De wanhoop van liefde volgens Hugo Claus CcidócSotwtMtt Onvolledige legpuzzel van Amerika IJDUüMTfc flAVÜT VKJüJliIflIJ II ÖIliJJu Uitstekende inniilmogelijkheden voor andeFe automerken, ggpi gE CJPEL. BOEKEN WOENSDAG 13 APRIL 1988 P. AGINJS Bijna vijf jaar geleden kwam de immense roman „Het ver driet van België" van Hugo Claus uit, een meesterwerk op hoog niveau. Het heeft lang geduurd voor er nieuw proza van zijn hand volgde op dat grote verhaal. Er was een verhalenbundel, nu is er weer een roman, „Een zachte ver nieling", die op allerlei ma nieren onmiskenbaar het ka rakteristieke van Claus bezit: in thema, personages en ver- haal-struktuur zie je allerlei elementen uit zijn werk terug. Een aantal maanden geleden verscheen, in een prachtige, bibliofiele uitgave, zijn poëzie- boek „Sporen", waarin de erotiek ook centraal staat. Dat boek, dat in de uitgave van Uitgeverij De Gulden Engel uit Wommelgem voor mij ligt, bevat slechts tien gedichten. Elk gedicht kun je lezen in twee versies: een indruk, daarnaast op doorschijnend perkamentachtig papier een versie in handschrift. Door die handschriftversie zie je een prent, een simpele schets van een naakte vrouw in een erotische houding, die zich tienmaal herhaalt, steeds in een andere kleur. De gedich ten herinneren aan vroegere erotische poëzie van Claus, waarbij ook de ironische wijze waarop de dichter zichzelf in zijn erotisch gedrag be schouwt. een rol speelt, zoals zo vaak in zijn werk: „Lief, geloof het of niet, maar vanavond ben ik net een notaris die door liefde aangeraakt zich de pleuris schrikt. Ik hoor in de statiekast van mijn kno ken iets dat kraakt en raar is, het zal wel weer liefde zijn, dat pesterig kind. Parijs „Een zachte vernieling", de nieuwe roman van Claus gaat terug naar de jaren vijftig en het leven van de artiesten in die dagen in Parijs. Hugo Claus keert daarmee terug naar een episode uit zijn eigen leven, waar hij indertijd wel verhalen over schreef, maar nu - als een werkelijke terug blik - een groot verhaal aan wijdt, waarin een grote liefde het centrale gebeuren is. Hoofdpersoon is André Maer- tens, die vanuit zijn redelijk comfortabele positie nu terug blikt op zijn woelige verleden, naar aanleiding van het over lijdensbericht van de dichter Bernard Waehlens, zijn vroe gere vriend en liefdesrivaal. Het tweede en belangrijkste deel van de roman is het ver haal van vroeger, het beslaat vrijwel de hele roman. In een paar pagina's aan het slot keert het heden terug, zoals te verwachten is. André is in de na-oorlogse ja ren een Gentse jongeman, die in onmin leeft met zijn ouders en wat verdient als duvelstoe jager bij een paar huisschil ders. die hij „cowboys" noemt en die hem danig inwijden in de wereld van de volwasse nen. Bij een klus, het schilde ren van een huis van zeer vooraanstaande lieden, komt hij in kontakt met de sjieke dochter, Sabine. Hij zal haar naar Parijs volgen, waar hij na een lachwekkende en meeslepende reeks van pogin gen om met haar in kontakt te komen, langzamerhand op genomen wordt in een kolo nie van Vlaamse en Neder landse kunstenaars, die daar „de wereld aan het verove ren" zijn. Alles is natuurlijk heel erg geënt op de geschie denis van al die Nederlandse en Vlaamse kunstenaars die in die jaren in Parijs zaten: Claus zelf, maar ook Vinke noog, Campert, Appel, Cor- neille, Schierbeek. De liefdesgeschiedenis die de kern van het verhaal vormt, is een zeer typerende gebeur tenis, die in het werk van Claus heel herkenbaar is. Het meisje is begerenswaardig, maar slordig in haar omgang met wie dan ook, oppervlak kig in de manier waarop ze relaties onderhoudt, pervers in het spel dat ze - bewust of niet? - met de mannen in haar leven speelt. De minnaar, de verteller van het verhaal dus. lijkt vaak ook achteloos, hij legt zich er kennelijk bij neer dat hij niet tot zijn Sabine kan doordringen. Vrij geduldig speelt hij het spel mee dat zij verzint tussen haar vriend, de dichter Bernard, met wie zij samenleeft (wat dat ook voor stelt) en haar Gentse stadge noot, de ik, André. Intussen komen allerlei ande re figuren uit die kunste naarsgroep uit de verf. Het HugoClam Een '%achte vmikling cBjgmd eg aantrekkelijke meisje Nikki, met wie de ik ook nog een re latie onderhoudt, speelt daar in een tragische rol: zij sterft aan een abortus anno vijftiger jaren, clandestien en geheel noodlottig, vanwege een zwangerschap door een van haar vele relaties. Eigenlijk is het verhaal van „Een zachte vernieling" heel dramatisch, heel aangrijpend. Claus staat echter niet toe dat het verhaal overheerst of een dergelijk karakter krijgt. Merkwaardig is dat hij - als steeds in zijn werk - het ver haal, de intrige, op de achter grond houdt. Een reeks sfeer beelden, waarin vooral dialo gen, altijd weer onderbroken door commentaren van de verteller, soms als een simpel woord tussen haakjes, de iro nie van de verteller bena drukken. Hij blijft op afstand. ook al schrijft hij in de ik vorm; ironiserend en meej muilend laat hij het lot va zijn personen zich ontwikke iouw' len, zonder de lezer het voel te geven, dat grote dralen ma's gaande zijn. En toch vin E_ den die plaats, onder al da indfr gekout en gebabbel, onder j s die ironische beschrijvinge jrave en schijnbaar lichtvoetige in» erp pressies. Eigenlijk verschaft Claus zicljoebe als verteller niet alleen ee ge' heel comfortabele en onflrafti kwetsbare positie - daar ziji ook wel vraagtekens bij zetten - maar bovendien la< hij de lezer het oordeel. Daa komt nog bij dat de manie van vertellen lapidair is: vai de ene naar de andere scène zonder veel verband. Uit de tails weet je wanneer he speelt, zoals uit berichten kranten die in het verhaal lezen worden. Tijd die word overgeslagen in het verhaa krijgt geen invulling, de leze heeft daardoor zelf wat werl te doen. Datis inspireren! En de weergave van gesprei ken, de dialogen uit de man, dat getuigt van grote in leving, en precisie van vertel ling. „Een zachte vernieling' is een heel indringende ro man JAN VERSTAPPEI Hugo Claus: „Een zachti ®aa vernieling" - roman. Uitgaèr ve De Bezige Bij. Prijs ingond 27,50, geb. 39,50. Hugo Claus: „Sporen" geverij Den Gulden Engel Wommelgem, België. Prijrle ƒ59,90 esc heii ïlin ldl 1 i|] Hf Het zal ongeveer een jaar gele den zijn geweest. In een res taurant in Washington zat ik te lunchen met onze corres pondent in de Amerikaanse hoofdstad, Jo Wijnen. De ui terst vriendelijke jongen maar dat zijn ze daar alle maal, verplicht die ons be diende. had het Hollandse ge brabbel al een tijdje zwijgzaam van afstand aanhoord toen hij toch maar eens informeerde waar wij vandaan kwamep. Het antwoord „Europa" werd met een knikje van „ja, dat ken ik" beantwoord. Maar bij de toevoeging „Holland, The Netherlands", verschenen de vraagtekens in zijn ogen. Hij dacht even na, waarop de on vergetelijke vraag volgde: „Holland? Ja, wacht eens. Is er bij jullie niet een oorlog aan de gang?" Deze gebeurtenis schoot mij door het hoofd bij het lezen van „Amerika als legpuzzel", geschreven door Frans Verha gen. die al jarenlang als cor respondent voor verscheidene Nederlandse media in Was hington werkt. De meeste Europeanen zijn er van overtuigd dat de gemid delde Amerikaan weinig tot niets weet van het Oude Con tinent. De anekdote uit het restaurant lijkt daarvan een bewijs. Maar en dat is ook de reden van Verhagen om zijn boek te schrijven de gemiddelde Europeaan op zijn beurt weet ook niet veel van de VS. Wij pretenderen Ame rika te kennen, doordat wij weten wie de president is, we ten waar New York en Los Angeles liggen en dank zij Dallas, Dynasty, Coca Cola en Hollywood een beeld van Amerika hebben opgebouwd dat wordt gedomineerd door wolkenkrabbers, grote auto's, hamburgers, een culturele eenheidsworst en overspelige tv-dominees. Maar daar houdt onze kennis in veel gevallen mee op. Wie weet waar staten als Montana en Wisconsin lig gen? Welke Nederlander weet iets van het dagelijks leven in het Midden-Westen? We ken nen Amerika bijna net zo slecht, als de Amerikaan Euro pa kent. Frans Verhagen, zo schrijft hij in zijn boek, heeft de VS leren kennen als een legpuzzel van ontelbare stukjes. Een nogal complexe puzzel, die je op ver schillende manieren in elkaar kunt zetten maar waarbij je, afhankelijk van de manier waarop je te werk gaat, steèds enkele stukjes overhoudt die je niet kunt plaatsen. „De ver schillende stukjes ontlenen hun belang aan het geheel. Zonder dat geheel zijn ze niets. Maar tegelijkertijd zijn alle stukjes samen meer dan het gehéél", schrijft Verhagen. Hoe je de ingewikkelde Ame rikaanse samenleving ook analyseert, er blijven altijd vragen onbeantwoord. Het is een interessant uit gangspunt, waar Verhagen zich in een groot deel van zijn boek aan vasthoudt. Maar te gelijkertijd heeft hij daarmee de spanning er uit weggeno men. In het eerste hoofdstuk neemt hij de lezer nog mee op reis naar het zuiden van het land. Laat hij mensen die hij ontmoet heeft hun eigen ver haal vertellen. Daarna keert hij terug in Washington, om vanuit een bureaustoel en met behulp van talrijke citaten van schrijvers, politici en onder zoekers onder meer de Ameri kaanse staatsinrichting te ver klaren. Ter nadere illustratie maakt hij veelvuldig gebruik van recente gebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld het Iran- Contra-schandaal. Maar die informatie is op zich ook al in veel andere boeken te vinden. Science fiction met een kleine ,,s' We hebben onder meer door Dynasty een beeld van Amerika opgebouw dat wordt gedomineerd door wolkenkrabbers, grote auto's, hamburgers en een culturele eenheidsworst. FOTO: PR „Amerika als legpuzzel" is proberen samen te vatten in daarmee geen slecht boek, een boek, is nu eenmaal het- Frans Verhagen: „Amerika maar het laat het kan ook zelfde als het maken van een legpuzzel Uitgeverij niet anders heel wat vra- onvolledige legpuzzel. aijtnoir, Amsterdam. Prijs: gen onbeantwoord. Amerika JOS TIMMERS ƒ24,50 Op tafel ligt „De gouden h< ring" van Julian May, het na vierhonderd pagina's lende tweede deel van science fiction/fantasy-tetr; gie „Het veelkleurige lan Een positief punt: het boek vertaald door niemand mini dan de Haagse auteur W Gijsen, een topper in het derlandse science fiction reldje. Maar dan: het verhaal. groep talentvolle mislukkel^' gen uit de 22ste eeuw laat vrijwillig verbannen naar Plioceen. Zij komen terechl het Europa van zes miljt jaar geleden, dat bevolkt bl door twee buitenaardse rass die elkaar al eeuwen besl den en die beiden over ver kende psychische krachten Schikken" EDDIE DE PAi Julian May: „De goufl halsring". Uitgeverij trum, Utrecht. Prijs ƒ29,1 pbr Hoe I vor am. onk :hrij lIN kinderboeken door LEO HENNY Prins Beer Prentenboeken Mensen met kleine kinderen kunnen in de boekwinkel kiezen uit een veelheid van pren tenboeken voor kun kroost. Het aanbod is wer kelijk overstelpend. Toch zijn er steeds ook weer nieuwtjes te vinden. Wat bijvoorbeeld te denken van Winnie-de- Poeh-boekjes met plaatjes in drie dimensies? De uitgeverij van Goor in Amsterdam bracht (vooralsnog) twee bekende Poeh-verhalen uit in de vorm van kleine boekjes, die geheel open gevouwen en met een lintje vastgemaakt kun nen worden en dan een soort carrousel vormen met vijf diorama-achtige plaatjes. Heel origi neel. De kleintjes zullen ze prachtig vinden, deze „Poeh Carrousel Boeken". De boekjes kunnen, door het losmaken van een klitteband- je, ook nog op een andere manier worden open gevouwen. waardoor het complete verhaal bij de prenten tevoorschijn komt. De verhaaltjes (van A A. Milne) zijn vertaald door Mies Bou- huys; de tekeningen zijn bewerkingen van de oorpronkelijke plaatjes van Ernest H. Shepard. De boekjes kosten f 14,90 per stuk. De titels zijn: „Poeh gaat op visite" en „Poeh en de bij- Eveneens van Van Goor is een tweetal „stic- kerboeken", leuke plaatjes-verhaaltjes over het konijntje Bunnie. Met de bijgeleverde, steeds opnieuw bruikbare en afwasbare stickertjes kan het konijntje worden aangekleed en van speeltjes worden voorzien. De sticktjes plakken gemakkelijk op de gladde, kartonnen bladzij den. De boekjes zijn van de hand van Harriet Ziefert en Lisa Campbell Ernst. De boekjes („Kleed Bunnie aan" en „Speel met Bunnie") zijn bestemd voor kinderen an 3 tot 8 jaar en kosten 12,50 per stuk. Dan zijn er de meer traditionele prentenboe ken. De uitgeverij De Vier Windstreken bracht er onlangs vijf uit. Het betreft in alle gevallen oorpronkelijk buitenlandse boeken. „Pit en de zeebeesten" van Marcus Pfister (door Dolf Ver- roen uit het Duits vertaald) is een aandoenlijk boekje over de lollige belevenissen van Pit, de kleine pinguïn. Het boekje kost 19,90. „Het papieren vliegtuig" van Fulvio Testa (eveneens door Dolf Verroen uit het Duits ver taald) gaat over hoe je een papieren vliegtuigje kunt vouwen en daar de prachtigste dingen bij kunt fantaseren. Een mooi, helder boek met frissen platen. Het kost 21,50. Willem Wilmink is de vertaler (uit het Engels) van „De ezel Napoleon van Regine Schindler en Eleonore Schmid. Het is een mooi, roman tisch boek. Een beetje zoetelijk misschien, maar dat soort bezwaren zullen kinderen niet snel opmerken. Aardig is, dat het recensie-exem plaar halverwege ineens in het Engels over gaat. We zullen maar aannemen dat dit een vergissing betreft en dat de „echte" oplage dit euvel niet kent. Want het gaat te ver te veron derstellen dat Willem Wilmink half werk heeft geleverd. Heel apart is „Tijger" van Slawomir Wolski met prachtige platen van Józef Wilkon. Dit boek, uit het Duits vertaald door Nannie Kui per. gaat over een jongen die een heel bijzonde re kat heeft. Tijger genaamd. Het beest begint te groeien en wordt een echte tijger. Het boek kost 21,50. „Piro en de puinruimers" gaat over een jongen, die toekijkt hoe slopers een oud gebouw slopen. Hij doet een belangrijke ontdekkking: onder het oude gebouw bevinden zich de resten van een nog veel ouder bouwwerk: een Romeinse nederzetting! Dit bijzonder mooie boek de grappige tekeningen zijn werkelijk prachtig van kleur is van de hand van Kurt Bau- mann en Jiri Bernard (illustraties). De verta ling uit het Duits is van Charlotte van Zadel- hoff Tenslotte aandacht voor „Prins Beer", uitgege ven door Gottmer in Haarlem. Het is een aar dig geillustreerd boek. Het verhaal is leuk ver zonnen, maar misschien wat warrig. Het boek, van de hand van Helme Heine, verscheen oor pronkelijk in het Duits en Willem Wilmink maakte de Nederlandse tekst. Het kost f 21,50. „Mier legt een ei" Leren lezen is heel leuk, zeker als er ook leuke dingen te lezen zijn. Vaak is het wat moeilijk om een boekje te vinden, dat precies aansluit bij hoe ver een kind al in het lezen is. Wie het boek „Mier legt een ei" aanschaft ondervangt dat probleem. Het boek is geba seerd op de leermethodiek op school. We hebben hier te maken met een uniek „groeiboek", waarin de tekst steeds wat moeilijker wordt. De verhaaltjes sluiten elke veertien dagen precies aan bij de vorderin gen van het kind op school. Het boek volgt exact de vorderingen tijdens het eerste lees- jaar. Het boek kan thuis, maar ook op school worden gebruikt en het bevat een inleiding voor ouders en leerkrachten. Ook bevat het een overzicht dat laat zien welk verhaal bij welke periode op school aansluit. Wie het boek op een ander moment aanschaft dan aan het begin van het leerjaar, moet de zaak even omzetten. Het initiatief tot het schrijven/uitgeven van dit boek kan niet genoeg worden toegejuigd. Het boek vormt een heerlijke stimulans voor de beginnende lezer. De verhalen sluiten niet alleen aan bij de leesvorderingen, maar ook bij de interesse en de belevingswereld van de beginnende lezer. Het kind kan er al heel snel zelf in lezen en het zal plezier bele ven aan de leuke verhaaltjes, die niet te moeilijk, maar ook niet te gemakkelijk zijn. De schrijfster van het boek, Truus van de Waarsenburg, schrijft overigens voor het jeugdtijdschrift Okki verhalen voor kinderen die leren lezen. De vele mooie, vlotte zwart wit tekeningen in „Mier legt een ei" zijn van de hand van Annemarie van Haeringen. Truus van de Waarsenburg: „Mier legt een ei". Uitgeverij Hans Elzenga; illustra ties: Annemarie Van Haeringen. Prijs ƒ29,50. liet papieren vliegtuig *L- i ^riier legt een ei laandere verhal op Er zijn Opel-rijders en.juist, niet Opel- rijders. Welnu, die laatste groep zou er best eens goed aan doen de Opel-dealer op korte termijn met een bezoekje te vereren. Waarom? Omdat de Opel-dealer dat voor hem vreemde merk van u graag, heel graag wil ruilen tegen OpeL En bereid is er een flink bedrag voor op tafel te leggen. Een mooiere kans om Opel te gaan rijden heeft unognooit gehad. Ongeachtwelke Opel de uwe wordt De Corea, de Kadett, de Ascona, de Manta, de Omega en de Senator, tééfiStn zijn. In welke uitvoering dan ook. Maar, hadu anders verwacht van een merk dat nu al'ift jaar achtereen met de beste verkoopcijfers voor de dag komt? Ttouwens, er zit nóg een voordeel vast aan uw aanstaand Opel-rijdersehap. U hoeft zich in de toekomst nooit ofte nimmer af te vragen waar u voor inruilen aan het beste adres bent. Want dat de Opel-dealer ook voor Opeis prima inruilprijzen geeft, dat zal elke Opel-rijder volmondig beamen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 14