Langs Omwegen Gezichten in Bloembollenstreekmet veel liefde geobserveerd Bart den Elzen (84) overleden Wassenaarse politie gaat automatiseren Rijnsburg treedt strenger op tegen overlast honden KLEIDEN OMGEVING QeidóaOowumt DINSDAG 5 JANUARI 1988 PAGINA 11 Op mijn omwegen door st;id en land kom ik gi'Aug mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 12 22 44 op toestel 10. floor Ton Pirlrrs Verontwaardigd De verontwaardiging droop bij de Hagenaar als het ware van zijn gezicht. Stond hij daar op zijn dooie gemak te wateren in de bosjes langs de Kapelle- boslaan in Noordwijk, werd hij zo maar door de Hermandad in de kraag gevat. Goed, het was half vijf 's ochtends op die och tend in mei. En okee, een duidelijke reden voor zijn verblijf op de verlaten weg in de duinen kon hij niet geven. En het klopte dat zijn jaszak onderdak bood aan wat schroeve- draaiers en een haak. Maar om dan zo maar ie mand op te pakken omdat hij van plan is in te bre ken, dat ging hem toch echt te ver, zo maakte hij kantonrechter Morshuis duidelijk. Hij was op de Kapellebos- laan samen met een mede- Hagenees aangehouden, die in het bezit van een kniptang bleek te zijn. Deze had de gang naar de kantonrechter in Leiden echter niet durven maken, aldus de verdachte, die zich zo onopvallend in een heldenrol trachtte te ma noeuvreren. „Het is bela chelijk dat ze een paar schroevedraaiers als inbre kersgereedschap zien", zo betoogde hij met onver huld Haags accent. „Ik stel wel eens motorfietsen af en die schroevedraaiers zaten toevallig in mijn zak. Kijk, ik heb er nu ook een bij mij", aldus de Hage naar en hij toverde non chalant een schroevedraai- ertje uit een van de vele ritsen van zijn wat smoe zelige jack en legde die op de balie. De uitdrukking op zijn gezicht gaf aan dat je hem midden in de nacht om een schroevedraaiertje kon vragen, ook in het uit zonderlijke geval dat hij dan lag te slapen. Kantonrechter Morshuis leek niet erg onder de in druk van deze tegenwer pingen en blikte in het dossier. „De politie sur veilleerde op de Kapelle- boslaan, omdat er veel werd ingebroken in cara vans en vakantiehuisjes op een nabijgelegen camping. Ze zagen uw auto staan, constateerden dat daar net mee gereden was en zagen bovendien gereedschap in de auto liggen, onder meer een betonschaar", somde Morshuis op en zijn stem begon steeds dreigender te klinken. Bosjes De agenten waren op on derzoek uitgegaan en trof fen even later de Hagene zen aan. „U hield zich op in de bosjes", sprak Mors huis nadrukkelijk. „Tsja, ik moest daar mijn sanitai re behoefte doen", merkte de verdachte op, en liet blijken dat hij dat een vanzelfsprekende zaak vond. „Ik kan mij voor stellen dat je voor zoiets overdag de bosjes verkiest, maar 's nachts hoef je daarvoor niet de struiken in te duiken", merkte Morshuis op. Tegelijkertijd realiseerde hij zich dat er nu een discussie dreigde los te barsten over de vraag wanneer en waar een normaal mens precies zijn behoefte in het open baar doet. Daar voelde Morshuis zich toch iets te geleerd voor en snel sneed hij een nieuw verdacht feit aan: de andere Hage naar had een kniptang aan de binnenkant van zijn broek had zitten. Maar ook dat vermocht de verdachte op geen enkele wijze ver bazen: „Ik heb ook wel eens een jasje waarvan de binnenvoering kapot is". Officier van justitie Hor- bach vond de verklaring van de Hagenaar niet erg overtuigend. De verdachte kon niet helemaal duide lijk maken waarom hij op de Kapelleboslaan in Noordwijk vertoefde, ter wijl hij volgens zijn eigen verklaring op weg was van Zandvoort naar Den Haag. Bovendien had hij al vaker met de politie te maken gehad wegens in braken. Horbach eiste 90 gulden en verbeurdver klaring van het vermeen de inbrekersgereedschap. Rechter Morshuis vonniste conform de eis. Dit zeer tot ongenoegen van de Ha genaar. Woedend griste hij de schroevedraaier van de balie. „Waar kan ik in ho ger beroep?", siste hij thea traal, terwijl hij richting deur liep. „Een etage ho ger", bromde de bode, waarop de Hagenaar wat verschrikt opkeek. Zo veel haast was er nu ook weer niet bij. PAUL VAN DER BIJL VOORSCHOTEN Op 84-jarige leeftijd is zon dagochtend Bart den El zen, een geboren en geto gen Voorschotenaar, over leden. Tijdens het werkza me deel van zijn leven was hij een bekende kaas handelaar. Ruim 25 geleden stond hij aan de wieg van de herboren paardenmarkt, die in die tijd gereduceerd was tot een bra derie. Zijn grootste verdien ste verwierf hij gedurende een 35-jarige periode, waarin hij deel uitmaakte van het bestuur van het Comité Paardensport Voorschoten, dat de jaarlijkse kortebaan- draverij op de Prins Bern- hardlaan organiseert. Nadat hij in 1951 tot dit be stuur was toegetreden, werd hij in april 1953 benoemd tot secretaris, een functie die hij tot maart 1986 vervulde. Een korte tijd was hij ook nog te-" vens penningmeester. Na zijn aftreden in 1986 werd hij benoemd tot ere-lid, samen met twee andere pioniers, oud-burgemeester L. de Kool en de heer A. Rocenburg. Bart den Elzen was niet al leen in Voorschoten een be kende figuur, maar ook in de landelijke wereld van de draf- en renpaardensport. Donderdagmorgen om half elf is er in de St. Laurentius- kerk in Voorschoten een plechtige uitvaartdienst, waarna de begrafenis plaats vindt in het familiegraf ach ter de kerk. WASSENAAR De poli tie van Wassenaar gaat automatiseren. Commissa ris J. van der Wolk hoopt binnen twee maanden de toezegging binnen te heb ben voor een verdere au tomatisering bij de recher che. Daar zullen dan alle schrijfmachines worden vervangen door computer terminals. Ook de vreem delingendienst en de meldkamer zullen verder worden geautomatiseerd. Dit zei de commissaris gis teren tijdens de nieuw jaarsreceptie in het poli- tiebureau. Van der Wolk benadrukte te vens dat het achterstallig on derhoud in het politiebureau zal worden weggewerkt door interne verbouwingen en op knapbeurten. Een begin is al gemaakt met de wachtruimte voor de agenten van de alge mene surveillance dienst. Deze ruimte is door de agenten Cees Meijvogel en Henk Swart en de centralist W. de Jong in hun vrije tijd onderhanden ge nomen en heeft een ware daantewisseling ondergaan. Deze maand zal ook de was- en kleedruimte in ge bruik worden genomen. Deze ruimte kon, mede dankzij een subsidie van 50.000 gulden van het ministerie van binnen landse zaken in het kader van het emancipatiebeleid grondig onder handen worden geno men. Er is nu een aparte was- en kleedruimte voor de vrouwlijke korpsleden ge creëerd. Op het wensenlijste van de corpschef staat nog een verbouwing van de kantine. Volgens Van der Wolk zijn de bij de politie gemelde strafbare cijfers in het afgelopen jaar ge lijk gebleven ten opzichte van 1986. Een opmerkelijke daling vond plaats bij het aantal min derjarige verdachten waarmee het politiekorps te maken kreeg, zestig procent. Een wei nig pessimistisch beoordeelde J. van der Wolk de financiële situatie op landelijk niveau voor de politie in het komende jaar, positief was hij gestemd over het gemeentelijk beleid en de „uitermate positieve op stelling van de Wassenaarse gemeenteraad". Ondanks het vertrek van 4 leden van het Wassenaarse korps is door toe treding van 4 nieuwe politie mensen het afgelopen jaar op sterkte gebleven. RIJNSBURG Het Rijns- burgse college van B en W wil de overlast van honden op de openbare weg gaan aanpak ken. Bezitters van honden zul len hun viervoeters voortaan moeten aanlijnen. Bovendien is men straks verplicht om de uitwerpselen van de eigen hond te verwijderen. Het col lege overweegt de mogelijk heid om hiertoe eenmalig een hondepoepschepje beschikbaar te stellen. Een en ander kan worden op gemaakt uit het voorlopige ontwerp van de nieuwe Alge mene Plaatselijke Verordening (APV), waarin het gemeente bestuur een aantal plaatselijke regels vaststelt. Dit ontwerp zal vanaf aanstaande donder dag in het gemeentehuis en in de bibliotheek van het bloe- mendorp ter inzage liggen. Jn de nieuwe APV vindt een verscherping van de regels plaats ten opzichte van de hui dige APV, die stamt uit 1953. „Honden zullen op grond van de nieuwe APV op openbaar terrein, zoals wegen, straten, parken, plantsoenen, gazons, kinderspeelplaatsen, portiek ruimten en galerijen van wo ningen, altijd, ongeacht het uur van de dag, avond of nacht aan de lijn gehouden moeten worden", aldus het college. B en W voeren aan dat hondenbezitters het tot nu toe „niet zo nauw hebben ge nomen" met het aanlijnen van hun huisdier Dat heeft ertoe bijgedragen dat overlast door uitwerpselen op straten, trot toirs, kinderspeelplaatsen en plantsoenen „al jaren een doorn in het oog is van velen". Om hondenpoep-problemen nog verder aan te pakken wil het college verbieden dat hon den „zomaar hun boodschap doen op stoepen, trottoirs, kin derspeelplaatsen, zandbakken, speelweiden en gazons". Ook het doen van behoeften in de tuin van een ander wordt ver boden. „Wanneer zoiets onver hoopt toch gebeurd, dan is de eigenaar van de hond ver plicht de uitwerpselen te ver wijderen". aldus het college. dan met een gidsje in de hand dat een toelichting geeft op alle voorkomende en nog resterende symbolen waarmee de filosofische en theologische studenten zich indertijd omringden, terwijl reeds aan alle kanten togen aan de wilgen werden gehan gen. „Lieve mus" De Bartholomeuskerk van Voorhout van achteren. Dit is een heel mooie impressie van Schut, door Hulkenberg aangegrepen om die Voor- houtse „tweespaltigheid" nog weer even vast te leggen in een beschouwing. Het zijn namelijk twee kerken; twee „geloven" in een soort tande mopstelling, wat slechts een doodenkele keer in ons land voorkomt. Nog een keer in Zeeuws-Vlaanderen ook, ge loof ik. Je hebt in Voorhout de „grote" katholieke Sint Bartholomeuskerk aan de voorzijde, in 1883 door archi tect Margry gebouwd, en het achterdeel is oud-middel eeuws en toch hervormd, met tufsteen uit de Eiffel. Vreemde geschiedenis, maar nu weer met hollen en stil staan „Samen op Weg". Eerst katholiek, later protestants, en onder koning Lodewijk Napoleon van Holland weer aan de roomsen teruggege ven. „Maar zie, de protestan ten kregen het koor, dat van het schip werd afgescheiden. Er waren toen nog veel roomsen in Voorhout en hun kerkdeel werd te klein en bouwvallig. In 1873 sloeg de bliksem in de oude romaanse toren en toen was het pleit beslist; schip en toren werden afgebroken. Jammer genoeg. De protestanten bleven ach terin het voormalige priester koor zitten. In 1882/83 werd een nieuwe katholieke kerk tegen de rest aangebouwd; „geen hoogtepunt in de ker kelijke kunst, maar toch een wel met zorg gedetailleerd en keurig onderhouden neo-go- tisch gebouw, dat het bezich tigen ten volle waard is". Tussen de katholieke en Krotestantse Bartholomeus angt nog steeds een mei doorn, en achterin is het kerkhof waar reformatori sche ontslapenen op de jong ste dag liggen te wachten: „Zijn gebeente rust hier zacht", zegt een grafzerk over Willem te Water, doctor in de theologie. Links staat een gebouwtje als bergplaats en vroeger ook als urinoir bedoeld. Hulkenberg was er en ontdekte een gieter, witte margrieten, balsemienen en petunia's. Hij las ook een tekst die hem ontroerde; over een leven dat maar 6 jaar duurde: „Mus, mus, lieve mus, ga maar vliegen, lieve mus". „Nu is het vogeltje weg; het is naar de hemel ge vlogen", dacht de eigen-wijze auteur van „Gezichten in de Bloembollenstreek". Wie er meer van wil genieten, schaf- fe zich dit kostelijke boek werk aan. Ik kom er nog een keer op terug. „Gezichten in de Bloembollen streek", tekst A.M.Hulkenberg, te keningen van Chr.Schut. Uitgeven) Canaletto (Repro-Hollend), Alphen a.d.Rijn. HET DUO HULKENBERG-SCHUT GING WEER GEBOEID OP PAD der Steur kon Hulkenberg geen uitsluitsel geven, en ook andere deskundigen gissen nog steeds naar het korte Warmondse bestaan van Steen. Toch kan Hulkenberg wel even stil genieten van de woninkjes, waarvan het mid delste en het rechtse gehuurd zijn door een Engelse geoloog en zijn vrouw. Nog even kijkt Hulkenberg om, terwijl Chris Schut in z'n schetsboek werkt: „Nog een laatste blik. Frisse handvormsteen, oude rode, ietwat groenig aange slagen pannen. Op de topge vel een weerhaan. Het recht se huis heeft fraaie muuran kers. Links grauwe pannen. „Antieke" lantaarnpaal. Alle maal aardig om naar te kij ken. Maar ik wil hier van de zomer nog eens terugkomen als de bomen in het groen zijn en de bloemetjes in de tuin te bloeien staan. Dan moet het hier toch wel erg mooi wezen", verwacht de auteur, alsof het opgelegd pandoer is. En toch heeft Jan Steen iets met Warmond te maken gehad. Daarmee bas ta. Hulkenberg wendde zich ook naar Mariëngaerde, een mo numentale optrek die herin neringen oproept aan de tijd van het Groot-Seminarie, dat in '68 stopte met het afleve ren van diocesane priesters. De auteur weet er schier al les van te vertellen en je be speurt er zijn geestelijke ach tergrond in, hoewel Schut een zekere, korte innerlijke omscholing moest hebben omdat die van „reformatori- schen huize" is. Laten we beiden volgen, bij een be zoekje aan „Warmond", maar Een jaar geleden verscheen bij uitgeverij Canaletto (Re pro-Holland) in Alphen aan den Rijn een bijzonder boek; een prachtig „gestoffeerde" geschiedenis van een oude Hollandse stroom. Het heette „Gezichten langs de Oude Rijn" en bevatte een boeien de historie van Utrecht tot Katwijk. De auteur was de oud-leraar Alphons M. Hul kenberg, een echte geest- gronder die tussen de bollen is opgegroeid maar ook al lengs verlekkerd was geraakt op de Rijnlandse geschiede nis. Hij heeft trouwens meer dan honderd historisch getin te publikaties op zijn naam staan. Zo trok hij ook ruste loos en gefascineerd de Oude Rijn langs en legde zijn in drukken met een verrassen de verteltrant vast in verha len die verlucht werden met tekeningen van Chris Schut (nu 75), leerling van prof- .Huib Luns en een geslepen romanticus die vaardig een verfijnde tekenpen voerde en een zekere verwantschap toonde met de onlangs over leden sprookjes-ambachts man Anton Pieck, bij wie de eeuwen zich ook altijd uiterst knus hebben thuisgevoeld. Ik heb destijds in enkele af leveringen van deze rubriek aandacht besteed aan die Ge zichten langs de Oude Rijn, en het zou me niet verbazen als iets dergelijks opnieuw ging gebeuren. Immers, het rijpe duo Hulkenberg-Schut is bij Canaletto wederom voor het voetlicht getreden. Nogmaals verrassend en ra vissant. Deze keer met „Ge zichten in de Bloembollen streek". „Van Katwijk tot Hillegom; verder gingen we niet, anders werd het veel te veel", deelde de heer Hul kenberg me mede. Maar de vasthoudende, regio- fiele auteur heeft zich weer helemaal uitgeleefd, evenals de hem begeleidende, onver woestbare Chris Schut. Het boek, dat over enige tijd offi cieel op het kasteel in de hei lige wouden van de Keuken hof in adellijke kring zal worden geïntroduceerd, maar nu al in de boekhandel ver krijgbaar is, weergalmt de „tulpenstof, zweet en hyacin- tenjeuk" en weet nog veel meer te vertellen. Dat wordt weer smikkelen en smullen voor de ongetwijfeld vele minnaars van onze Bollen streek. Het lijkt alsof deze nieuwe uitgave gestalte kreeg onder het gesternte van de bloem bol, eens begerenswaardig object van pronkzucht en (wind)handel. Zo laat het vignet op de titelpagina en de band „de oudste tulp van de gehele bloembollenstreek" zien. Die tulp vindt men in het koor der Hillegomse dorpskerk. „Sinds 1656 staat ze daar te bloeien op de graf zerk van Margaretha Tulp, echtgenote van Mr.Jan Six". Jan Six, uit een geslacht van grote Amsterdamse kooplie den van Gouden Eeuws for maat, Hollanders van „Flo rentijns" postuur, dacht ik zo. Natuurlijk doet Hulkenberg de wonderlijke, ja woekeren de activiteiten rond de 17e. eeuwe modieuze bloembollen uit de netelige doeken: „dwa ze tulpenhandel". Een eeuw later was men net zo gek met de hyacint. Maar de bloem- teling van maakte in een overloop naar het ruimte vaartcentrum Estec in de Noordwijkse duinen. Het tweetal Hulkenberg- Schut heeft zich bij zijn trek tocht door het bollengebied ook tot onder de rook van Leiden begeven. Zo beland den de auteur en zijn smaak maker ook op Endegeest, al thans op het kasteel van die naam in Oegstgeest; ze deden het Groene Kerkje en het Leidse Hek aan en gebruik ten wellicht het noenmaal in restaurant-boerderij Meerrust in Warmond, waar de osse- haas met een zachte béarnai sesaus werd opgediend. Ik kies voor vandaag maar twee willekeurige juweeltjes die Hulkenberg al beschrijvend tegenkwam. Daarna zien we wel weer verder. Keizerlijke interesse Alphons Hulkenberg is een echte historische spitter. Zo kwam hij in 1667 in Lisse zij ne hoogheid Cosimo de Medi ci toe maar; daar heb je nou zo'n Florentijn vorst van Toskane met zijn gevolg tegen. Er werd fel gediscus sieerd over de hotelaccom modatie ter plaatse en de schout moest eraan te pas ko men. Bij Hillegom werd het nog erger. Daar wilde de ede le Cosimo een aantal konij nen uitgraven. De auteur trok verder, aan de hand van geschiedschrijvers, en ont moette zelfs omtrent Hille gom de keizer die Holland als een stukje Frankrijk had in gepalmd. Napoleon stapte, op 24 oktober 1811, daar zelfs uit z'n koets, onder een ereboog, en werd begroet door hoog- geplaatsten, onder wie, nota bene, een zekere Mr.Jan Six, die toen „Maire" van Hille gom en NSB-er avant le let- tre was. Dat zei de heerser verder weinig, maar hij stap te toch even uit om zich een begroeting te laten welgeval len. Daar waren vele woorden verzorgd Frans bij- :„Vive Napoléon le grand et le bien aimé!" (alsof ie Louis XV was). Ook ontmoette de keizer daar zijn toenmalige echtgenote Marie-Louise, die iets later uit Amsterdam was vertrokken en even als „ver heven souvereine" optrad voor de ogen van de „vreug- De Bartholomeuskerk in Voorhout van achteren: „twee geloven" in tandemopstelling. Drie huisjes, en toch maar één Jan Steen-huis. Hoe dan ook. bollen waren er tenminste. En ze zijn er nog steeds; een roemrijk produkt dat Hol land geen windeieren heeft gelegd en tegenwoordig jaar lijks een exportwaarde van tegen het miljard guldens op levert. Maar het is uitkijken jongens!, weten de kwekers en exporteurs. De concurren tie met haar protectionisti sche praktijken ligt interna tionaal op de loer. Maar daar gaan, goddank, Hulkenbergs ontboezemingen aan voorbij. Zijn nieuwe boek leg je on gaarne terzijde als het alweer bedtijd is. Alleen jammer, dat hier en daar in de tekst „Schönheitsfehler" ontston den door een onnauwkeurige correctie. dedronken" Hillegommers. Fijn, dat Alphons Hulken berg dit heeft opgetekend. Het misstaat Hillegom niet. De bollenstreek heeft overi gens nog meer keizerlijke be langstelling getrokken. Ook „der Kaiser", Wilhelm II, heeft, als inwoner van Doorn, vaak Hillegom aange daan om er „sehr leutselig" de bloeiende bollen te bekij ken. Enfin, het is zoals de (Engelse) dichter William Wordsworth eens op z'n cot tage en duiventil over bloe men schreef: „T'is then my heart with pleasure fills, And dances with the daffodils!" Die daffodils, de narcissen, hebben in het bollenstreekle ven een groot aandeel. Op zijn reis door de streek kwam de auteur in Katwijk al heel wat tegen: de St. Jan de Doper, aan den Rijn, de monumentjes aan de Rijn straat en Cleyn-Duyn, en de Katwijkse kalkoven met tui- temetuit als „smakeloze grap"; met een nieuwbou- wrijtje op de achtergrond. Daar ging Chris Schut ook even voor zitten om bijna elk baksteentje te reconstrueren: Chr.Schut fecit. Ook het Spi- nozahuis in Rijnsburg wordt in een grondige context ge plaatst. Wie iets in een note- dop wil weten over Baruch Spinoza leze Hulkenberg in zijn Gezichten, waar ook plaats is voor de veiling Flo ra, waar Schut een soort Ef- 'f Middelste huisje In Warmond het „Jan Steen huis": drie huisjes die toch één geheel vormen. Daar moet nou Leidenaar Jan Steen gewoond en gewerkt hebben, van 1656 tot 1660. Steen was overigens niet slechts schilder, doch tevens taveernehouder, hetgeen nie mand die z'n prachtige gen restukken enigszins kent zal verbazen. Ook in Warmond was dus een huishouden van Jan Steen. Toch blijven er vraagtekens overeind. Je moet al van goeden huize ko men als je wilt bewijzen, dat Steen „echt in het middelste huisje" heeft gewoond. Jan was nogal treklustig en zat meer in Haarlem dan ergens anders. Zelfs de optimale Warmondkenner A.G.van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1988 | | pagina 11