Bedwelmend mooie tuinen in Limburgs dorpje Arcen Pronken met Paludanus' veren 'CeidóeSoiwcwit" ZATERDAG 21 MEI Boven: In kassen is de vegetatie van het Middellandse-Zeegebied bij el kaar gebracht. Rechts: Rododendrons, azalea's, rozen; altijd bloeit er wel wat in de Kasteeltuinen van Arcen. FOTO'S: PR De officiële opening is pas over ruim een week, op dinsdag 31 mei. Maar nu al staan de poorten van Neerlands nieuwste recreatiepark voor het publiek open. Afgelopen woensdag werden de eerste bezoekers verwelkomd in „Kasteeltuinen Arcen", een 32 hectare groot landgoed waarin tuinen zijn aangelegd in alle mogelijke variaties van Chinese en Japanse tot Engelse, Franse en Middellandse-Zeetuinen toe. Het dorpje Arcen, dat deel uitmaakt van de gemeente Arcen en Velden, ligt in Noord- Limburg, circa twaalf kilometer ten noorden van Venlo en ruim vijftig kilometer ten zuiden van Nijmegen. De parkeerplaats biedt parkeergelegenheid aan circa 1200 auto's en dertig bussen: in eerste instantie voldoende voorde ongeveer vierhonderdduizend bezoekers, die hier jaarlijks verwacht gaan worden. Het park is tot in het najaar geopend. De entree bedraagt elf gulden per persoon. Voor meer informatie: Kasteeltuinen Arcen, tel. 04703-1882. ARCEN - Wie een jaar of twee ge leden zijn oor te luisteren legde in een van de vele kroegen die het Limburgse Maasdorp Arcen rijk is, kon getuige zijn van verhitte dis cussies aan de stamtafels. Geïnspi reerd door enige glazen geestrijk vocht werd door voor- en tegen standers fel gestreden over de vraag of de „Kasteeltuinen Arcen" een zegen of een ramp zou zijn voor het ruim 2500 zielen tellende plaatsje. Een groep inwoners zag er niet zoveel in, bang voor een ware toeristeninvasie, bang voor een onafzienbare zee van in het dorp geparkeerde auto's en bang dat het gedaan zou zijn met de zo gewaar deerde rust. Dat verzet lijkt, nu het park klaar is, verstomd. Arcen is eigenlijk best ingenomen met het 32 hectare grote tuinencomplex met bomen, planten en bloemen uit heel Europa. De tuinen zijn romantisch gelegen op het statige land goed van het uit circa 1750 daterend kasteel. „Het hele project, een perma nente tentoonstelling van zoveel ver schillende planten op één plek, is uniek voor Nederland èn voor Europa", zegt heer H. Walraven, directeur van de Kas teeltuinen Arcen BV, de firma die het 32' miljoen gulden kostende project exploi teert. Delen Het complex bestaat grofweg uit twee delen: de kasteelgebouwen met de oor spronkelijke tuin, gelegen op drie „eilan den" van elk twee hectare, van elkaar gescheiden door kasteelgrachten en een geheel nieuw gedeelte dat gerealiseerd is op voormalige landbouwgrond rond het kasteel. De bezoeker komt de Kasteeltuinen bin nen over een oude, stenen boogbrug, die naar de centrale receptie en entree in het poortgebouw leidt. Na aankoop van het entreekaartje stapt de tuinliefhebber rond op „het kasteeleiland". Dpor het groene lover van statige bomen ziet men het hoofdgebouw van het kasteel, dat volledig door een slotgracht is omgeven, en enkele bijgebouwen. Dit eiland is vooral bedekt met azalea's en rododen drons. Op het rustieke „kasteeleiland" staat verder een muziekkiosk, waarin re gelmatig concerten zullen worden gege ven. Een tweede eiland is door de ontwerpers van de Kasteeltuinen „het Rozeneiland' gedoopt. De bezoeker geniet hier van de veelkleurige bloemenpracht in een tien tal rozentuinen. Een afscheiding van an derhalve meter hoge hagen zorgt ervoor dat elke tuin opnieuw een verrassing is voor de bezoekers. Het geheel is omge ven door statige beukenlanen, die vooral in de zomer voor verkoelende schaduw zorgen. Midden in het rosarium liggen twee vijvers, die uitmonden in een brede waterval, waar men onderdoor kan lo pen. Vlak boven de waterval is een uit zichtpunt gebouwd. Via een grote (betonnen) holle eik, die als „boombrug" fungeert, komt men op het derde eiland: een donker sparrenbos met in het midden een mysterieuze, donkere vijver. En hier, in dit koele bos, kan men voor zover dat nog nodig is, kennismaken met allerlei inheemse plan ten, zoals paddestoelen, varens en mos sen. De natuurliefhebber laat hierna het oor spronkelijke gedeelte van de Kasteeltui nen achter zich, steekt opnieuw de slot gracht over en wandelt dan een uitge strekt gebied binnen, dat volledig nieuw is ingericht. „Om het contrast tussen het oude en nieuwe terrein goed tot z'n recht te laten komen, is op de grens ervan een fikse damwand opgeworpen, zodat de bezoekers echt het gevoel krijgen in een hele andere wereld te stappen", aldus Walraven. In het nieuwe gebied neemt een groot „meer" een centrale plaats in. Rond dit meer kronkelen moerasachtige beekjes, kreekjes, watervalletjes en stroomver snellingen, die tal van eilandjes creëren. In het toepasselijk „Lommer rijk' gedoopte gebied hebben vooral wa ter- en bladplanten een stek gevonden. Aan de rand van het meer rijst een circa tien meter hoge kas op die een opper vlakte heeft van 3200 vierkante meter. Een bouwkundige constructie die vol gens Walraven best uniek genoemd mag worden. „In deze kassen, die een hoogte verschil van zeven tot twaalf meter heb ben, is de vegetatie van het Middelland- se-Zeegebied bij elkaar gebracht: olean ders, olijfbomen, vijgen, aardbeienbo men, allerlei bloemen. Een wenteltrap van vijf meter voert de bezoeker naar een soort brug onder de overkapping, zodat alles van bovenaf kan worden be keken. Voor rolstoelers hebben we spe ciaal een oprijlaan gemaakt, zodat ook zij zich vanaf vijf meter hoogte midden in de Mediterranée wanen". Eigen tuinen „Na de kas komen we in het patiotui- nengebied - twaalf tuinen die van el kaar worden gescheiden door muren. Deze tuinen hebben allemaal een eigen karakter. Er is een Chinese tuin, een Ja panse tuin, een rotstuin, een bloembol- lentuin. De mensen kunnen hier ideeën opdoen voor hun eigen tuin. We werken samen met een computerfirma, die er voor zorgt dat via een druk op een be paalde knop alle gegevens over een tuin netjes op papier gecfukt worden, coi)ve pleet met tekening, en lijst van plant en gespecialiseerde wekers en allerr— nuttige aanwijzingen, aldus WalraverT Van de patiotuinen truint de bezoek^ over een pad zo'n de, vier meter nar beneden naar de „cayon". Een 1,2 kilc meter lange rotswan slingert zich do< een gebied met „itgediepte" tuinen Grillige waterlopen,verschillende gror en kleine watervallh en bruggen ov( •rotspartijen versterkn het idee dat mi in een heuse canyo loopt. De cany<| loopt uit in een arfitheater, dat pla; biedt aan zestienhöilerd mensen en c vooral gebruikt zal ^an worden voor d lerlei openluchtvoo;tellingen, variëren van poppenkast totwagenspelen en fci kloristische dansen Daarachter ligt tei slotte het „toernocveld", waarop mi kan picknicken en /aar horecatentjes f de riddersfeer het gheel een wat middi eeuwse sfeer moen bezorgen. Ma; zegt Walraven, Je mikken met oj park niet op het puliek dat van gooi- f smijtwerk houdt. vat wij willen 'oiedÈ is cultuur, een betje educatie, sfe|[ kwaliteit en rust". In het kader van „Nederland Museumland" belichten we in deze rubriek elke week een minder bekend museum. In mei staat Noord-Holland centraal. Vandaag aandacht voor het Enkhuizer Waagmuseum. Regelmatig plachten Je karossen van de prinsen Maurits of Frederik Enkhuizen - toendertijd als havenstad belangrijker dan Amsterdam - binnen te daveren en halt te houden voor het huis van doctor Bernardus Paludanus. Daar gingen de Oranje-zonen dan een wijle het oog ver lustigen aan de „Admiranda", de „won derbaarlijkheden" die de reislustige stadsgeneesheer en kruidkundige uit alle hoeken van de wereld bij elkaar had ge sleept. Het bijzonderst was wel de lijf- kleurige aarde waaruit Adam geschapen zou zijn. Maar ook aan een mummie uit Egypte of aan „een dooth man uit Tene- riffe, olt wesende 7 a 8000 jaar, de ogen en manlickeit noch bykans geheel syn- de" kon men zich danig vergapen. Ei genlijk was alles de moeite waard en vol van Gods schittering voor deze eminen te geleerde die eigenlijk gewoon Berent ten Broecke heette, doch die, niet onge bruikelijk in de gouden eeuw, zijn naam veriatijnste toen hij medicijnen en filo sofie studeerde aan de universiteit van de Venetiaanse Republiek. Edelstenen en munten van verre bracht hij onder in zijn „Admiranda", schel pen, insecten, zeldzame houtsoorten, op gezette vliegende vissen en pinguïns, de kleding van pygmeeën en de wapenrus ting van de Amazones uit de Griekse mythologie, te veel om op te noemen. In heel de westelijke wereld was de verza meling vermaard en om hem te bewon deren, trokken vele hooggeleerden of machtigen der aarde van heinde en verre naar Enkhuizen. Gemiddeld kwamen er gedurende jaren wel twintig vreemden per maand Paludanus bezoeken. Helaas werd de collectie na zijn dood door de erven in zijn geheel verkocht aan hertog Frederik III van Sleeswijk-Holstein die haar versnipperd schijnt te hebben door verkocht aan Russische grootvorsten, behept met verzamelwoede. Helaas voor Enkhuizen. Welk een museale schat zou het Zuiderzeestadje niet rijk zijn ge weest, waren de „Admiranda" intact en ter plaatse bewaard gebleven? Het mocht niet zo zijn en dus moeten de toeristen het doen met het Stedelijk Waagmuseum, gevestigd overigens m een pronkjuweel van de vroeg-Hollandse renaissance bouwstijl op de Kaasmarkt. „Waarin ondergebracht het rariteitenka binet van Bernardus Paludanus (17e eeuw)", belooft de gids Nederland Mu seumland. Hoe vals is de hoop die hier wordt gewekt. Eén enkel antiek vitrine kastje, voornamelijk gevuld met sche mer. Het kost het oog moeite daarin een witte mol op sterk water te onderschei den, een kuiken met drie poten, het em Portret van Bernardus Paludanus, de geleerde met wiens veren hel Enkhuizer Waagmu seum pronkt. FOTO: PR bryo van een paard, menselijke embry o's van zeven en veertien weken, de schedel van een hert en enkele struisvo geleieren. „In bruikleen gekregen van Artis", verklaart de toegesnelde sup poost naar eer en geweten. „Van Paluda nus hebben we niks". Waarvan acte. Wie Enkhuizen zegt, zegt Zuiderzeemu seum. Daarheen trekken de dagjesmen sen in drommen op. Waarom dan deze aandacht voor het Waagmuseum? Om dat het in Enkhuizen nog wel eens wil regenen; in de voormalige Waag blijft men dan tenminste droog, hetgeen van het Zuiderzeemuseum niet gezegd kan worden. Maar ook omdat het hier zo'n typisch, intiem, knus museumpje betreft waarmee Nederland zijn naam als mu seumland waar maakt. Zo'n rommelzól- der bijna, volgestouwd met de vreemd ste verrassingen. Deze zomer bijvoor beeld, tot augustus, bevat het Waagmu seum een thematótoonstëlling die pecten uit de geneskundige zorg van de 16e eeuw beliht. Bijgevolg wori men verrast door c aanblik van decap tatiemessen voor net onthoofden v« foetussen, sleutels van Garengeot vol het trekken van kizen, brandijzers voiI het dichtschroeier van aderen na e< amputatie, punctipriemen, de rekeni gen van een handl in bloedzuigers e uiterst zeldzaam, :en oprek-instrumef| voor de baarmoderhals. Na ontweil nooit in gebruik genomen wegens g||| vaar, staat erbij, 'andaar de zeldzaaili heid, mag men afnemen. Een vaste bezienswaardigheid in h||| Waagmuseum wódt gevormd doori jl chirurgynsgildekaner. Daar kregen baj|| biersknechten onerricht in het aderJÉ ten en botten zetttti en werden ze geèx|| mineerd (let op fet zweetkamertje) np dat ze twee jaar verplicht op de Od. hadden gevaren vior het opdoen van w; nodige praktijk. ;-lders in het geboipf vallen een 18e euwse kraamkamer de praktijkruimte van een tandarts anip.. 1920 te bezichtijen, hetgeen leert du men er vroeger verstandig aan de &ti noch baby's nochkiespijn te krijgen, a benedenverdiepiri; is ingericht met oude waaginventais die gek genoeg n t na de oorlog gebuikt werd voor het b palen van het gevicht van aut9motor 'e in verband met d: wegenbelasting, en het souterrain liggn oude medische d - wel kruidkundig: handboeken uit^- stald. Het geheel s verlucht met de n dige gebruiksvoorwerpen van tin of ai dewerk. Bijzondei aardig allemaal. Mi l( 'het moet niet al t lang regenen. En c van het rariteitenkabinet mag no< meer in een nuseumgids verm< l\ worden. Waarom pronken met veren v men niet heeft? rii PIET SNOERI va Stedelijk Waagmuseum, Kaasmarkt Enkhuizen, tien minuten gaans van iie station. Openingslijden dinsdag tot kc met zaterdag 10.00 - 12.00 uur en 14.0 17.00 uur, zondaz 14.00 - 17.00 u Toegangsprijs volw. 1,20, kindei ni f 0,70. 65+ gratis. ar

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 30