Het veer
van Zijpe
zal nooit
meer varen
Geloof stuit
op ongeloof
in het Mekka
der Mormonen
Peel
ÊcicUc SouAOrtit'
ZIJPE - Het gehucht Zijpe ziet er
uit als het einde van de wereld. Er
staat, als laatste teken van bescha
ving, een klein restaurant - „Res
taurant" geheten - dat meestal ge
sloten is. Verder: een handvol vro
me huizen met schimmelige funda
menten in de luwte van een met
zeewier overgroeide dijk. Een
doodlopende weg, een slagboom en
een verkeersbord met het kinder
lijk silhouet van een boot op een
gestyleerd golfje. Het enige dat Zij
pe de afgelopen jaren nog cachet
gaf: Het Veer.
In het gedenkwaardige jaar 1900 voer
het veer Anna Jacobapolder/Zijpe voor
het eerst en anno 1988 zal het zijn laat
ste zeemijlen afleggen. Met de feestelijke
opening volgende week woensdag van de
Philipsdam worden immers tegelijk de
doodsklokken voor het bejaarde veer ge
luid. Asfalt en beton winnen het dan van
de romantiek van wind en water, diesel-
lucht en krijsende meeuwen. Hoewel, ro
mantiek?
„Er is altijd gezeurd over dit veer. Als
we niet voeren vanwege de mist dan was
het niet goed, en als we wèl voeren dan
hoorde je klagen dat het misschien on
verantwoord was. Maar nu het veer op
geheven wordt, is het nostalgie alom. Ie
dereen vindt het plotseling jammer dat
dit stukje cultuur verloren gaat. Iedereen
wil opeens op de boot. Het zal wel in de
mens zitten. De mens moppert makke
lijk en pas op het moment dat iets verlo
ren gaat ziet hij de waarde ervan in", fi
losofeert kapitein Jaap van Oeveren, een
tikkeltje verbitterd.
Het is misschien ook wat zuur. Louter
en alleen vanwege het feit dat het veer
Anna Jacobapolder/Zijpe bij tijd en wij
le niet voer, is het tot in de verste uit
hoeken van het land bekend geworden.
De eigenaar van het veer, de vervoers
maatschappij Zuid-West-Nederland
(ZWN), zag er nooit een gat in het schip
„De Zijpe" van een radarinstallatie te
voorzien. Als gevolg daarvan moet De
Zijpe vanwege de veiligheid aan de kant
blijven zodra zich een dikke mist over
het water verspreidt. Om de automobi
listen na alle files ook nog een vergeefse
rit naar de aanlegstijgers te besparen gaf
de ZWN dat steeds trouwhartig door
aan het ANP: „Vanwege de mist is het
veer Anna Jacobapolder/Zijpe tijdelijk
uit de vaart genomen".
Van Oeveren wordt nog wel eens ge
plaagd met die vermaarde frase, die vol
gens hem zo diep in menig mensenge
heugen is gegrift dat men weieens de in
druk kreeg dat het veer meer niet dan
wel voer. En dat is natuurlijk een grove
misvatting. Van Oeveren: „Vorig jaar
hebben we met dit kleine bootje - er
kunnen maximaal 23 auto's op - toch
zo'n 120.000 voertuigen overgezet. Ik
schat dat we alles bij elkaar vanwege de
mist een week uit de vaart zijn geweest,
en nog eens een week omdat het schip in
het dok moest. Er zijn genoeg veerboten
in Nederland die slechter presteren,
maar die geven het niet door aan het ra
dionieuws".
Saluut
Hoe het ook zij: Zeeland eert zijn veer
als nooit tevoren. De hoofdonderwijzer
van een lagere school in Tholen heeft al
een kanon en munitie gereed voor de sa
luutschoten. Voor de laatste overtocht
hadden zich veel meer notabelen aange
meld dan het drijfvermogen van de
veerboot toestond. „Sommige mensen
die je nooit op het veer zag, doen nu of
ze het schip zelf te water hebben gela
ten", sneert kaartjesverkoper Leen Beije:
„Het zal er wel bijhoren".
Op het autodek van „De Zijpe" is het de
laatste weken al wat drukker dan tevo
ren. Beije - dikke polsen, pluizige trui
en een twee zachtmoedige ogen in een
woeste kop - is vanwege de plotselinge
belangstelling al lang door zijn oude
ZWN-kaartjes heen, en verkoopt nu
noodgedwongen kaartjes van de Lim
burgse vervoermaatschappij. Vooral veel
Duitsers maken in de zomermaanden
gebruik van het veer, weet hij. Soms ko-
Met enige weemoed neemt Zeeland aanstaande
woensdag na 88 jaar afscheid van het veer Anna
Jacobapolder/Zijpe. Het veer dat paradoxaal
genoeg landelijk zo bekend werd omdat het zo
vaak niet voer. „In verband met de mist uit de
vaart genomen"; zo moest ANP-radio regelmatig
rondzingen. Straks blijft het veer dus defenitief aan
de kant liggen. Niet vanwege de mist, maar als
gevolg van de opening van de Philipsdam: het
sluitstuk van het miljardenproject Deltawerken.
Deze krant voer een dagje mee, nu het nog kan.
ZATERDAG 2 JULI 1988 PAGINA 22
Kapitein C. de Keijzer aan het antieke instrumentarium in de
stuurhut: „Niets blijft gelijk...".
FOTO: DELTA DESK
Woensdag om half vier maakt het veer „De Zijpe" zijn laatste oversteek.
FOTO: PR
men ze met bijna antieke wegenkaarten
aan de slagboom, zich niet bewust dat er
inmiddels voor miljarden aan bruggen
en dammen in Zeeland verspijkerd is.
Beije: „Er zijn natuurlijk zat Duitsers
die puur voor de lol overvaren, maar
sommigen kijken heel verbaasd als ze
ontdekken dat Zeeland al lang geen ver
zameling losse eilandjes meer is". Beije
legt de actuele geografie van zijn provin
cie dan steevast uit in onvervalst
Zeeuws, want voor de taalschat van
onze kapitaalkrachtige oosterburen heeft
hij nu eenmaal weinig belangstelling:
„Zèès verstaen ze nog 't baeste", lacht
hij.
Uitdaging
In maritiem opzicht is de oversteek
Anna Jacobapolder/Zijpe al lang geen
uitdaging meer. Van Schouwen-Duive-
land naar de Jacobapolder is het precies
zeven minuten varen. Sedert de Storm
vloedkering ruim een jaar geleden de
Oosterschelde temde is het zeegat „De
Zijpe" niet zo gevaarlijk meer als voor
heen, vertelt C. de Keijzer (72), gepenen-
sioneerd kapitein van het al even bejaar
de veer en thans woonachtig in het dorp
Bruinisse.
Terwijl de windmeter in zijn kamer van
Zuid naar Zuidwest verspringt vertelt
hij: „Vroeger, dat is vóór de stormvloed
kering, kon het nog aardig spoken op
Het Zijpe. Het was vanwege de krachtige
stroming toch wel één van de gevaarlijk
ste zeegaten in Zeeland. Bij windkracht
7 a 8 konden de golven zo hoog wórden
dat ze aan de voorkant het dek opkwa
men en er achteraan weer afrolden. Dan
stonden de auto's tot de wielen in het
water".
In 1972 werd De Zijpe omgebouwd
„van het stoom naar de diesel". De me
tershoge schoorstenen van de oude
stoomketels moesten plaatsmaken voor
het relatief moderne bovendek dat De
Zijpe nu siert. De besturing van de mo
toren bleef hetzelfde; de veel jongere ka
pitein Van Oeveren bedient nog steeds
dezelfde hardhouten helmstokken die in
1930 in de stuurhut werden geplaatst.
Ook de oude koperen spreekbuis voor
de communicatie met de machinekamer
bewijst nog steeds zijn dienst.
Hoewel de kleine veerpont in Zeeland
als 88 jaar dagelijks heen en weer pen
delt, zijn in de analen van De Zijpe geen
ernstige ongevallen terug te vinden. Of
het moet die keer zijn in de jaren vijftig
dat een ietwat beschonken kapitein het
gat van de haven niet kon vinden en uit
eindelijk strandde aan de havenpier. De
Keijzer kan zich dat voorval nog goed
herinneren, maar wil er niet veel over
zeggen: „Och, 't is gebeurd en de man is
ontslagen", zegt hij met een pijnlijke gri
mas en laat het daar bij.
Werk
Het uit de vaart nemen van het veer
leidt niet tot gedwongen ontslagen, om
dat de ZWN voor de bemanning (drie
ploegen van drie werknemers) inmiddels
vervangende werkgelegenheid heeft ge
vonden. Kapiteins, machinisten en con
troleurs werden omgeschoold tot bus
chauffeur; een enkele machinist koos'
voor een baan in een garagewerkplaats.
Een uitwijkmogelijkheid naar andere
veerdiensten in Zeeland was er trouwens
niet. Van de vele tientallen lijntjes die
vóór' de watersnoodramp de eilanden
met elkaar verbonden zijn na de sluiting
van Anna Jacobapolder/Zijpe alleen nog
Kruiningen/Perkpolder en Vlissingen/
Breskens over.
Kapitein Van Oeveren is er niet rouwig
om dat aan zijn loopbaan op zee een
einde is gekomen. „Alle werkjes hebben
zo hun voor- en tegen", vindt hij. „Een
baan als buschauffeur geeft wat meer
vastigheid en daar zoekt toch ieder mens
naar". Zijn gepensioneerde collega De
Keijzer zal evenmin door emoties over
mand worden als het veer aanstaande
woensdag om half vier voor de laatste
keer aan een overtocht begint. Hij op
pert: „Ik heb ik de loop der jaren al zo
veel zien veranderen... Gelooft u mij,
niets blijft gelijk. Ook Vlissingen/Bres-
kens en Kruiningen/Perkpolder hebben
volgens mij hun langste tijd gehad. Want
die vaste oeververbinding over de Wes-
terschelde wordt ook nog wel gebouwd.
En elke dijk of brug méér, neemt een
stukje klandizie van het veer mee. Zo is
het in Zijpe ook gegaan". Peinzend: „Er
komt overal een eind aan, ook aan De
Zijpe. Daar heb je je maar bij neer te
leggen".
PAUL KOOPMAN
Amerika, het land van de
onbegrensde mogelijkheden.
Verslaggeefster Maraga Rijerse
dwaalde er enkele weken rond en
deed er tal van indrukken op.
Onder meer in Salt Lake City, het
centrum van de Mormonenkerk.
Eenmaal thuis werd ze er nogmaals
aan herinnerd.
SALT LAKE CITY/DEN HAAG - Het
gebeurde precies zoals was voorspeld.
Ruim vijf weken na een bezoek aan Salt
Lake City in de Amerikaanse staat Utah,
het mondiale centrum van de Mormo
nenkerk, gaat thuis in Den Haag de bel.
Twee jongemannen, keurig gekleed in
zwart pak, wit overhemd en zwarte
stropdas, denken een zieltje te kunnen
winnen. Tevergeefs.
In Salt Lake City was er al voor gewaar
schuwd: schrijf nergens je naam en adres
op. Maar ja, zonder legitimatie is het nu
eenmaal niet mogelijk een hotelkamer te
krijgen. Dat moet dan ook de verklaring
zijn dat de twee jonge missionarissen de
voormalige bezoeker aan de andere kant
van de aardbol feilloos weten te localise-
ren.
Deze missionarissen zijn over het alge
meen jongens van begin twintig die,
twee aan twee, door de Mormoonse kerk
de wereld in worden gezonden om het
geloof te verspreiden. Het gebied waar
ze worden gestationeerd bestrijken ze
per fiets. Ze moeten zich beperken tot
hun zendingsopdracht, andersoortig con
tact is verboden. Het moeten afpoeieren
van deze jongens, die waarschijnlijk tal
van ontberingen reeds achter de rug heb
ben, roept een gevoel van medelijden
op. Toch gaat de deur dicht.
Alcohol taboe
Van de anderhalf miljoen mensen die de
staat Utah (vele malen groter dan Ne
derland) bevolken is bijna drie vierde lid
van de Mormoonse kerk, voluit de
Church of Jesus Christ of Latter-day
Saints genoemd. In het Hollands luidt
de officiële benaming: de Kerk van de
Heiligen der Laatste Dagen. Deze uit het
christendom voortgekomen religieuze
De tempel van de Mormonen in Salt Lake City. FOTO: SP
beweging met haar grote hoeveelheid ei
gen wetten en regels, ontstond in 1830.
In dat jaar beweerde grondlegger Joseph
Smith door openbaring van de engel
Moroni een boek van de profeet Mor
mon te hebben ontdekt, waarin een
spoedige terugkeer van Christus wordt
voorspeld.
Door de buitenstaander wordt het Mor
moonse geloof letterlijk vol ongeloof be
keken. Zo is het Mormonen verboden
om alcohol te gebruiken. Maar in Salt
Lake City kunnen niet-Mormomen ster
ke drank en wijn kopen in zogenaamde
staatswinkels. In hotels en restaurants is
het mogelijk te drinken, maar de drank
moet wèl zelf worden meegenomen en
op tafel prijkt een kaartje met de veront
schuldiging dat de ober het glas niet zal
inschenken. Overigens is het de vraag of
het alcohol-verbod in de beslotenheid
van het eigen huis of de hotelkamer toch
niet stiekum wordt overtreden. Naar
verluidt stijgt de alcohol-verkoop tot een
recordhoogte wanneer de kerk er zijn
jaarlijkse vergadering houdt en i
digden vanuit de hele wereld naar Salt
Lake City stromen.
Niet alleen alcohol is taboe, roken is
eveneens verboden, zodat je veel men
sen ziet pruimen. Jarenlang was het de
gelovigen evenmin toegestaan koffie te
drinken. De opheffing van het verbod
op het gebruik van caffeine had, zo luidt
het verhaal, een commerciële reden. De
kerk, die over flink wat financiële mid
delen beschikt, zag dat op de beurs veel
te verdienen viel met aandelen Coca
Cola.
De interpretatie van ge- en verboden is
overigens simpel. Wat de ene dag nog
verboden is, kan de andere dag weer zijn
toegestaan. Een mooi voorbeeld is te
vinden in het basketballteam van Salt
Lake City. Basketball kan zich sinds en
kele decennia verheugen in een ongeken
de populariteit in de Verenigde Staten.
De Mormonen lukte het in eerste instan
tie echter maar niet om successen te be
halen. De reden was eenvoudig: het was
zwarten met toegestaan om tot de kerk
toe te treden, dus kwamen ze ook niet in
de sportteams. Maar om in de top mee
te kunnen draaien had men de „blacks"
toch nodig. Het dilemma werd als volgt
opgelost: de bisschop kreeg een visioen
waarin hem te kennen werd gegeven, dat
zwarten tot de kerk konden worden toe
gelaten.
Vrouwen
De Mormoonse kerk beheerst vrijwel
het hele dagelijkse leven van de mensen
in Salt Lake City. Hoewel in de Ameri
kaanse grondwet kerk en staat geschei
den zijn, is de (indirecte) invloed van de
Mormonen op het politieke leven in de
staat aanzienlijk. Achter de schermen
wordt met name druk uitgeoefend op de
meer behoudende Republikeinse partij.
De doorsnee Mormoon denkt Republi
keins. Een Democratische kandidaat in
Utah kan alleen succes hebben als hij
laat zien een goed Mormoon te zijn. „De
saamhorigheid van de kerk betekent hier
voorzichtig zijn, geen risico's nemen. In
feite maakt het niet uit wat je zegt, maar
wie je bent", zegt een woordvoerder van
de Democraten.
Een vrouw die een politieke loopbaan
ambieert heeft over het algemeen weinig
kans in Utah. Als ze zich al kandidaat
stelt, zal ze in ieder geval met een „goed
en voor honderd procent" Mormoon ge
trouwd moeten zijn. Ze moet kinderen
hebben maar die dienen wel het huis uit
te zijn, anders wordt ze als „ontaarde
moeder" bestempeld. Bovendien moet
ze de steun hebben van haar familie. Als
die het niet met haar eens is, kan ze een
politieke carrière gevoegelijk vergeten.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat
het aantal vrouwen in de Senaat en het
Huis van Afgevaardigden van de staat
Utah nauwelijks een procent bedraagt.
Hemelplaats
De gemeenschap der Mormonen bestaat
in Salt Lake City met name uit een wel
varende elite. Dat is niet zo verwonder
lijk, want ieder kerklid behoort tien pro
cent van zijn inkomen aan de kerk af te
staan. Met die financiële bijdrage wordt
nu reeds vóór na de dood een plaats in
de hemel gereserveerd! Mede om die re
den schuiven ook de minder draagkrach
tige gelovigen maandelijks een deel van
hun toch al karige loon af. Veel kleurlin
gen geloven bovendien dat zij door deze
bijdrage in een volgend leven blank zul
len zijn en de kerk spreekt dit niet tegen.
Onze begeleider, geboren en getogen in
Salt Lake City, spreekt van hypocrisie.
„Er valt niet meer tegenop te boksen. Ik
heb vier kinderen. Van de zomer verhui
zen we naar Californië, want ik kan mijn
kinderen in deze omgeving geen toe
komst bieden. Ze groeien op in een we
reld vol trauma's en verboden. Kinderen
van Mormoonse ouders worden strak
gehouden. Seks is taboe, vooral vóór het
huwelijk. Maar wist je dat het aantal ge
dwongen huwelijken als gevolg van on
gewenste zwangerschappen hier het
hoogst is van heel Amerika?".
MARGA RIJERSE
door Piet Snoeren
Na beroepshalve in de Groote Peel te zijn
geweest, voor eigen plezier even bij de
Mariapeel langs gewipt, een eind
verderop. Begrijp goed, niks tegen de
Groote Peel, alleen de naam van het
bezoekerscentrum al: Mijl op Zeven. En
de wijze waarop de samenstellende delen
van het natuurreservaat heten. Aan het
Elfde. Meerbaarsblaak. Het Eeuwige
Leven. Namen die klinken als het klokje
dat in het oude lied oproept tot bee en tot
dank. Maar de Mariapeel, tja, de
Mariapeel is péélser. Meer een Peel zoals
een peel dient te zijn. Zompiger, dat is
het woord. Geen knuppelbruggetjes
waarop van die marsepeinen bruidsfoto's
te maken vallen, het patent van de
Groote Peel. O nee. Wie de Mariapeel
binnengaat, vraagt om een nat pak.
„Niet over de Mariapeel schrijven",
verzocht de woordvoerder van de Groote
Peel. „Het zou de mensen maar op
fedachten brengen". Bij deze dus. Ah, de
lare, Maria-blauwe luchten boven de
Mariapeel. Het vergezicht rondom over
einderloos moerasland waarin
schimmige berken zieltogen, hun
stompen een stomme schreeuw om
genade. Hardvochtig, de Peel die de zoete
naam draagt van Maria.
Dubbel jammer dat in de verte een
slagorde van hoogspanningsmasten de
wrede idylle verstoort. Niet zo erg als
hoogspanningsmasten zulks doen in dat
andere reservaat van globale betekenis,
de Biesbosch, daar gaat een mens van
ellende om een kettingzaag gillen, maar
toch. Zou dat nou echt niet anders
kunnen? Zoals ze het in Californië doen?
Daar ooit in het kader van een
reisreportage langs het strand gewandeld
met de burgemeester van San Diego. Hij
droeg een driedelig Maria-blauw
maatkostuum waarbij zijn witte
molières, de hagelwitste ter wereldop
verbluffende wijze afstaken. Een moedig
man. ïn zee staken ondertussen de
verrukkelijkste eilanden vol wuivende
palmen af tegen het Maria-blauwe
gekabbel'der golfjes en ook dit was
verbluffend, want uit niets op de kaart
van Californië bleek dat zich ter plaatse
een subtropische archipel diende te
bevinden. „Klopt", grijnsde de
burgemeester van San Diego die slechts
met Sam aangesproken wenste te
worden, zijn hagelwitte kronen bloot.
Wat jij daar ziet, Piet, zijn
booreilanden. Jullie willenboren, ja?,
heb ik tegen de oliebovs gezegd. Okee.
Maar niet over mijn tijk. En een politiek
lijk ben ik wanneer de badgasten straks
uit San Diego wegblijven omdat ze tegen
dat oud roest van jullie aan moeten
kijken. Maak dus iets idyllisch van jullie
booreilanden. Schilder ze groen en zet er
palmen op".
Aldus geschiedde. Iedereen content. Nu
kan men van hoogspanningsmasten
boven de einder van de Mariapeel
bezwaarlijk wuivende palmen maken,
het idee, de taiga-rietganzen helemaal
uit Siberië die er overwinteren, zouden
zich een rolberoerte schrikken. Maar een
paar knappe beuken? Of een eindeloze rij
populieren in de stijl van „Denkend aan
Holland", zo zompig door Marsman
gedicht? En op de hoogspanningsdraden
zuurbestendige plakzwaluwen?
Burgemeester Sam van San Diego zou
wel raad weten.
Vervuld van dit soort bespiegelingen
ongemerkt in Griendtsveen beland, ooit
een Peelwerkersdorp, Vincent van Gogh
schijnt er nog van die als Pee/berken
kromgegroeide turfstekers te hebben
geschetst, nu een aangenaam
pleisterpunt na het doorzwerven van de
Mariapeel. Twee mannen aan de toog,
de een achter wat op z'n Brabants een
bakske leut heet, de ander achter een
bokbier. „Het slechtste bier van de hele
wereld", zit de eerste een
woordenwisseling uit te lokken. Wat ze
in de brouwerij aan drab overhouden,
schrapen ze bij elkaar en daar brouwen
ze bokbier van. Net zoals Je vroeger voor
een paar dubbeltjes zo'n baal shag van
een halve kilo kon kopen. Het veegsel
van de tabakszolders. Ik heb het bocht
zelf nog gerookt. Want het was vroeger
armoe, hoor, in de Peel".
De man achter het bokbier echter heeft
geen zin in de discussie en wendt zich tot
de nieuwkomer. „Als ge geïnteresseerd
zijt in de Peel van vroeger, heb ik een
paar sterke verhalen", offreert hij. „Het
hoogste percentage zedenmisdrijven van
het land hadden we in de Peel",
overbiedt het bakske leut. Weet ge
bijvoorbeeld waarom ze in Asten hier
vlakbij van oudsher kerkklokken
gieten?", laat het bokbier zich andermaal
niet van de wijs brengen. Tot in deze
eeuw toe kwamen er heksen voor in de
Peel. Vrouw Derks uit Helenaveen stond
als zodanig bekend. Ze behekste, weten
sommige streekbewoners nog te vertellen,
het schoolmeisje Marietje Coppens. Die
liep 's nachts dikwijls zomaar door het
veen en ze hebben met eigen ogen gezien
hoe ze, door op haar knie te slaan,
vlinders en kikkers kon toveren. Nou,
heksen waren als de dood voor
kerkklokken. Ze probeerden ze bij nacht
en ontij uit de torens te stelen en in een'
veenput te dumpen. Daarom zorgden ze
in Asten dat ze steeds een voorraadje
hadden". Sterke verhalen, wat heet.
Maar waarom ze deze zompige lap Peel
ooit de zoete naam van Maria gegeven
hebben?