Het heerlijke
hogedrukgebied
van de Azoren
finale
En wat moet die wasstamper daar?
Explosief'
weesjongetje
Schoeisel
Reis naar China
in
Kindermuseum
1 £eidóc Qowimd
ZATERDAG 26 MAART 19
Toen op 5 februari 1883 de Nederlandse
„Kannonneerboot nr. 2" in de haven
van Antwerpen in handen dreigde te
vallen van de opstandige Belgen, sprak
commandant Carel Josephus van Speyk
de historische woorden „Dan liever de
lucht inwierp een brandende si
gaar in een vaatje buskruit en was op
slag dood en onsterfelijk. Toen de kruit
dampen nog maar goed en wel waren
opgetrokken kwam er een ware helden
verering op gang. Dichters en kunste
naars lieten zich door de historische
daad inspireren. Over de legendarische
Amsterdammer schreef Sandra de Vries
het boek „De lucht in gevlogen, de he
mel in geprezen", dat volgende week bij
Joh. Enschedé Zonen verschijnt. Het
Amsterdams Historisch Museum omlijst
die publikatie tot en met 15 mei met een
diapresentatie over het leven en de vere
ring van Van Speyk. Het hoofdstedelijk
museum is een toepasselijke plek voor
dat eerbetoon, want het is gehuisvest in
het voormalige Burgerweeshuis, waarin
Van Speyk een deel van zijn jeugd door
bracht. Het Amsterdams Historisch Mu
seum, Kalverstraat 92, is geopend van
maandag tot en met zondag van 11 tot
17 uur. Toegangsprijs 3,50, kinderen
en 65+1,75. Museumjaarkaart geldig.
06-lijn voor
watersporters
Op de 06-lijn komen nu ook de water
sporters aan hun trekken. Meteo Consult
in Wageningen is begonnen met de
WindlineDaarmee bindt het Wage-
ningse bedrijf van de voormalige, televi
sie-weermannen John Bernhard en Har
ry Otten de concurrentiestrijd aan met
het telefonisch weerbericht van de PTT
en het KNMI (003). De Windline geeft
via telefoonnummer 06-910.910.95 dag
en nacht actuele informatie over de wind
snelheid, windrichting en temperatuur op
vijf bekende watersportlocaties: Hoorn,
Zandvoort, Scheveningen, Muiderberg
em Brouwersdam. De metereologen van
Meteo Consult voegen aan die feitelijk
informatie ook een lokale weersverwach
ting toe. Op de vijf locaties staan meetpa-
len die de centrale computer in Wagenin
gen elk half uur voeden met meetgege
vens. Die worden via een computerge
stuurde spraaksynthesizer automatisch
doorgegeven aan degene die het 06-num
mer draait. Meteo Consult garandeert
dat de informatie nooit ouder is dan een
half uur. Het beluisteren van het volledi
ge weerbericht duurt nog geen twee mi
nuten. De informatie kost twee kwartjes
per minuut. Volgende maand gaat de
Windline ook informatie verstrekken
over neerslag en begin juni over zonne
schijn.
Met de tentoonstelling „Schoeisel in an
dere werelddelen" belicht het Museum
voor Volkenkunde in Rotterdam de on
derdanen van de mensheid: van blote
voet tot lieslaars, en vooral de vele uit
voeringen van schoeisel die tussen die
twee uitersten te vinden zijn. De exposi
tie maakt duidelijk dat schoeisel het ver
haal vertelt over het leven van de men
sen die er in rondlopen. Zo laten bij
voorbeeld het klimaat, de bodemgesteld
heid en de regenval in een bepaald land
zich aan de schoenen aflezen. Ze zijn
ook het visitekaartje van de mens. Het
schoeisel van een werkman of landarbei
der lijkt immers in de verste verte niet
op dat van een vorst of een welgestelde
dame. De tentoonstelling besteedt ook
aandacht aan de schoen als produkt van
vakmanschap. Het Museum voor Vol
kenkunde aan de Willemskade 25 is geo
pend van dinsdag tot en met zaterdag
van 10 tot 17 uur, op zondag van 11 tot
17 uur. Toegangsprijs: ƒ3,50, kinderen
tot en met 16 jaar gratis. Op woensdag
zijn de Rotterdamse musea gratis toe
gankelijk.
Kunstjesmarkt
Tot en met 16 oktober wordt elke zondag
op het Thorbeckeplein in Amsterdam een
kunstmarkt gehouden. In de tientallen
kraampjes exposeren kunstenaars hun
werk waaronder schilderijen, aquarellen
en keramiek. Naast de tentoongestelde
kunst bewonderen kan de bezoeker er
ook kijken naar kunstenaars die met hun
werk bezig zijn. De markt kan bezocht
worden van 12-18 uur, in de maanden
juli, augustus en september zijn de
kunstenaars en hun kraampjes ook elke
zaterdag op het plein aanwezig.
Het toerisme op deAzoren is
volop in ontwikkeling. Hoewel
men nooit op het echte
massatoerisme moet rekenen
wegens het gebrék aan stranden,
wordt er werk van gemaakt.
Hotels worden gebouwd,
vliegvelden aangelegd, musea
opgeknapt en uitgebreid. De
toerist is welkom. „Tóch willen
we niet overdrijven", beweert
José Manuel Ramos, directeur
van de Portugese Dienst voor
Toerisme in de Benelux. „De
Azoren mogen geen tweede
Ibiza of Mallorca worden. We
proberen het aantal hotels te
beperken. Campings zijn
voorlopig nog taboe. De Azoren
zijn voor mensen die iets anders
willen dan strand, die willen
genieten van het klimaat of die
nog eens een ongerept stuk
natuur en een bizar landschap
willen zien". Voor meer
inlichtingen over deze reis kan
men terecht bij het Portugees
Verkeersbureau: Javastraat 96,
2e eiage, 2585 AVDen Haag,
tel. 070-639358.
De Azoren worden gevormd door negen eilandjes van vulkanisch gesteente. Negen paradijsjes zijn het.
TERCEIRA - Belgen, meer in het
bijzonder de Vlamingen, hebben
een bijzondere band met de Azo
ren: negen kleine stipjes ver weg in
de oceaan. Reisgrage Belgen von
den het er enkele eeuwen geleden
zo mooi, dat ze er bleven. Vandaar
dat er in alle geschiedenisboekjes
die op de eilanden gebruikt worden
sprake is van „de Vlamingen".
Wat dus weer betekent dat je ook
als Nederlander op de Azoren een
heel klein beetje thuis bent. Want
wij hebben immers ook zo'n bij
zondere band met de Vlamingen.
De meeste mensen kennen de eilanden
alleen van het beroemde „hogedrukge
bied boven de Azoren", waarover weer
mannen het zo vaak hebben. Die Azoren
worden gevormd door negen kleine ei
landjes, samen ongeveer zo groot als het
Groothertogdom Luxemburg. Erg klein
dus. Er wonen nauwelijks 25.000 men
sen. De Azoreanen zijn Portugese staats
burgers. Toen de Portugezen de eilanden
in de 15e eeuw ontdekten, waren die nog
onbewoond. De eilanden liggen ruim
1600 kilometer van Lissabon verwij
derd, op ongeveer dezelfde hoogte.
„Omdat God de zevende dag van de
schepping te moe was om nog iets te
scheppen, gooide hij nonchalant negen
stukjes lava in de oceaan", vertelt de le
gende. Het werden negen stukjes para
dijs van vulkanische oorsprong. Daar
van getuigen de zwarte lavarotskusten,
kratermeren, de geisers op Sao Miguel'
en natuurlijk de Picö, een uitgedoofde
vulkaan, die met zijn 2351 meter de
hoogste berg van Portugal is.
Witte huizen
In 1980 werd heel de stad Angra op het
eiland Terceira door een hevige aard
schok vernield. Zestig mensen lieten
hierbij het leven. Honderden raakten
dakloos. Dank zij de hulp van Unesco is
Angra nu weer een gezellig stadje met
spiksplinternieuwe huisjes, perfecte
kopieén van hun voorgangers uit de 16e
en 17e eeuw.
Diezelfde witte huizen met grijze ramen
en rode dakpannen vind je op alle eilan
den. Ze steken fel af tegen het frisse
groen van het gras en de bomen en tegen
de kleuren van de duizenden bloemen.
Eén van de eilanden heet niet voor niets
Flores.
Zo lieflijk als het landschap, zo zacht is
ook het klimaat. Op de Azoren vriest
het nooit en het is er nooit warmer dan
30 graden. Regen valt er het hele jaar
door, maar echte.druilerige dagen krijg
je zelden of nooit voorgeschoteld. „Wij
hebben vier seizoenen in één dag", zeg
gen de Azoreanen.
De hogedrukstroom vanaf de Azoren is
niet de enige luchtverbinding met het
Europese vasteland. De hoofdstad, Pon-
ta Delgada, is dagelijk vier maal per
vliegtuig bereikbaar vanuit de Portugese
hoofdstad Lissabon.
Ponta Delgada is zeker niet de mooiste
stad op de Azoren. Het is eigenlijk de
enige die een beetje een slordige indruk
maakt. Maar de rest van het eiland is
één lange streling voor het oog. Het
landschap heeft iets Iers: heuvelachtig,
vettig, mals groen, zwartwitte koeien en
rotskusten. Alleen de agaven, de palm
en bananebomen en de hagen hortensi
a's geven er een tropisch tintje aan.
Betoverend is Sete Citades, een enorme
krater met een diameter van 7 kilometer
met twee meren: het ene groen door de
weerspiegeling van de begroeide flank,
het ander blauw door de weerspiegeling
van de blauwe lucht. Over deze krater
vallei doen liefst zeven legenden de ron
de. Allemaal verwijzen ze naar een
prachtige stad die eens in de vallei lag,
door een vulkaanuitbarsting vernietigd
werd en onder water verdween. Een At-
lantis-story dus.
Indrukwekkend is ook de Furnasvallei.
Deze ontstond eveneens na verschillen
de vulkaanuitbarstingen. Nu nog leeft
het binnenste van de aarde aan de op
pervlakte in Furnas. Op vele plaatsen
komen warme dampen uit de grond,
midden in de vallei kookt de aarde in
holen tussen de rotsen en er zijn warm
waterbronnen waaraan die in Duitsland
en België niet kunnen tippen. Fupias is
Portugees voor „stoomketel". Typisch
gerecht voor Furnas is de „Cozido das
Furnas", een soort karbonade, gestoofd
in een van de geisers. De overheid heeft
in sommige holen keurige betonnen bui
zen geplaatst waarin de bewoners van de
vallei hun potje kunnen koken. Zeer bij
zonder van smaak, dat potje, met een
niet te miskennen zwavelgeurtje, maar
niet geschikt om veel van te eten.
schipperskroeg
Faial is het Vlaamse eiland bij uitstek.
Faial ligt vlakbij Pico en Sao Jorge. De
vlucht met het kleine vliegtuigje van Air
Acores over deze eilanden is onvergete
lijk. Van heel ver duikt Pico als een
reusachtige schim uit het blauw op. Vlak
ernaast ligt het langgerekte eiland Sao
Jorge naast het bijna ronde Faial. Al de
eilanden zijn afgezoomd met een krans
van zwarte rotsen waar de zee witschui
mend tegen te keer gaat. Betoverend.
Faial zelf is een speels eiland. De hoof-
stad Horta is een klein (8000 inwoners),
maar gezellig stadje met een pittoreske
haven vanwaar je een prachtig uitzicht
hebt op de Pico. De haven wordt vaak
aangedaan door zeilers en kleinere sche
pen op weg naar Amerika. Vandaar de
typische schipperskroegen aan de kade.
De bekendste is wel „Sint Petrus". De
kroeg hangt vol vlaggen en wimpels met
namen uit de hele wereld, allemaal van
mensen die op weg van het ene conti
nent naar het andere op Faial even kwa
men uitrusten. Vaak vinden ze er een
brief van familie of vrienden. Er is im
mers geen schipper die voorbij de Azo
ren vaart zonder in „Sint Petrus" een
flink glas gin te drinken.
Vanuit de haven vertrekt een bootje
naar Pico, een vaart van een half uurtje.
Nergens zijn de lavakusten zo grillig als
in Pico, nergens is het landschap zo
woest en lieflijk tegelijk. In de hagelwitte
dorpjes zijn kleine musea gevestigd waar
haaietanden en gebitten en geraamtes
van walvissen worden bewaard. Tot
voor enkele jaren waren de inwoners
van Pico immers walvisjagers van for
maat. Sinds de jacht op deze dieren
werd gereglementeerd, blijven alleen nog
de musea over en het kleine fabriekje
waar vroeger de walvissen verwerkt wer
den tot olie en andere produkten.
Paasgebruiken
in Overijssel
Overijssel, en met name Twente, heeft
haar eigen paasgebruiken. Deze brengt
elk jaar weer duizenden mensen op a'
been. Het woord vlöggelen zal menig bui
tenstaander zeer vreemd in de oren klit,
ken. Het vlöggelen in Ootmarsum hek
een karakter van een paasprocessie. Ach
„paaskerels" gehuld in regenjas en gi
tooid met hoed, zorgvuldig volgens tradl
tie aangesteld voor het uitoefenen van dl
,,ambt", vormen het begin van een land
rij mensen, die hand in hand al zinged
door Ootmarsum lopen. Zij schroma
zelfs niet om in lange rij door diverse gi
bouwen te gaan. In Denekamp trekt eet
grote menigte op Eerste Paasdag nai
het Huis Singraven. Onder leiding va|
.Judas" en „Iskariot" wordt de groè
mensen steeds groter, terwijl aïlerli
paasliederen worden gezongen. Op Sin}
raven wordt een boom geveld en dei
wordt, met een ton teer bovenin, gezl
naast de houtstapel van het paasvuul
Boom en ton vormen samen de paal
staak en de teer wordt 's avonds aangi
stoken, waarmee het paasvuur begonna
is. Denekamp is niet de enige plaats mi
een paasstaak, ook TiIligte kent er eeA
In veel andere plaatsen worden allen
paasvuren opgebouwd. Reeds nu liggel
al her en der in de regio kleine en groii
stapels takkenbossen voor dit doel klaa\
Meer informatie is te verkrijgen bij
VVV-kantoren.
In het Kindermuseum „TM junior" va
het Amsterdamse Tropenmuseum hee
het laatste uur van de draak bijna gesla
gen. Eind april namelijk gaat de speciaa
voor kinderen samengestelde tentoon
stelling „Het uur van de draak" na twe
jaar dicht. De indrukwekkende expositi
over China, Hongkong en de Chinezej
in Nederland trok sinds de opening it
april 1986 ruim 60.000 bezoekers. „Ha
uur van de draak" is méér dan een ten
toonstelling. Het is een avontuur. Gid
sen nemen de bezoekers mee op een reij
naar het Verre Oosten. Onderweg vertel
len zij over de bezienswaardigheden. Dj
trip begint in de woning van meneq
Tcheng die vijftig jaar geleden uit Chinji
naar Nederland kwam. Aan de hand vai
dia's vertelt hij zijn levensverhaal. Dj
reis voert vervolgens via Hongkong naaj
China. Door het Kindermuseum kronkel
len Chinese straatjes, compleet met wa
ningen, winkeltjes, een schooltje, restaii!
rant, fabriekje, ziekenhuisje, dorpshui!
en een theatertje. Alles is levensecht in
gericht met duizenden originele voor!
werpen uit China, van schoolboeken
kranten, keukengerei en meubilair td
een complete autobus. Tijdens de twe
uur durende museumreis maken de bt
zoekers kennis met het gezins-, schooj
en uitgaansleven in China. In een exo
tisch ingerichte keuken krijgen zij ee
portie mie en een kopje Chinese th^
voorgeschoteld. Een fraai vuurwen
vormt het knallend besluit van de Ij
vensechte en boeiende aardrijkskundj
les. Om zoveel mogelijk kinderen alsnd
de kans te geven de boeiende reis na2
China te maken, zijn in de laatst
maand, april, extra dagen vrijgemaall
voor individuele bezoekers. Elke zondag
Goede Vrijdag (1 april) en van 3 tot ej
met 10 april (paasvakantie) is het Kin
dermuseum - zonder reservering - ged
pend van 12 tot 16 uur voor kinderei
tussen 6 en 12 jaar. Oudere kinderen ei
volwassenen mogen alleen onder bege|
leiding van een 6- tot 12-jarige naar bin'
nen (maximaal één per kind). „TM ju
nior" is niet geschikt voor kinderen jon
ger dan 6 jaar. Voor meer informatie!
020-56.88.300.
Op stap met
archeologen
Thema Tours in Utrecht haakt in op dl
toenemende vraag naar wandelvakantie
met twee reizen rond het thema archeola j
gie en landschap. Onder begeleiding van j
archeologen en landschapsdeskundigel J
doorkruisen de deelnemers gebieden dil I
in een ver verleden door de Romeinen en
de Kelten werden beheerst. Al \vapdelem i
ontdekken zij hoe de plaatsing van hm
zen, forten en de aanleg van wegen voorl
al werd bepaald door ae natuurlijke onil
geving. De wandelingen worden georgal
niseerd in samenwerking met de Stick
ting Archeologie en Landschap en hein
ben als thema .Romeinse rijkdom rono
Trier" (22 tot en met 28 mei, f 995) en
.Kelten langs de Donau" (12 tot en ma
20 mei, f 1495).
In het kader van „Nederland
Museumland" belichten we in
deze rubriek elke week een
minder bekend museum. In
maart staat Drenthe centraal
Vandaag aandacht voor het
Historisch Museum Drenthe's
Veste.
Aan de Sallandsestraat in Coevor-
den staat een huis met een Renais-
sancegevel uit 1631. Op de balken
van de verdiepingen staat een
gebed geschilderd: „Ach God las
Dich bevolen sein - dit Haus und
da wonen ein - aufdas Dien al-
mechtige Hant - das selbe bewar
voor roef und Brant".
Dat voortdurende gebed aan de openba
re weg staat daar niet voor niets. Want
kasteel en vesting Coevorden waren,
vanaf de Slag bij Ane tot aan de ont
manteling in 1870, altijd een geliefd reis
doel van veldheren. Dat zijn heren, wie
een vesting altijd in de weg ligt. Aan
„roef und Brant" in Coevorden dus geen
gebrek.
Ooit gold Coevorden als een van de
sterkste - zo niet het sterkste - forten
in Europa. Volgens de theoretische in
zichten van de bouwer, Simon Stevin,
was ze dat ook - al wordt de sterkte van
een vesting in de praktijk hoofdzakelijk
bepaald door de vasthoudendheid van
de mannen die haar verdedigen. Wat
moet daar dan al niet gebeurd zijn, dat
de wapenspreuk van Coevorden luidt:
„Multis periculis supersum" (Vele geva
ren zijn we te boven gekomen)? Niet
veel, beoordeeld althans naar haar func
tie als verdedigingswerk. Want Coevor
den heeft - eerst als kasteel, later als
vesting - steeds de rol van tragische
held gespeeld. Bijvoorbeeld: geldgebrek
was er aan het eind van de zestiende
eeuw de oorzaak van dat de versterking
van het kasteel tot vesting niet vlotte,
waardoor Coevorden (zoals beschreven)
„over en weer gaat als een kaatsbal" om
tenslotte twaalf jaar aan Spaanse kant te
blijven. Toen kostte het Maurits een be
legering van 45 dagen om het kasteel en
de bebouwing er omheen in handen te.
krijgen. De nerveuze Spanjaarden waren
wat onvoorzichtig met vuur, waardoor
Coevorden grotendeels afbrandde. On
der Maurits werd de vesting tot „de
sterkste van Europa" gemaakt. Maar na
een beschieting door de artillerie van
Bommenberend capituleerde de weinig
geharde bezetting. Dat wordt niet uitge
wist door een slimme heroveringsplan
dat een schoolmeester generaal Raben-
haupt aan de hand deed.
De laatste keer dat Coevorden een tragi
sche rol speelde was nadat Napoleon in
1813 bij Leipzig verslagen was. De Fran
se vestingcommandant wilde stad en
vesting niet overgeven aan het legertje
van kozakken, Nederlandse troepen en
regionale vrijkorpsen dat hem belegerde.
Hij commandeerde pas de afmars nadat
een Franse regeringscommissaris hem
ervan had overtuigd dat de oorlog was
afgelopen. En zoals in elke oorlog was
ook nu weer de burgerij de dupe van
„roef und Brant", honger en geweld.
Van de geweldige vesting is niet veel
meer over dan een deel van de ring
grachten, een deel van het kasteel, de
hervormde (garnizoens)kerk en het arse
naal - een pakhuis voor kogels en wa
pens. Zelfs het oude stratenplan is gro
tendeels uitgewist en door nieuwbouw
overwoekerd. En in het streven naar een
grote toekomst voor de enige, althans
oudste stad van Drenthe, wordt nu se
rieus gedacht aan de bouw van een mo
dern stadskantoor vlak naast Coevor
dens trots, Het Kasteel. Bij het „renove
ren" van stukken stadsgracht zijn zand
zuigers tekeer gegaan zonder dat archeo
logen de kans kregen, naar overblijfselen
uit het zo „opgepepte" verleden te zoe
ken. In de landerijen waar de modder
uiteindelijk uit de pijpleidingen kwam,
werden niets dan scherven, brokken en
onherkenbaar afgesleten munten gevon
den. Daaronder zijn zonder twijfel „mu
seumstukken" geweest. Ze gingen verlo
ren voor „Drenthe's Veste", het mu
seum dat sinds 1979 gevestigd is in het
Arsenaal.
De voorwerpen die er wel getoond
worden, zijn verdeeld in zeven afdelin
gen. Dank zij het feit dat de NAM in de
gemeente Coevorden het eerste aardgas
in Nederland aanboorde, begint de col
lectie met een aantal boorkernen, die in
zicht geven in de opbouw van de onder
grond. Vervolgens is er een afdeling pre
en protohistorie, waar onder meer in
beeld gebracht is hoe vuurstenen gereed
schappen, zoals ook bij Coevorden ge
vonden, gemaakt werden. De verzame
ling middeleeuws aardewerk en glas, ge
vonden in de vesting, telt maar een paar
min of meer gave voorwerpen. De rest
bestaat uit weinig belangrijke scherven.
De helm van Rabenhaupt, die eens het
graf van de krijgsman en drost sierde, is
een replica. Want de echte werd aan het
Drents Museum in Assen geschonken.
Klein maar fijn is de collectie te Coevor
den geslagen munten en penningen -
aangevuld met munten van VOC, Repu
bliek en Koninkrijk. De kostuumafde-
ling en een collectie siergansjes is even
eens de moeite van een wat langer rond
snuffelen waard; de herinneringen aan
Van Heutsz en ons koloniaal verleden
daarentegen is door de summiere infor
matie wat mager. Leverde de aandacht
voor Coevorden als sterkste vesting van
Europa - anders dan door een werkelijk
schitterende maquette - al weinig op
dat de moeite is om even bij stil te
staan, de wegens ruimtegebrek nogal
versnipperde afdeling „geestelijk leven,
bezettingstijd en bevrijding" is niet meer
dan een ratjetoe: stukjes zeep uit de oor
log, een stengun en sigaretten van de Ca
nadezen plus een stopfles met „zilverpa
pier uit de geallieerde vliegtuigen" zon
der de verklaring waar dat voor diende
Een sacramentsvaantje uit een onbeken
de katholieke kerk hangt aan de hanebal
ken. De erbij horende standaard staat
als een soort neogothische wasstamper
langs het gangpad. Raden maar.
De charme van Drenthe's Veste is, da
haar collectie het midden houdt tussei
een dorpse oudheidkamer en een raritei
tenkabinet. Uit zo'n presentatie blijkt te
meer, dat het historisch besef in Coevor
den (te) laat is doorgebroken en nog nie
tot zodanige bloei is gekomen dat Dren
the's Veste zich kan permitteren, haa
collectie kritisch te selecteren. Zou he
dat wel doen, dan zou het museum ooi
niet hoeven klagen over ruimtegebrek
De aanduiding „museum" is even pre
tentieus als de trots op de sterkte van di
vroegere vesting. JAN BAKKEÏ
Historisch Museum Drenthe's Veste, ge
vestigd aan de Markt in het centrum var
Coevorden. Open: op werkdagen van
10.00-12.30 en van ,13.30-17.00 uur. Ek
tree: Volwassenen f 1,25, kind. en 65+ j
0,50. Houders Museumkaarten vrij
toegang.