'finale' Verhitte discussies over bikini's en hoofddoekjes TOUR Iraanse revolutie rammelt aan Turkse deur: '£eidóc@omo4it ZATERDAG 4 JULI 1987 De Turkse mentaliteit verandert niet zo snel: het leven in de sloppenwijken van Ankara wijzigt niet veel van generatie op generatie. door Piet Snoeren Bestaat er - toegegeven, na een zuidelijk zonnevlugje - voor de vakantieganger een goede reden om gedurende de maand juli in Nederland te blijven? Ja. De Tour de France. Zij die naar Frankrijk afreizen teneinde daar een glimp van net spektakel langs te zien flitsen, hebben ongelijk en de volgende herinnering moge duidelijk maken waarom. Was het 1981 of 1983? Een zomer in elk geval, zo kil en klam dat er weinig anders te doen overbleef dan per auto wat rond te toeren. Moddergat leek, gezien het heersende humeur, een passende bestemming, het vissersdorpje aan de Waddenzee waar eind vorige eeuw 17 schepen met 83 opvarenden vergingen. Man en muis in één gulzige slok door de watergolf verzwolgen; een monumentje op de dijk herinnert er nog aan. Maar Moddergat was gauw bekeken, dus voort ging de desolate rit, naar Noordpolaerzijl. Noordelijker, zo leerde een blik op de kaart, kon een mens op het vasteland van Nederland niet komen. Het tekent de vertwijfeling. En daar, in Noordpolderzijl, gebeurde het. De zon en de zee sprongen bliksemend open. waaiers van vuur en zij, zoals Marsman dichtte. De houten keet bij het murmurerende sluisje bleek broodjes garnaal te serveren, zo krimpvers dat het gehemelte ervan krinkelde. En precies op het moment dat de tanden voor het eerst wegzonken in de zilte lekkernij, bracht Peter Winnen de etappe naar Alpe d'Huez op zijn naam; het transistorradiootje sloeg over van opwinding. Zo'n driedubbele gelukzaligheid van miraculeus doorbrekende zon, garnalen die smelten in hun eigen zout en een Nederlandse winnaar op een Franse alp, zo'n drievuldigheid van verrukking, samengebald in de fractie van een oogwenk, is slechts weggelegd voor wie besluit de julimaand binnen de eigen landsgrenzen door te brengen. „De rotte plek in de Tour is de basis, het feit dat hij uiteindelijk op winstbejag is gebouwd waaruit ideologische drogredenen geboren worden", schreef de in 1980 overleden cultuurfilosoof Roland Barthes. Hoe waar. Weinigen weten het, maar de eerste Tour, die van 1903, was een regelrecht uitvloeisel van de Dreyfus- ajfaire en die kennen velen weer wel. Spionnage, antisemitisme, soldateneer versus de eer van het geweten. Duivelseiland, zelfmoord - alle elementen om de Franse natie tot op het merg te splijten, waren aanwezig. En zo raakte ook de redactie van Frankrijks enige sportkrant, Le Vélo, gespleten. De tegenstanders van Dreyfus liepen op hoge poten weg en begonnen een eigen sportkrant. L'Auto. Om lezers bij ae concurrent weg te roven, organiseerden ze - gek genoeg, gelet op de nieuwe naam - geen autorally, maar een wielerwedstrijd en dat werd, 2400 kilometer in 19 dagen, de Tour de France, vanaf het prilste begin dus een puur commerciële onderneming. Wielerfanaat Martin Ros vermeldt in zijn zojuist verschenen boek „Heldenlevens" deze ontstaansgeschiedenis niet. Vreemd, want de paperback bevat nagenoeg elke anecdote die er over de Tour te vertellen valt, en begint bovendien met het hierboven aangehaalde citaat van Barthes. Maar Ros die er geen misverstand over laat bestaan in 1954 zelf de amateurronde van Uithoorn gewonnen te hebben - O Ronde van Uithoorn! Deze woorden gooien mij nog altijd omver. Ben ik ooit gelukkiger geweest? - houdt zich blind voor het vuige gewin, de combines, het wieier bedrog. Hij wil slechts „op gepassioneerde wijze de helden bij elkaar brengen, de geur van wielerolie en wielerzweet mengen met de spanning, de rivaliteit, de triomf en de neergang". Over Bartali wil hij het hebben die zijn vele overwiningen te danken meende te hebben aan de rozenhoedjes, gebeden in de grot van Lourdes wanneer de karavaan daar in de buurt kwam, en aan het wijwater uit de kerk van Theresia van Lisieux dat hij toevoegde aan de inhoud van zijn bidon. Over Anquetil moet het gaan die zich aan ae vooravond van menige etappe doodgemoedereerd liet wegzakken in champagne en dobbelen. „En soms liet hij het niet bij champagne alleen, maar verbrijzelde hij het glas en at de scherven op, want zijn maag en ingewanden konden daar wel tegen". Coppi en zijn overspelige Witte Dame. De door aambeien en steenpuisten gekwelde kobolt Robic. Kübler die zichzelf tijdens de sprint aanmoedigde door luidkeels „Hop Ferdi, hop Ferdi" te roepen. Bobet wiens fietsen pure kunst was. Helden. Is er nog twijfel mogelijk? De julimaand zal in Nederland wórden doorgebracht. Heldenlevens in het handschoenenkastje, transistorradio aan het oor. Straks staat er ene Erik Breukink op een alp. Noordpolderzijl, zet de broodjes garnaal maar klaar. Hoe behoudt Turkije zijn identiteit in het krachtenveld tussen oost en west? Dat vraagstuk duikt telkens op, tijdens een reis dwars door het land. Premier özal zoekt aansluiting bij de EG en de Europese touroperators promoten het land als „dé vakan tiebestemming van de toekomst". Maar aan de andere kant beleeft de islam een krachtig reveil en probeert „oosterbuur" Iran zijn revolutie te exporteren. Steeds meer stemmen beweren dat de fundamentalisten de macht aan het overnemen zijn. Intussen voelen veel jonge liberale Turken zich in hun Europese levensstijl bedreigd. xSTANBOEL - Op een terras in de wijk Sultan Ahmet laat Attach in zijn glas „raki" de ijsblokjes tinkelen. Het smeltende ijs heeft de anijsjenever al troebel gekleurd als plotseling vanaf ontelbare minaretten luidkeels tot ge bed wordt opgeroepen. De megafoon-versterkers zijn tot de pijngrens opengedraaid, zodat zelfs de constant toeterende verkeersstroom even niet te horen is. „Sherefé, proost!", zegt Attach, wakkergeschokken uit een dag droom. „Alle brave islamieten mogen na een dag hongerlijden weer eten en drinken". Hij vervolgt bitter „Brave islamieten! Die worden nog onze ondergang". Het cynisme van Attach is typerend voor zovele jonge gastarbeiders of stu denten die de afgelopen jaren naar Tur kije zijn teruggekeerd. Verdreven door de economische malaise in West-Europa en soms geholpen door een remigratie-of oprotsubsidie, zoeken zij opnieuw hun heil in een land waar ze nog weinig ban den mee hebben. Maar naarmate de ver wachtingen hoger gespannen zijn, is de teleurstelling meestal groter. De lonen vallen tegen en zelfs in de Turkse steden bruist het leven niet zo als in Europa. Nóg onthutsender voor velen is het reli gieus fanatisme dat snel oprukt. Attach is er in elk geval niet vrolijk van geworden. Hij studeerde en werkte acht jaar in West-Berlijn en ging het ouderlijk huis, niet ver van de Bosporus, steeds meer missen. Als afgestudeerd ingenieur liggen de banen nu voor het oprapen, maar na een klein jaar Istanboel heeft hij nog geen dienstverband willen accep teren. Hij vertelt, op misprijzende toon: „Ik had verwacht dat het hier in de loop der jaren verder was verwesterd. Zeker nu Turkije overal in Europa geafficheerd wordt als dé vakantiebestemming van het jaar. Maar wat ik hier zie bevalt me absoluut niet. Ik ben werkelijk bang dat onze fundamentalistische oosterburen steeds meer greep krijgen op het leven hier. Sommige oude vrienden van me dwepen nu al met Khomeiny!" Turkije gaat graag door voor een westers land. Bovendien maken de Turkse poli tici goede sier met de wettelijk gegaran deerde „absolute godsdienstvrijheid". Maar is dat niet makkelijk gezegd met een bevolking die voor 98 procent isla mitisch is? De gosdienstige minderheden zijn in Turkije zo klein dat ze nauwelijks voor problemen kunnen zorgen. „Toch betekent islamistisch niet oos ters", bezweert een pensionhouder bij de beroemde Blauwe Moskee in Istanboel. En ja hoor, daar komt weer het rijtje van de bokser, zanger en zeebioloog, alle drie tot grote vreugde van religieus Turkije tot de Koran bekeerd. „Mohammed Ali, Cat Stevens en Jaques Cousteau zijn óók islamiet!", klinkt het wervend. Relative rend: „Zelfde god, maar een andere weg dan de uwe". Premier özal denkt er net zo over. Begin dit jaar kwam hij met een officiële aan vraag voor het EG-lidmaatschap. Daar bij benadrukte hij dat de islam in Tur kije geen belemmering hoeft te zijn. De premier: „Turkije is historisch en cultu reel nauw met West-Europa verbonden. Toetreding tot de EG zou onze export en economie ten goede komen. Boven dien zijn we binnen de de NAVO al ac tief op het Europese toneel". Deze sym pathieke woorden ten spijt, heeft de EG onmiddellijk alle „vertragingstrucs" uit de toverdoos gehaald. Want een huwe lijk met nóg een relatief arm en hoofdza kelijk agrarisch land (na Portugal en Spanje) is het laatste waarop de door landbouwoverschotten en begrotingste korten geplaagde club van twaalf zit te wachten. Veel westers-georiènteerde Turken heb ben zich niettemin vastgeklampt aan het mogelijke EG-lidmaatschap, als ware het een laatste strohalm. En niet om econo mische redenen. „Als Turkije niet bij de EG komt ben ik genoodzaakt te emigre ren", meent Nevzat, een computerpro grammeur uit Ankara. Zijn vrouw, Asu, vertrekt dit najaar al naar Engeland om daar naar werk te zoeken. „Het wordt voor ons met het jaar moeilijker om in Turkije te leven", verduidelijkt ze. „Wij hebben bijvoorbeeld nooit met de Ra- madan-vasten meegedaan, maar dit jaar weigerden mijn kruidenier, bakker en slager voor het eerst overdag voedsel te leveren". Nevzat, bijna fluisterend in zijn hemelsblauw geschilderde woonka mer „De buren spreken er al schande van dat wij ons niet aan de Ramadan houden. Enkele jaren geleden was Anka ra nog een redelijk liberale stad, maar nu beleven we echt een soort religieus reveil met zéér intolerante trekjes". Reuzensprong Sedert Mustafa Kemal in 1923 op een ongeëvenaarde manier de bezem haalde door het toen nog in de middeleeuwen levende sultanaat, is Turkije staatsrech telijk, juridisch en politiek behoorlijk ge moderniseerd. Kerk en staat werden on der zijn leiding officieel gescheiden, het leger diende geen politiek te bedrijven, het islamitisch recht werd afgeschaft en op Zwitserse leest geschoeid, vrouwen kregen stemrecht en de ruimte zich te emanciperen. Sociaal-politiek maakte de nieuwe Turkse republiek in het bestek van een paar jaar een reuzensprong en daar zijn vele Turken Kemal nog steeds de andere studenten met me mee, an ders was ik nu misschien brodeloos ge weest". Zeynep, de 24-jarige dochter van de professor vindt de affaire minder ver makelijk. „Ik ken die meisjes en geloof me: het gaat ze niet alleen om die hoofd doek. Ze willen ons onmondig maken. Ze zouden vrije, onafhankelijke vrou wen nog het liefst opsluiten". Losbandig Meer zuidelijk, aan de zonnige Mediter- ranée, is het klimaat belangrijk liberaler. De duizenden toeristen hebben onmis kenbaar hun stempel op de voorheen or thodoxe vissersdorpjes gedrukt. Uit ca- fé's klinkt de heavy-metal-muziek die aan de kust zeer populair is. Turkse meisjes flaneren in geraffineerde bikini's langs de boulevards. Ruimbehuisde fa milies proberen met een „zimmer frei" wat bij te verdienen terwijl Turkse pro jectontwikkelaars het ene na het andere vakantiepaleis uit de grond stampen. Wie de taal even vergeet, zou zich in Griekenland kunnen wanen. Het reli gieus reveil van het noorden spiegelt zich hier in bijna decadente losbandig heid. De kust is ook bij de Turken zelf in trek als vakantiebestemming. Vanuit Ankara, met zijn regenachtige klimaat, voeren toeringcars de bleekneusjes van de grote stad voor nog geen twintig gulden naar het subtropische Antalya of Marmaris. Daar ontmoeten zij hun Westeuropese vakantiebroeders, worden overwachte vriendschappen gesmeed en wederzijds begrip geboren. Hier, in dit liberaler kli maat, doen minder ongeruste verhalen over het Turkse reveil de ronde. „Och, het valt wel mee", zegt Elif Iktimur, een advocate uit Konya, die een eigen kan toor heeft in het kustplaatsje Kas. „Turkse islamieten hebben de Koran nooit zo letterlijk genomen als de sji'ie- ten in Libanon, Syriè en Iran". Ze wijst op de hotels, pensions en restaurants die het kleine haventje van Kas omringen. „En door het toerisme is er al veel ten goede veranderd. Het fundamentalisme krijgt weinig kans bij de westerse levens stijl en economische welvaart hier". Referendum Premier özal probeert zijn land intussen de éénentwintigste eeuw binnen te lood sen. Ruim zeven jaar na de militaire coup van 1980 worden voorzichtige po gingen in het werk gesteld de democratie in het land te herstellen. Nog dit jaar wil özal een referendum organiseren, waar bij het volk zich mag uitspreken over het opnieuw legaliseren van de „oude" politieke partijen. De discussie hierover beheerst het nieuws in de dagbladen en dat is niet verwonderlijk want het oude politieke systeem was m 1980 vastgelo pen in besluiteloosheid, corruptie en da gelijks ruim 25 straatmoorden met een politieke achtergrond. Volgens waarnemers in Ankara is het aanstaande referendum juist de oorzaak van Veel verontrusting over het funda mentalisme. De nu nog verboden recht se en linkse partijen zouden proberen kiezers aan zich te binden door op reli gieuze sentimenten in te spelen. Omdat elke controverse uitgebuit wordt, krijgt men snel de indruk dat heel Turkije op zijn achterste benen staat. „Maar zo ge makkelijk verandert de Turkse realiteit niet", meent Yusuf Kanli, regisseur uit Istanboel. Hij komt in Kas even op adem na twee maanden filmen in Lon den. Evenals zovele andere westers georiën teerde Turken is het hem opgevallen dat de „Europeanisering" van Turkije nog weinig wind in de zeilen heeft gekregen. Met smaak vertelt hij over de ophef die gemaakt werd naar aanleiding van een preek in de Blauwe Moskee. De imam daar, vergeleek westers geklede vrouwen met een geschilde meloen. „Als je een meloen op de markt koopt neem je hem toch niet zonder schil mee naar huis, want dan wordt hij stoffig en vies", had de imam gezegd. De boodschap was dui delijk: een vrouw dient haar lichaam buitenshuis ten allen tijde bedekt te hou den. Yusuf, lachend: „De imam heeft ge lijk: ik koop mijn meloenen compleet. En ik moet er niet aan denken mijn vriendin te schillen!". Yusuf ligt voorlopig nog niet wakker van het fundamentalisme in Turkije. „Verhalen dat we hier over een aantal jaren weer een islamitische staat zal zijn la Iran zijn gewoon klinkklare onzin", meent hij. „Ik ontmoet zoveel mensen die bang zijn voor het fundamentalisme dat Ik me er voorlopig geen zorgen over hoef te maken". PAUL KOOPMAN Turkse vrouwen in Istanboel: de een kiest voor behoud van de islamitische traditiede ander laat zich door het westen beïnvloeden. FOTO'S PAUL KOOPMAN dankbaar voor. In de kleinste dorpen staan zorgvuldig gepoetste bustes of standbeelden van Kemal, die eerbiedig Atatürk: „vader der Turken" wordt ge noemd. Mustafa Kemal is ruim zestig jaar na zijn ingrijpende hervormingen weer on derwerp van discussie geworden. In het nog steeds gekortwiekte Turkse parle ment roepen de politici zo fanatiek dat ze „echte Kemalisten" zijn, dat je je gaat afvragen of hun geschreeuw niet een ge brek aan overtuiging moet compenseren. De Iraanse premier Moes sa vi gooide meer olie op het vuur toen hij tijdens zijn recente reis door Turkije categorisch weigerde het verplichte bezoekje aan het Atatürk-mausoleum af te leggen. De ver ontwaardiging was groot. Moussavi's kieskeurigheid werd in brede kringen als een „belediging" voor het gehele Turkse volk opgevat. Maar de fundamentalisti sche Turken grepen het incident aan om nog eens te benadrukken dat Kemals hervormingen op gespannen voet staan met de islamitische leer. In een groot scheepse Iraanse publicteitscampagne werd Atatürk al eerder afgeschilderd als een „goddeloze kapitalist". Hoofddoekjes „Iran steunt de Turkse islamieten die te rugwillen naar een middeleeuwse staat op alle mogelijke manieren", zegt Salih Soyer, hoogleraar stedebouwkunde aan de universiteit van Ankara. Hoewel er geen keiharde bewijzen zijn verdenkt de professor enkele van zijn studenten er van rechtstreeks van de ayatollah's geld te hebben ontvangen voor politieke acti viteiten. Hij wijst op de sit-down-acties voor de poorten van de campus, die de gemoederen in Turkije al enige maanden bezig houden. Religieuze studentes eisen dat het dragen van hoofddoekjes tijdens de colleges weer toegestaan wordt, maar het universiteitsbestuur verzet zich daar nog tegen. Salih Soyer verliet op een dag met medeneming van het merendeel van zijn studenten het lokaal, toen een aan tal vrouwen met hoofddoekjes zijn colle ge wilde volgen. „Ik geef alleen les aan mensen met een open en kritische geest", moet hij toen gezegd hebben. De professor „Omdat de dames het lokaal niet wilden verlaten ben ik uiteindelijk vertrokken". Lachend: „Gelukkig gingen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1987 | | pagina 19