'Franse
revolutie
was
nodig'
BANGE
MANNEN
voer voor planologen
finale
Troonpretendent
Henri d'Orleans:
V ooruitstrevend
CcidóG Souamit
ZATERDAG 18 JULI 1987
de revolutie. Ik zou graag willen dat de
viering straks een beeld geeft van de
Franse eenheid. Welke dramatische ge
beurtenissen er twee eeuwen geleden ook
zijn geweest. Ik denk dat de revolutie
nodig was. Toen Lodewijk XVI het hof
naar Versailles verplaatste, sneed hij
zich af van het volk. Een fundamentele
traditie van het Huis Capet is zo geweld
aangedaan. In Versailles werd een
scherm opgetrokken tussen macht en
volk, (grinnikend) zoals je nu ambtena
ren en politieke partijen hebt. Onder Lo
dewijk XVI barstte de bom. Belangrijk
is dat hij de moed en intelligentie heeft
gehad de situatie te willen veranderen.
Maar na Varennes, waar hij werd gevan
gen genomen, was het afgelopen. Een
enorme fout van de koning. Hij had Pa
rijs kunnen verlaten en naar Bordeaux
of Marseille kunnen gaan. Maar hij had
nooit in oostelijke richting moeten rei
zen, want een oorlog dreigde met de
Oostenrijkers en Pruisen. Men zag hem
daardoor als landverrader, wat het dra
ma heeft versneld".
Monarchisten
De kans op restauratie van het Franse
koningshuis en een kroning van de graaf
tot Hendrik VI is op zijn minst twijfel
achtig. Vanwege het millennium en het
fenomeen „cohabitation" wordt wat
meer over de mogelijkheid gesproken.
De Fransen debatteren nu eenmaal graag
over politiek. Maar uitgesproken monar
chisten zijn er niet veel in het land van
Robespierre. De Nieuwe Royalistische
Actie, een koningsgezinde groepering,
de parlementsverkiezingen
van vorig jaar 0,67 procent van de stern-
haalde bij
men. De meer militante Action Francai-
se heeft waarschijnlijk meer aanhangers.
Ze komen echter niet veel verder dan
het schilderen van lelies op ©ruggen en
viaducten.
De graaf zegt niet te overwegen zich vol
gend jaar kandidaat te stellen bij de pre
sidentsverkiezingen. „Als je eenmaal af
daalt in de arena van de politiek ben je
gelijk aan de anderen. Vijftig jaar werk
zou dan voor niets zijn geweest. Toen
De Gaulle in 1965 campagne moest voe
ren was hij niet langer monarch. Hij
werd een man van rechts. Om dat te
voorkomen hou ik vast aan mijn bijzon
dere positie van koninklijk erfgenaam.
Het rechtvaardigt mijn hoop en hande
len".
Maar Henri heeft concurrentie. Er zijn
andere troonpretendenten die aanspraak
maken op Versailles. De graaf wil ze
best de revue laten passeren, maar zegt
bij voorbaat niemand serieus te nemen.
„In Spanje heb je de Hertog van Cadix,
die zich Hertog van Anjou laat noemen.
Zijn achter-achter-achter-grootvader was
een kleinzoon van Lodewijk XIV. Als
Philips van Anjou heeft hij de Spaanse
monarchie hersteld. Maar sinds de
Spaanse oorlog is de scheiding tussen
Frankrijk en Spanje definitief. De-Pyre-
neeén zijn nooit geslecht, alleen maar
hoger geworden. Volgens het door Hugo
Capet vastgestelde opvolfeingsrecht moet
een koning de Franse nationaliteit heb
ben en niet van nationaliteit zijn veran
derd. De Spaanse Bourbons hebben dus
geen recht op het Franse Huis. Je hebt er
zo nog meer. In Australië bijvoorbeeld
iemand, die zegt af te stammen van de
prins van Conde. In Canada zou een
Charles XII leven, familie van Naun-
dorff, die in Nederland begraven ligt en
eigenlijk Lodewijk XVII zou zijn. Ga zo
maar door. Er is altijd wel iemand met
een romantische geest om de kwestie op
te werpen. Maar dat alles heeft geen his
torische realiteit, noch politiek gewicht".
BOB VAN HUËT
TILBURG - Acht procent van de
mannen is zo bang, dat ze 's a-
vonds de deur niet meer uit dur
ven. Anderen - bijna de helft van
de ondervraagden - wagen zich
niet in donkere parkeergarages,
maken een omweg voor een voet
gangerstunneltje, mijden straten
met veel bars en discotheken. Bij
vrouwen blijkt dat alles in mindere
mate het geval te zijn. Toch heeft
Barry Smits-Rooimans zich voor
dit gesprek met een haar onbeken
de verslaggever laten seconderen
door een - overigens ook vrouwe
lijk - familielid „omdat je bij zo'n
verhaal maar nooit weet wie je in
huis haalt". Treffende illustratie
van hetgeen zij in feite wilde zeg
gen met haar verhaal: hier is geen
verbitterde feministe aan het
woord die het fenomeen „bange
man" met hoon wil overladen.
Het gegeven over die angsthazen is „bij
toeval" uit het onderzoek gekomen, bo
vendien gaat het er om dat mannen
„voor andere dingen bang zijn dan vrou
wen" en zo is de basis geschapen voor
enig misverstand, zegt Barry Smits.
Hoe zit het dan wèl in elkaar? Terug
naar het onderzoek, waarbij de jonge
planologe driehonderd enquêteformulie
ren naar mannen van allerlei leeftijd
verstuurde met het verzoek erbij of ze
die zelf weer mocht komen ophalen.
Deze persoonlijke benadering leidde tot
een in dit soort zaken ongehoord hoge
antwoordscore, namelijk 83 procent. Bo
vendien bood het de gelegenheid een
persoonlijk praatje met deze en gene te
maken, waarbij vooral jongeren zich
heel openhartig toonden. Barry Smits
vergeleek naderhand de uitkomsten met
die van andere onderzoekers die alleen
vrouwen hadden geënquêteerd. En zo
kwam dan aan het licht dat de vreesach
tigheden bij mannen op andere dingen
zijn gericht dan bij vrouwen. Zo kon
ook de indruk ontstaan dat mannen
banger zijn dan vrouwen - een beeld
waarin cijfers en percentages enige nuan
cering kunnen brengen.
Op onoverzichtelijke plaatsen zijn juist
vrouwen veel banger dan mannen: 36 te
gen 3 procent. Eveneens is dat het geval
bij slechte verlichting (42 tegen 16 pro
cent) en bij afwezigheid van andere
mensen op de openbare weg (40 tegen 15
procent). Met 28 tegen 3 procent tonen
vrouwen ook duidelijk meer angst op
plaatsen waar weinig huizen staan. Dat
geeft toch wel enig tegenwicht in het
beeld van de bange man, die 's avonds
de deur niet meer uit durft. Al is het wel
weer interessant om aangetoond te zien
dat mannen vaak banger zijn voor
„angstaanjagende sociale factoren", ter
wijl bij vrouwen het zwaartepunt ligt bij
„factoren van situationele aard". Met
andere woorden: de geënquêteerde man
nen zijn beducht voor dingen die andere
mensen hen kunnen aandoen, terwijl de
vrouwen vooral situaties bedreigend
kunnen vinden. Opmerkelijk, aangezien
vrouwen toch vaker gemolesteerd wor
den dan mannen (30 tegen 7 procent).
Barry Smits tekent daarbij aan: „Dan
praat ik alleen over de „smalle definitie"
van dat molesteren. Als we de brede de
finitie hanteren blijkt dat 90 procent van
alle vrouwen ermee te maken heeft ge
had. Dan heb ik het over nafluiten en
naroepen, dat kun je wel degelijk een
vorm van molest noemen". Ze vindt het
dan ook bepaald niet overdreven, dat ze
ventien van de honderd Nederlandse
vrouwen nooit ongewapend de deur uit
gaan, waarbij de wapens variëren van
mes tot breinaald, van sleutelbos tot
spuitbus met haarlak. „Je staat er ver
steld van wat je in zo'n geval nog met
een sleutelbos kunt doen", aldus Barry
Smits, die overigens zelf nog nooit van
zulke verdedigingsmiddelen gebruik
heeft hoeven te maken. „Maar als ik
naar mijn ouders in Tilburg-Zuid ga laat
ik me halen en brengen door een man
die ik ken".
Hardere aanpak
Het mannenpubliek van de enquête leer
de Barry Smits nog iets waarmee zij in
de toekomst zeker verder wil werken:
„Bijna 13 procent van de mannen wilde
dat politie en justitie de sociale onveilig
heid harder aanpakken; 27 procent wilde
meer politie en 15 procent vroeg om
meer verlichting. Als je dat omrekent
naar het aantal mannelijke inwoners van
Tilburg blijkt dus 73 procent van hen
duidelijke aanbevelingen in de richting
van het gemeentebestuur te willen doen.
Dat is een gegeven waar je niet zo maar
omheen kunt. Temeer omdat we mogen
aannemen dat de situatie elders in het
land ongeveer gelijk zal zijn, met uitzon
dering van de echt grote steden en het
platteland".
De sociale veiligheid, waarvoor zij vanaf
het begin van haar carrière als planologe
- „ik ben druk aan 't solliciteren" - wil
ijveren, is overigens geen begrip dat uit
de lucht komt vallen. Er is al veel langer
over gepraat, maar daar gaat het nu juist
om, zo stelt Bany Smits. „Praten alleen
helpt weinig, die hele sociale veiligheid
in de planologie is nooit echt verder ge
komen dan de spreektafel. We moeten er
nu eens ernst mee gaan maken. Niet zo
zeer om de criminaliteit in te dammen,
want daarvoor is het middel uiteraard
ontoereikend. Maar wel om mensen rus
tiger en dus evenwichtiger te laten leven.
Wat ik wil zeggen is bijvoorbeeld: als er
bijvoorbeeld een vechtpartij of andere
gewelddaad plaatsvindt waarvan moge
lijk één persoon het slachtoffer wordt,
laat dan niet tienduizend anderen er
continu over in angst zitten. Dat is soms
te voorkomen door betrekkelijk kleine
zaken waar je attent op moet zijn. De
bushalte met te veel groen er omheen,
het geïsoleerde fietspad dat eigenlijk te
ver van de weg af ligt. Maar voor mij
gaat het er vooral om dat de sociale vei
ligheid in 't groot wordt bekeken, in het
totale beeld van de planologie. In die
context hoort ook het verhaal van de
bange mannen thuis".
AAD SCHOUTEN
PARIJS - Met kerkdiensten, tentoonstellingen en een stapel boeken wordt in
Frankrijk dit jaar het duizendjarig bestaan van de Capet-dynastie herdacht. Precies
tien eeuwen geleden, op 3 juli 987, werd Hugo Capet in Noyon tot eerste Franse
koning gekroond. Hij regeerde over een strook land rond Parijs, ongeveer zo groot
als onze vier noordelijke provincies samen. De rest van het huidige Frankrijk was
verdeeld in zelfstandige graafschappen en hertogdommen. Maar omdat Hugo
Capet de lokale regeerders als zijn leenmannen beschouwde, geldt 987 min of meer
als het stichtingsjaar van Frankrijk.
Deze dynastie was lang uniek vanwege
zijn stabiliteit. Opvolgers van Hugo Ca
pet zoals Philips I, Philips II, Augustus
en Lodewijk de Heilige regeerden in de
middeleeuwen respectievelijk 48, 43 en
44 jaar. Hendrik IV maakte een eind
aan de godsdienstoorlogen die Frankrijk
aan het einde van de zestiende eeuw
dreigden te verscheuren. Vanaf de Zon
nekoning Lodewijk XIV ging het bergaf
waarts. Na de revolutie van 1789 eindig
den zijn kleinzoon Lodewijk XVI en
zijn vrouw Marie Antoinette onder de
guillotine. Na verschillende restauraties
was Lodewijk Philippe I de laatste ko
ning van Frankrijk. Hij werd in 1848 af
gezet. Voor en na hem speelden de Bo-
napartes nog met de keizerskroon.
Hoewel de monarchie meer dan honderd
jaar geleden voor het laatst werd afge
schaft, heeft de huidige Franse troonpre
tendent, Henri d'Orleans, de hoop op
restauratie ervan nog niet opgegeven.
„Het volk is moe van het politieke ge
kibbel", zegt de 79-jaige afstammeling
van Hugo Capet. „De Fransen hebben
behoefte aan een onpartijdige arbiter. De
Gaulle heeft de Vijfde Republiek veran
derd in een monarchie. De president is
tot koning gemaakt. Waarom zou er na
de „president-arbitre" geen „roi-arbitre"
kunnen zijn? Het herstel van de Spaanse
monarchie, die de democratie heeft we
ten te handhaven na een dictatuur, heeft
veel mensen aangesproken. Ik merk het
aan de vele reacties die ik krijg. Vooral
de jeugd toont veel interesse".
De man die koning van Frankrijk zou
moeten zijn heeft in elk geval de allure
van een vorst. Dun strak achterover ge
kamd grijs haar boven een wijs gerim
peld voorhoofd. In de blauwe ogen een
hautaine en tegelijk wat tragische blik.
De Graaf van Parijs is katholiek, heeft
elf kinderen, maar leeft sinds een jaar
gescheiden van zijn vrouw Isabelle d'Or
leans et Bragance. Omdat zijn oudste
zoon Henri-Pierre zijn vrouw en kinde
ren in de steek liet en zonder toestem
ming hertrouwde met een Spaanse, ont
sloeg de graaf hem als „dauphin". Klein
zoon Jean werd uitgeroepen tot nieuwe
kroonprins. De voorbereiding op een
eventueel koningschap van deze nu 22-
jarige student wijsbegeerte ziet Henri als
zijn voornaamste taak. „Als Jean zijn
studie heeft afgerond zal ik hem voor
stellen aan de vorsten van Europa. Ik
ken ze heel goed, maar hij nog niet".
Voor de Japanse cultuur heeft de in
Chantilly residerende troonpretendent
een warme belangstelling.
Henri d'Orleans staat bekend als een wat
autoritaire maar ook vooruitstrevende
Figuur. Hij bewondert De Gaulle en Mit
terrand, die volgens hem intellectueel
dicht bij elkaar staan. Na terugkeer uit
ballingschap zorgde Henri in zijn jonge
jaren voor opschudding onder de Franse
koningsgezinden door te breken met de
hem getrouwe beweging Action Francai-
se. „Ik wilde af van die eeuwige verde
ling tussen links en rechts. Alle Fransen
zijn mijn vrienden. Maar dat werd niet
goed begrepen en men sprak van de on-
dankbaarheid van de prins van Orleans.
Ik was opeens de rode dauphin. Toch
hield ik vol en heb zo een nieuw publiek
kunnen vinden dat eerder christen-de
mocratisch dan monarchistisch is. Ove
rigens zijn de contacten met de Action
Francaise nu weer beter. Ze weten dat ze
mijn sympathie hebben. Ik kan echter
niet toestaan dat ze in mijn naam spre
ken".
„In principe zal ik nooit een kandidaat
voor het presidentschap steunen. Eén
keer, in 1981, heb ik stelling genomen.
Rechts smeekte me om een verklaring.
Ik heb toen gezegd dat het land gebaat
zou zijn bij een wisseling van de macht.
Nieuw schandaal. Ik zou Giscard heb
ben verraden. Onzin. Ik wilde ermee
zeggen dat het in een democratie niet
Henri d'Orleans, Graaf van
Parijs, die koning van Frankrijk
zou moeten zijn.
FOTO: PERS UNIE
goed is als links door rechts meer dan
dertig jaar wordt uitgesloten van de
macht. Zeker niet als rechts fouten
maakt. Juan Carlos van Spanje heeft dat
heel goed begrepen".
„Mitterrand is een monarch. Net als De
Gaulle wil hij boven de partijen staan.
Ook met een andersdenkende regering is
hij blijven zitten. Daar is moed voor no
dig. Mitterrand heeft gebroken met alle
republikeinse tradities, waarmee is aan
getoond dat de gekozen monarch supe
rieur is aan een parlementaire meerder
heid". De laatste opmerking ontlokt aan
zijn lippen een jolige glimlach.
Als Henri op dit moment tot koning zou
worden uitgeroepen wil hij regeren in de
stijl van De Gaulle. Op de belangrijkste
het volk de mogelijkheid hebben hem
weg te sturen".
De aandacht voor het millennium van
de Franse lelie staat in geen verhouding
tot de voorbereidingen van het feest
rond de tweehonderdste veijaardag van
de revolutie. Ontelbare manifestaties
staan voor 1989 op het programma. Er
zijn zelfs plannen een „ring van licht" in
een baan om de aarde te brengen als te
ken vah vrijheid, gelijkheid en broeder
schap. Daarmee vergeleken wordt de
stichting van de Capet-dynastie bijna in
tiem gevierd. Het is misschien wat bitter
voor een familielid van de onthoofde
Lodewijk XVI?
„Toch niet", antwoordt Henri. „Mijn
laatste boek, „l'Avenir dure longtemps"
(De toekomst duurt lang), gaat juist over
ministeries ziet hij dan „intieme mede
werkers". Voor „mensen die de electora
le beweging volgen" zou plaats zijn op
minder belangrijke posities. Defensie,
binnen- en buitenlandse zaken, justitie,
onderwijs en financiën moeten „stabiel"
blijven. Risico's voor een dictatuur zijn
er volgens hem daarmee niet. „De ko
ning heeft geen persoonlijke opties. Hij
kiest uit wat het volk naar het parlement
stuurt, net als Mitterrand nu. Als ik
moest kiezen tussen de Engelse monar
chie en de republiek van Mitterrand,
dan koos ik voor de laatste. In monar
chale vorm. Referendums vind ik heel
aantrekkelijk. Een nieuwe dialoog met
het volk is nodig om de grote problemen
het hoofd te bieden. En als de koning
zich niet goed van zijn taak kwijt moet
Eenzame doorgangen in overigens goed bevolkte stadsdelen: een manco in de sociale
veiligheid.
FOTO: TOM VAN DUKE
„Mannen vaker bang in 't donker dan vrouwen" - het
stond er dan toch maar, dezer dagen in de krant. Het gege
ven kwam uit een scriptie van de planologe Barry Smits-
Rooimans, op 23-jarige leeftijd afgestudeerd aan de Natio
nale Akademie voor Planologie, Verkeer en Vervoer in Til
burg. Wat hiervan te denken? Sluit dat aan op biologische
onderzoeken, waarbij werd vastgesteld dat groepsleidende
man-apen bij dreigend gevaar de boomtoppen opzoeken
„omdat ze met gemist kunnen worden"? Barry Smits, een
beetje beduusd door alle publiciteit die zo plotseling over
haar heen gekomen is: „Ik heb alleen maar willen aantonen
dat het begrip sociale veiligheid meer ingang moet vinden in
de planologie. Naast zaken zoals verkeersveiligheid, die er al
lang een wezenlijk onderdeel van vormen".
Barry
Smits-
Rooimans.