Goed opgeleide vakman weer gewaardeerd „Wij leiden niet alleen op voor 4-sterrenrestaurants' gi,Het is toch P geen schande - als je naar lhno gaat!" NUARliTERDAG 16 JANUARI 1988 vrijwel altijd een ordeprobleem en het gekke is dat je daar bij ons vrijwel niets meer van terug ziet. Want dan zijn ze veel praktischer bezig. Wij zeggen niet: kijk maar in dat boek hoeveel een brood weegt, maar leggen het op een weeg schaal. Dan vergeten ze het ineens niet meer. Hoe levendiger je een les kunt maken, des te groter het plezier waarmee kinderen naar school gaan. Ontneem je ze zulke praktijkzaken, dan krijgen ze heel snel het idee dat ze het niet kun nen". Groeiende vraag Het lager beroepsonderwijs wordt in een hoek gedrukt, meent Van der Meer. ..Volledig ten onrechte, want het is de basis voor héél veel vakken. Wie van het lhno komt, krijgt werk of leert door en krijgt daarna werk. Hooguit vijf pro cent valt af. Je ziet in de samenleving toch ook duidelijk een groeiende vraag naar wat ik maar even de lager geschool de vakkrachten noem. De ongeschool den krijgen het steeds moeilijker, ik denk dat die straks overal buiten gaan vallen". „Dan moetje toch juist al het mogelijke doen om het lbo te versterken. Maar wat doet de overheid? Die komt met een ba sissysteem waarin scholieren alleen maar meer moeten zitten. Nou, dat ziet er dus heel slecht uit voor lhno-leerlingen. Je moet niet vergeten dat juist zij zich bij alles meteen afvragen: waarom moet ik dit doen? Je kunt ze wel wiskundig iets laten tekenen, maar als je zegt dat ze een muur van een winkel moeten tekenen waarop ze een reclamebord moeten aan brengen, kun je de noodzaak van ver houdingen al een stuk aannemelijker voor ze maken. Alles moet zoveel moge lijk gericht zijn op wat ze later kunnen gaan doen. En natuurlijk, voor de bui tenwereld is dan een begrip als verzor ging wat abstract. Maar in de praktijk blijkt dat degenenen die dat geleerd heb ben uitstekende krachten worden in de meest verschillende instellingen". Hij neemt nog een trek van zijn sigaret. Zegt dan, de armen spreidend: „Het is toch geen schande als je naar het lhno gaat!". DICK HOFLAND 'let onderwijs aan de lts is de laat- te jaren weer meer praktisch ge- icht. De tijd dat de algemeen vor- nende vakken belangrijker waren [an de meer beroepsgerichte is /oorbij. Dat komt doordat de naatschappij is gaan inzien dat zij (iets heeft aan onpraktische vak pensen, vindt directeur A. Postma 1 oplfan Scholengemeenschap De Leid ie in Leiden, ,Een goed opgeleide vakman wordt weer ;waardeerd", zegt Postma. „De mensen ien nu in dat werken met de handen iet minderwaardig is. Een loodgieter loet over een praktische instelling be- :hikken maar ook zijn hersens gebrui- :n. Als na een reparatie lekkages optre- _en ben je nog niets verder". KH Vooral de leerlingen die niet verder wil- n Ien leren, worden op de lts in Leiden 'goed voorbereid op hun latere beroep. Dat betekent dat vanaf bet derde leer-s jaar 18 uur in de week sterk op het toe- beroep gericht zijn. „Voor het ^erde jaar worden de leerlingen getest", tegt Postma. „In overleg met de dekaan ivordt bepaald welke richting voor de 'jeerling het beste is. Zij kunnen zich spe- üialiseren in de richtingen bouwtechniek, ïechanische techniek, motorvoertuigen i elektrotechniek. Daarnaast volgen (11e leerlingen lessen in vaktechniek, raktekenen en praktijk". .Naast de vaklessen leren de leerlingen Nederlands, Engels, wiskunde en natuur- :unde Als zij verder willen naar het liddelbaar beroepsonderwijs krijgen de erlingen in totaal 18 uur algemeen vor- iende vakken. Die lessen zijn zoveel logelijk aangepast aan het praktijkvak de leerlingen volgen. In de lessen Bij het bouwen van een kano doen lts'ers houtbewerking praktische ervaring op met het werken op maat. Voor een precieze afwerking komen veil en schuurmachine te pas. Leerlingen oefenen in de metaalwerkplaats van de lts van scholengemeenschap De Leid- se. Het meisje op de voorgrond controleert haar werk aan de draaibank. FOTO: CEES VERKERK Nederlands bijvoorbeeld controleert de leraar de schriftelijke werkvoorbereiding op taalgebruik. Het is een vorm van on derwijs die zeer enthousiaste en creatie ve leraren vraagt". Het onderwijs in de twee hoogste klas sen van de lts is niet erg gespecialiseerd. Een leerling motorvoertuigen leert in het algemeen hoe een auto in elkaar zit. Spe cialisaties zoals diesel- en plaatwerk monteur moeten in de praktijk geleerd worden. Het is niet mogelijk dit gespeci aliseerde vakwerk in twee jaar te leren en een monteur in spé rrioet zich breed Solliciteren In de tijd dat een kantoorbaan meer waardeerd werd dan werk met de han den is ook in het beroepsonderwijs veel tijd besteed aan de algemeen vormende vakken. „In Leiden is de praktijk en de vaktheorie echter nooit verwaarloosd", zegt Postma. „Het is trouwens de vraag of kinderen met algemeen vormend on- i De opleidingen voor kok en kelner yschieten als paddestoelen uit de grond. In ons land zijn er inmid- dels een kleine honderd en dat aan tal stijgt nog steeds. „Een ongezon- iropde ontwikkeling", vindt de heer C. Dlvan de Ende, directeur van de „Haagse Francois Vatelschool. „Het lis onbegrijpelijk dat de regering geen rem zet op deze opleidingen". Hij is er dan ook helemaal niet gelukkig mee dat ruim zeventig procent van zijn leerlingen, afkomstig uit heel de Rand- isje!stad, de horeca in wil. „Ik vind dat erg jammer. Er zijn nog zo ontzettend veel andere mogelijkheden waarin veel brood te verdienen is. Op het moment is er een line grote behoefte aan brood-banketbakkers ruilen banketbakkers. De mensen willen weer betalen voor het verfijnde produkt. De leerlingen realiseren zich onvoldoen de dat de horeca veel avond- en nacht- Tussen de opleidingen voor kok en kel ner neemt de Haagse Francis Vatel school een speciale plaats in. De school leidt niet alleen op voor de horeca, maar ook voor de bakkers- en slagersbranche. Van de Ende: „Ik durf zelfs te zeggen dat onze dagopleiding voor slager exclusief is in Nederland. Alleen in Breda en Eindhoven zijn nog twee van deze sla- gersopleidingen". Gastheer school. Het beroep kelner bestaat niet meer en heet nu gastheer of gastvrouw. Van de Ende: „Vroeger was een kelner in de eerste plaats een serveerder en vooral bezig met allerlei technische han delingen, zoals borden neerzetten en af ruimen. Maar tegenwoordig heeft hij veel meer een adviserende en sociale functie. Er komt veel meer verkoopkun- de bij kijken. De gastheer moet kunnen adviseren over de gerechten en de wijn en goed met mensen kunnen omgaan". Sinds twee jaar leidt de Vatelschool ook op voor horecamedewerker, een gecom bineerde koks- en bedieningsopleiding. „Je zou het kunnen omschrijven als een allround-functie in een bistro-achtig be drijf waar ze aan de counter bereiden én serveren. Het is een heel nieuw beroep dat erg in opmars is. In de horeca zijn duizenden kleine bedrijven waar horeca- medewerkers zo terecht kunnen", aldus Van de Ende. Macdonald Na de vierjarige lbo-opleiding gaat 85 procent van de leerlingen door naar het leerlingstelsel (beroepsbegeleidend on derwijs) dat gemiddeld ook nog eens zo'n vier jaar duurt. Die laatste vier jaar werken ze en komen ze maar één dag per week naar school. Van de duizend leerlingen bestaat slechts vijftien procent uit meisjes. „De meeste meisjes gaan de horeca in als kok of als gastvrouw. De belangstelling voor de bakkerij groeit, maar voor de slagerij is het nog matig", aldus Van de Ende. Afgestudeerde leerlingen hoeven over het algemeen niet lang naar een baan te Koekjes van een banketbakker smaken heel anders dan koekjes van een broodbanketbakker. Dat en nog veel meer wordt de leerlingen in de bakkerij van de Francois Vatelschool bijgebracht. zoeken. Elk jaar komen alle leerlingen van de school aan het werk. In elk be drijf in Den Haag zitten wel leerlingen van de Vatel-school. „En echt niet alleen bij viersterren-restaurants. Iedereen kiest het bedrijf waar hij zich het meest in thuis voelt. Wij leiden niet alleen voor Seinpost op. Ze kunnen net zo goed te recht komen bij MacDonald. Zelf vind ik MacDonald een schitterend concept. Je weet wat je krijgt: een hamburger in een doosje, een milkshake erbij en voor moeder warm appelgebak. Je kunt niet stellen dat een bistro of een sjiek restau rant beter is dan een pizzeria of MacDo nald. Iedereen maakt een andere keuze. Het gaat er tenslotte om dat de mensen uit eten gaan", aldus Van de Ende. FOTO: CEES VERKERK In Amerika schijnt fiet al te gebeuren dat je met je zakenrelaties bij MacDonald gaat eten; managers gaan dan aan een gedekte tafel in MacDonald zitten. Van de Ende: „Dat wil niet zeggen dat ik hier op school een speciale hamburgerdag wil introduceren. Maar het is wel een trend die we in de gaten moeten houden". JEANNETTE VOORBIJ derwijs beter af zijn. Ik ben ervan over tuigd dat veel kinderen die nu mavo volgen op de lts beter tot hun recht zou den komen". De beroepsvooruitzichten voor lts'ers zijn op het ogenblik goed. Zij kunnen ge makkelijk aan de slag komen als leerling op een bedrijf. Postma: „Leerlingen ho ren tegen het einde van hun schooltijd van regionale consulenten voor het leer lingwezen op welke bedrijven vacatures bestaan. Zij kunnen dan solliciteren. In de praktijk kan er vaak niet aan de vraag voldaan worden. Zo hebben de aannemers projecten om lts'ers op te lei den voor de bouw niet kunnen beman nen wegens gebrek aan leerlingen". „Het is een conjunctuurgevoelige sector. Als een minister iets negatiefs zegt over de bouw zijn er meteen minder leerlin gen bouwkunde. Bij goede berichtgeving m de kranten trekt het aantal leerlingen meteen weer aan. Het lager beroepson derwijs heeft de laatste jaren een grote terugloop gehad ten koste van het vor mend onderwijs". „De contacten tussen het bedrijfsleven en de scholengemeenschap De Leidse zijn overigens goed. Op de leao-afdeling staan twaalf computers die via het NIVO-project zijn gesponsord door Phi lips en IBM. Met het bedrijfsleven in de regio hebben wij ook altijd goede contac ten gehad. Van garages kunnen wij on bruikbare motoren krijgen. Via de Stich ting Vakopleiding Bouwbedrijf hebben onze docenten contacten met aanne mers. Ze zijn niet te beroerd materialen die zij over hebben beschikbaar te stel len. Sponsoring mag er echter niet toe leiden dat het bedrijfsleven gaat voor schrijven hoe je onderwijs eruit moet zien". FRANK DE KLERK Marktavond brengt leerlingen en bedrijven bijeen De leerling in de hoogste klas van de lts heeft niet altijd een duidelijk idee over zijn toekomst. Er zijn na het eindexa men veel mogelijkheden, of de school verlater nu wil gaan werken of kiest voor een vervolgopleiding in het middel baar beroepsonderwijs. Daarom houden een zevental scholen voor lager en middelbaar beroepsonder wijs in de Haagse wijken Moerwijk, Morgenstond en Bouwlust op 27 januari in de de r.-k. lts St. Paulus (aan de Mep- pelweg in Den Haag) een avond voor hun schoolverlaters. Die avond zal vergelijkbaar zijn met het KRO-telcvi- sieprogramma „Brandpunt in de markt", zegt directeur H. de Zeeuw van Sint Paulus. „In de grote hal van onze school komen stands te staan waarin scholen en bedrijfsleven zich aan de 900 vierde klassers van de zeven scholen zul len presenteren". Hij vindt het dan ook hard nodig dat er meer contacten tussen het onderwijs en bedrijfsleven kómen. De Zeeuw: „Het onderwijs moet zich meer gelegen laten liggen aan het bedrijfsleven. Op het ogenblik is de afstemming tussen onder wijs en praktijk beslist onvoldoende. De contacten tussen schoolverlaters, leer lingstelsel en bedrijfsleven kunnen veel beter". De Zeeuw is dan ook verheugd dat het bedrijfsleven en scholen zo massaal be langstelling hebben voor de marktavond op St Paulus. „De aanwezigheid van Haagbouw, politie. HTM, installatiebu- reau's en grafische bedrijven staat garant voor een direct contact tussen onze leer lingen en hun toekomstige werkgevers". „Daarnaast zal het leerlingwezen dat op leidt voor diverse bedrijfstakken - zoals de elektrotechniek, horeca, autorepara tie, installatietechniek, bouw en grafi sche industrie - met diverse stands aan wezig zijn. Het marktkarakter zal ver sterkt worden door demonstraties van de kappersschool en een modeshow. Een muziekje en een aantal activiteiten van de horeca-afdeling van de school maken de avond compleet". FRANK DE KLERK Adjunct-directeur H. van der Meer, in de in een hoek en dat is typisch een bewijs v leerling heb je voldoende aan drie c-ni- veaus. Het idee daarachter is dat de be tere mavo-leerlingen naar de havo moeten doorstromen en niet naar het mdgo. Wie qua kennis goed is, moet doorleren. De anderen moeten juist een op de praktijk gerichte opleiding vol gen". Dertig uur Het lhno kent drie hoofdrichtingen: ge zondheids- en huishoudkunde, kantoor verkoop en textiele werkvorming. Dat laatste wordt overigens nog vrijwel ner gens onderwezen. Bij gezondheids- en huishoudkunde krijgen de leerlingen deze twee vakken elk zes uur per week. inkel van „zijn" lhno: „De overheid drukt n beleid dat niet meer is gebaseerd op de j Daarnaast zijn Nederlands en Engels verplicht. En uit de vier vakken kennis der natuur, wiskunde, tekenen en hand vaardigheid moeten ze er twee kiezen. Bij kantoorverkoop zijn de vakken: kan toorpraktijk, verkooppraktijk (elk zes uur), Nederlands, Engels, tekenen en handelskennis. Bij alle twee de richtin gen zitten nog een paar uur maatschap pijleer en gymnastiek. Het totaal aantal lesuren komt altijd op dertig per week. En dat vier jaar lang. „Je moet het niet zien als eindonder wijs", zegt Van der Meer. „Ongeveer twee van de drie leerlingen stromen door naar het mdgo. Mede daarom zeg ik ook altijd dat het lhno zéker niet op leidt tot huisvrouw. We moeten nu toch eindelijk eens af van die term „huis houdschool" of „spinazieacademie". Na- lager beroepsonderwijs FOTO: CEES VERKERK tuurlijk, je leert koken, maar ook aan zienlijk méér. Ik bestrijd ook de stelling dat iedereen het kan". Wel is het lhno bij uitstek een school voor doeners, vindt Van der Meer. „Juist daar heb je te maken met kinde ren die de handen uit de mouwen willen steken, die bezig willen zijn. Deze meis jes moet je niet de hele dag laten zitten. Je ziet het overduidelijk tijdens de les sen. Als ze in onze hypermoderne keu ken bezig zijn, of in de winkel, of met de typemachine, dan zijn ze bijna niet te houden. Maar als ze Engels zitten te le ren, met een boek voor zich, dan begin nen ze na vérloop van tijd op hun stoel te schuiven". „Je ziet het ook bij mavo-leerlingen die bij ons komen. De reden daarvoor is Van der Meer is af en toe wat cynisch. Kan het niet zo goed hebben als de zwakkeren in de samenleving het weer eens te verduren krijgen. Want hoe je het ook wendt of keert, wie van huis uit veel heeft meegekregen, gaat meestal niet naar het lhno. Van der Meer: „Nee, dan praten we toch voornamelijk over kinderen uit de minder hoge sociale mi lieus. Maar ieder kind moet toch de kans krijgen zich te ontplooien?". Als ouders hem vragen of ze hun kinde ren, in dit geval hoofdzakelijk dochters, beter op de mavo of het lhno kunnen doen, dan adviseert Van der Meer meestal het lhno. „Want", zegt hij, „als je niet al te best kunt leren, is de kans op vervolgonderwijs met lhno groter. Het klinkt wat ongerijmd, maar als je naar het middelbaar dienstverlenend en ge zondheids onderwijs (mdgo) wilt door stromen, moet je als mavo-leerling aan veel hogere eisen voldoen. Dan moet je op het eindexamen zes keer het d-niveau halen, het hoogste niveau dus. Als lhno- en toe gaan er stemmen op, zo- die van staatssecretaris Ginjaar van Onderwijs, om het lhno op te heffen. Want wat kun nou helemaal als je het lager en nijverheidsonder- gevolgd? Verwerpelijke vindt adjunct-directeur H. der Meer van de Leidse scho- De Mondriaan. der Meer: „Typische bewijs van een dat niet meer is gebaseerd op de En wel hierom: een lhno-op- is misschien weinig tastbaar, uit zich juist op het moment dat je het werk gaat; mocht je de opleiding opnenen, dan onttrek je bijna een hele meisjes aan de maatschappij.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 33