Het Herald-tribunaal: een drama op herhaling „Geen lijken nodig om drama weer te geven" Spanning rond proces tegen de „slachter van Lyon >IM KORVER BRENGT BERGING BRITSE VEERBOOT IN BEELD: BUITENLAND üeidóc (Somant MAANDAG BEGINT RECHTSZAAK TEGEN KLAUS BARBIE: Tranen ZATERDAG 9 MEI 1987 PAGINA 9 (OTTERDAM Terwijl Engeland het onder- oek naar de toedracht ran de ramp met de veer- loot Herald of Free En- erprise in volle gang is, nordt in hartje Rotterdam an een zeer eigensoortige etuigenverklaring ge- rerkt. Het is de getuige- van filmer Pim Kor- fer, over de wijze waarop |e zo getroffen veerboot fan volledig slagzij naar en drijvende toestand an de kaden van het Bel- jsche Zeebrugge werd ebracht. (orver maakte in opdracht ran Smit Tak, de Unie van [eddings- en Sleepdiensten en ownsend Thoresen alle ge- eurtenissen rond de berging an het schip mee, met het oei er een film van een half ur van te maken. Niet alleen er meerdere eer en (Hollands) lorie van Smit Tak, maar in eiie ook ter lering voor ieder- en. Ie filmer verkeerde bij zijn ièrk in een unieke positie, irant terwijl alle pers nadruk- ;elijk op afstand werd gehou- en, kreeg hij alle medewer ing die maar enigszins moge- k was. Desondanks beteken- het werk aan de film (mede erricht door Bert Visser en Seter Groeneveld) twee laanden lang het doorstaan an allerlei ontberingen. Kor- ar herinnert het zich als de ag van gisteren, terwijl hij in jn Rotterdamse bedrijfspand p de montagetafel het film- lateriaal nog eens bekijkt. uurpijl lij tilt nog van het balanceren i een uiterst verraderlijke, ntimeters dikke ijslaag op de and van de gevelde veer- loot. „Aan het rechtop zetten n bergen van zo'n veerboot leven de nodige gevaren. Op grote dikke staalkabels aan gigantische krachten, let knappen van zo'n kabel eeft ongeveer het effect van m vuurpijl. Als dat gebeurt is it catastrofaal". Jn film over de scheepsramp aarbij zoveel mensen om vamen, zou een gruwelijk ard document kunnen wor- m in de boekenkast van de laritieme geschiedenis, er- ent Korver. Vele meters film eeft hij inmiddels „gescho- n", maar hij maakt duidelijk at in zijn rolprent geen beel- en van lijken te zien zijn. „De erkelijkheid rond dat schip as al erg genoeg, ik heb geen jken nodig om dat op het pu- iek over te brengen. Ik heb eer veelzeggende opnamen unnen maken. Fototoestellen de modder op de dekken, en kapot bordje met „uit", an de nooduitgang. Genoeg lementen om er ook nog een antrekkelijke film van te ma- filmer maakte eerder al ocumentaires over bergingen Is die van de Mont Louis, ver bedrijfsprojecten van 'hilips en Shell, over mam- lioettransporten over de weg, lariniers in het Noorse pool- ebied én over de operatie aan tand van de Blijdorp-olifant lamon. Hij werd meermalen ïrnationaal onderscheiden ir zijn filmwerk, waarmee ij zijn brood verdiend na ooit nder Carel Enkelaar voor het IOS-journaal te -hebben ge- rerkt. lavage lorver, ooit een begenadigd ersfotograaf, had ook tal van ito's kunnen publiceren die oede kans zouden maken op net verkrijgen van de onder- cheiding World Press Photo, naar zo werkt de Rotterdam- 'r niet. „Dat zou indruisen tegen de afspraken die ik met mijn opdrachtgevers heb ge- (naakt én tegen mijn ethisch jevoel. Er zijn overigens ook ijdschriften geweest, die er heel wat geld voor over had den om foto's in handen te krijgen met zo veel mogelijk Pim Korver, op het dek van de zojuist rechtgetrokken Herald of Free Enterprise. lijken erop. Daar werk ik niet aan mee. Zo zou in één klap mijn goede naam weg zijn". De eerste aanblik van het bin nenste van de Herald, toen het schip juist overeind was geko men, was volgens Korver eer der dramatisch dan gruwelijk. „De mensen die her en der verspreid lagen, dat waren voor mij geen echte mensen meer. Het heeft me niet zo aangegrepen, omdat ik me goed heb kunnen voorberei den op de dingen die ik te zien zou krijgen. Wat dat betreft was deze aanblik veel minder aangrijpend dan die van de ra vage bij de treinramp van Schiedam in 1976 waar de le dematen her en der langs de spoorlijn lagen. Daar ging ik voor het journaal heen, met een lege maag, dat was heel wat anders dan nu". In de film zijn onder meer de beelden te zien van de eerste aanblik die de bergers kregen van de passagiersruimten, waar tientallen zwemvesten ongebruikt aan de plafonds bungelden, in beweging ge bracht door de wind die vrij spel had door de verbrijzelde ramen. Ook is de puinhoop te zien op de autodekken, vol gens Korver „net één grote file op een rijksweg". Voetsporen Het menselijke drama wordt, zoals genoemd, niet het be langrijkste element in de film. Het technische hoogstandje van het weer drijvend maken van het gevaarte wordt het hoofdthema, dat in beeld wordt gebracht vanaf rubber bootjes, bokken, trekbakken, sleepboten en helikopters. Korver volgde een groot aan tal vergaderingen van bergers over de wijze van aanpak, om op de belangrijke momenten met de camera op de juiste plek te zijn. Korver: „Het is voor mij de kunst een film te maken die zowel technische diepgang heeft als aantrekkelijk is voor een lekenpubliek. Om dat te kunnen bereiken had ik bij het filmen een goede ver standhouding nodig met alle betrokkenen bij de berging, van tekenaar tot matroos en bergingsinspecteur. Als er één dwars had gelegen, was alles mislukt. Daarom probeer je je als een van hen te gedragen. Een hand toesteken als dat no dig is". Het maken van zo'n film kan volgens Korver ook alleen sla gen als de filmer een maritiem gevoel heeft. Dat heeft hij, al lereerst al dankzij z'n vader, die gezagvoerder op de grote vaart was. En als Korver zelf geen kleine afwijking had ge had aan een van zijn ogen, was hij wellicht in vaders voetspo ren getreden. Al redenerend over maritieme zaken („ik begrijp niet waar om er op de Nederlandse tele visie nog geen wekelijks of maandelijks maritiem magazi ne wordt uitgezonden"), tracht Korver zich een beeld te vor men van de meest indrukwek kende beelden die de film zal bevatten. Het zijn de beelden van opstomende sleepboot Fighter, waarop nabestaanden van de omgekomenen op zee in de buurt van de Herald een rouwmis houden. Het is het luiden van de scheepsbel van Lloyds in Londen, dat aan geeft dat er een zeer grote scheepsramp is gebeurd. „En zeker het geweldige symboli sche moment dat het schip rechtop stond. Op dat moment kwam plotseling, als uit het niets een geweldig dikke mist opzetten. Filmisch een heel mooi moment, waar alle ber gers even stil van werden. Alsof er een mantel van ver getelheid over het schip werd getrokken. Het doek was ge vallen". ARJEN VAN DER SAR (Van onze correspondent Roger Simons) LONDEN Het pezige mannetje achterin de zaal beleeft opnieuw elk vreselijk moment van het vergaan van de Herald of Free Enterprise dat het leven heeft gekost aan bijna 200 opvarenden. Terwijl strandvon der Mr. David Steel, advocaat van het Britse departement van verkeer, emotieloos en in droge, juridische bewoordingen, de droeve laatste ogenblikken van het trotse veer be schrijft, verbergt hij het gezicht in zijn handen. „Het spijt me, maar ik kan er niet over praten", verklaart de man tegenover enkele journalis ten. „Ik had iemand aan boord van wie ik vreselijk veel hield. Nu wil ik zien of dit afschuwelijke ongeluk wel wordt behandeld zoals het hoort". De grote ruimte waarin het drama van Zeebrugge geanalyseerd wordt, is eigen lijk het parlement van de Anglicaanse sy node. Aartsbisschop Runcie van Canter bury, die erg meevoelt met de nabestaan den van de slachtoffers, is de gastheer van het tribunaal, dat wordt voorgezeten door marinerechter Sheen en vier maritieme experts. De godsdienstige sfeer stemt in zekere mate tot bezinning, ook al omdat dit deel van het Londense Westminster een buurt is van religieuze boekwinkels en Anglicaanse predikanten. Rechter Sheen verschijnt in deze entourage ge woon in burgerpak, zonder pruik en scharlaken pak. Ook de getuigenbank ontbreekt; de betrokkenen die gehoord worden mogen op een comfortabele stoel plaatsnemen. Dit alles betekent echter niet, dat het gerechtelijke onderzoek geen ernstig juridisch karakter heeft. Naarmate het onderzoek vordert, wordt alsmaar duidelijker hoe veel erbij komt kijken. Zo is niet alleen de mecanische uitrusting van het verongelukte schip en de manier waarop deze apparatuur werd gebruikt belangrijk, maar ook de instel ling van de bemanning. Hoe was het werkklimaat aan boord van de Herald of Free Enterprise? Nam de bemanning haar taak wel ernstig op? Was zij'zich doorlo pend bewust van haar verantwoordelijk heid ten aanzien van de passagiers? Al vanaf de eerste zittingsdag regent het nare beschuldigingen van het type: slor dig, laks, onverantwoord en slecht zee manschap. Zowel de bemanning van de gekapseisde autoveerboot als de rederij Townsend Thoresen worden op het matje geroepen. En geen van beiden slaat een goed figuur. „Een ongeluk met mijn schip was onvermijdbaar", bekent gezagvoerder David Lewry (47) op de zevende dag. „Wij accepteren volledige verantwoordelijk heid voor het drama", deelt Townsend Thoresen al op de tweede dag mee. De snelheid waarmee in het Church House bekentenissen worden afgelegd, is werke lijk adembenemend. De getuigen zijn ken nelijk van oordeel dat zij er bij een snelle bekentenis beter van af zullen komen. Al met al wordt wel ijzingwekkend duide lijk dat de veiligheid van de passagiers ja renlang niet serieus is genomen. Door verkeerde zuinigheid heeft de rederij ja ren achtereen noodzakelijke veiligheids voorzieningen weten uit te stellen. Zo kon het gebeuren dat gezagvoerder Lewry van de Herald maar op goed vertrouwen moest aannemen dat de boegdeuren van zijn schip gesloten waren. De Herald schepte water en kapseisde terwijl de ver antwoordelijke matroos prinsheerlijk lag te slapen... Lewry's vrouw Patricia zit tijdens de on dervraging enkele rijen achter hem, met gebogen hoofd stilletjes te snikken. De re putatie van haar echtgenoot als zeekapi tein staat op het spel zolang dit onderzoek duurt. Oordeelt rechter Sheen dat het drama van Zeebrugge een rechtstreeks gevolg was van Lewry's laksheid, dan zal hij wellicht het kapiteinsbevret van de voormalige gezagvoerder van het ramp schip tijdelijk schorsen of helemaal in trekken. Telkens wanneer Lewry na afloop van de zittingen hand in hand met Patricia het Church House in Westminster willen ver laten, schieten persfotografen toe om een plaatje te maken. De kapitein en zijn vrouw poseren gewillig, maar het echt paar oogt elke dag die verstrijkt een tint grauwer. Gezagvoerder Lewry ziet er uit als iemand die het stuur heeft verloren. Een kapitein zonder schip. (Van onze correspondent Bob van Huët) PARIJS Met een loting ;n' voor het aanwijzen van de juryleden begint maan dagmiddag het proces te- Ede Duitse oorlogsmis- iger Klaus Barbie, bij- enaamd „de slachter van Lyon". Hem worden op 5 vijf punten misdaden te- jen de mensheid ten laste Selegd. De nu 73-jarige oud-Gestapo-chef van ^yon heeft meer op zijn kerfstok, maar omdat een deel van zijn oorlogsmis daden sinds 1974 zijn ver jaard, kunnen die hem liet meer worden aange rekend. Wegens de enorme belangstel ling voor het proces waar schijnlijk het laatste grote pro ces tegen een nazi-oorlogsmis dadiger kan dit niet worden gehouden in de gebruikelijke zaal van het Hof van Assisen in Lyon. De centrale hal van het gerechtsgebouw is hier voor speciaal verbouwd. In de loop van de twee maanden du rende zitting zullen 110 getui gen aan de balie verschijnen en vertegenwoordigers van een dertigtal organisaties van joden, oud-verzetsstrijders en communisten. De getuigen worden bijgestaan door veertig advocaten. Voor de pers zijn er vijfhonderd plaatsen beschikbaar, waarvan de helft voor buitenlandse journalisten. Het publiek heeft slechts een tiental plaatsen, die ten dele gereserveerd zijn voor scholieren. Het proces wordt opgenomen door de Franse te levisie, maar behoudens het eerste kwartier, dat recht streeks wordt uitgezonden, zijn de beelden pas over twintig jaar te zien. Nummer 239 Klaus Barbie, nummer 239 op de door de geallieerden opge stelde lijst van Duitse oorlogs misdadigers, wordt verdedigd door Jacques Vergès. Vast staat dat hij om vrijspraak van zijn cliënt zal vragen omdat „Barbie slechts orders heeft opgevolgd en niet alleen ver antwoordelijk is voor de Duit se oorlogsmisdaden, die boven dien veijaard ziin." De advocaat zal daarbij „bre ken met de aanklacht" en op zijn beurt de Franse autoritei ten en het verzet in de Tweede Wereldoorlog aanklagen res pectievelijk voor het „laten martelen en fusilleren tijdens de Algerijnse oorlog" en het verraad van het nationale ver zetsheld Jean Moulin. Officieel worden Barbie in 1983 uitgeleverd door Bolivia, waar hij jarenlang onder de naam Klaus Altmann had ge leefd vijf misdaden ten laste gelegd. Hoofdbeschuldiging is de deportatie in april 1944 van 41 schoolkinderen, die woon den in een weeshuis in Izieu (ten oosten van Lyon) en die werden vergast in het concen tratiekamp Auschwitz. Het originele telegram waarin Bar bie het oppakken van de kin deren aan zijn superieur in Pa rijs meldt, geldt als belangrijk ste bewijsstuk van het proces. In enige illegale interviews die Barbie vanuit de St-Joseph-ge- vangenis in Lyon heeft kun nen geven, toont de beul abso luut geen schuldgevoel over de hem verweten gruwelen. „Ik was een soldaat en heb orders opgevolgd", is het meest ge bruikte argument Schuldgevoel Barbie ontkent het drama van Izieu, hoewel het eerder ge noemde telegram persoonlijk door hem is ondertekend. In 1984 werd Barbie onderwor pen aan een psychiatrisch on derzoek. Een krant in Lyon publiceerde daaruit enige de tails. „Telkens wanneer we hem confronteren met iets dat een innerlijk conflict zou kun nen oproepen, wendt hij zich tot een denkbeeldige autori teit. Zijn fixaties staan elk schuldgevoel in de weg", zo schreven de psychiaters in een rapport. Rond het proces zijn in Frank rijk de polemieken weer opge laaid wie nu goed en wie fout was in de laatste wereldoorlog. Kamervoorzitter Jacques Cha- ban-Delmas, die een heldhaf tig verzetsverleden heeft, maakte het voormalige hoofd van de Franse inlichtingen dienst, Alexandre graaf de Marenches, vorige week min of meer voor leugenaar uit. In zijn boek Het geheim van de prinsen had De Marenches ge sproken over geheime gesta- po-archieven met belastend materiaal voor „politici van alle soorten die met de bezet ters hebben geflirt." Chaban- -Delmas zei de zaak tot de bo dem te hebben uitgezocht en concludeerde dat geen der nog levende verzetsstrijders een slecht geweten heeft In Lyon, dat bekend stond als de hoofdstad van het Franse verzet, hebben dubieuze histo rici het proces-Barbie aange- frepen om voor de zoveelste eer te beweren dat de gaska mers niet hebben bestaan. Anonieme brieven waarin dit „op wetenschappelijke wijze" wordt aangetoond, zijn ge stuurd aan de getuigen, joodse organisaties en ook aan de Franse minister Michel Noir, wiens vader in Mauthausen is gestorven. De Franse justitie is een onderzoek begonnen naar de afzenders van de brieven. De enige mij bekende man, die zich openlijk manifesteerde als een chronische huilebalk was de staatsman Mossadeq. Waarom hij een jaar of veertig geleden zo vaak en zo hevig weende, ben ik vergeten. Maar wat mij bij staat is dat hij een wat lang, gelooid gelaat had, waarop een mengeling van leed en verontwaardiging stond gegrift. Op foto's zag je hem vaak in flanellen, breedgestreepte pijama's van het type waarin u en ik midden in de stad op hol zouden slaan. Hij is in vergetelheid geraakt, deze apostel van de politiek van de tranen. Door mensen die een beetje over de schutting van de psychologie hebben gekeken wordt mannen vaak aangeraden om hun tranen zo nu en dan de vrije loop te laten. Dat lucht op. Dat kan wel waar zijn, maar ik heb het gevoel dat jongens die leefden toen Mossadeq weende, daar nog niet aan willen toegeven. Ze vechten tegen hun tranen. Er schijnen mannen te bestaan die alleen maar geweend hebben bij hun geboorte. Zelf heb ik dit jaar nog geen traan gelaten, maar het is me dan ook opmerkelijk voor de wind gegaan. In een deftige rubriek International Manager" in de Herald Tribune vond ik een beschouwing van Sherry Buchanan over tranen op de werkplek en met name over tranen die daar door vrouwen worden geplengd. Volgens Sherry wordt er door vrouwen in kantoren en bedrijven veel gehuild. De oorzaak is niet dat zij hun werk niet aan zouden kunnen of dat ze met tranen bijvoorbeeld de slagkracht van het hogere management zouden willen breken. Neen, ze huilen uit woede en frustratie. Er is een hele batterij psychologen in de slag gekomen om dat vast te stellen. De redenering is dat mannen in conflictsituaties een grote mond kunnen opzetten, tot brullens toe bewogen kunnen raken en bovendien nog met de vuist op tafel kunnen slaan. Margaret Thatcher zou een van de weinige vrouwen zijn die deze kunst tot in de finesses beheerst. Haar optreden in het Lagerhuis is bij tijd en wijle angstaanjagend. Zij zal dus niet behoeven te wenen. Maar zij is een uitzondering. De psycholoog Kathleen Hoover-Dempsey verbonden aan de Vanderbilt University te Nashville in de Amerikaanse staat Tennessee) heeft een belangrijk aandeel in het onderzoek gehad. Tachtig procent van de bij het onderzoek betrokken vrouwen had wel eens op de werkplek gehuild en een op de vijf van die wenende vrouwen deed dat gemiddeld meer dan tien keer per jaar. De helft van de ondervraagde mannen zei op een of ander punt in hun leven wel eens op het werk te hebben geweend. De Amerikaanse psychologen waren nogal verrast dat zeventig procent van de ondervraagde mannen een behoefte tot troostverlening voelde bij het waarnemen van een vrouw in tranen op het werk. Slechts drie procent voelde zich door tranen geïrriteerd en volgens zes procent waren de wenende vrouwen bezig een soort feheim wapen in de slag te rengen. Die uitkomst is in tegenspraak met de vrij algemeen heersende opvatting dat mannen de vrouwentraan wantrouwen en er zelfs nijdig van worden. Hoe komt dat? De heren weten zich gewoon geen raad, ze weten niet wat te doen. Zij zullen er volgens de psychologen aan moeten wennen dat vrouwen huilen om uitdrukking te geven aan woede en frustratie. Er wordt een nobele slagzin aanbevolen voor mannen die geween waarnemen op vrouwelijk managersniveau: „Omdat vrouwen huilen, is huilen een kracht en geen zwakte". Kijk, waar mannen staan te brullen en te tieren en met de vuist op tafel slaan, zodat de kopjes tapdansen op de schotels en de lepeltjes rinkelen als tamboerijnen, daar wendt de vrouw het hoofd en weent Eigenhjk zouden mannen ook af en toe moeten kunnen wenen op de werkplek. Dan zou het leven waarschijnlijk veel mooier ziin. Huilen is beter dan brullen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1987 | | pagina 9