finale e heeft nkele appelijke s I ..de )e idealen van kleine dokter" Bloedgroep Planten ALFRED VOGEL, PIONIER VAN DENATULRGLNEESWIJZl Controle Pastoor Jehova's CcidóeGou/totil ZATERDAG 12 MAART 1988 IIOOGLERA\R ASTROLOGIE GRONINGEN: GRONINGEN - Zijn Zon staat in Maagd, evenals Jupiter en Mercurius. Zijn ascendant is Vissen. Maan, Venus, Mars en Neptunus staan in Weegschaal. Zie hier enkele gegevens uit de horoscoop van prof. dr. P.C. van der Kruit, op 18 september 1944 geboren in Schiedam om zes uur 's avonds, Centraal Europese tijd. Van der Kruit heeft zijn geboortehoros coop als experiment zelf uitgerekend. Hij heeft die onlangs laten afdrukken bij de tekst die hij uitsprak bij de aanvaar ding van het ambt van hoogleraar ster renkunde aan de rijksuniversiteit in Groningen. Maar hij heeft geen astrolo gische interpretatie gemaakt. Van der Kruit is namelijk absoluut niet geïnteres seerd in wat de standen van die planeten in sterrenbeelden en astrologische hui zen allemaal over zijn karakter en zijn toekomst zouden kunnen vertellen. Hij is hoogleraar astronomie. En dat is héél wat anders dan astrologie, ook al ver schilt 't maar twee lettertjes. „De mensen weten vaak het verschil tussen astrologie en astronomie niet. Dat merk ik voortdurend als in een gezel schap ter sprake komt dat ik astronoom ben", zegt Van der Kruit in zijn werkka mer in de Groningse universiteit. Hij be studeert de vorming en ontwikkeling van complete melkwegstelsels. Astrolo gie houdt zich bezig met de invloed van hemellichamen op het lot en de aanleg van mensen. „Veel mensen denken dat astrologie een natuurwetenschappelijke basis heeft. „Er zit toch wel iets in. Wat vind jij daar van?", krijg ik vaak te horen. Astrologen doen ook erg hun best de astrologie een wetenschappelijk tintje te geven. Zo worden astrologische cursussen vaak ge geven door mensen met academische ti tels. Ze wekken op die manier de indruk dat kennis van de astrologie van univer siteiten afkomstig is. Volstrekt ten on rechte", aldus de hoogleraar. Hij benadrukt geen kruistocht tegen de astrologie in het algemeen te willen hou den. Dat zou weinig zinvol zijn, meent hij, gezien de overstelpende belangstel ling voor astrologie en andere occulte za ken. „Bij onderzoek in de Verenigde Sta ten bleek meer dan negentig procent van de ondervraagden hun sterrenbeeld te kennen. Maar aan een Amerikaanse uni versiteit wist nog niet eens zestig procent van de studenten hun bloedgroep te noe men. Terwijl het toch soms zelfs van le vensbelang kan zijn je bloedgroep te we ten". Van der Kruit kan allebei zonder aarzelen noemen: Maagd en bloedgroep O rhesus negatief. „Ik heb er echt niets op tegen dat men sen zich met astrologie inlaten. Als het lezen van een horoscoop in krant of tijd schrift iemand houvast geeft, dan moet hij of zij dat vooral niet laten. Dat staat iedereen vrij. Ik ben er persoonlijk heel gelukkig mee dat ik zélf invloed kan uit oefenen op mijn leven, dat ik zélf beslis singen kan nemen. Voor anderen kan het misschien juist een troost zijn dat de dingen zijn bepaald, dat wat hen over komt in de sterren staat geschreven. Maar natuurwetenschappelijk gezien is er geen enkele aanleiding te veronder stellen dat alles van te voren is vastge legd. De universiteit mag ook op geen' enkele manier de suggestie wekken, dat dit wel zo zou zijn". En om dat laatste gaat het de professor. In zijn rede staat „dat met name astronomen ernstig moeten waarschuwen tegen misbruik van goed geloven". Van der Kruit wijst op een verklaring die in 1975 in de Verenigde Staten is on dertekend door 186 vooraanstaande we tenschappers, voornamelijk astronomen, astrofysici en natuurwetenschappers. „De tijd is gekomen om direct en krach tig de pretentieuze beweringen van astrologische charlatans te weerleggen", staat er in de verklaring. „Het is gewoon fout te denken dat de krachten die ster ren en planeten op ons uitoefenen ten tijde van onze geboorte enige invloed kunnen hebben op onze toekomst. Ook is het niet waar, dat de posities van ver re hemellichamen zekere dagen of perio den geschikter zouden kunnen maken voor het ondernemen van bepaalde za ken, of dat het sterrenbeeld waaronder men geboren is, iemands geschiktheid of ongeschiktheid om met anderen om te gaan bepaalt". „Je hoort vaak „dat er toch wel iets in zit", omdat bijvoorbeeld iemands hart klachten zijn voorspeld, of een emigratie naar Canada. Astrologie komt vaak ach teraf met zulke „bewijzen". Of met zul ke vage voorspellingen dat je er alle kan ten mee op kunt. Ook worden vaak sta tistische argumenten gebruikt. Maar he laas zijn astrologen niet de enigen die de statistiek verkeerd gebruiken. Als je in een trein zit, kun je constateren dat bij alle overwegen de spoorbomen dicht •zijn. Maar daar kun je geen statistische iconclusies over spoorbomen uit trek- ,ken". |In Californiè is een test uitgevoerd met een aantal erkende astrologen. Er wer den van proefpersonen psychologische persoonlijkheidsbeschrijvingen gemaakt, die de astrologen als een correcte om schrijving aanvaardden. Daarna kregen de astrologen naast de persoonlijkheids beschrijving drie horoscopen voorgelegd: steeds eentje van de proefpersoon zelf en van twee willekeurige anderen. Ze moes ten de juiste geboortehoroscoop erbij zoeken. Dat lukte in één op de drie ge vallen. Net zo vaak als wanneer blinde lings een horoscoop zou zijn uitgekozen. „Een geboortehoroscoop zegt dus niets over iemands persoonlijkheid", aldus Van der Kruit. Toch aardig eens te kijken wat een astro logisch handboek over de horoscoop over Van der Kruit weet te melden. Zon in Maagd: „Een sterke drang naar kennis is dit type eigen, waarbij zij zeer kritisch en methodisch te werk gaan. Zij zijn buitengewoon verstandig, dit teken pro duceert wetenschapsmensen van de eer ste rang". Mercurius in Maagd: „Het verstand is scherp, analytisch, groot waarnemingsvermogen. Ordelievend en methodisch. Wetenschappelijk". Met de wetenschappelijke carrière van ,Van der Kruit zit het dus wel goed, al thans volgens de astrologie. Maar dat zal hem zelf worst zijn. U hebt zijn zegen als u de horoscoop voor de komende week in een of ander weekblad leest. U mag er van hem zelfs in geloven, dat is uw eigen zaak. Maar u mag absoluut niet denken dat die voorspellingen een wetenschappelijke basis hebben. I LILIAN VINTHER Doctor honoris causa Alfred Vogel is een man die velen bezighoudt. Uit een eenvoudig milieu in het Zwitserse Juradorpje Aesch afkomstig (geboren in 1902), ontwikkelde hij zich door zelfstudie tot een groot plantkundige. Zijn kennis vond zijn basis in de aloude kruidenkunde zoals die van generatie op generatie bij de bergbevolking in zijn land werd overgeleverd. Later maakte hij onderzoekingsreizen naar primitieve volken in Midden- en Zuid- Amerika. Afrika en het Verre Oosten. In de loop van tientallen jaren bracht hij een breed programma BAZEL - In een villawijk van een voorstad van Bazel, met de Duitse grens op zichtafstand, staat het huis van Alfred Vogel, bijgenaamd „de kleine dokter". Miljoenen mensen kennen zijn naam en lezen geregeld zijn raadgevingen voor hun gezondheid in zijn talloze pu- blikaties. Het huis is van buiten onopvallend en sober. Binnen staan typisch Zwitserse meubels. Nergens is iets te zien wat je luxe zou kunnen noemen - alles is functioneel, meer niet. Maar Deni- se Vogel, z'n tweede echtgenote, die de kwieke 85-jarige na het overlijden van de eerste mevrouw Vogel ter zijde staat, weet sfeer te scheppen. Alfred Vogel, doctor honoris causa van de universiteit van Los Angeles, plant kundige, geniaal pionier op het gebied van de natuurgeneeswijze en oprichter van een bedrijf van wereldfaam, is wer kelijk opvallend klein van stuk. Je ziet dat hij niet jong meer is. Hij heeft grijs haar boven een markant, gebruind ge zicht. Bepaald verrassend zijn z'n vitali teit en uitstraling. Een onvoorstelbaar goed geheugen heeft die man, ook al klaagt hij soms dat het niet meer zo goed is als vroeger. Vogel is een vertegenwoordiger van de generatie bijzondere mensen uit het pril le begin van deze eeuw, die gedreven door een ideaal en voorzien van een meer dan gewoon doorzettingsvermo gen. iets uitzonderlijks tot stand ge bracht hebben. Als achttienjarige begon hij met het uitdragen van zijn bood schap. maar pas veel later kreeg hij. na ten dele zeer moeilijke jaren, vaste grond onder de voeten Hij heeft niet veel tijd nodig om op gang te komen met z'n levensverhaal. Voor de vraag helemaal uitgesproken is begint hij al: „Vanaf 1920, toen ik begonnen ben. hebben we uit planten de produk- len vervaardigd. Vroeger namen we ge droogde planten, maar de ervaring heeft geleerd dat de verse plant beter is, be paalde vitale stoffen bevat die door het drogen niet helemaal verdwijnen maar gereduceerd worden". „Zo'n tien of vijftien jaar was schraal hans bij ons keukenmeester. Om het be drijf het noodzakelijke kapitaal te kun nen verschaffen, hebben mijn vrouw en ik op alles moeten besparen watje in het dagelijks leven nodig hebt. Op die ma nier kwamen we verder. En plotseling merkten steeds meer mensen, ook art sen, dat deze plantenprodukten, in te genstelling tot veel chemische produk- ten, geen bijwerking hebben. Veel artsen hebben ze op hun eigen gezin uitgepro beerd en me daarna opgebeld om me het geheim van mijn medicijnen te vragen. Maar ik heb geen geheimen. Iedere arts, ieder mens mag mij vragen waaruit iets gemaakt is en iedereen krijgt die inlich tingen. Al zijn het alleen maar brandne tels, dan zeg ik dat. U kunt ze zelf zoe ken, maar als u er te lui voor bent, neem dan mijn preparaat en betaal me daar voor. Dat is mijn principe. Het heeft school gemaakt; ik moest een grote fa briek bouwen in Roggwil". „Ik wilde dat helemaal niet, want met het kleine bedrijf in Teufen waren mijn vrouw en ik erg gelukkig: dat konden we overzien. Maar hoe gaat het als je onder nemend bent en geld hebt: het bedrijf is groot geworden zonder dat dat de bedoe ling was. Het is mij nu eigenlijk te groot. In de halve wereld hebben we bedrijven. Ik had net een hele discussie met mijn commercieel directeur, die in India weer iets groots wil bouwen. Daar zijn we momenteel ook mee bezig in Zuid-Afri- ka en Amerika. Het is allemaal zo ge groeid. Ook in Australië hebben we een bedrijf. En dan moet ik met mijn oude Rechts: Alfred Vogel, zeventachtig jaar, trekt nog geregeld de bergen in. FOTO'S: FRED HOOGEZAND r. wnrdrn beheer*! door onderzoek van (If fctlftdc het hi-plritff. van cctt i'r/nnric n.'le ak enige opto*$iiflg in het ehruik. Hij begon in een kleine fabriek in in iNedc lUrul 'I Mvufgj partrwnbedrijf r. Het concern h'cft onge^'TT Vijfnriftdeid ffiefWCJI o.-no dl' .un-u mom /e' IJ a 4tie Iriedingco pci maand van CmtltlHclk prachtig geoutilleerde fabriek »n Roggwil. cern Bioforce (Vogel heeft 95 procent van len) omval dochterondernemingen in anden. terwijl laboratorium Biohorma BV industn en <h«: /nn bedrijf wil!"»-, kojvt. lh geld mei kan kopen Wij heeft een lange reek* pub! - op rtaan &taan m utr in hef boek ..De Kleine Dokter' wel de bekendste ii Boven: „Iedereen kan zelf kruiden zoeken. Maar wie daar te lui voor is kan preparaten kopen", is het principe van Alfred Vogel. hersens op afstand alles controleren. Want dat is een voorwaarde: het bedrijf moet etisch verantwoord blijven werken, zolang ik leef En voor later hoop ik dat het dan een soort gewoonterecht gewor den is, zodat het zo verder gaat". „Alle bedrijven staan onder onze contro le. Biohorma in Elburg is. laat ik het zo zeggen, een kind van ons dat groot en zelfstandig geworden is. Te zelfstandig. (Lacht) Ja ia och ja jaHet is nu eenmaal zo. als de kinderen groot worden dan gehoorzamen ze de moeder niet altijd. Dan geloven ze dat ze het bé ter kunnen en misschien kunnen ze dat ook .-. och ja. dat is de normale ont wikkeling. Maar af en toe moet men wat afremmen, dat is nodig. Zolang het niet tegen de ethiek ingaat zeg ik niet veel. Maar op het moment dat ik merk dat dat wel gebeurt, dan verweer ik me weer". En dat was in Holland het geval? „Nee, daarover praat ik nu niet, anders gaat u dat schrijven en krijg ik ruzie met mijn mensen (lacht) Natuurlijk, we hebben zulke aardige mensen in Hol land. Maar in elk bedrijf heb je verschil lende karakters. De één is meer com mercieel. begrijpt u. en de ander is an ders We hebben het geobserveerd. In Spanje bijvoorbeeld hebben we werkelij ke idealisten, die ethisch op onze lijn lig gen". „Ik had in elk opzicht beter moeten op letten. Je zou met mensen die je aanstelt moeten gaan lunchen. En degene die dan een varkenskotelet bestelt met een halve liter rode wijn erbij, die moet ik dan niet als vertegenwoordiger nemen. Dat is het nu juist. Als mensen roken, neem ik ze ook niet. Iemand die rookt hoeft bij mij niet te komen werken als vertegenwoor diger, hij mag terugkomen als hij wat meer eerbied voor zijn lichaam heeft. Voor mij is het lichaam de tempel van de geest en dat moet men zo schoon mo gelijk houden. Denkt u dat ik met u - ik ben nu zevenentachtig - met u zo ge concentreerd over deze dingen van ge dachten kon wisselen als ik deze regels gedurende mijn leven niet had nage leefd?". De Kleine Dokter is een boek dal u dat al zó veel zegen gebracht heeft. We hebben nu in India een goede verte genwoordiging dank zij „De Kleine Dokter"; het is ook. daar bekend omdat het in het Engels vertaald is. Een grote Indiase firma informeerde indertijd in Europa omdat zij Europese farmaceuti sche produkten wilde gaan invoeren. Er werden zo'n dertig bedrijven in verschil lende landen aangeschreven. Vrijwel al die firma's hebben in materiele zin ge antwoord: hoeveel omzet hebt u en der gelijke; het zaken doen kwam naar vo ren. Wij hebben naar ethische maatsta ven gevraagd: hoe kun je de mensen hel pen en zo, zonder zakelijk te worden. En toen zijn ze onze vertegenwoordigers ge worden omdat de Indische arts die het daar voor het zeggen had, ook een idea list was. Het sprak hem aan met een be drijf te werken dat goede produkten le vert en niet alleen het geld ziet. Zo moet je eigenlijk testen en keuren. Want in de wereld van vandaag zijn de mensen veelal ingesteld op materieel gewin. Slechts weinigen hebben, ook in de ge neeskundige branche, de primaire instel ling om de patiënt, de lijdende mens, te helpen. Dat men daaraan geld moet ver dienen om zelf te kunnen leven, begrijpt ieder normaal mens, maar soms zijn de verhoudingen zoek". Iets anders. In Nederland zijn niet-in- geênte kinderen het slachtoffer van een mazelen-epidemie geworden. Hoe denkt u als gelovig mens over dit probleem? „Vroeger waren kinderziekten volkomen normaal en alledaags. Ikzelf heb vroeger de ene na de andere afgewerkt. We wer den thuis verzorgd door onze ouders. Ik kan mij niet herinneren dat in mijn jeugd een kind aan mazelen gestorven is. Het is dan ook niet zonder meer fout als je kinderen de ziekte laat doormaken. Maar ik heb in mijn praktijk te weinig ervaring met mazelen gehad om daar een oordeel over te kunnen geven. In elk geval heb ik mijn eigen kinderen nooit laten inenten. Het was toen verplicht, maar ik heb dat geweigerd". En als het fout gegaan was? Zou dat Gods wil zijn geweest? „Dat kun je niet zeggen. Met Gods wil heeft dat niets te maken. Het zou een armzalige God zijn als hij een onschul dig kind op deze manier straft. Ik zou mijn geloof in God verliezen als ik zulke domme ideeën zou moeten accepteren. Voor mij is God een grote kunstenaar. Maar de mens heeft zich van hem ver wijderd, was ongehoorzaam en moet nu de gevolgen daarvan dragen. Ik ben er van overtuigd dat we nog een keer zó in de penarie komen, dat we stuk lopen als God ons niet helpt. Het is mijn stellige overtuiging dat God aan het slot nog moet helpen". Voelt u zich met een bepaalde religieuze richting verbonden? „Voor mij is het oer-christendom be langrijk. Ik ben katholiek opgevoed in Aesch, daar was iedereen dat. Maar ik kreeg moeilijkheden met de pastoor, overigens een aardige man, over de pas sage in de catechismus waar staat dat het doden van mensen onder meer in de oorlog is toegestaan. Daar kon ik mij niet mee verenigen en zo ben ik twee keer, onder meer in 1939, dienstweige raar geworden. Begrijp me goed: ik hou van Zwitserland, ik ben een patriot! Ik wil alleen niet doden; daar houdt de va derlandsliefde op. Daar komt God met z'n bevel „Gij zult niet doden". Klaar". „Via het Leger des Heils kwam ik bij het calvinisme terecht. Ik heb me daarin verdiept, maar toen ik las dat Calvijn in Genève heeft toegekeken bij het ver branden van de katholieke arts Servet omdat die niet aan de Drieèenheid ge loofde, had het calvinisme voor mij af gedaan. Hoe kan een hervormer zoiets goed vinden! Hij had moeten ingrijpen". „Ik wilde alleen met christenen samen werken die het leven heiligen, die niet doden, ook .al zou hen dat zelf het leven kosten. Nadat ik me nog met de Qua kers had beziggehouden bleken voor mij de Jehova's Getuigen, die toen nog Bij belonderzoekers heetten, de énigen te zijn. Zij respecteren het leven onder alle omstandigheden en sterven liever zélf dan dat ze het vernietigen. Daar voel ik me thuis". „Ik ben voor hen nog steeds actief, of schoon ik moet toegeven dat sommigen van hen weieens een extreme indruk kunnen maken. Ik ben geen extreem mens. Ik ben tolerant. Ik wil iedereen raad geven en behandelen. Want ieder mens is mijn naaste. Als de paus mij zou schrijven dat hij buikpijn heeft en hulp vraagt, dan zou hij van mij een brief en medicijn krijgen. Er is geen mens op aarde, wie dan ook, die ik, als hij in nood is en tijd heb, mijn hulp zou weigeren". De Jehova's Getuigen weigeren bloed transfusie. U ook? „Ik wist dat die vraag zou komen. Maar ik moet zeggen dat ik al een overtuigd tegenstander van bloedtransfusies was, voordat ik ook maar van de Jehova's Getuigen had gehoord. In m'n jonge ja ren heb ik al in de bijbel gelezen, dat in het bloed de ziel is. Begrijpt u, het be wuste gevoel is in het bloed belichaamd als ik dat zo zeggen kan. En nu hebben we nog meer motieven met aids omdat dat ook een reden is tegen bloedtransfu sie. Er zijn zoveel vervangende stoffen voor bloed. Bloedtransfusie is in de meeste gevallen niet nodig naar mijn er varing". Aids, de ziekte van de laatste jaren. Bent u ermee bezig? „Aids is mogelijk via geïnfecteerd apen bloed bij de mens terecht gekomen en van Afrika door toeristen meegenomen naar de rest van de wereld. Maar het vi rus dat de ziekte veroorzaakt is overi gens niet nieuw. Nieuwe virussen of bac teriën zijn er niet. Er zijn variaties, een virus kan virulenter worden, onder be paalde omstandigheden schadelijker zijn, maar in beginsel behoren ze alle maal tot de oorspronkelijke schepping". „Ik denk wel dat er iets voor aidspatiën- ten gedaan kan worden. Ik heb sommi gen geneesmiddelen gestuurd. Als door een bepaald virus de afweer van het li chaam het opgeeft, dan kan men, in gro te hoeveelheden, middelen nemen die de natuurlijke afweerkrachten vergroten. In één geval heb ik iemand nog uitsluitend rauwkost aanbevolen. Geen eiwitten, geen vlees, geen eieren, niets. Alleen rauwkost, natuurlijke rijst en dat middel om de afweerkrachten te stimuleren. Hij is gezond geworden, voorlopig, maar het is nog veel te vroeg om te juichen. Mis schien is het een methode FRED HOOGEZAND

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 26