Reisgids maakt wegwijs op het dak van de wereldf
1
BOEKEN/PLATEN
ZeidócQowuvnt
rS(
:t«-
„Miauw
dagpuzzel
Boom Crash Opera:
n vrolijk avontuur
Vijftigste Bos,
de wereld anno
C
VRIJDAG 8IANUARI1988PAGIN—1
d
Het moment van publicatie valt bijzonder
ongelukkig. Wat moet de Nederlandse toe
rist immers met een reisboek over een land
dat sedert drie maanden opnieuw herme
tisch voor al het buitenlandse verkeer is af
gesloten Maar Stephen Batchelor, auteur
van „The Tibet Guide", is niet al te pessi
mistisch. „Ik verwacht dat Tibet deze zomer
weer voor het toerisme wordt opengesteld.
Als dat niet gebeurt, kan mijn boek mis
schien bijdragen aan een beter begrip van
de Tibetaanse cultuur", zegt hij. Twee bezoe
ken aan Tibet en langdurige training in ver
scheidene Tibetaanse kloosters lagen ten
grondslag aan zijn onlangs verschenen
boek: „The Tibet Guide". Een gesprek met
Batchelor over het waarom van de Tibet-
hausse en de overlevingskansen voor de Ti
betaanse cultuur.
AMSTERDAM Om het
voorzichtig te zeggen: de
sterk gegroeide belang
stelling in het Westen
voor Tibet heeft Stephen
Batchelor een beetje ver
wonderd. Sedert China de
grenzen van zijn „provin
cie" drie jaar geleden na
een langdurig isolement
openstelde, is het „Dak
van de wereld" over
spoeld door vele duizen
den toeristen.
Commerciële reisbureaus
wierpen zich met enthousias
me op deze exotische nieuwe
bestemming, waar vorig jaar
het eerste hamburgerrestau
rant (met hamburgers van
Yakvlees wel te verstaan) zijn
deuren opende. Maar ook in
spiritueel opzicht mag Tibet
zich in een grote aandacht
verheugen.
Batchelor: „Het toerisme naar
Tibet heeft zich in een gewel
dig tempo ontwikkeld. Waar
al die belangstelling vandaan
komt kan ik niet goed verkla
ren. Misschien voelt men zich
aangetrokken door het mystie
ke en diep-religieuze dat de
Tibetaanse cultuur wordt toe
gedicht. Op zich is dat prach
tig, want een religieuze be
langstelling gaat vaak dieper
dan interesse in louter beziens
waardigheden. Maar het tries
te is dat veel mensen die Tibet
bezoeken toch niet meer dan
de buitenkant zien. Georgani
seerde groepen worden door
de verplichte Chinese gidsen
nu eenmaal erg in hun bewe
gingsvrijheid beperkt. Contact
met de autochtone Tibetanen
is erg moeilijk omdat maar
weinigen van hen Engels spre
ken. Zo krijg je misschien de
indruk dat het Tibetaanse
buddhisme weer bloeit als
weleer. Maar in feite leidt het
een wat kwijnend bestaan".
Revolutie
Dat het religieuze en culturele
leven in Tibet ernstig te lijden
heeft gehad onder de bijna
dertig jaar Chinese bezetting,
is inmiddels gevoeglijk be
kend. Vooral tijdens de Cultu
rele Revolutie moest het Tibe
taanse volk het ontgelden.
Meer dan 6500 kloosters wer
den platgebrand, duizenden
monniken omgebracht en de
Tibetaanse taal was in de Chi
nese „provincie" lange tijd ta
boe. Vele tienduizenden Tibe
tanen ontvluchtten hun land
en vestigden zich als balling in
Noord- en Zuid-India, delen
van Europa en ook Canada.
In de ballingen-gemeenschap
in de Noordindiase stad Da-
ramsala raakte Batchelor, toen
nog een jonge reiziger zonder
bepaald doel voor ogen, der
mate onder de indruk van het
charisma van Tibetaanse la
ma's (leermeesters), dat hij be
sloot er voorlopig te blijven.
Twee jaar later liet hij zich
wijden tot buddhistische mon
nik en begon aan een serieuze
studie die in totaal vijftien jaar
in beslag nam. Inmiddels is
Batchelor monnik-af en
spreekt en schrijft Tibetaans
alsof het zijn moerstaal is.
Jarenlang leefde Batchelor
met Tibetanen in Noord-India,
en later ook in Zwitserland en
Duitsland, maar Tibet zélf
bleek een onbereikbaar ge
bied. Totdat in 1984 de Chine
se partijleider Deng in het ka
der van zijn ontspanningspoli-
tiek de deur van Tibet op een
kier zette. Een jaar later vloog
Batchelor van Peking naar de
Tibetaanse hoofdstad Lhasa.
Hij vertelt: „Het was een soort
weerzien met een land, waar
ik me in al die jaren erg veel
van had voorgesteld. Alles
leek op zijn plaats te vallen. Ik
zag toen hoe vanzelfsprekend
de Tibetaanse cultuur bij de
typische Himalaya-hoogvlakte
past. De ijle lucht, het woestij
nachtige landschap op een
hoogte van vierduizend meter
en het daardoor allesdoordrin
gende licht geeft een bijna na
tuurlijk gevoel van leegte. En
een trots, rustig volk".
Paradijs
Het Tibet van vóór de Chinese
inval wordt volgens Batchelor
door sommige Westerse schrij
vers geportretteerd als een
vergeten paradijs, waar de
mensen nog regelrecht met
hun God in verbinding staan.
Maar daar passen enkele rela
tiverende opmerkingen. Zo
schrijft hij in het voorwoord
bij zijn boek: „Het Tibet van
vóór de Chinese inval is niet
het mystieke paradijs uit de
westerse literatuur noch de
middeleeuwse hel die het vol
gens de Chinese propaganda
was. Het was een samenleving
met een hoge mate van spiri
tuele vrijheid, gecombineerd
met een in onze ogen onaccep
tabel en achtergebleven feo
daal systeem".
Dat Tibet nog steeds een ui
terst mystieke klank heeft,
heeft volgens Batchelor veel te
maken met „wishful thin
king". Hij zegt, peinzend: „Het
is natuurlijk heel comfortabel
om je eigen religieuze behoef
ten te projecteren op een land
dat ver weg is, hoog in de wol
ken bijna onbereikbaar
zelfs. Daar zou je dan het pure
spirituele nog kunnen vinden.
Maar wat jammer nou: het
„dak van de wereld" is zo on-
4 Wi:
De Potala, het voormalige paleis van de Dalai Lama, dat uittorent boven de stad Lhasa. Het paleis werd onteigend door de
Chinezen en is nu als museum in gebruik.
bereikbaar Zo is Tibet bij
na een metafoor voor het zoe
ken, zonder echt te willen vin
den. Ik bedoel: in de weten
schap dat die vluchtheuvel er
is, kun je rustig verder dwa
len. Misschien is het beter het
heil te zoeken daór waar je
bent en niet in een ver
vreemd land". Lachend:
„Maar ook ik heb er jaren
voor nodig gehad voor ik daar
achter kwam".
Voorkennis
Dank zij zijn vóórkennis, kon
Batchelor de situatie in Tibet
goed beoordelen. In het Pota-
la-paleis, de voormalige resi
dentie van de Dalai Lama, re
gistreerde hij dat vele antieke
thanka's (gebedskleden) splin
ternieuw waren maar desal
niettemin als eeuwenoude re
lieken werden aangeprezen.
Monniken en burgers vertel
den hem vrijuit over de onder
drukking onder de Chinezen.
Maar toen Batchelor bij een
gelegenheid vroeg naar de
wens van de Tibetanen om
voortaan zelf hun lot te bepa
len, onafhankelijk van China,
werd hij door een monnik ern
stig onderhouden: „Zeg dat
nooit meer. Als een regerings
functionaris dat hoort wordt je
weggevoerd en niemand weet
wat er dan gebeurt".
In het belangrijke Sera-kloos
ter dat hij bezocht, ontdekte
Batchelor dat de monnikenge
meenschap was teruggelopen
van 7.Q00 vóór de Chinese be
zetting naar driehonderd zie
len nu. Hij constateerde: „In
vrijwel alle kloosters is een
ernstig gebrek aan wat ik
maar middenkader zal noe
men. Er zijn alweer veel novi
cen; jonge monniken die in de
leer van buddha ingewijd wil
len worden. Dan heb je een
aantal stokoude leermeesters,
die op raadselachtige wijze de
Culturele Revolutie overleefd
hebben en aarzelend naar de
kloosters zijn teruggekeerd.
FOTO: AP
Maar monniken van 30, 40, 50
jaar zijn zeldzaam. Eén van de
meest navrante voorbeelden
van dit gebrek aan middenka
der is wel, dat mij in een van
de kloosters gevraagd werd er
te blijven om les te geven".
Migratie
In de Tibetaanse hoofdstad
Lhasa wonen als gevolg van
een massaal migratieprogram
ma van de regering in Peking
inmiddels bijna een miljoen
Chinezen. Van enige integratie
of begrip tussen de Chinezen
en Tibetanen is volgens Bat
chelor nauwelijks sprake. De
rellen die enkele weken gele
den de aanleiding waren voor
>nf—
het opnieuw hermetisch j
de buitenwereld afgrendL^
van Tibet, waren daar het^v
gische gevolg van. Batch^pjS
„Het valt je in Lhasa al ikiaj
een op: die volkomen scjep,
ding van geesten. De Chi%ze,
en Tibetaanse gemeensc^wi
pen, hun economie, politielijgg
cultuur staan helemaal los Lju
elkaar. Men probeert te L 2
existeren zonder al te veej^0(
botsen, maar met zulke g|yer
verschillen lukt dat maar r^gi,
welijks".
Batchelor is redelijk som
over de toekomt van Tibet^
geeft in zijn reisboek de
nezen wel krediet voor
oprechte pogingen de resfl
ties op de Tibetaanse culll
wat te versoepelen. „Dat zfl
in heel China. Overal wo
weer tot op zekere hoogte j
vrije godsdienstuitoefeij
toegestaan. Wat dat bet'
waait er zeker een niet
wind door China".
Maar de Britse schrijver zM
het onwaarschijnlijk dat W
Dalai Lama in Tibet kan^
rugkeren en de cultuur gel
in zijn oude glorie kan he:
ven: „Daar is gewoon al
veel voor vernield. De Chhrj
zen die nu al in Tibet wor.
zijn een niet meer weg te cPlÉ
ren factor. Wat je ziet is daPg1
Tibetanen allerlei godsdieren
ge rituelen weer met grootm<
thousiasme beoefenen. Ugc
het toerisme is dat praclrf'
want monniken met gebf".
molentjes in de hand leve|m
zeer fraaie plaatjes op. Mïai
het echte hart klopt rq
zwakjes: het onderricht inin
leer van Buddha. Ik denkuj<
we ons niet door het nieu
Chinese respect voor de „e!or
sche minderheden" moeten>or
ten misleiden. Een onafhartïlS
lijk Tibet, waarin de oorspib-C
kelijke bewoners zelf over
lot kunnen beschikken is v.
de regering in Peking nogf.
soluut onbespreekbaar. De-1®
cente intocht van Chirjch
troepen na de rellen in Lh
is veelzeggend genoeg". e 1
PAUL KOOP!!]!'
Stephen Batchelor „The5
bet Guide". Wisdom Publ?°f
tions Londen. Prijs 57,ïe<
Van katten houden is goed. De
ware kattenliefhebber kan
zich geen beter begin wensen
van een boek over zijn gelief
de huisdier. Maar, bioloog Mi-
das Dekkers zou Midas Dek
kers niet zijn als hij in zijn
boekje „Miauw" niet op een
kritisch-humoristische manier
schrijft over de viervoeters en
vooral over de relatie die wij
mensen met dit diersoort wen
sen te onderhouden. Sinds bei
de diersoorten elkaar hebben
getroffen, verwennen ze el
kaar op voet van gelijkheid.
En als één van de partners zijn
waardigheid verliest, is dat in
geen geval de poes, zo signa
leert Dekkers in 38 kortje ver
haaltjes.
Midas Dekkers: „Miauw",
met illustraties van Maus
Slangen. Uitgeverij Contact.
Prijs: ƒ19,90.
r-
2
3™"
4™
1'
1
I
1
I2
1
I
I
1
I1
1
1
1
1
I4
1
MAGISCH FIGUUR
In elk vakje dient een letter te wor
den ingevuld, waardoor zowel hori
zontaal als verticaal woorden van
navolgende betekenis verkregen
kunnen worden:
1 vrijwillige afstand van de troon
door een soeverein;
2 gefortuneerd persoon;
3 salaris gedurende zeker tijdvak;
4 wijsbegeerte.
OPLOSSING
terredes hOmmes
voor
kinderen in nood
GIRO 100900
boeken
actueel
Verwonderd'
Het hoofdstuk J. J. Slauerhoff
is in onze literatuur kennelijk
nog lang niet voltooid. Dat
heeft natuurlijk alles te ma
ken met het leven van de
dichter: nooit ergens thuis, al
tijd weer op reis in verre lan
den, over verre zeeën. Brie
ven aan mensen die over de
hele wereld verspreid
worden. De biografen zijn nog
steeds bezig dit materiaal bij
een te krijgen en soms leggen
zij daar verslag van af. Zo is
er nu een boeiend boekje van
Arie Pos, voorzien van veel
nostalgisch foto-materiaal:
„Het werk van Slauerhoff en
de Chinese werkelijkheid".
De eigenlijke titel van het
boekje is „Van verre havens".
Pos geeft beelden van vele
plaatsen waar verhalen van
Slauerhoff zich afspelen. Een
beschrijving van het werkelij
ke oord, waar het beroemae
verhaal „Such is life in Chi
na" uit „Schuim en As" zich
moet hebben voltrokken. De
Engelsen noemden dit eiland,
Amoy, „the dirtiest place of
the world", Slauerhoff geeft
het een andere beoordeling:
„Het schoone eiland", „Rem-
brandtiek-mooi", maar ook hij
ziet de misère, het vuil, de
zweren, naast de „miraculeu
ze schoonheid".
Een andere, ook heel interes
sante uitgave op Slauerhoff-
gebied is de verzameling tot
dusver ongebundelde verha
len, waarvan een aantal wel
iswaar een plaats had gekre
gen in „Het lente-eiland",
maar waarvan de rest door
meningsverschil of wrijving
tussen twee uitgevers nooit is
gepubliceerd. Nu is het er:
„Verwonderd saam te zijn".
Echte Slauerhoff-kenners zul
len de verhalen wel ergens,
zoals in het Verzameld Werk,
zijn tegengekomen, maar om
ze hier zo eens bijeen te zien,
dat is een bijzonder genoegen.
Poezie
Deze foto afgedrukt in het boekje van Arie Pos toont Slauerhoff
poserend met reissouvenirs: een Chinese schemerlamp, een ki
mono en een koffer vol schilderbenodigdheden, omstreeks
1928.
Van de Eindhovense „Ci
troenpers" een in meer dan
één opzicht „Grote poëzie
bloemlezing", onder ae titel
„Mij liet je leven" - een regel
uit een van onze beroemdste
Middeleeuwse lyrische ge
dichten. Het is een „grote"
bundel, omdat het allereerst
een groot boek is, qua afmae-
tingent, zodat het niet tussen
de pocketjes in de kast past.
De omvang is zo'n 150 pagi
na's en de gedichten zijn bo
vendien afgedrukt in een gro
te letter (voor de kenners: een
20-punts Praxis). Daarmee is
het eerste uitgangspunt van
de samenstellers van deze
bundel uitgewerkt: „De totale
afwezigheid van poëzie in het
fonds van de z.g. grote-letter-
boeken wijst op een grove on
derschatting van de doelgroe
pen: de visueel-minder be
gaafde en/of oudere lezers".
Veel van de gekozen gedich
ten (van middeleeuwen tot
heden) bieden herkenning -
er staan heel klassieke verzen
in. Nijhoff bij Bommel om de
brug te zien; Slauerhoff die
alleen in zijn gedichten wo
nen kan; wolken, vogels en
visser van Lucebert; Gezelle's
ruisende ranke riet; Gorters
nieuwe lente en nieuw geluid;
de Geswinde grijsaard in de
Vorst des lichts van Hooft en
de „oprechter trouw dan tus
sen man en vrouw" van Von
del. Maar ook minder beken
de en even mooie gedichten,
zoals van Hans Faverey, Mar-
ko Fondse, Hans Warren en
Ad Zuiderent, die de tocht
van Nijhoff herhaalt, maar nu
in Willemsdorp de nieuwe
brug ziet en tot een eenvoudi
ge conclusie komt: „Ook zon
der mij gaat alles over".
Sonja Prins heeft een zeer ei
genaardige en consequente
bloemlezing van gedichten sa
mengesteld. Haar boek heet
„Nieuwe Nederlandse dicht
kunst" en bevat „gedichten
uit de jaren tachtig". Het on
gewone van deze bloemlezing
is dat het uitsluitend nog niet
eerder gepubliceerde gedich
ten bevat, zodat ook de na
men van dichters en dichte
ressen voor het overgrote deel
totaal onbekend zijn. Korte
biografieën of notities vertei
len iets van de dichter, ook al
staat er maar één tekst van
hem afgedrukt. Het boek
maakt, vooral daardoor, voor
namelijk de indruk van oe
verloze veelheid: er komen
zo'n 120 dichters aan het
woord, waarvan misschien
vijftien enige naam hebben
(Lizza Sara May, Ans Wortel
e.a.) De hoeveelheid is te
groot en de informatie te ge
ring dat het boek kan dienen
als een goede introductie tot
de poëzie van de nieuwste ge
neratie.
„De reigers van Amsterdam"
is een opvallend soort poëzie,
van de hand van Carla Bo-
gaards. Brede, stromende ver
zen, vol ontregelende heden
daagse beschrijvingen en uit
latingen. De „hertogin" roept
hardop dat er gedichten
moeten komen over de liefde
en over de reigers van Am
sterdam, en ze wordt op haar
wenken bediend. De ik, in
een visioen, spreekt de reigers
toe: „Dag schat, zeg ik tegen
een manke reiger, ik hou van
je/ik hou van je/trip-trippel
een eindje met me mee en
luister/of het nou in Algiers is
of in Amsterdam/ waar ook
schepen vergaan/ onze liefde
blijft altijd bestaan". Een poë
tisch beeld van Amsterdam,
maar dan weinig lieflijk. Hard
en vooral vitaal; geen dro
men, maar de werkelijkheid
van het leven.
Het Woord
In de na-oorlogse jaren ver
scheen een literair tijdschrift
onder de titel „Het Woord".
Een lang leven was het niet
beschoren, maar wel was het -
naar historici beweren - wel
een wegbereider voor de
nieuwe ontwikkelingen in de
Nederlandse literatuur, met
name voor de „Experimente
len". Wiem Bakker heeft in
de serie „Leven Letteren"
van de Bezige Bij nu een stu
die gepubliceerd over dit tijd
schrift. waarvan hij de vier
iaar dat het tijdschrift bestaan
heeft teer uitvoerig nagaat en
analyseert. Uitvoerig komen
dan ook dichters als Koos
Schuur, Jan Elburg, Bert
Voeten, aan het woord, zoals
ook de vergeten prozaïst Fer
dinand Langen, die in die tijd
toch een zekere faam als hu
morist had. Ook Bert Schier-
beek met zijn eerste prozatek
sten is van de partij.
Overwoekerd
Literaire essays, zoals „Dich
terlijke vroomheid en ero
tiek", dat over Gezelle gaat,
of „Mannenmoed en teder
heid" over P. C. Boutens, ziin
verzameld in „Een volmaakt
overwoekerde tuin". Daarin
vele stukken, opstellen over
literatuur, van Kees Verheul.
Behalve een aantal Neder
landse dichters komen ook
wat Russen aan de orde en
verder o.a. Céline. Het laatste
hoofdstuk van dit boek heet
„Een herinnering" en is ge
heel gewijd aan Vestdijk.
Sherlock
kwaardigheden, waaronder
het geloof dat deze beroemde
auteur hechtte aan de curieu
ze „elfenfoto's", in 1917 ge
maakt, waarop je - volgens
menigeen - echte elfjes kon
zien.
Reizen
August Hans den Boef doet
ook mee aan de herdenking
van Conan Doyle Holmes,
van wie honderd jaar geleden
bet eerste Sherlock Holmes-
verhaal verscheen („A study
in scarlet"). In een aardig
boekje staan heel wat curieu
ze zaken bijeen, die voor lief
hebbers zeker de moeite
waard zullen zijn. Het tweede
hoofdstuk heet „De wonder
baarlijke Conan Doyle voor
en na zijn dood" en daarin
vindt de lezer heel wat mer-
De mooie serie „Op Schrijvers
Voeten" wordt vervolgd met
twee deeltjes. Van Vita Sack-
ville-West (de echtgenote van
de bekende Harold Nicholson)
verscheen in 1928 een verslag
van een bergtocht door Per-
zië, nu in deze serie uitge
bracht onder de titel „Twaalf
dagen". Boeiend is het verslag
van Kees Wielemaker over
zijn bezoek aan vele Afri
kaanse landen, waar hij getui
ge is geweest van veel gruwe
lijke en tot weinig hoop stem
mende voorvallen.
Een van de gruwelijkste en
soms ook mooiste dingen van
een reis is het hotel. Rudie
Kagie heeft daar een boek
aan gewijd, ook bij Veen ver
schenen, de uitgever die ver
antwoordelijk is voor „Op
Schrijvers Voeten". „Hotelle-
veh" beschrijft zeventien Ne
derlandse en twee Belgische
logementen of hotels, in uit
eenlopende prijsklasses. Het
boek beschrijft van die monu
menten als Americain in Am
sterdam, De l'Empereur in
Maastricht, De Zalm in Gou
da, De Pauw in Leeuwarden
en De Zwaan in Ameland.
Genre-stukjes in optima for-
In deze rubriek besproken
en genoemde boeken:
Arie Pos: „Van verre ha
vens" - het werk van Slauer
hoff en de Chinese werke
lijkheid" uitgave Nijgh
Van Ditmar. Prijs ƒ34,50
J. Slauerhoff: „Verwonderd
saam te zijn" - verhalen.
Uitgave Nijgh Van Dit
mar. Prijs ƒ24,90
„Mij liet je leven" - grote
poëziebloemlezing. Uitgave
Citroenpers, Eindhoven.
Prijs ƒ25,-.
„Nieuwe Nederlandse dicht
kunst" - gedichten uit de ja
ren tachtig, Samenstelling
Sonja Prins. Uitgave in An
Dekker. Prijs ƒ38,-.
Carla Bogaards: „De reigers
van Amsterdam". Uitgave
An Dekker. Prijs 26,-.
Siem Bakker „Het literaire
tijdschrift het Woord - 1945-
1949". Uitgave De Bezige
Bij. Prijs ƒ49,50.
Kees Verheul: „De overwoe
kerde tuin" - opstellen over
literatuur. Uitgave Querido.
Prijs 39,50.
August Hans den Boef: „De
goede dokter, de grote de
tective" - honderd jaar Sher
lock Holmes. Uitgave Sua.
Prijs 18,50.
Vita Sackville-West:
„Twaalf dagen" - een berg
tocht door Perzië. Uitgave
Veen. Prijs ƒ22,90.
Kees Wielemaker: „Afrika
Dagboek" - uitgave Veen.
Prijs ƒ24,90.
Rudie Kagie: „Hotelleven"
uitgave Veen. Prijs ƒ22,90.
Het tweede eeuwfeest van
Australië zal niet alleen het
land, maar ook zijn muzi
kanten extra in het zonnetje
zetten. Het „nieuwe land"
heeft in de afgelopen twintig
jaar een aantal voortreffelij
ke groepen voortgebracht.
Split Enz, Crowded House,
The Triffids, Men At Work,
Icehouse en Inxs zijn daar
slechts enkele voorbeelden
van. Aan die lijst kan een
naam worden toegevoegd:
Boom Crash Opera. Het vijf
tal laat op hun Europese de
buut sprankelende muziek
horen.
De plaat werd geproduceerd
door Alex Sadkin. Het was
zijn laatste produktie-werk,
want de man, die een oor
had voor het helder "produ
ceren van door synthesizers
doorspekte muziek (Duran
Duran, The Thompson
Twins) overleed afgelopen
zomer aan de gevolgen van
een auto-ongeluk. Hij laat
met „Boom Crash Opera"
een memorabel werkstuk
achter. Sadkin steekt de
dansmuziek van de Austra
liërs in een levendig jasje.
Vernieuwend is de muziek
niet en het refereert hier en
daar zelfs op een onbehoor
lijk manier naar tijdgenoten,
maar tegelijkertijd spat het
met een enorme energie uit
de groeven. De composities
worden opgebouwd rond
soms breed uitgemeten,
maar veelal speelse toetsen-
partijen. Toch is Boom Crash
1
DrC
Opera geen synthesizer
groep. Daarvoor krijgt hi
instrument niet genot
ruimte en spelen de opval
lend in het geluidsdecor ge
mixte drums, de subtiel tod
gevoegde gitaren en voori
de vaak massale samenzai
een te belangrijke rol. De e|
pee bestaat voor het grootst
deel uit up-tempo nummeijiq
die met passie worden gae
zongen, maar Boom Crasf,
Opera neemt ook gas teru|^
en komt in rustiger vaarwa g
ter terecht in een song al
„Love Me To Death". De e^t
pee herbergt op z'n minsjs
vier hitsingles. Nu maar aLj
wachten of ze dat oojw
worden. r
HANS PIËfc,
Boom Crash Opera met Pete/®
Farnan (gitaar, zang), Petci'
Maslen (drums, zang). Greg OL
Connor (toetsen), Richard Plea;d
sance (gitaar, basgitaar, zang)js,
Dale Ryder (zang). Boonf,
Crash Opera. WEA.
De vijftigste Grote Bosatlas - gisteren is het eerste exempl£
aan minister Deetman van Onderwijs aangeboden - is ea,
nieuw blijk van de verandering die zich in de wereld voltreje
kaarten en grafieken en alle overige kaarten geactualiseerd. L
wereld verandert in een hoog tempo, de examenstof in h"
voortgezet onderwijs stelt daarom nieuwe eisen en de atlas ej
lueert dus mee. Nieuwe aandachtsgebieden ontstaan. In Nedlj
land wordt daarom de zuurgraad van de regen, de spreiding \p
minderheden en de stadsvernieuwing in beeld gebracht. Verf!
krijgen de twee supergrootmachten nieuwe kaarten toebedel
en komen de verhoudingen in de derde wereld vernieuwdjo
beeld. Andere onderwerpen betreffen vergrijzing, werkgelegf"
heid, inkomens en migratie. Heel nieuw zijn satellietbeelden
voor het eerst zijn opgenomen. Deze zijn door hun grootsch;
heid niet van groot praktisch nut in het onderwijs, maar ze
men toch een boeiende illustratie van verschijnselen als de
verkaveling, de olieindustrie en de glazen stad. Daartegeno'
staan veel detailkaarten die overeenkomen met materiaal uit
vorig jaar verschenen Grote Topografische Atlas van NederlaM
Het geheel - met de gelijktijdig verschenen aardrijkskundeleÊe
gang voor mavo/havo/vwo „Formule Bos" - heeft de voortij'
De Grote Botatlas, 50e druk; Uitg. Wolters-Noordhoff,
ningen. Prijs ƒ69,75