Wat en
voor
wie op
Onkruid niet te vroeg wieden
final*
Nederland
Het derde net: maandag is het zover, maar de voorgeschiedenis was lang.
De discussie begon ongeveer acht jaar geleden. Toen vergaderde de NOS
over haar wens van een eigen zender. Een wens die alle omroepen destijds
koesterden, maar de NOS vond dat zij er „extra" voor in aanmerking
kwam omdat ze een boven de omroepen gestelde taak heeft. De wens werd
niet vervuld of verder besproken: het was te duur.
De VPRO was ook aan het denken geslagen over de toekomst: een
commissie, onder leiding van ex-minister Harry van Doorn, concludeerde
dat er een derde, liefst commerciële zender bij moest komen. Maar ook
dat plan was onbetaalbaar. En bovendien was daarin nauwelijks ruimte
voor de NOS ingeruimd. De discussie verdween weliswaar naar de
achtergrond, maar de politieke partijen waren aan het werk gegaan. De
WD kwam met het voorstel voor een commerciële derde zender. D66
wilde dat ook, speciaal voor AVRO, TROS en Veronica. In die periode
verscheen er in een aantal landelijke dagbladen een levensgrote
advertentie van de Stichting 't Derde Net. Deze stichting beijverde zich
voor een derde Nederlandse zender, waarop „culturele programma's"
uitgezonden zouden worden. Het motto „Een beetje cultuur, mag dat?",
werd onderschreven door een groot aantal kunstenaars, schrijvers,
dichters en journalisten. In totaal leverde deze actie 12.000
handtekeningen op. Echter: ook dit initiatief leidde niet tot de
revolutionare bestelhervorming die op 4 april haar beslag zal krijgen.
Minister Brinkman kreeg het even daarna aan de stok met de uitgevers,
toen hij opperde dat het „culturele net" van de stichting maar
commercieel geëxploiteerd zou moeten worden, een plan dat weer snel
ingetrokken werd. Het hangijzer werd gloeiend heet tijdens de de
onderhandelingen voor het tweede kabinet-Lubbers. De WD wilde een
commerciële zender, het CDA pertinent niet. De WD dreef het op de
spits en slechts een compromis hield de onderhandelingen over het nieuwe
kabinet gaande. Er moest dan maar een derde net komen, maar niet
commercieel. De middelen kwamen uit een verhoging van de kijkgelden
met maximaal een tientje. Het derde net moest informatief en educatief
worden, met veel oog voor cultuur en sport. Er waren nog wat andere
redenen voor zijn oprichting: het huidige omroepbestel moest in stand
ZATERDAG 2 APRIL 1988
worden gehouden, de pluriformiteit binnen de Nederlandse elektronische
media moest worden gegarandeerd, de Nederlandse cultuur moest worden
bevorderd, boven de markt hangende reclameguldens moesten worden
gepakt en dat allemaal in het licht van een steeds sterker wordende
concurrentie door het toenemende aanbod van (buitenlandse)
satellietzenders.
Daarom is er nu dus een Nederland 3, dat gevuld wordt met de NOS en
de splinters. Dat heeft uiteraard grote gevolgen voor Nederland 1 en 2. De
concurrentie tussen die twee netten is al van start gegaan en in hun
reclamespotjes roepen de omroepen op 1 zichzelf al uit tot winnaars van
de kijkcijferrace. Want dat gaat het worden: kijkcijfers scoren. Jos Brink
tegen Huisman, Martine Bijl tegen Robert Long, L.A. Law tegen The
Flying Doctors, Achter het Nieuws tegen Nieuwslijn. Het is uitgesloten
dat Nederland 3 actief aan die concurrentie mee kan doen. Maar dat kan
ook nooit de bedoeling zijn geweest, gezien de aard en de doelgroep van de
programma's.
En zo geviel het dat
de paashaas
waarempel ook nog
Nederland 3 op de
buis bracht. Zo'n
520 uur zendtijd en
een dozijn nieuwe
programma's erbij.
Wat zal het gaan
worden?
Pessimisten
gewagen van een
ratjetoe, maar
mediadeskundige
drs. Ben Manschot
heeft vertrouwen in
de toekomst van het
derde net. Vooral
jeugdige kijkers
zullen zich erbij
thuis voelen, schat
hij. Veeleer klemt
de vraag wat Marcel
van Dam met de
VARA gaat doen.
HILVERSUM - Nog een paar
nachtjes slapen en kijkgraag Neder
land heeft er zijn derde net bij.
„De grote dag, ja", zegt drs. Ben
Manschot met het gezicht van ie
mand die het allemaal nog moet
zien. Want wat zal het worden?
Een vuilnisbak, zoals menigeen
vreest? Een ratjetoe van opinies en
culturen waaraan slechts de sport
wat kruidigheid geeft? Of wordt het
een cultureel bolwerk zoals de ver
antwoordelijke minister Brinkman
dat voor zijn geestesoog ziet oprij
zen. „Een echt discussienet waar
eigentijdse nieuwe bewegingen,
emoties, uitingsbehoeften van en
kelingen en groepen aan hun trek
ken kunnen komen" - de profetie
van IKON-directeur Wim Koole
wiens beleid medebepalend zal zijn
voor het gezicht van de nieuweling.
Of wordt het iets daartussen?
„Nederland 3, net watje zoekt", luidt de
slogan. Maar het is geen oplossing voor
de Gooise chaos die de zendgemachtig
den zelf gezocht hebben. Die vonden de
kosten - 150 miljoen per jaar alleen
voor programma's - veel te begrotelijk.
De politiek heeft het breinbrouwsel be
kokstoofd, daarmee pogend enige correc
tie aan te brengen op de gruwelijke ver
snippering en aldus de bestaande netten
te kuisen. De KRO, de NCRV, de
VARA en de EO naar Nederland 1, het
ideële net, het principiële net, het le
vensbeschouwelijke net, het publieksnet
met de brede invulling - doorhalen wat
niet van toepassing is. De AVRO, de
TROS, Veronica en, mirabile dictu, de
VPRO naar Nederland 2, kort maar dui
delijk het ATV-net ofwel het pretnet ge
heten. En de NOS met zestien kleine
zendgemachtigden, variërend van het
IKON tot de Islamitische Omroep, van
de Vrije Gedachte tot Teleac, naar Ne
derland 3, het net van wat?
Een driehoeksechtscheiding op zijn
Haags. Als dat maar goed gaat. Toch is
drs. Ben Manschot geneigd met name
Nederland 3 het voordeel van de twijfel
te geven. „Ik heb de indruk", adstrueert
bij, „dat de kijk op de toekomst van
IKON-directeur Wim Koole de juiste zal
blijken. Nederland 3 als een openlijke en
gezamenlijke bezinning op wat er gaande
is in Nederland, precies. Twee redenen.
In de eerste plaats hebben de NOS en de
IKON een traditie in het aansnijden van
onderwerpen die de oproepen laten lig
gen. In het brengen van cultuur en infor
matie die op de Nederlandse maat zijn
toegesneden. Maar ten tweede - hetgeen
me zeer hoopvol stemt - hebben de ge
bruikers van Nederland 3 de bereidheid
getoond om dit te gaan doen langs de
weg van de horizontale programmering.
De bereidheid om uit hun eigen hokje te
komen. Ze willen daarin veel verder
gaan dan de zendgemachtigden op de
andere netten. Vergeet niet dat de NOS
indertijd om die reden is opgericht. Een
ontmoetingsplaats moest het zijn. Wel
nu: volgens mij zal die traditie op Ne
derland 3 versterkt zichtbaar worden".
Miljoen
Drs. Ben Manschot is als docent verbon
den aan het Instituut voor Massacom
municatie van de Universiteit van Am
sterdam. „Binnen die studierichting
houd-ik me vooral bezig met het medi
um televisie. Welk gebruik wordt ervan
gemaakt? Welke invloed heeft het? Dat
soort onderzoek". Zijn eigen kijkgedrag?
Want dat kan een aardige graadmeter
zijn voor de objectiviteit waarmee hij de
jongste ontwikkelingen in het Gooise ga
deslaat. Als zich de mogelijkheid voor
doet, blijkt hij het liefst de hele avond
lang te kijken. Zo uitvoerig mogelijk. Al
les zien, tamelijk a-selectief. Dol is hij
op detectiveseries, vooral de Duitse Der
rick. Der Alte. Bij de praatprogramma's
gaat zijn voorkeur uit naar RUR en naar
Adriaan van Dis. Ook Den Haag Van
daag slaat hij nooit over. Dat doet hij
wel met shows en kwissen. „Te glad en
te weinig spanning; een uitgemolken for
mule", vonnist hij.
Welke kijkers zal volgens hem het vuil
nisvat c.q. het culturele bolwerk Neder
land 3 gaan trekken? Even afgezien van
Studio Sport, grote evenementen of het
lang verbeide interview met koningin
Beatrix op 29 april bijvoorbeeld, want
bij zulke programma's is de dichtheid
van de kijkersdrom een vast gegeven.
„Nou, dat zou best eens kunnen meeval
len", zegt Manschot. „Ik denk dat Ed
van Westerloo, directeur NOS-tv, aardig
Drs. Ben Manschot denkt dat het nieuwe derde televisienet een goede kans
in de buurt komt met zijn schatting van
gemiddeld een miljoen kijkers per
avond. Het moet zich natuurlijk alle
maal even uitkristalliseren, maar op den
duur verwacht ik een verhouding in het
kijkgedrag zoals je dat bij de Engelsen
aantreft. Vijftig tot vijfenvijftig procent
kijkers naar het pretnet dus, ongeveer
veertig procent naar het publieksnet met
de brede invulling en tussen de vijf en
tien procent naar Nederland 3. Zo'n ver
houding zie je eigenlijk in alle landen
om ons heen waar die drie netten heb
ben. En het is een verdeling waar ik niet
ongelukkig mee ben. Veertig procent van
de kijktijd naar het meer levensbeschou
welijke net, zoals ik Nederland 1 ge
makshalve even noem, zou niet zo gek
zijn".
Minder massaal
En ook vijf tot tien procent voor Neder
land 3 (hetgeen de schatting van Van
Westerloo benadert; een procent is zo'n
120.000 kijkers) beoordeelt Manschot
positief. „Het zal natuurlijk per pro
gramma schommelen, maar interessan
ter vind ik eigenlijk de samenstelling
van die kijkersgroep. Pe tendens gaat
toch al naar minder massaal kijkgedrag,
dat zie je overal ter wereld. Toen de tele
visie veertig jaar geleden van start ging,
gold zij zowat als het belangrijkste medi
um uit de historie. Die reputatie begint
het te verliezen. De gemiddelde kijk
dichtheid neemt in alle landen een beet
je af. Waarbij komt dat de mensen door
het gigantische aanbod van tegenwoor
dig gedwongen zijn om steeds selectiever
te gaan kijken. Dit zal op den duur tot
de volgende ontwikkeling leiden. Ener
zijds houd je programma's die gegaran
deerd altijd veel publiek trekken. Maar
daarbuiten zul je een gestaag toenemen
de groei zien van het aantal keuzemoge
lijkheden. Heel duidelijke voorbeelden
van zo'n ontwikkeling zijn al stations als
Music Box of Sky Channel die zich ui
terst doelbewust op jongeren richten. Op
dezelfde manier krijgen we straks mis
schien een apart filmnet, een apart klein-
kunstnet, een apart nieuwsnet. De televi
sie zal veel minder een eenheidsworst
worden dan zij nu is. De terreur van de
kijkcijfers gaat doorbroken worden. Je
hoort het al aan Rob Out van Veronica
die zegt: niet de absolute kijkcijfers vind
ik belangrijk; als de kijkdichtheid onder
mijn doelgroep maar groot is. In de re
clame zie je het heel sterk. Mikken op
doelgroepen in plaats van de massa voor
je te winnen. Een duidelijk signaal. De
reclame neemt vaak het voortouw, we
ten we hier op het Instituut voor Massa
communicatie".
Jongeren
Concreet echter. Nederland 3. Manschot
haalt er de uitslag van een onderzoek
bij. „Hier, 37 procent van de onder
vraagde Nederlanders vindt de komst
van zo'n derde net prima. Maar het inte
ressante is dat vooral jongeren tussen 15
en 35 jaar zich er vrij enthousiast over
uitspreken. Nederland 3 speelt daar ver
standig op in door zich veel op jongeren
te richten; denk aan Sesamstraat, het
Jeugdjournaal, het jeugdprogramma
Klokhuis, het programma Nieuwsspits
waarmee Frits Spits prikkels wil geven
aan de jonge generatie die het weekend
ingaat, de flitsende servicerubriek TV3
van Ireen van Ditshuyzen. Ik verwacht
dus dat Nederland 3 redelijk veel door
jongeren bekeken zal worden. Voorts
door de groep van de beter opgeleiden,
het publiek dat ook naar Adriaan van
Dis kijkt. En door de etnische minderhe
den natuurlijk. Nederland 3 - ik specu
leer nu even - zou bijvoorbeeld best
eens het alternatieve net kunnen worden
voor het praatprogramma op niveau,
een tegenhanger van de populistische
Ivo's en Sonja's. Talkshows voor jonge
ren, voor liefhebbers van kunst en cul
tuur. Heel positief allemaal".
Een belangrijk pluspunt voor het derde
net acht Manschot het gegeven dat de
gebruikers ervan eindelijk eens niet hoe
ven te dingen naar de kijkersgunst. Die
eeuwige neurose blijft ze bespaard en ze
kunnen er hun handelen op afstemmen.
Immers: „Wanneer ze de vijf tot tien
procent halen die ook in het buitenland
gehaald wordt, beantwoorden ze aan de
verwachting. Méér is niet nodig, want er
wordt in Nederland - voor welk deel in
gegeven door lippendienst of cultuursno
bisme laat ik nu even in het midden -
toch ook wel waarde toegekend aan kwa
litatief hoogstaande programma's. Die
kunnen, ongeacht de kijkcijfers, altijd re
kenen op sympathie en geld. Het ont
slaat Nederland 3 van de noodzaak om
het in populariteit te gaan opnemen te
gen Tineke. Een net met goede kansen
dus. De NOS kan optimistisch zijn, mits
de doelstelling wordt gehaald van de ho
rizontale programmering en van de sa
menwerking tussen alle zendgemachtig
den". Goede kansen. Betekent dit in de
visie van Manschot dat de kijkers in de
toekomst ook mogen rekenen op een be
tere bediening waar het nieuws, actuali
teiten en achtergrondinformatie betreft?
Want daaraan schort het, wil een vaak
gehoorde jammerklacht. „Niet mee
eens", schokschoudert Manschot. „Ik
mis het gevoel dat we in Nederland
slechter geïnformeerd worden dan in het
buitenland. Als ik het NOS-journaal ver
gelijk met wat ze om ons heen doen,
moet ik vaststellen dat wij er zeker niet
slechter afkomen".
Misvatting
Wat ontbreekt, is volgens Manschot een
televisierubriek waarin uitvoeriger, diep-
gravender, maar analytisch op het
nieuws wordt ingegaan. „Zo'n News-
night in Engeland. Die heel gedegen
krantenformule. Of het Duitse Tagesthe-
men, iets minder, maar nog steeds erg
degelijk. Dat kunnen we hier niet. Het
komt doordat bij ons de misvatting
heerst dat actualiteitenrubrieken even
flitsend dienen te zijn als het journaal.
De misvatting van de sandwichformule
bovendien, de waan dat je serieuze on
derwerpen moet afwisselen met lichtere
kost, want anders blijven de mensen niet
kijken. Die valkuil zou Nederland 3 in
elk geval kunnen vermijden, relatief on
belangrijk als de kijkdichtheid daar is.
Het derde net zou de gouden jaren zestig
terug kunnen brengen, ja, de glorietijd
van de actualiteitenrubrieken waar we
nu met heimwee naar verlangen. Daar
zouden kansen liggen. Hoewel: we
moeten onze plaats kennen, hoor. Voor
zo'n Newsnight of Tagesthemen is het
een koud kunstje om even de Israëlische
minister van buitenlandse zaken of een
Amerikaanse presidentskandidaat aan
de telefoon te roepen. Maar Nederland
is geen Engeland, geen Duitsland. Wij
moeten ons erbij neerleggen dat we in de
wereld een wat bescheidener positie in
nemen en dat het ons bijgevolg minder
zal lukken om internationale kopstuk
FOTO: GER DIJKSTRA
ken voor de camera te krijgen. Dat ver
geten de critici gemakshalve".
Tot zover Nederland 3. Maar ook over
de Nederlanden 1 en 2 wil Manschot op
de valreep iets kwijt. „Er wordt vaak ge
roepen dat we rekening moeten houden
met de buitenlandse concurrentie die
straks door de satellieten over ons uitge
stort gaat worden. Anders verdwijnt al
het reclamegeld over de grenzen. Ik heb
de neiging dat indianenverhalen te vin
den. Heel lage kijkcijfers halen die sta
tions op het ogenblik en zelfs als ze
straks in het Nederlands mogen onderti
telen. blijft de overgrote meerderheid
van de kijkers een sterke voorkeur hou
den voor puur Nederlands amusement,
puur Nederlandse praatprogramma's.
Daar kan geen buitenland tegenop. Je
ziet het heel mooi in Canada waar ze
moeten opboksen tegen het geweld van
al die Amerikaanse televisiekanalen.
Gevaar
Hoeveel zijn het er niet? Maar toch blij
ven de Canadezen trouw aan het televi-
sieprodukt van eigen bodem. Welk ge
vaar dreigt er binnen dat kader voor ons
nieuwe bestel met zijn drie netten? Het
gevaar dat de hoofdmoot van de kijkers
zich tot het pretnet beperkt, dat een rela
tief kleine, keuzebewuste groep afstemt
op Nederland 3 en dat er een einde
komt aan het veelzijdige programma
aanbod waarvoor Nederland 1 garant
zou dienen te staan. Het einde van het
publieksnet met zijn brede invulling als
tegenhanger van de eenzijdig op amuse
ment, series, sport en show gerichte
commerciéle televisie die we straks krij
gen. In Engeland heb je het al een beetje
kunnen zien. Daar is de BBC er, onder
de concurrentiedruk van de commercié
le televisie, toch maar toe overgegaan
om de piektijden te reserveren voor de
populaire programma's en de gezichtsbe
palende programma's naar dee voor
avond of de late uurtjes te verschuiven.
Dat is het jammere van zo'n duaal be
stel. Wat gaat bijvoorbeeld Marcel van
Dam met de VARA doen? Ontleent hij
zijn bestaansrecht aan een gezichtsbepa
lende vorm van televisie als alternatief
voor de commerciéle tv of gaat hij het
pretnet achterna en worden de KRO en
de NCRV meegezogen? Dat blijft voor
alsnog een onduidelijke zaak".
PIET SNOEREN
binnen de perken
Ondanks de vreemde winter en de enor
me hoeveelheid vocht die de laatste we
ken gevallen is kunnen we nu dan toch
eindelijk een beetje uit de voeten in de
tuin. Er zijn zaken die dringend geregeld
moeten worden om in de komende
maanden volop te kunnen profiteren
van de moestuin en van de schoonheid
van de siertuin. Een goede en biologisch
vriendelijke hulp daarbij is de lente-uit
gave '88 van De Kleine Aarde, het tijd
schrift voor ecologisch tuinieren.
Een kort overzicht van hetgeen in dat
lentenummer te vinden is. In de eerste
plaats is het van belang niet al te ijverig
te zijn bij de bestrijding van vroeg on-
kruid in de tuin. Naast de eerste spriet
jes van spinazie en radijs komen ook de
eerste onkruidplantjes boven de grond.
Alvorens ze weg te schoffelen of met
wortel en al uit te rukken is het goed na
te gaan of dat onkruid nuttig gebruikt
kan worden. Vele soorten zijn namelijk
uitstekend te gebruiken als smakelijke en
gezonde groente.
Maar veel andere wilde planten in een
moestuin zijn ongewenst. Zij concurre
ren met de geteelde soorten en gebruiken
water, mest en licht die nodig zijn voor
het voorspoedig groeien van de kweek-
planten. Bovendien kunnen veel onkrui
den op de bodem een milieu scheppen
dat schadelijk is voor de geteelde soor
ten. Donker en vochtig waarin ziekten
en slakken welig tieren. Daar komt bij
dat verschillende onkruiden in zeer kor
te tijd tot volle wasdom komen. Vaak
sneller dan geteelde gewassen zodat ze
die maar al te vaak in korte tijd gaan
overheersen.
Onkruid wordt niet alleen verspreid
door het zaad maar er zijn ook diverse
soorten die zich voortplanten met be
hulp van uitlopers. Kweekgras is daar
een voorbeeld van. De wortels van dit
gras zijn uitermate levensvatbaar, ook
als ze tot stukjes van één tot twee centi
meters stuk geschoffeld worden. Elk
stukje kan weer een nieuwe plant vor
men en daarom is het verstandiger
kweekgras met een greep uit de bodem
te halen. De op die manier verzamelde
wortels kunnen met behulp van veel
zonlicht onschadelijk gemaakt worden.
Verbranden kan ook of afvoeren via de
huisvuilophaaldienst.
De aanwezigheid van kweekgras in de
tuin kan wel veel vertellen over de struc
tuur van de grond: hoe meer van dat
gras hoe slechter de structuur. Kweek
heeft veel voeding nodig en veel stikstof.
Aan die voorwaarden moet de grond
waarin kweek groeit dus ook voldoen.
Verschillende onkruidsoorten kunnen
ook wijzen op een goede structuur van
de bodem. Wie in zijn tuin veel vogel
muur, ereprijs en knoopkruid vindt,
heeft een garantie»dat de grond in de
beste conditie is. De voorspoedige groei
van smeerwortel en brandnetel zijn een
teken dat de grond overbemest is.
Veel onkruidsoorten zijn heel bruikbaar
als (soep)groente. De jonge toppen van
de brandnetel bijvoorbeeld kunnen ge
kookt worden als spinazie. Er kan ook
een heerlijke groentebouillon van getrok
ken worden als basis voor een gezonde
soep. Van de paardebloemen zijn de jon
ge, frisgroene blaadjes te verwerken tot
een voorjaarssalade. Pluk daarvoor wel
jonge blaadjes, als de bladen groter en
ouder worden krijgen ze een onaange
naam bittere smaak. Gecombineerd met
verse vogelmuur en een enkel radijsje is
een salade van paardebloem een op het
Franse platteland al jaren zeer geliefde
lekkernij.
Let op waar de wilde groenten geplukt
worden: niet in de berm van een weg
waar uitlaatgassen de planten kunnen
vergiftigen. En niet bij akkers waar ge
spoten is met bestrijdingsmiddelen. Ook
daarvan kunnen resten op de planten te
recht zijn gekomen. Die zijn niet bevor
derlijk voor de gezondheid. Wie meer
wil weten over onkruid, over de manier
waarop ze herkend kunnen worden en
over de toepassingen ervan in de keuken
kan op 18 juni op bezoek gaan bij De
Kleine Aarde in Boxtel. Dan wordt daar
een studiedag gehouden met de titel On-
(gewenste)kruiden.
JAN VAN KOOTEN
>£eidóc@ou4CMit'