
DE BILT (KNMI) De ver-
anderingen in het weer vol
trekken zich maar langzaam.
Nog steeds ligt bij Schotland
een lagedrukgebied, waarom
heen lucht aangevoerd wordt
waarin zich buien kunnen ont
wikkelen. Het ziet er echter
naar uit dat de aangevoerde
lucht vandaag wat minder
koud is op grotere hoogte dan
de voorafgaande dagen. Hier
door neemt de buienaktiviteit
in de loop van de dag verder
af, en zal de zon zich meer la
ten zien. De middagtempera-
tuur komt éen enkele graad
hoger te liggen dan de voor
gaande dagen.
Ook morgen zet deze tendens
zich voort, maar morgenavond
kunnen nieuwe storingen het
weer bij ons opnieuw nadelig
beïnvloeden.
Weersvooruitzichten voor di
verse Europese landen, mede
gedeeld door het KNMI, geldig
voor morgen en maandag:
Zuid-Scandinavië: Af en toe
zon en maandag enkele regen-
of onweersbuien. Middagtem-
peratuur ongeveer 20 graden.
Britse Eilanden: Af en toe zon
en. enkele regen- of onweers
buien. Middagtemperatuur
van 17 graden in Schotland tot
23 graden in het zuidoosten.
Duitsland en Benelux: Perio
den met zon en vooral maan
dag enkele regen- of onweers
buien. Middagtemperatuur on
geveer 23 graden.
Frankrijk: Perioden met zon
en morgen van het westen uit
regen- of onweersbuien. Mid
dagtemperatuur van 23 graden
in het noorden tot ruim 30
graden in het zuiden.
Spanje en Portugal: Vri£
nig en droog, maar
noorden wolkenvelden,
dagtemperatuur van 23
in het noordwesten tot 4
den in zuidoost-Spanje.
Alpenlanden: Zonnig L
droog, maar maandag ViJJ.
westen uit enkele regens'
onweersbuien. Middagt^n
ratuur ongeveer 25 gradi s d
Joegostavische-kust en
Italië: Zonnig, meer laL
waarts kans op een on\
bui. Middagtemperatuur
veer .30 graden.
ho
Zuid-Italië en Griekei efc
Zonnig en heet. Middagti,^
ratuur rond 35 graden.
Eindhoven
Den Helder
Rotterdam
Twente
Innsbruck
Klagenfurt
Kopenhager
regenbui 20
Istanbul
Palmas
Tef-Aviv