Wil staken vóór ookalheeli tereiffdrinffi»! autoloze zond; it energie in het brandstofverb] e- Wij schrijven de overgang van 1973 naar 1974. In gedragen bewoordingen richt wijlen premier Den Uyl zich tot de massa. „We moeten met elkaar beseffen dat wij niet kunnen doorgaan met het verbruik van beperkte voorraden brandstoffen en grondstoffen", klinkt het over radio en televisie. Op 4 november 1973 maakt hoe! Nederland - zij 540.000 liter. Op, let wel, elke 100 kilometer. Nemen we aan dat elk van die Opeis jaarlijks gemiddeld soepel 17.000 kilometer draait, dan komt dat in 3 jaar neer op 51.000 kilometer. En daarmee komt het totaal aantal bespaarde liters brandstof op - houd u vast - 275.400.000, tweehonderd vijfenzeventig miljoen leveren. En tegelijkertijd schoner. Hoe minder brandstofverbruik, hoe minder schadelijke stoffen de lucht ingaan. Want ook op dat punt staat Opel zijn man netje. Euronorm-motor zonder katalysator/motoren met 3-weg-katalysator, ze: dragen bij tot een schoner HUHr IJMteeu. Waarbij meteen het aanvankelijk ietwat laëhér vaak onwei wankel fietseÜ brommend of wandelend kennis! f met het fenomeen autoloze zondag. Daar bovenop gaat op 7 januari 1974, met 15 liter per week per personen auto, benzine op de bon. En nog geen maand later, 6 februari op de kop af, krijgt in principe iedereen die op snelwëgen meer dan 100 km en op alle andere wegen over de 80 km op de teller tovert een aanzienlijk grotere bon te slikken dan voorheen. Glashelder is de boodschap: we dienen veel en veel minder „gulzig" om te springen met wat ons nog aan brandstof ter beschikking staat. En dus zien we inderdaad her en der in de straat de gordijnen 's avonds een uurtje of wat eerder dichtgaan. En krijgt bij allerhande doe-het-zelf- zaken het isolerend materiaal een veel prominentere plek toegemeten. Maar, de boodschap reikt verder dan de huise lijke kring. Ook in de auto-industrie komt ze prima over. Zo ook bij Opel- Al is men zich daar dan al veel langer bewust dat de voorraad brandstof voor ons wagenpark niet onbeperkt is. Door de jaren heen staat het zoeken naar brandstofbesparende maatregelen bij Opel, en natuurlijk ook bij General Motors in de, Verenigde Staten, al hoog op het programma. 1 "'<iW ".""hm - vierhonderdduizend liter. Waarmee toch al gauw een paar supertankers te vullen zijn. Scheelt een leuke slok op een borrel, niet? Wat bijvoorbeeld heeft bijgedragen tot die besparing, is de stroomlijn van al die Opel-modellen. Die is - u ziet nog wel eens zo'n Opel uit vroeger tijden rondtoeren - in de loop der jaren heel wat oogstrelender geworden. Die meer aërodynamische lijn zorgt voor een fors lagere luchtweerstand en een vermindering van het brandstofverbruik. Maar, in eerste instantie is het hoofdstukje zuinigheid door de technici van Opel en GM benaderd via de motor. Per slot van rekening wordt daar de brandstof - verzamelnaam overigens voor benzine, diesel en LPG - letterlijk opgesoupeerd. En dus zijn Opel-krachtbronnen via alle mogelijke high-tech ingrepen minder en minder gulzig geworden. Bovendien is op dat punt het einde nog lang En dat dat nog steeds het geval is, mag blijken niet in zicht. Wat wel bewezen wordt door de aeld dient te worden dat Sij Opel milieuvriendelijkheid verder gaat dan wat zich onder de motorkap afspeelt. Hjff li Koppelingsplaten, remvoerin- gen, ze worden - Opel is op dat j punt nummer één - uitgevoerd zonder de bepaald niet gezonde stof asbest. Bovendien wordt elke Opel fraai gespoten met lak ken die vrij zijn van zware metalen als lood en cadmium. En elke leek weet dat die stoffen niet echt bijdragen tot een mooie natuur. Een mooie natuur, die Opel ook in de jaren die komen graag wil blijven beschermen. En dat Opel binnen de automarkt dè voorloper is op het punt brandstofbesparing, dat zal daar voor een heel groot deel toe bijdragen. Wat betekent dat u, al was het maar in het belang van uw eigen portemonnee, zuinigheid moeiteloos bij kunt schrijven in de al be hoorlijk lange lijst van pluspunten die u zouden kunnen doen besluiten om bij de aankoop van een nieuwe auto, Opel zeer sterk in overweging te nemen. En dat u dat elk jaar al in groten getale doet, ach, Opel is niet zomaar al 19 jaar lang het best gekochte automerk in ons land. Dat verklaart meteen waarom u dag in, dag uit onderweg zoveel Corsa's, Kadetts, Ascona's, Manta's, Omega's en Senators ziet. Al kunt u die natuurlijk ook in alle rust bewonderen bij de Opel-dealer vlak bij u in de buurt. uit het feit dat alleen al in de laatste drie jaar het gemiddelde verbruik van elk model Opel met zo'n 25 procent is teruggedrongen. Wat neerkomt op ongeveer 2 liter op elke 100 kilometer. Wat dat zegt, die 25 procent? Cijfert u even mee. In de laatste 3 jaar zijn er in ons land, zeg maar, 270.000 Opeis verkocht. Dat hele leger bespaart dus 270.000 maal 2 liter. Juist, dat is Sunraycer, een GM-voert.uig dat vorig jaar november als winnaar uit de bus kwam bij een 3200 kilomete: lange race door Australië. Een race voor louter zonneënergie aangedreven wagens. Waarmee mai gezegd is dat Opel - al zien we u weliswaar wel zonnig maar nog niet een-twee-drie zongestui weg gaan - alles doet om zijn modellen zuiniger

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 20