Jaguar ook Nederlands succesverhaal AANGESLAGEN Zwart-, huur- en grijsrijden (1) ALTERNATIEF RIJDEN: WATERSTOF-MERC OF ELEKTRO-VW n AUTO EeidócSouAcmt DONDERDAG 30 JULI 1987 PAGINJ T Het lijkt misschien wat raar om bij Jaguar te spre ken van „Nederlands suc cesverhaal"; is het immers niet de fabriek in het Britse Coventry die voor dat succes verantwoorde lijk is? En gaat het groot ste deel van de export niet nog altijd naar de Vere nigde Staten? Dat is alle maal wel zo, maar toch kan de relatief bescheiden Nederlandse importeur als voorbeeld dienen voor hoe dat succes optimaal in verkochte auto's wordt omgezet. Daarbij is het vooruitzicht nog dat het succes van het nieuwe, zelfstandige Jaguar pas begint. Na losmaking uit het vroegere Leyland-concern, inmiddels omgedoopt in Austin/Rover en nog eens in Rover Group, be gon Jaguar al snel geld te ver dienen. Drie jaar later is er al een investeringprogramma van een miljard pond voor de komende zes jaar, voor een be langrijk deel te besteden aan modernisering van de nog klassiek aandoende fabriek in Browns Lane, Coventry. Maar tegens moeten volgens presi dent-directeur Sir John Egan de modellen voortaan sneller gemoderniseerd en afgelost worden en komt er een uit breiding van het gamma met een pure tweezits sportwagen, hetgeen al aangekondigd werd bij introduktie van de nieuwe XJ-sedans afgelopen najaar. Een andere zeer ambitieuze doelstelling is het opvoeren van de produktie, nu met -48.000 per jaar al flink toege nomen, tot maar liefst 100.000 halverwege de jaren negentig - dus als het investeringspro gramma afloopt. In die stroomversnelling moet dan ook Jaguar Nederland mee gaan, nog nieuwer dan de zelf standige fabriek, daar het im- portbedrijf immers van de grond af nieuw is opgezet. Het leverde bedrijfsdirecteur Geert Tax inmiddels al een Britse exportprijs op door de voortvarende manier waarop de zaak in gang is gezet. Er worden in ons land al 30% meer Jaguars verkocht (uit- gaande van de eerste cijfers van dit jaar), er is al een apart leasebedrijf opgericht en er is een aantal Jaguars bij ver huurbedrijf Hertz geplaatst. En dat alles op een Nederland se automarkt die in het alge meen niet beheerst wordt door Jaguar Sovereign vooroordelen, eigen auto-in dustrie die een streepje voor heeft en waar elk geïnteres seerd merk vrijelijk zijn mo dellen kan afzetten. Daarom is men in Browns Lane zeer te spreken over de paar honderd Jaguars die hier verkocht worden. En misschien telt het ook nog dat het bepaald niet aan Jan Lammers zal liggen als Jaguars raceprogramma wellicht niet de gehoopte we reldtitel oplevert. Waarop de importeur trouwens weer met een aansloot door het pro gramma sportieve accessoires van Walkinshaw Racing hier te brengen. Eerste indruk Het blijft echter de auto waar het om draait: is die echt zo goed als de introduktie deed geloven? Het werd toen een soort tweestrijd met de even eens nieuwe BMW 7-serie, maar hoe is het nu als je die auto een half jaar later een paar dagen onder gewone, ge middelde Nederlandse omstan digheden mag proeven? Dat deden we aan de hand van een Sovereign, dat wil zeggen een model met 3,6 liter zescilinder, automaat en volledige uitrus ting. Het verschil met de „ge wone" versie is niet eens zo groot, want die heeft bijvoor beeld ook standaard de auto matische transmissie, leren be kleding en airconditioning. Er zal gauw tussen beide versies gekozen worden tot uitsluitend de overweging of je dubbele ronde, dan wel enkele recht hoekige koplampen mooier vindt staan. Al mis je bij de ge wone versie toch enkele essen tiële details, zoals het anti- blokkeer remsysteem of auto matische niveauregeling op de achtervering. In plaats van die los bij te be stellen kun je dan wel ineens de Sovereign bestellen, die ook dat allemaal heeft. Mocht u trouwens ook de geruchten in Duitse bladen vernomen heb ben dat het nieuwe model nooit de twaalfcilinder motor zal ontvangen: niet waar. Een nog iets verlengde serie, met die motorische hemel op aar de, komt er wel degelijk aan. Gewijzigd, of liever bijgevijld, wordt er aan de huidige mo dellen ook al. Sinds de intro duktie is de achterbank wat verlaagd om meer hoofdruim te te bieden, want dat was in derdaad niet het sterkste punt van de nieuwe XJ (al was het wel beter dan in het oude mo del). Een wijziging waar nog met smart op gewacht wordt is een automatisch wis/wassys- teem op de voorruit. Volko men onbegrijpelijk natuurlijk dat men met alle elektronica en luxe aan boord daar niet aan gedacht heeft, terwijl er notabene wel op alle modellen verwarming van de ruite- sproeiers is en op de Sovereign zelfs een verwarmde was-in- stallatie voor de koplampen. Smaakvol Zelfs in Nederland heeft een Jaguar sentimentele waarde: uitersten van comfort, luxe, prestaties en wegligging zijn niet de argumenten waarom je speciaal een Jaguar kiest. Er blijft een gevoel voor stijl en schoonheid meespelen, waar je natuurlijk als tester weinig vat op hebt. De oude XJ6 wordt niet gauw vergeten, doch het ziet er wel naar uit dat de nieuwe in schoonheid als al ternatief niet afgewezen wordt. En het blijft een feit dat het perfect afgewerkte in terieur van leer en hout een sfeer geeft die geen andere auto in deze klasse biedt. Bij dat alles gaat dan toch wel tel len dat de uitrusting veel com pleter is dan in het oude mo del, met bijvoorbeeld in de So vereign standaard elektrische stoelverstelling en automati sche snelheidsregelaar. Leren zetels, vooral zulke ruime, zijn nog altijd niet ideaal als je eens snel de bocht om wilt. Maar als je dat vaak wilt doen bestel je gewoon zonder meerprijs tweed bekleding, zoals je ook een vijfbak kunt krijgen als je per se zelf wilt schakelen. Een automaat hoort natuurlijk veel meer bij de stijl van deze auto, het speciale schakelhendel biedt in een sportieve bui toch ook mogelijkheden. Je zet de FOTO: JAGUAR „Randle-handle" (bijgenaamd naar Jaguar-ontwerper Jim Randle) volgens het normale schakelpatroon van een auto maat in D, zodat alle vier ver snellingen worden afgewerkt. Dan zet je hem naar links, waarbij de automaat gewoon in „D" blijft. Vervolgens kun ie weer omhoog en terug om iet inschakelen van de derde en vierde versnelling naar ei gen inzicht te regelen. De au tomaat van de reeds zwaar be proefde testauto schakelde niet meer optimaal soepel, doch dat zal meer aan slijtage na 30.000 zware kilometers gelegen heb ben dan aan de constructie zelf. Het zelf schakelen om op timale prestaties uit de 165 kW/221 pk sterke zescilinder met vier en twintig kleppen te halen heeft toch wel zin. On danks de hoogmoderne motor- constructie voel je wel dat pas bij wat hoger toerental de trekkracht echt fors wordt. Kwestie van geld? We komen toch weer op de vergelijking met BMW's nieu we 7-serie, die we eveneens onder normale Nederlandse omstandigheden konden be proeven. Die doet motorisch veel agressiever aan, vraagt al tijd om eens lekker te mogen draven. Dat heeft de Jag niet, al is het wel zo dat hij maar blijft doorgaan als je steeds meer gas geeft. Je kunt er wel degelijk moeiteloos heel hard mee rijden, al is de eerste in druk bij voorzichtig wegrijden dat de prestaties toch wat te genvallen. Het enige wat blijft is dat de motor op volle toeren toch wel goed hoorbaar is. Verder is de besturing wat sterker bekrachtigd dan bij de Duitse concurrentie; hoewel hij precies genoeg aanvoelt past hij toch niet bij een spor tieve rijstijl. Het blijft daarom een beetje zoals bij de oude Ja guar dat je je er echt even toe moet zetten om de uitstekende wegligging te proberen (bij zeer illegale snelheidsniveaus dan wel). Het blijft echter eveneens zo dat de nieuwe Ja guar een fabuleus veercomfort biedt, zeker beter dan dat van de BMW en Mercedes en voor al in de Sovereign met zijn ni- veuaregeling op de achterver ing. Als je niet van elektroni sche meters houdt heb je pech, want daarvoor is geen alterna tief. Maar onpraktisch zijn ze niet, evenmin als de goed be reikbare bedieningsorganan. De elektrische stoelverstelling, vaak onderaan de stoelrand bevestigd, zit hier tenminste makkelijk onder vingerbereik tegen de middentunnel. Alleen die richtingaanwijzer-schake laar die meteen naar de mid denstand terugkomt, dat blijft wennen bij het inhalen - je moet toch een keer extra scha kelen om de richtingaanwijzer weer het zwijgen op te leggen. Zo is de Jaguar nog steeds niet in alle opzichten perfect en blijft het kiezen welke eigen schappen het zwaarst wegen. Mochten stijl en sfeer niet de doorslag geven, dan misschien toch het voordeel. Want met een kleine 130 mille zit al het denkbare erop en eraan. Daar zitten voor iedereen wel din gen bij die bij vrije keuze niet als extra gekocht zouden zijn, maar evenzovele dingen die bij de concurrentie wèl bijbe steld zouden worden - met als resultaat dat een gelijkwaardig geoordeelde concurrent gauw twintig mille duurder uitvalt. Zelfs in deze klasse telt dat economisch gezien zwaarder dan het feit dat we met de Ja guar ongeveer 1 7 reden waar de BMW nog 1 8 bereikte. Ongetwijfeld komen er eind dit jaar vergelijkende ver koopcijfers van de BMW 7-se- rie, Jaguar en Mercedes S- klasse, die samen het overgro te deel van de verkopen in deze klasse volmaken. Dat zal heel interessant worden, den ken we. De verhouding drie delen Mercedes, twee delen BMW en een deel Jaguar kon wel eens drastisch wijzigen. PETER FOKKER Het is verbazingwekkend hoeveel soorten vierwielig geni toriseerd vervoer langs Neerlands wegen onder de aandac vallen van fiscus en FIOD (fiscale inlichtingen en opsp ringsdienst). Wat de leek voor alleen maar gewoon autorijden zou ho den, blijkt bij nader toezien te onderscheiden in dienstrijdi woon-werkrijden, privérijden, zwartrijden, huurrijd< meerijden en grijsrijden. Alleen voor de categorieën ze dagsrijden, overrijden en spookrijden lijken de genoem instanties zich niet te interesseren - maar, weten we in land allemaal: wat niet is kan nog komen. Over het grijsrijden hebben wij in een (grijs) verleden eens gesproken. Omdat echter de laatste tijd van de ka van de fiscus de belangstelling voor het autorijden en d met name voor het fenomeen „auto van de zaak" grot is geworden, willen wij in de komende afleveringen al soorten rijden nog maar eens op de keper beschouwen. Wie een auto bezit of gebruikt die weliswaar uiterlijk lij op een personenwagen doch het karakter en het interie heeft van een bestelauto wordt een grijsrijder genoemd oi dat een dergelijke auto is uitgerust met een grijs kenteke Voorwaarde voor dit kenteken is de aanwezigheid van ei vlakke laadvloer achter de voorbank. In dit laadgedee) mogen geen passagiers worden vervoerd en dus ook gei banken bij-gemonteerd. De voordelen van dit type auto zijn niet gering. Ten een wordt er geen bijzondere verbruiksbelasting (16% tot van de catalogusprijs) over geheven. Ten tweede kan mi er, mits aan de overige vereisten is voldaan, WIR-preni over claimen, iets wat bij een normale personenauto onm gelijk is. Het hoeft dus niet te verwonderen dat het grijst den inmiddels een dermate grote vlucht heeft genomen d alle mogelijke automodellen, waaronder ook duurdere spoi wagens, al in bestel-uitvoering leverbaar zijn - keurig ra een vlak vloertje achterin. Maar evenmin is de aankond ging van het ministerie verwonderlijk, dat hier langzame hand maatregelen geboden zijn.... „Zwartrijden", om een volgend kleurrijk aspect te introd ceren, betekent van oudsher: zich in een vierwielig motc rijtuig voortbewegen zonder de wegenbelasting te hebbi voldaan. Maar zwartrijden zou ook in een tweede beteken kunnen worden opgevat, namelijk als geslaagde poging o te ontsnappen aan de fiscaal vereiste „bijtelling van 20% vi de catalogusprijs" van een auto bij het werknemers-inki men. Voor iedere werknemer die van zijn werkgever ei personenauto ter beschikking heeft gekregen geldt immei in de regel, dat hij of zij met deze auto ook privé mag rijde De wet bepaalt nu dat dit privégebruik bij de werknem wordt belast „uit hoofde van de dienstbetrekking". Om i gewikkelde discussies over de mate van dit privégebruik voorkomen heeft de wetgever maar meteen vastgesteld d de waarde daarvan in beginsel deze 20% van de catalogu prijs bedraagt. „Catalogusprijs" wil dan zeggen de prijs va de auto, inclusief omzetbelasting, inclusief de door de briek aangebrachte accessoires. In de aangifte inkomstenbelasting moet de werknemer zi •privégebruik van de auto opnemen, tenzij.... hij op overtu gende wijze weet aan te tonen dat hij met de auto (nagi noeg) uitsluitend zakelijk heeft gereden. In dat geval w zullen het volgende keer onder de loep nemen valt aa die 20% bijtelling te ontkomen. MR. P.R.M. HAMEB Werkzaam bij De Bier en Van Keulen, belastingadvisei Hoewel een crisis op zijn tijd een aardig duwtje in de rug kan geven gaat ook zonder zoiets het onder zoek naar alternatieven voor de traditionele mo torbrandstoffen gestadig door. Alleen hoor je er pas wat van als een of andere noodtoestand de belang stelling doet opleven, of als een grote doorbraak naar praktische produk- tietoepassing gemaakt wordt. Welke alternatieve aandrijving nu werkelijk de traditionele oliepro- dukten kan gaan becon curreren blijft voorlopig nog geheel onduidelijk. Ook dat merk je bij een gerea- - liseerde doorbraak: de aandrij ving waarop die doorbraak be trekking heeft lijkt even de nieuwe favoriet te worden, totdat weer bij een ander sy steem iets nieuws gevonden wordt. De grootste belangstel ling kreeg alternatieve aan drijving natuurlijk toen men vreesde voor het opraken van de grondstoffenvoorraden. Toen leek het of de beste kan- sen gereserveerd waren voor een systeem waarbij aan de huidige auto zo min mogelijk gewijzigd hoefde worden. Dat zou alcohol zijn geworden, die je alleen of gemengd met ben zine in een vrijwel ongewijzig de motor kunt verbranden. TNO ontwikkelde daarvoor een mooi regelapparaat, dat uitgebreid beproefd werd door onder andere de Nederlandse Volvofabriek. LPG is op zich geen alternatief, het komt im mers ook van olie. Elektrische aandrijving is wellicht al het langst als alternatief in studie, omdat men al aan het begin van de eeuw doorhad dat zo heel wat lawaai en slechte gas sen vermeden konden worden. De ontwikkeling van elektri sche aandrijving blijft echter ondanks alle vooruitgang ach ter de feiten aanlopen. Het centrale probleem is nooit ver anderd: waar kunnen we vol doende elektrische energie in opbergen? Als dat maar lukt kan een elektro-auto elk ge wenst prestatieniveau leveren. De omzetting van elektrische energie in arbeid kost weinig verliezen, dus valt daarin ook weinig winst te boeken. Waar het altijd weer van moet ko men is een betere dat wil zeggen compacter en lichter batterij. Brown Boveri (BBC) uit Zwitserland heeft op dat gebied onlangs iets nieuws ge bracht. Elektrisch of hybride Die nieuwste BBC-accu, basis voor een nieuwe testauto van VW, kan bij gelijk gewicht viermaal zoveel energie op slaan als de gewone autoaccu. De truc bij nieuwe accusoorten is in het algemeen dat men in plaats van lood een ander ma teriaal zoekt als opslagmedi um. BBC gebruikte zwavel en natrium, die dan wel vloeibaar gehouden moeten worden. De bedrijfstemperatuur van de accu is dan ook 300 tot 350 gra den celcius. De accu moet dus uitwendig verwarmd worden, al is-ie ook goed geïsoleerd. Volkswagen gaf ons wat ver gelijkende cijfers voor een ou der prototype (Golf City- STROMer) met loodaccu en het nieuwe (de Jetta City- STROMer) met zwavel/natriu- maccu. Die oude loodaccu woog 400 kg, tegen 276 kg voor de nieuwe, terwijl de ac tieradius van de Golf 40 kilo meter bedroeg en die van de nieuwe Jetta 120 km. De BBC- accu is staafvormig en wordt in de middentunnel van de Jetta ondergebracht, zodat deze niet te veel aan nuttige binnenruimte verliest. Het blijft echter «en lomp ding, met afmetingen van ruwweg 14 bij 5 bij 4 decimeter. De prestaties van de elektro-Jetta zijn evenals de actieradius dui delijk berekend op stadsver keer met een paar buitenwij ken erbij. De top van 105 km/h is niet zo gek, maar ac celeratie tot 50 km/h in 12 se conden is toch gauw driemaal zo langzaam als op een norma le aandrijving. Dus heeft VW ook voor langere afstanden iets in de test, namelijk een diesel/elektrische hybride auto. Bosch ontwikkelde een elektromotor van slechts 58 cm breed, die in plaats van het vliegwiel aan een Golfdiesel- motor gebouwd is. Zoals elke gelijkstroommotor kan hij te vens als generator dienst doen, dus om gewicht te sparen neemt hij om te beginnen de taak van de normale startmo tor en generator over. Bij af remmen op de motor voert de elektro-aandrijving stroom toe aan de accu, nu nog een gewo ne loodaccu van 150 kg. De dieselmotor zorgt voor een be hoorlijke acceleratie en aan- Hmui]fi"rIui11 If De universiteit van Kaiserslautern bedacht voor Mercedes een mengapparaat dat afhankelijk van de motorbelasting meer waterstof of benzine aan de motor toevoert. drijving bij hogere snelheid (vanaf 55 km/h). In puur stadsverkeer met niet te sterk wisselende snelheid werkt de elektromotor. Maar ja, de ac tieradius op de accu is slechts 30 kilometer. Waarna je ge confronteerd wordt met het secundair probleem van elek trische aandrijving, namelijk de tijdsduur die voor het op nieuw laden van de accu nodig is, meestal een uur of acht. Als dat veel sneller zou kunnen FOTO: MERCEDES BENZ was de beperkte actieradius op een acculading al een kleiner probleem. Waterstof puur of mix Niet lang geleden maakte terstof zou dat dus al „sponzen" met behuizing a son van totaal 1400 kg k en dan zit er nog geen omheen. Schone toekomst weg Behalve besparing op de o voorraden levert het altei tief rijden natuurlijk ook lieuvoordelen, reden waa die andere aandrijvingen I weer in de belangsteï staan. Elektrisch rijden g helemaal geen vuile gassen nauwelijks geluid, watei verbranden levert geen ki waterstofresten, koolmonoi of kooldioxide (alleen wal damp en een beetje stikstof) de van de meeverbra lucht). Het meest simpel toch nog alcohol, dat ook een stuk schoner opbrandt benzine of diesel en met bt te mengen valt. Maar alen bevat per gewichtseen minder energie dan ben] dus je moet er meer (30 70%) van meenemen. Wa stof is heel duur om te mal het produceren van elekü teit -kost weer kolen, olie gas en levert daarbij dus weer milieuvervuiling. D ook alcohol is duurder benzine. Dat verschil is compenseren door belast maatregelen, zoals in Bra gebeurt waar driekwart1 de auto's op alcohol rijdt. Hi maal overschakelen op aid zoals de bedoeling was is ter niet gelukt. Dan zou nog veel groter deel van land moeten worden bed met suikerrietplantages. Da uit wordt ethylalohol (zoals sterke drank voorkomt) wonnen, nog een hoogwaai ger brandstof dan methylai hol waar we in Europa bi] brek aan gigantische hoevi heden rietsuiker op aange zen zouden zijn. Van dat 1 ste heb je zeventig pro( meer nodig dan van beni voor dezelfde energiehoev heid. Het onderzoek gaat tuurlijk door, wellicht dat i op elektrisch gebied met de pergeleiding die nu in ont* keling is een doorbraak bereiken. Doch tenzij benzinemotoren bijvo beeld in drukke gebieden de Randstad ooit eens v biedt, geven ook de onder» kers geen uitzicht op een sn le oplossing van de gesche problemen. Het menselijk y nuft staat nog voor grote i dagingen. PETER FOKK VW-Jefta City STROMer mit Hochenurgie-Battevie De Jetta CitySTROMer met BMW resultaten bekend van een testprogramma met water stof als alternatief voor benzi ne in de motor, nu volgde ook Mercedes met zo'n verslag. Waterstof kan gewonnen worden uit water, dus voor raad genoeg. En het kan in een redelijk normale benzine motor verbrand worden, al of niet gemengd met benzine, dus wat dat betreft is het even makkelijk als alcohol. Het is alleen moeilijk op te slaan: het moet gekoeld worden om het vloeibaar te krijgen. Maar vooral mag er geen zuurstof bijkomen, want een mengsel van waterstof- en zuurstofgas heet bepaald niet voor niets knalgas. Het voordeel is wel weer dat waterstof per massa eenheid meer energie bij de verbranding oplevert dan ben zine. De universiteit van Kai serslautern bedacht voor Mer cedes een mengapparaat dat afhankelijk van de motorbe lasting meer waterstof of ben zine aan de motor toevoert - van pure waterstof bij statio nair toerental tot pure benzine bij vollast. Het gaat hier dan om een Mercedes 280 TE sta tioncar, waarvan de aangepas te motor nog 120 kW/163 pk levert (tegen 136 kW/185 pk voor de toenmalige standaard- motorversie). In de bagage ruimte waren twee waterstof tanks ondergebracht, die 280 kg wogen en omgerekend de tegenwaarde van elf liter ben? zine in waterstof konden be vatten (waarnaast nog 35 liter echte benzine meegenomen werd). Actieradius: 150 km in stadsverkeer, veel minder dus bij de bereikbare top van 185 km/h. el/natrium-accu. FOTO: VW Tevens testte Mercedes een personenbusje dat uitsluitend op waterstof liep, met een aan gepaste 2,3 liter viercilinder benzinemotor. Op waterstof le verde die 75 kW/102 pk, niet zo gek dus. Het busje had vier waterstoftanks bij zich en kan daarmee 100 km ver komen in stadsverkeer. Het totale test programma (eind 1984 in Ber lijn gestart) leverde inmiddels een kwart miljoen kilometers ervaring op. Doch bij water stof evenals bij elektriciteit blijft het probleem de opslag. Mercedes ontwikkelde een metaallegering (een exclusief spulletje bestaande uit liefst zes metaalelementen) om de waterstof in op te slaan. U kunt dat zien als een metalen spons die vloeibare waterstof opzuigt. Feitelijk is er sprake van binding, de waterstof dringt als het ware in het me taal en blijft niet, zoals bij een echte spons, in de kleine holle ruimten hangen. Maar in elk geval is dat technisch al mak kelijker dan gewoon samen persen (waarvoor een drukvat van 200 bar nodig is) of alleen maar koelen om het vloeibaar te maken (dat vergt -250° C). Doch ook het Mercedes-sy- steem met metalen drager heeft zo zijn nadelen: 85 kg „spons" in een vat van nog eens 55 kg neemt 1,5 kg water stof op. Schrale troost dat dit overeenkomt met de energie van 5,5 liter benzine. Hoe je het ook wendt of keert, het kost net als bij elektriciteit veel ruimte en gewicht om de energie mee te nemen die in een gewone benzinetank van vijftig, zestig liter zit. Bij wa-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1987 | | pagina 6