Snuiven is ook ongezond Epidemie mazelen op komst? VAN HUIS UIT EeidóaQowiant MAANDAG 8 FEBRUARI 1988 PAGI] Mode met plezier In het, wat kle ding betreft, toch al in lentekleed gestoken Amster damse Confectie Centrum vonden afgelopen week op dezelfde dag twee modehappe nings plaats; to taal verschillend van karakter, maar beide de moeite waard. Op de zevende étage liet Marianne Da vid in haar nieu we locatie aldaar, binnen de divisie van de Euro-Fas hion Groep, zien wat haar in Gua temala en San Francisco aan mode-ideeën had geïnspireerd. Voor de zomer presenteert ze al lereerst een sport- lijn, waarbij het gebruik van olympische me daille-prints en borduursels op vallen. Marianne is altijd zeer goed in kleurcombina ties in mozaïek- tinten, ditmaal vijf in getal (rood, groen, kobalt, wit en marinevoor sportieve jacks met bijpassende uni-katoenen rokken en broe ken. Lucht, vuur en aarde, de ba sis el em en ten van ons bestaan, zie je terug in haar mij meringen. In de groenen is het thema „zee" erg mooi. Uitbundig plezier bij de tweede per- soneelsshow van V D. Mini hoeft niet zo nodig van V D. Het mode huis slaagde erin goede katoenen pinstripe blazer- pakken te bren gen, waarbij de rok soms boven, maar ook vaak onder de knie viel. V D mikt Üu Marianne David laat een blauwe rok, bedrukt met bloempotjes en andere fi guurtjes, samengaan met een ge streepte blauw/witte polo en een wit vest in dezelfde print als de rok. Bij passende sokjes en lekkere grote tas. FOTO: PR op een gevarieerd publiek. Voor jon gens en mannen waren er voor treffelijke trenc hcoats in de lichte beiges. Een paar twintiger jaren meisjesjurken van dunne stof, waar op speels kleine bloemen waren verstrooid, deden met hun laag aan- gerimpelde rok ken denken aan picknicks aan de oever van een snel stromende ri vier. Een stro hoed van grote afmetingen ligt daarbij op het groene gras. Een en al zomer en dromerijen over tennis, zwemmen en pret maken voor jongens en meisjes markeer den de pastel- kleurige vrije- tijdskleding. Veel roze, mint, beige, wit/marine en di verse lipstick- kleuren kwamen bij rokken, broe ken, blouses en blazers, vaak in een mix van krijtstrepen, rui ten en in leuke uni's aan de orde. Deze kleuren ko men in vergrijsde pastels terug in tricot, sweats en tops. „Hi-fever" noemt V&D deze stelletjes, be stemd voor men sen die lol in het leven hebben. Heel fraai was een (mannen) blazer in een diep donkergroen. TINY FRANCIS Snuif-directeur A. Ravelli: „Het geeft geen rook, terwijl je via je slijmvliezen toch aan je trekken komt". En als we nu eens gingen snuiven in plaats van ro ken? „Neuskanker!", rea geert, ad rem, directeur R. de Jong van de Stich ting Volksgezondheid en Roken. Maar snuif-im- porteur A. Ravelli vindt „dat je overal wel wat van kunt krijgen". En voegt er aan toe dat snui ven, bij zijn weten, in elk geval voor de omgeving geen gezondheidsrisico's met zich meebrengt. Hoe dan ook is Ravelli's snuif-omzet het vorig jaar gestegen tot één mil joen gulden, wat een ver dubbeling inhoudt ten opzichte van 1986. „Dus als het dit jaar nou weer verdubbeltpeinst hij, „dan begint het toch een leuk produkt te worden". Snuiven. Het is lekker en het staat interessant. Tijdens een receptie, een partijtje of ge woon. midden in een verga dering, haalt men met een stalen gezicht de snuifdoos te voorschijn en schudt zo'n 0,2 a 0,3 gram op de rug van de hand. Hand naar de neus, eventueel één neusgat dicht knijpen en ontspannen op snuiven. De verstolen blik ken van de omstanders zijn een genoegen op zichzelf: „Is hij nou gek of ben ik het? Het zal toch nietnee het zal toch geen cocaïne zijn?". Het is gewoon tabak. Heel fijn gesneden, vochtig geolied en veelal geparfumeerd met menthol. Te koop bij de bete re tabaksspeciaalzaak voor 2,50 3,- per doosje van 10 gram. En in opmars, getui ge de omzetcijfers van de Amsterdamse snuiver Ravel li, die in 1976 begon met de import van zijn uit Beieren afkomstige goedje. De snuiver: „Heel deze han del is de vrucht van de anti- rookpropaganda. Rokers ko men steeds vaker in situaties waarin ze het fatsoenshalve niet meer kunnen maken om op te steken. Toch zitten ze vastgebeiteld op hun nicoti- nebehoefte. Snuiven is dan dé oplossing. Hét geeft geen rook, terwijl je via je slijm vliezen toch aan je trekken komt". „Ook als je met roken gestopt bent, is het snuiven een op lossing. Hoe vaak komt het tegenwoordig niet voor dat in een huwelijk de één gestopt is en de ander nog doorrookt? De gestopte man ziet zijn vrouw lekker doorpaffen en ja, dan krijgt-ie toch weer verschrikkelijke trek. Nou, zeg ik dan tegen zo'n man: neem een snuif in plaats van een rokertje". BELANG Als directeur van de Ver koopcentrale van Tabakspro ducten Holland b.v. heeft Ra velli er geen enkel belang bij het roken te ontmoedigen. Zowel zijn brood als zijn be leg komen uit de verkoop van sigaren, pijptabak, shag en sigaretten. En de heer Ra velli zal men dan ook niet horen beweren dat roken on gezond is. Per se niet. Maar als hij nou even voor zichzelf zijn produkten op een „schaal van onschuld" zet, dan prijst hij zijn snuif aan als „het meest onschuldig" (en zijn shag als het minst onschul dig). Het snuiven van tabak heeft een traditie die honderden jaren teruggaat. Aanvanke lijk een gebruik waarmee de elite zijn neusholte streelde, verwierf het later ook bij de gewone man populariteit. De verbreiding van de sigaret, in deze eeuw, drong in ons land het snuiven terug tot een handjevol excentriekelingen. Maar bijvoorbeeld in Zuid- Duitsland is men tot op de dag van vandaag in brede kring blijven snuiven. Daar, in het plaatsje Landshut, is de firma Pöschl gevestigd, die veertig procent produ ceert van de in totaal 1,2 mil joen kilo snuif die er per jaar in de wereld geproduceerd wordt. Het was deze „Schnupftabakfabrik", onder leiding van dr. Ernst Pöschl zelf, die directeur Ravelli ruim tien jaar geleden voor stelde het snuiven opnieuw ingang te doen vinden in onze cultuur. Waarvoor deze zich sindsdien dus met toenemend succes het vuur uit de sloffen loopt. Daarbij intussen geholpen door concurrent „W. Pronk Import b.v.", die het Neder landse publiek sinds drie jaar de 'Engelse snuif (zeg maar snuff) voorhoudt. Hun geza menlijke inspanningen heb ben er inmiddels toe geleid, schat directeur Ravelli, dat één op de duizend Neder landse rokers ooit wel eens met snuif heeft geëxperimen teerd. In kilo's uitgedrukt slaagde zijn firma er vorig iaar in de Nederlanders 3300 kilo in de neus te peuteren. Hoe? „Gewoon, door het in 8e ta bakswinkels aan te bieden. En de mensen met gratis proefmonsters te verleiden het produkt eens te proberen. Reclame maken heeft voor mij geen zin. Ik kan wel gaan roepen dat mijn snuif zo ver schrikkelijk goed is, maar als nog maar één op de duizend rokers weet wat het spul in houdt, sta ik in het luchtledi ge te blèren. Neem de proef op de som: dat is wat ik de mensen voorhoud. En dan vooral die mensen die met roken willen ophouden. Déér ligt ons marktsegment". GRATIS De proefmonsters zoals men die in de tabaksspeciaalzaken gratis kan krijgen, zijn voor zien van een aanbevelings brief van de Beierse oppers- nuiver dr. Ernst Pöschl, die in zeven paragrafen uiteen zet hoe het snuiven in zijn werk gaat. Dr. Pöschl advi seert te beginnen met kleine porties en deze vooral lang zaam in zich op te nemen. In het tempo waarin men een goede wijn pleegt te drinken. Na het nemen van een snufje dient men enkele seconden te wachten om de snuif z'n werk te laten doen. Daarna volgt het fris prikkelende neus-gevoel. Niezen mag. Het kan volgens dr. Pöschl zelfs zeer opluch tend zijn. „Als ervaren snui ver", voegt hij er aan toe, „zult u echter weinig neiging tot niezen hebben". Maakt het ook uit op welke wijze het goedje naar de neus wordt gebracht? „Of u de snuif van de rug van de hand snuift of van uw vingertoppen, maakt niets uit. Waar het wel om gaat is het genot na het snuiven". Aldus de Herr Doktor, die zijn brief besluit met de har telijke voorspelling dat „u ze ker snel tot de enthousiaste vrienden zult behoren van dit moderne, rookloze, mi lieuvriendelijke genieten van tabak. Ook degenen die een goed alternatief zoeken voor overmatig roken, stappen gaarne over op de „pro bleemloze" snuiftabak. Schrijft u mij gerust wanneer u nog vragen hebt over dit opwindende en gezellige ta baksgenot". Was getekend: Dr. Ernst Pöschl". Onlangs kondigde de Rotterdamse GG en GD-dokter, prof.dr. J. Huisman, via het televisiejournaal medisch onheil aan. Aanleiding was de mazelen-epidemie in het Rotterdamse: misschien wel drie honderd hebben de ziekte opgelo pen en twee kinderen zijn er in middels aan overleden. Doordat steeds meer mensen hun kinderen niet meer laten vaccineren hij schatte het aantal niet gevacci neerde kinderen op tien procent, ofwel zeventienduizend kinderen per jaar krijgt het mazelenvi- rus weer een kans. Ja maar, wierp de interviewer tegen, in de rest van het land heeft men daar niets van gemerkt. Kan zijn, zei Huis man, maar wat niet is kan komen. En: „Vergeet niet, mazelen is een onderschatte en ernstige ziekte". Het is ook een bijna vergeten ziek te. Sinds 1976 wordt de bloem der natie tegen mazelen ingeënt, met als gevolg dat jonge dokters de ziekte eigenlijk alleen uit de boek jes kennen. Daarom even een her halingscursus mazelen. Ongeveer tien tot elf dagen na besmetting krijgt het kind last van wat hoest, heeft ook wat koorts en de klieren in de hals kunnen gezwollen zijn. Hele kleine kinderen kunnen ook gaan braken of krijgen diarree. Een paar dagen later kun je in de mond, aan de binnenkant van de wangen, kleine witte puntjes aan treffen met een rood randje. Dat zijn de beroemde vlekjes van Kop- lik, en als je die aantreft is maze len bewezen. Na een dag of wat ontstaan er ietwat gezwollen, in el kaar overlopende rode vlekjes, die, beginnend achter de oren, zich uit breiden over voorhoofd, wangen, romp en dan pas over de ledema ten. Intussen heeft het kind tame lijk hoge koorts en is behoorlijk ziek. Na een paar dagen verloopt het tij, de plekjes trekken in de volgorde van opkomst weer weg en dat is dan dat. Als de ziekte niet uit de hand loopt tenminste. Het virus kan afdalen naar de longen, met longontste king tot gevolg, en dan de weg ba nen voor veel verwoestender bac teriën die in de achterhoede van het virusleger de longen binnen trekken. De zestig miljoen (60.000.000!) kinderen die in de complicatie ten offer. In het Wes ten is hersenontsteking, ofwel en- cefalitis, de complicatie die de meeste slachtoffers veroorzaakt: het kan het slachtoffer verlamd of geestelijk beschadigd achterlaten of zelfs doden. De kans op deze complicatie is niet groot, een op de duizend, maar als je die kleine kans loslaat op de 170.000 kinde ren die per jaar worden geboren (want zonder inenten krijgt bijna iedereen mazelen) dan leveren kleine percentages toch grote ge tallen óp. Pappen en nathouden Heb ie eenmaal mazelen, dan is er behalve pappen, poederen en nat houden, weinig tegen te doen. Het enige wat iets uithaalt is dus vacci natie. Dat gebeurt tegenwoordig zelfs twee keer in een kinderle ven, op de leeftijd van veertien maanden en nog een keer als ze negen jaar oud zijn. Maar er is méér. Het mazelenvaccin be schermt ook kinderen die niet zijn ingeënt, een merkwaardig ver schijnsel dat dit vaccin deelt met alle andere inentingen en dat be kend staat als „kudde-immuni teit". Als er maar genoeg kinderen ingeënt zijn, dan kan één ziek kind onmogelijk een epidemie ver oorzaken, ornaat het zeer besmet telijke virus zich te pletter loopt op een muur van ingeënte kinderen. Aan de andere kant wordt een en kel niet ingeënt kind beschermd door een haag van wel ingeënte kinderen. Dat is dan de zogeheten kudde-immuniteit. Zo'n kind kan alleen die ziekte oplopen in direct contact met een andere zieke, maar nooit via via, want die via via zijn allemaal immuun. Méér. Dit gaat alleen op zolang het aanj tal ingeënte kinderen hoog genoeg blijft. Zeker is het niet, maar men denkt dat de kudde-immuniteit voor het mazelenvirus verdwijnt als de vaccinatiegraad onder de negentig procent daalt en dat in Nederland misschien het geval te zijn. Ditzelfde kudde-effect verklaart ook waarom besmettelijke ziekten, in dit geval mazelen, zo verschil lend kunnen uitpakken bij ver schillende niet ingeënte groepen. Enkele gereformeerde gemeenten, die zich houden aan een passage uit Spreuken („Wentel uw weg op den Heere en Hij zal uw paden rechtmaken") vinden dat je je niet mag verdedigen tegen de straffen de hand van God en wijzen elke inenting af. Lidmaten van deze kerken leven in zeer besloten ge meenschappen zodat één ziek kind makkelijk een bron kan zijn van een heuse epidemie. Dat deze ge meenschappen periodiek bezocht worden door epidemieën van al lerhande ziekten (polio!) is onver mijdelijk. Zorgen Dat ligt anders bij de groep die om bijvoorbeeld macrobiotische of an troposofische redenen bezwaren hebben tegen inenting. Die leven niet in besloten groepen en om elk Medicijnen helpen niet tegen mazelen, maar een spuitje kan de ziekte wel voorkomen. van hen staat een haag van in geënte medeburgers die voor hen ae ziektekiemen op een afstand houden. Tenminste, voor zolang het duurt. Nederland heeft of had een vacci natiegraad van vijfennegentig pro cent, de trots van medisch Neder land. Toch maken epidemiologen zoals Huisman zich zorgen over wat in vaktermen de „awareness", ofwel het bewustzijn van het pu bliek heet. Ziekten als polio, difte rie, kinkhoest of mazelen verlie zen steeds meer hun schrikwek kende klank en zijn bijna verge ten. Waarom zou je je laten vacci- FOTO: ANP neren tegen een ziekte die je toch niet krijgt? Het zou goed kunnen zijn dat de groep die de inentingen laat versloffen steeds groter wordt. Die epidemie in Rotterdam kan daarvan het eerste teken zijn, want het mazelenvirus is een van de agressiefste ziektekiemen en dus ook de eerste die bij een dalen de vaccinatiegraad de kudde-im muniteit met een epidemie door breekt. Als in de rest van Neder land de vaccinatiegraad net zo is gedaald als in Rotterdam (tegen de negentig procent), dan maakt ma zelen in ons land weer zijn ren tree. FOTO CEES VERKERK Zo'n vriendelijke uitnodiging kan een beetje gezellige ro ker niet van de hand wijzen. Dus wij proberen. Hatsjie! Hatsjie! Hatsjie! Maar toch in derdaad wel verfrissend. Al valt de nicotine-prikkeling tegen. Maar goed daar moeten we immers so wie so van af. Nogmaals nu: Als we eens gingen snuiven in plaats van roken? Directeur R. de Jong van de voor advies immer beschikbare Stichting Volks gezondheid en Roken ver bindt ons voor een nadere toelichting door met zijn voorlichter Jean Nelissen. WINST De heer Nelissen: „Een roker die gaat snuiven ruilt het ene probleem in voor het andere. De kans op longkanker, hart en vaatziekten wisselt hij in voor de kans op kanker aan de neus- en bijholten. Dus wat is dan je winst? Dat is mijn eerste opmerking". „Mijn tweede opmerking is dat de tabaksfabrikanten, vooral in Amerika, de snuif gebruiken om de jeugd te verslaven aan de nicotine. Onder het valse mom dat snuiven gevaarloos zou zijn, verleiden ze de jeugd tot deze vorm van nicotinegebruik als opstapje naar het roken. Een maal verslaafd aan het nico tine snuiven is de drempel tot het nicotine roken veel lager geworden. Het pro bleem is en blijft de nicotine, de tabak. En niet de manier waarop je de tabak tot je neemt Waarmee de heer Nelissen dus in één moeite door ook de laatst denkbare uitwegen, het pruimen en het oorwur men, heeft afgesneden. Niet roken, niet snuiven, niet pruimen —helemaal niets. O, o, o WILLEM SCHEER IjERD rutopi pntrr - t C i :eke g< Bovendonk Bam fd fai Ik moet geven wat ik kanfontp] veld Gabriël Smit. treeh p bij In een aankondiging vallen ad limina-bezoek van o/>de bisschoppencollege aan (jen i Paus, (4 januari) heb ik* de gemist. Iets wezenlijks. £edk Vandaar het volgende: heids Eenmaal in de vijf jaar ^stpa bezoek aan Rome verpli^, <j( voor alle bisschoppen. R werkzaamheden van dew-i afgelopen jaren worden Hl via een verslag dat elk <J bisschoppen heeft opgestg,ni onder de loupe genomen bedoelde aankondiging vk^Q onder meer vermeld dat£e 9t de opleiding van priestet worden bericht. Voorzie/am hoop is uitgesproken orm 1986 in al onze bisdomnit minstens één priester is v j gewijd. In totaal waren achttien. Het stelde me l dat ten aanzien van één belangrijke opleiding va|°Q0 priesters met geen woon gerept. Over een institui bekendheid ter dege ver In oktober '83 is in Bovei in Hoeven (bij Etten-Lei Brabant) de priesteroplei gestart voor mannen „vi rijpere leeftijdonder verantwoordelijkheid vaP' bisschop van Breda, Mgrl-' Ernst. Die opleiding staa|nv overigens open voor r kandidaten uit alle L Nederlandse bisdommen|nn, ook voor broeders en fn uit kloosterorden en Tido congregaties. Over de op inrichting van deze oplei is Rome destijds ingelich Vi; van de Congregatie voor Katholiek Onderwijs een waarderend schrijve gekomen en over het fei j zich zeventien kandidateJl voor het eerste cursusjaai hadden aangemeld sprak *ri prefect Kardinaal W. zijn grote voldoening uitJ Ik kén Bovendonk, omdlZii er in de beginjaren colleg mogen geven. Ik weet c het er daar aan toe gaat*ort Bovendonk is een part-tii opleiding voor ongehuwd mannen die allerlei, ondéleg' zeer verschillende functiik het gewone maatschapp* leven vervullen, maar zitj B alsnog geroepen voelen i voor te bereiden op de priesterlijke taak. De studenten komen uit: vrifioi beroepen, verpleging, onderwijs, administratief functies, industrie//technpn sociaal//maatschappelijk I a werk. Mijn lessen waren dó Uit alle windstrek de studenten aan. Het vief mee om letterlijk na get arbeid en fikse reistijd aajVi studie te gaan. Maar we J" hebben samen altijd hart gewerkt. Gedurende de vijf achteryf liggende jaren volgden 45', ai studenten (gem. leeftijd j jaar) de opleiding. Zo'n deeltijd-opleiding is uiteren zwaar. Wie er zich voor 'an aanmeldt wordt uitgeno om 8-10 voorbereidende bijeenkomsten bij te wont Mogelijkheden en moeilijkheden, ook motivi van de kandidaat wordeny bekeken. Van twee kante van de kant van de a.s. p] student èn van de zijde val p leiding. Die motivatie motzl, wel sterk zijn. De aanpakI v flink; de verblijfkosten, ré, en boekenkosten zijn voo/jid rekening van de student. Sp Gedurende vier jaar is de> j- opleiding helemaal part-tiL van vrijdagavond tot en /fce zondagmiddag. In de tweea] daaropvolgende jaren woi di langzaam de overstap naae volledige pastorale arbeid ij, voltrokken. Ik heb het ee uiterst boeiende gelegenht gevonden in een cursus t literatuur op de lesavondt g met de studenten in gespt zijn geweest. Daarbij stom r boek en vers in hun r functioneren in de pastori en de liturgie centraal we hebben óók in te re; werkcolleges gehouden ov de vraag wat moderne schrijvers ons kunnen lert relatie of relatieloosheiu, eenzaamheidsgevoelens, dt rouw, wanhoop, ontkem van Gods aanwezigheid juist het zoeken daarnaar, is belangrijk te weten dat b volwassen mannen die hu gemakkelijke levensituatit het zich persoonlijk vrij kunnen opstellen in hun bestaan, gaan inleveren oi gehoor te geven aan de rc j die zij hebben vernomen, het priestertekort in de toekomst mede op te he Informatie: Dr. Ad Vermeulen, Centrum Bovendonk, Hofstraat 8 41 AK Hoeven, tel. 01659-427 -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 10