Relaas over de rol van heel wat Woubruggenaars in Rampjaar 1672 Slagwerkfestival gedeeltelijk op waterpodium ^Koninklijk goud Ivoor zuster Aker Geen verhoging reinigingsrechten Project met werkervarings plaatsen verloopt moeizaam A li, LEIDEN OMGEVING CcidócSomont VRIJDAG 1 JUU 1988 PAGINA 13 Op mijn omwegen door stad on land kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou Willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 - 12 22 44 op toestel 10. In nr.l, achtste jaargang, van De Jacobsladder, een zoge noemde kwartaaluitgave van de bloeiende Woubrugse His torische Vereniging „Otto Cornelis van Hemessen", trof ik het slot aan van „De vondst door O.C.van Hemes sen van documenten met be trekking tot Woubrugge uit het Rampjaar 1672". Het was een artikelenreeksje van de hand van Hans van der We reld, secretaris en redacteur van de Vereniging, die, zoals velen zullen weten, de hele Rijnstreek historisch gezien in z'n broekzak heeft. Ik heb 't al eerder beweerd: waar Van der Wereld, de diepgra- ver pur sang, wat ruikt, daar duikt hij de eeuwen in. In deze rubriek (15 januari j.l.) stond al het een en ander te lezen over de barre en boze dagen van 1672, toen met de lelie over het paard getilde Fransen en twee krijgshaftige opvolgers der Apostelen te paard (de edele bisschop van Münster en de nog schatrijker, met tal van paleizen in het Rijnland be giftigde, vorst-aartsbisschop van Keulen) uit naijver onze nog jonge republiek der Ver enigde Provincies onder de voet dreigden te lopen en van de aardbodem wensten weg te vagen. Ook in de buurt van Woubrugge, zo rond Alphen en Zwammer- dam, was het goed raak in die dagen. Van Hemessen heeft zich daar terdege mee beziggehouden en Hans van der Wereld heeft, als zijn dis cipel, bekwaam de verschil lende documenten verwerkt in een doorwrocht historisch overzicht. Een Rampjaar maak je niet al te vaak mee. Daar mag je best eens bij stil blijven staan en ervan smul len. Bij nader inzien. „De oorlogsverrichtingen in deze streek geven ons een in zicht in de houding die Wou brugge innam gedurende een zeer kritische, zeg maar kri tieke. periode in onze vader landse geschiedenis. De na men van vooraanstaande personen, onder andere het handschrift van natuurkun dige en diplomaat Huygens, ook staatsman en stut van Oranje, met een onderteke ning van prins Willem II in een schrijven aan de schout en het gerecht van Woubrug ge, bewijzen dat de ligging van Woubrugge achter de waterlinie, bij het centrum van Alphen, van grote bete kenis was". Amsterdam (het was Oranje en het is Oranje, maar pas laat de rijke Spanjaard de rug toegekeerd) gaf in die ver warrende tijd het goede voorbeeld van een aangebo-, ren onverzettelijkheid en stuurde z'n, desnoods ongeïn teresseerde, gewapende man nen bij bosjes naar de gren- Gezicht op de Ned.Herv. Woubrugse kerk (de eerste protestantse kerk in Nederland) in 1686, veertien jaar na het „Rampjaar 1672". foto: pr zen der bedreigde Hollandse provincie. Maar oorlogvoeren kost nu eenmaal enorm veel geld. Daar waren de belastin gen goed voor. Een biliet van 15 april 1672, kort na het be gin van de inval, gezonden aan de schout en ambachts bewaarders van Esselijker- woude, vermeldde de bijdra ge te voldoen, door elke in woner van Woubrugge voor de tweehonderdste penning aan te slaan. Lang niet ieder een ging daarmee akkoord en men kwam in verzet te gen deze verplichtingen. „Sommigen hadden zich met plezier geschikt naar de ver overaar, mits de beurs daar van maar geen schade onder vond", schrijft Van der We reld. Er was nog maar weinig vaderlandsliefde onder de 17e eeuwse poorters. Maar als je eenmaal met z'n allen een republiek bent geworden, zul je daar al ben je nu nog zo individualistisch iets aan moeten doen. Dat deden ze dan ook. Schutters wet kogels De plattelandsbevolking moest bewapend worden. Ja wel. Elke kapitein kreeg op dracht ervoor te zorgen dat elke schutter en er waren wat „schutters" bij, destijds een pond buskruit en 50 loden kogels in huis zou heb ben. Bovendien moest iedere kapitein voor elke schutte rende schutter een zakje met 50 reservekogels thuis heb ben, teneinde deze bij een plotselinge overval aan zijn manschappen ter hand te kunnen stellen. Wie zonder geldige reden afwezig was bij de oefening kon 20 stuivers boete betalen. Al gauw werd er elke week geoefend; al leen zieken en doopsgezinden kregen verlof de oefeningen te verzuimen, maar de laat- sten moesten wel een behoor lijke contributie opbrengen. De drilmeesters hadden han den vol werk (maar van boe ren maak je nog geen solda ten; daar hadden ze later in de Amerikaanse Vrijheids oorlog ook al moeite mee) en de schout van Woubrugge moest er ook nog voor zorgen dat elke tiende man uit het dorp met spade en schop ging werken bij de Vecht om daar de verdedigingswallen te versterken. Die schout, tevens kapitein over de Woubrugse compag nie, was een zekere Johannes Capoen. Jan Capoen stond onder direct gezag van kolo nel C.van Schellingerhout, die als standplaats het nabij gelegen Oudshoorn had. De gecommitteerde heren in Den Haag gaven in paniek de ene order na de andere aan de commandanten uit. Zo werden vrijwilligers opgeroe pen om voor 10 stuivers per dag naar de IJssellinie te gaan om die tegen de Fran sen te beschermen. Geen vrijwilligers?, dan moest er geloot worden. Hoe dan ook, de IJssellinie werd door de geregelde en getrainde Fran se troepen opgerold. In Den Haag was men radeloos en redeloos en het land, nog ba dend in z'n Gouden Eeuw, scheen reddeloos. De Staten hadden opeens Oranje weer nodig. Willem II, hoewel geen stadhouder meer, werd opperbevelhebber van het le ger der republiek en hij werkte er hard aan. Het was nog in een tijd, dat de Oran jes Nederlands spraken. In Woubrugge ontving men de mededeling, dat daar het „Aalsmeerse regiment" zou worden ingekwartierd en dat men alles moest doen om goede logementen in orde te brengen. De plattelanders, de boeren en vissers, ook die van Wou brugge, moesten geactiveerd en elke onwilligheid diende voorkomen te worden. Op 15 januari 1673 kwam de in kwartiering van de Aals meerders. Wie de nationale zaak trachtte te sabotteren kon op de galg rekenen. Het was Willem II heilige ernst. Het volk zo was ook Hans van der Wereld wel duidelijk geworden schikte zich echter niet steeds naar de prinselijke bevelen. Het mor de en richtte dreigementen aan het adres van Oranje, be ledigde de brave Willem ook wel, met „vreeselijke vloe ken ende schelden". De „hooligans" van vlak vóór de koning-stadhouder Willem III met z'n Mary roerden zich een wijle. Maar het ge zag werd gehandhaafd, ge heel volgens Oranje's devies: Je maintiendrai! „En menig lijk aan een knotwilg was het „EN MENIG LIJK HING AAN DE KNOTWILG; MEN GING NIET EINDELOOS DOOR MET WAARSCHUWEN sprekende bewijs dat men niet eindeloos doorging met waarschuwen", aldus Van der Wereld, die er, als steeds, een waar genoegen in schept met rekeningen en andere documenten in 17e eeuws Nederlands te komen opdra ven. Enfin, ook Joost van den Vondel was tevens boek houder. Franse misrekening Halverwege 1672 bracht de heerlijkheid Esselijkerwoude, heer o heer, 297 mannen tus sen 18 en 60 jaar op, die inge zet konden worden voor de strijd. Het rampjaar is aan Woubrugge niet onopge merkt voorbij gegaan. Ook Woubruggenaren deden hun dienst, tegen wil en dank. Echte vaderlanders, eind 17e eeuw, toen nog niet zo hecht aaneengesmeed. Hans, in z'n geschiedvorsende ijver, be schrijft ook nog de inval in Holland in de winter van '72, toen de Franse bevelhebber, de ontiegelijk vervelende en bloeddorstige monsieur Luxembourg in dienst van de Zonnekoning, met 100 vaar tuigen uit Woerden via Mij drecht (je zou zeggen: waar om nam ie geen andere weg?; maar ach, er waren nog geen andere wegen) naar Den Haag wilde trekken om daar de stad in brand te steken. Onze prins had het spelletje door en nam z'n maatregelen die Luxembourg er toe noop ten van zijn voornemen af te zien. De Fransman, evenwel, kwam toen op de gedachte de tocht dan in godsnaam maar over het volop aanwezige ijs te laten plaatsvinden. Op 27 december '72, bijna op Onnozele Kinderen, rukte hij op met 9000 van de 16.000 man infanterie en 1400 man van de 1700 cavaleristen die tot z'n beschikking stonden. Daarmee rukte hij Holland binnen. Namens zijn mo narch meende hij dat het maar eens uit moest zijn met die onbeschaafde boerenfrat- sen van een steenrijke econo mische lastpost in de Lage Landen, les Pays Bas, buiten de Spaanse Nederlanden. Münster en het Verenigd Ko ninkrijk dachten er ook zo over, met een machtspositie voor ogen. „Maar", zo signa leert Van der Wereld met enige voldoening, „maar op die dag, de 27ste, begon het te sneeuwen en nam de vorst af. Het ijs werd te zwak". Over dat ijs werd met de Franse kolonne nog wel Zeg veld bereikt, maar daar kwam men opeens voor een wetering te staan die niet be vroren was. De Fransen sloe gen met hun genie bruggen, wat veel oponthoud gaf. Maar men „geraakte niettemin tot Nieuwkoop", alwaar een compagnie Staat se infanterie lag die de Fran- zosen op een „stevig vuur" onthaalde. De Fransen die toch al de mediterrane tem peraturen van de Provence prefereerden dropen af .(dat moet een mooi gezicht voor de tegenstander zijn, dat afdruipen) en belandden via veel „merde alors" een kade bij Zwammerdam waar net de brug opgetrokken was. Niettemin toonden de Franse scharen nog aardig wat mili tair inzicht (Luxembourg en hun hele opleiding van Vive la France was niet zomaar niks) en ze voeren met schui ten naar de overkant en lie ten daar de brug neer. Die fratsen zouden de Duitsers immers in 1940 ook uithalen. Goed, aan de overkant waren enkele Staatse manschappen die prompt op de vlucht sloe gen en daar stonden de man nen van Luxembourg als een stel doorgefourneerde water geuzen toch maar' mooi even tjes op de Hoge Rijndijk, al was het via een flinke om weg. Van der Wereld en zijn al dan niet amateur- geschied kundige collega's vermoeden, en vermoedden al eerder, dat Luxembourg bij gebrek aan kennis van de landstreek te veel noordelijk is getrokken en aldus bij Nieuwkoop was uitgekomen. Maar tenslotte heeft Oranje het toch kunnen klaren in dat 17e eeuwse ran cuneuze „toernooi". Op de grens van Willem III, ko ning-stadhouder. Via een „Vrede". Het toekomstige „Nederland" was door het oog van de naald Aldus de „Vondst Hemessen", waarop Van der Wereld hoopt later te kun nen voortborduren. Steeds blijkt maar weer, dat ook Woubrugge steeds z'n steen tje bijdraagt, de hele historie door. Met dank aan de histo rische vereniging en aan de legendarische veldwachter- historicus Otto Cornelis van Hemessen, haar veelgeprezen profeet. En dank aan zijn vi caris Hans van der Wereld. LEIDEN Voor de derde keer wordt zaterdag het Leids Slagwerkfestival gehouden. Speelde het festival zich voorheen alleen in de Waag af, dit jaar is 's mid dags ook het waterpodium erbij getrokken. Doel van het slagwerkfestival is een gevarieerd aanbod van slag werk- en percussiegroepen onder de aandacht van een breed publiek te brengen. Als eerste treedt zaterdag vanaf 14.00 uur de jazzdrummer Wil lem 'Afrikit' Jansen op. Deze drummer imiteert volgens eigen zeggen een heel Afrikaans dorp op zijn Afrikit, een drumstel v^n verschillende Afrikaanse instrumenten, rammelaars, zin gend hout, bellen en eigen uitvindingen van Willem Jansen. Vanaf 15.00 uur betreedt de Leidse percussiegroep Djemga's het waterpodium. De groep speelt Afro-Antilliaanse muziek op djemba's en conga's. De vier groepsleden luisteren de percussie op met meerstemmige zang. Het avondprogramma speelt zich af in de Waag en begint om 20.15 uur met een optreden door de Slagwerkgroep Den Haag die drie werken van de componist Steve Reich ten gehore brengt. De Guinese groep Africa Soli brengt vervolgens traditio nele muziek uit Guinee die bij gebeurtenissen zoals geboorten, huwelijken en oogstfeesten gespeeld wordt. De groep Slagerije van Kampen sluit het festival af met een speciaal voor de gele genheid gecomponeerd concert vanaf vier speciaal gebouwde to rens rond het water bij de Hoogstraatkelders. Kaarten voor het avondprogramma in de Waag zijn dagelijks van negen tot vijf en zaterdag van negen tot twaalf uur 's mid dags verkrijgbaar bij Bureau K&O, Oude Vest 45. De toegang kost een tientje. Leden van K&O betalen negen gulden en CJP- houders zeven gulden vijftig. LEIDERDORP De reinigingsrechten in Leiderdorp be hoeven waarschijnlijk op 1 januari 1989 niet te worden ver hoogd. Dat deelde wethouder J. Bezemer (PvdA) gisteravond mee in de commissie financiën. Bezemer ontleende zijn optimistische verwachting aan een verlaging van de kosten voor huisvuilverbranding. De wet houder van financiën, die zijn laatste vergadering van de commissie voorzat op 5 séptember neemt hij afscheid meldde, dat de Gevulei van plan is volgend jaar de tonprijs voor aangeboden huisvuil te verlagen. De verlaging is moge lijk geworden door een vergroot aanbod van huisvuil. In Lei derdorp wordt met vorig jaar vergeleken 10% meer huisvuil opgehaald. Het gemeentebestuur heeft daardoor op 1 juli van dit jaar de reinigingsrechten moeten verhogen. Een tweede verhoging op 1 januari 1989 werd alvast aangekondigd. Deze kan nu in verband met een verlaging van de tonprijs wel licht achterwege blijven. 14 BU AFSCHEID DIRECTRICE HUIZE JACOBUS «^ROELOF ARENDSVEEN Zuster A. Aker doet anniet moeilijk over het feit or.dat zij vanaf vandaag niet "langer de scepter zwaait over Huize Jacobus in Roelof arendsveen. „Ik mijn werk met ver introuwen over aan mijn op- jnvolger". Zuster Aker (60) sluit een arbeidzame pe- in haar leven af en nagaat genieten van de ai jkEen bekroning op haar werk is eide koninklijke onderscheiding lijdie zij vanmorgen ontving uit van burgemeester A.H. Meerburg. Hij speldde de zuster eremedaille in goud in de lëOrde van Oranje Nassau op. :dHaar opvolger is de heer J.J. xjvan der Valk. „Ik denk dat dHuize Jacobus aan hem een goede directeur heeft. Er veel dingen veranderen, zjmaar dat zou ook bij mij ge- Dbeurd zijn". Huize Jacobus iJneemt namelijk een steeds be- d langrijker plaats in bij het Flan- kerend Ouderenbeleid. In dit wordt ondermeer tijdelij- jkke opvang van alleenstaanden iigeregeld, alsmede het „open ta- i(4el-project", de maaltijdverzor- Iging aan huis genaamd „Tafel- 1.tje-dek-je" en het bejaardena- d larmeringssysteem. Allemaal UZaken die vanuit Huize Jacobus worden verzorgd en heel wat organisatievermogen, aanpas sing en creativiteit vergen. Gastvrij Zuster Aker heeft er altijd ple zier in gehad om Huize Jacobus gastvrij te laten overkomen. Als er wat bijzonders in de recrea tiezaal te beleven was, maakte zij nooit problemen wanneer de kinderen of kleinkinderen van de bewoners er bij wilden zijn. Iedere zaterdagmiddag werkt een ploeg vrijwilligers met man en macht om de recreatiezaal van het bejaardentehuis om te toveren tot een sfeervolle kerk zaak Dat dan ook andere bewo ners van Roelofarendsveen naar de „kerk" komen, is haar des te liever. Ze huldigt het al oude standpunt „hoe meer zie len hoe meer vreugd". Zuster Aker is als oudste van dertien kinderen geboren en getogen in het Westfriese dorp Zwaagdijk, gemeente Wervers- hoof. Op twintigjarige leeftijd ging ze in Alkmaar „in de ver pleging". Ze zou daar tot en met 1952 blijven. Toen solliciteerde ze in een ziekenhuis in Bussum en haalde daar de felbegeerde kraamaantekening. In 1954 be haalde ze in Amsterdam de wij- kaantekening, waarna ze wijk verpleegster werd in Den Haag. Daar werkte ze tussen 1955 en 1972 in de beruchte Schilders wijk. Haar naaste collega in die tijd was Zuster Van der Valk, Zuster Aker geeft haar werk met vertrouwen over aan haar opvolger, de heer J.J. van der Valk. foto wim van noort met wie ze in 1972 solliciteerde bij Huize Jacobus, dat toen nog was gehuisvest in een bijna tachtig jaar oud gebouw. Gelukkig voor de bewoners van Huize Jacobus verliep de sollicitatieprocedure gunstig: Zuster Van der Valk werd di rectrice en zuster Aker hoofd verzorging. Ze volgden in die functies de kloosterzusters van J.M.J, op, die hun werkterrein verlegden naar het zuiden van ons land. In de jaren die komen zouden, werd een compleet nieuw Huize Jacobus gebouwd. „We hebben volop meegedacht en meegeholpen en daardoor is Huize Jacobus echt een beetje „ons" huis geworden", vertelt zuster Aker, die haar vriendin in 1981 opvolgde als directrice. Veense Zuster Aker is in de bijna zes tien jaar dat ze nu in Roelofa rendsveen woont en werkt, een echte Veense geworden. „Ik blijf in Roelofarendsveen wo nen, we hebben er een uitge breide kennissenkring, een fijn huis en een mooie omgeving. Ik zou niet weten wat ik elders nog. zou moeten zoeken", aldus de tevreden en altijd montere zuster Aker. De scheidende di rectrice heeft hoge verwachtin gen van de komende tijd. „Niet meer elke dag van alles moeten doen, of je zin hebt of niet. Ik wil eens lekker niets doen, op mijn gemak gaan winkelen, flinke einden fietsen, televisie kijken en handwerken". Vol gend jaar gaat ze op familiebe zoek in Brits Borneo. „Daar verheug ik me enorm op". Huize Jacobus en zijn 61 bewo ners en 35 personeelsleden (parttimers inbegrepen) vergeet ze in de komende tijd zeker niet. „Eerst wat afstand nemen, maar daarna zal ik me bij spe ciale evenementen echt wel weer laten zien". Wie afscheid wil nemen van zuster Aker is vanavond welkom op de recep tie tussen half zes en zeven uur in Huize Jacobus. Morgenmid dag wordt er in de recreatiezaal een H. Mis uit dankbaarheid opgedragen. Ook dan zijn vrienden en bekenden van zus ter Aker van harte welkom. ELLEN VERHAAR LEIDEN Het project Wer kervaringsplaatsen, dat vorig iaar van start is gegaan, ver loopt moeizaam. De opzet van de initiatiefnemers de ge meente Leiden, het arbeidsbu reau en de stichting Werkgele genheid Leiden was om jaar lijks 120 werklozen aan werk ervaring te helpen. De twee medewerkers van het project denken nu dat voor hooguit zestig werklozen per jaar een tijdelijke baan gevonden zal kunnen worden. In de begelei ding van de deelnemers aan het project gaat meer tijd zitten dan verwacht, zo melden de mede werkers in het eerste jaarver slag. In de periode mei 1987 tot mei 1988 zijn in totaal 51 werklozen aan een zogenaamde werkerva ringsplaats geholpen. Ze kon den aan de slag bij bedrijven en non-profit organisaties in Lei den en omstreken. De werker varingsplaats is bedoeld om werklozen zonder werkerva ring meer kans op de arbeids markt te geven. Ze verrichten wat aanvullend werk bij hun werkgever en kijken een beetje rond in de organisatie. Drie be geleidingscommissies houden in de gaten of de werkervarings plaatsen geen arbeidsplaatsen of stageplaatsen verdringen. De beide medewerkers van het project werken bij het vinden van geïnteresseerde werkge vers en werklozen nauw samen met het Gewestelijk Arbeidsbu reau. In het afgelopen jaar wer den 488 werklozen uitgenodigd voor een gesprek. Bijna 130 wa ren geïnteresseerd, maar slechts 51 kwamen in een werkerva ringsplaats terecht. Die 51 werklozen die uiteindelijk er gens tijdelijk aan de slag kwa men, waren over het algemeen langer dan een jaar werkloos. Hun opleiding liep uiteen van LBO tot universiteit. Acht von den een baan, 37 zaten vorige maand nog altijd op de werker varingsplaats en de rest haakte om verschillende redenen af. De beide medewerkers die voor het project zijn aangetrokken geven een paar redenen voor het achter blijven bij de ver wachtingen. Zo verliep de aan loop in het project moeizaam en bleek het moeilijker te zijn om werkervaringsplaatsen te vin den dan normale vacatures. Bo vendien vroegen de werklozen die geplaatst waren om meer begeleiding dan vooraf was in geschat. Daardoor bleef er min der tijd over voor het zoeken naar dergelijke plaatsen. Ook nam het beoordelen door de drie commissies erg veel tijd in beslag en waren ze vrij on- verspelbaar in hun oordeel. „Met werkgevers en werkne mers zijn daardoor nauwelijks afspraken te maken", aldus de medewerkers in het jaarver slag. Ze hebben ook kritiek op het feit dat de toetsingscommis sies verlenging van de werker varingsplaats vaak afwijzen. Naar hun oordeel is de werklo ze de dupe, omdat het vaak raadzaam is hen langer erva ring op te laten doen. GROEN LICHT VOOR HERINRICHTING DORPSSTRAAT ZOETERWOUDE De her inrichting van de Zoeterwoud- se Dorpsstraat blijft onderwerp van discussie in de gemeente raad. Ook gisteravond bij de beschikbaarstelling van een krediet van bijna 350.000 gul den werd er weer langdurig over gesproken. Uiteindelijk kwam het licht wel op groen, maar de VVD stemde tegen vanwege de hoge kosten ter wijl het CDA grote bedenkin gen had over de ramingen, die bij herhaling te laag blijken te zijn. De fractie van de progres sieven was direkt akkoord. CDA-fractielid Roessen noem de de kosten voor de herin richting te hoog. „Op 10 mei hebben we in commissiever band nog gesproken over een bedrag van 250.000 gulden en in het investeringsplan 1989- 1991 wordt óók dat bedrag ge noemd. Nu worden we ineens geconfronteerd met een be drag van 342.700 gulden. Voor een mooi en leefbaar Zoeter- woude willen we veel geld be schikbaar stellen maar wel zonder verrassingspakketten"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 13