Anton Geesink en de gekleurde judopakken 'SS Nitwit 'CfiidóG SoilACUlt' ZATERDAG 2 MEI 1987 Marco Brouwers hoopt in mei op plaatsing voor de EK en in januari voor de Olympische Spelen in Seoel. AMSTERDAM - Het „Beest Brouwers" bestaat niet meer. De ooit bij voorkeur provocerende en intimiderende volleybal-zwaarge wicht uit Amsterdam is zijn wildste haren kwijt. Zijn bijnaam en over tollige kilo's nog niet helemaal. Brouwers (29) dóet het nu nog lou ter op kwaliteit. Hij is een door menigeen bewonderde, eigenzinni ge én gevreesde international, die afgelopen weekeinde nog aan de basis stond van de zege van de vol- leybalploeg in het toernooi in De- demsvaart. Sinds april 1981 136 maal geturfd in het nationale tri cot. Tweehonderd centimeter vol- leybaldier. Met de transfers van Gullit en Van Bas ten naar AC Milan in het achterhoofd is de vraag verleidelijk waarom Brouwers nooit zwichtte voor de overvloedig aan geboden pecunia uit het land waar, als het sport betreft, de bomen tot in de he mel blijven groeien. Onder meer Santal Parma en Panini Modena, ploegen, die tot de sterkste clubteams ter wereld wor den gerekend, zwaaiden meermalen met aantrekkelijke contracten. „Ik ben altijd zo bezig geweest een volleybalstructuur in Nederland op te bouwen dat ik niet weg wilde. Iedereen zei altijd: „Er is zo veel talent in Nederland'maar nie mand deed iets. Ik vond dat er toch maar eens iets moest gebeuren, heb ge holpen dat van de grond te krijgen en wilde uit dat proces niet zomaar weg wandelen. Bovendien zegt geld mij niets. Dan zit ik daar in Italië met een hoop geld, maar wel in een dorp waar om ze ven uur de luiken voor de ramen gaan en voor de rest niets te doen is. Aange zien ik een gezelligheidsmens ben éii een Amsterdammer, zag ik dat niet zitten. En als ik tienduizend gulden heb maak ik dat op, heb ik honderdduizend gulden dan maak ik honderdduizend gulden op. Dus Uitzondering Er was één uitzonderingsgeval. Als landskampioen Brother/Martinus twee jaar geleden niet de Amerikaanse volley balprofessor Selinger had gestrikt dan was de veelzijdigste Oranjeklant wél naar Italië gegaan. „Dan had ik hier in Nederland qua volleybal niets meer te zoeken gehad. Dan had ik inderdaad de uitdaging in Italië gezocht en het geld meegepakt. Want voor mij moet wel al tijd alles een uitdaging zijn én blijven". Het verhaal van de Amstelveense club, die de afgelopen vier jaar met steeds gro ter wordende overmacht de landstitel veroverde mag bekend worden geacht. Elf van de vijftien selectiespelers van Oranje speelden afgelopen seizoen bij Martinus. Oudgedienden Goedkoop en Brouwers wilden enkele jaren geleden meer dan volleyballen in de marge. Liefst aansluiting bij de wereldtop. Het aantal trainingsuren werd (jaarlijks) op gevoerd en sindsdien beheerst Martinus net nationale herenvolleybal. In '85 strikte Martinus Arie Selinger, die de UTRECHT - Anton Geesink be heerst ziin public relations nog al tijd goed. De receptioniste van het Utrechtse Hotel Des Pays Bas krijgt voor haar judoënde broertje direct een handtekening. De judo legende van nog altijd imposante verschijning doet er de toezegging bij van een judoboek bij zijn vol gende bezoek. Waarschijnlijk „Judo, de leermethode", Geesinks meest recente boek dat onlangs verscheen. Het is dezelfde innemendheid, die de Engelse firma Ladbroke (in Nederland bekend vanwege de overname van de paardetotalisator) er vermoedelijk toe aanzette Geesink te vragen als promotie adviseur. Let wel: vragen. Geesink legt er zelf de nadruk op. „Ik doe m'n hele leven niets anders dan dingen waarvoor ik ben gevraagd. Ook in het werk". Op 1 april is de tegenwoordig in het Bra bantse Gameren wonende Geesink bezig aan zijn nieuwste pr-klus. De zoveelste en zonder twijfel niet minder lucratief dan de voorgaande. Geesink legt er niet voor niets de nadruk op voor zijn nieuwe werk te zijn ge vraagd. Hij wil er ook de geluiden mee wegpoetsen als zou hij hebben gesollici teerd naar een plaatsje in het Internatio naal Olympisch Comité (IOC) dat begin deze maand in Istanboel bijeenkomt. Op het programma staat onder meer de in vulling van de post van het vorig jaar november overleden Nederlandse IOC-lid Kees Kerdel. Het Nederlands Olympisch Comité (NOC) rekent erop dat er opnieuw een Nederlander op Ker- dels lege zetel komt. Zekerheid bestaat in het geheimzinnige, lobby-rijke olym pische wereldje niet. Ook al is het NOC gevraagd kandidaten aan te dragen. Geheim Aan dat verzoek is inmiddels gehoor ge- feven, maar NOC-directeur jonkheer I.C.W. von Bose houdt de voorgedra gen namen geheim. Zelfs of er één of meer kandidaten zijn wil hij niet kwijt. Kees Kerdel had, in tegenstelling tot de gewoonte, geen naam van een eventuele opvolger achtergelaten. Geesinks naam kwam in het circuit van wege een brief die hij begin februari aan het NOC schreef. Aanleiding was het op stappen van zijn Franse vriend en oud- olympisch ski-kampioen Jean Claude Amerikaanse vrouwenploeg bij de Olympische Spelen van '84 naar zilver leidde. De volleybalbond schoof hem la ter ook de nationale ploeg toe. Sindsdien wordt er in Amstelveen getraind tot de stukken er af vliegen. De beloning tot nu toe: tweemaal brons in de laatste twee Europa-Cupfinales. De blikken zijn inmiddels verlegd. Eind mei moet Oranje zich in Hongarije kwa lificeren voor het EK dat eind septem ber, begin oktober in Belgiè wordt ge speeld. De Martinus-clan trainde na de Europa-Cupfinale van half februari in Den Bosch derhalve gewoon door. Sinds half maart zweet heel Oranje gemiddeld twintig uur per week onder de spiedende ogen van de immer stoïcijns ogende toptrainer met Amerikaans en Israëlisch paspoort. De oefenwedstrijden en toer nooien buiten beschouwing gelaten. „Vakantie? Straks achttien dagen na het kwalificatietoernooi. Dat is de zomerva kantie. Ik geloof dat het de eerste vakan tie wordt in vier jaar", aldus Brouwers. Ook wanneer Nederland in de strijd met Hongarije, de DDR, Oostenrijk en Bul- Killy uit het organisatiecomité van de winterspelen voor 1992 in Albertville. Geesink sprak in zijn brief de hoop uit dat het NOC voor het eventuele IOC-lidmaatschap iemand zou voordra gen met sterke banden met de georgani seerde sport. Liefst met olympische er varing. Mocht hijzelf bij een profiel schets in beeld komen, dan zou hij de verantwoording niet uit de weg gaan, liet hij ook weten. Toen NOC-voorzitter Henk Vonhoff Geesink half februari nog eens polste zei hij ook ,,B'. „Je heb ten slotte ook A gezegd". Het hoofd Opleiding en Ontwikkeling van de Internationale Judo Federatie (IJF) ziet het niet als een sollicitatie, ook niet als een verkapte. „Als ik solliciteer dan solliciteer ik. Met curriculum vitae en al. En iedereen die mij een beetje kent weet dat ik niets verkapt doe", stelt hij overtuigend. En bijna gepikeerd. „Ik ben altijd van het standpunt uitgegaan: als ze me willen hebben, dan vragen ze me wel. Van dat standpunt ga ik nog steeds uit". In de sportwereld concentreert Geesink (53) zich volledig op zijn UF-functie. In de Nederlandse judowereld speelt hij nog maar een bescheiden rol. Onlangs was hij, als vaste gast bij alle NK's, te vinden bij het NK judo voor heren in Bergen op Zoom. 's Zomers verzorgt Geesink verschillende jeugdtrainings- weekeinden in Ponypark Slagharen. Als mondiaal hoofd Opleiding en Ont wikkeling heeft hij nog voldoende plan nen. Er is een vierjarenplan ontwikkeld waarin continentale trainers- en judo-se minars staan gepland. Te beginnen in de Afrikaanse en Midden- en Zuidameri kaan se lanen. Azié en Oceaniè komen later aan de beurt. Een groot deel van de benodigde financiën moet komen van Olympic Solidarity, een werkgroep van het IOC. Geesink laat sinds ziin aanstelling bij het IJF in september 1985 niet na het bas tion van Japanse tradities dat judo nog altijd is, waar mogelijk te injecteren met moderne opvattingen. Beetje bij beetje. Hij is blij dat er momenteel in diverse toernooien met gekleurde pakken wordt gevochten. Op proef weliswaar, maar toch. Bij de Olympische Spelen volgend jaar judoën de vrouwen (judo voor vrouwen is in Seoel demonstratiesport; red.) in elk geval in gekleurd tenue. De voormalig olympisch en wereldkam pioen vindt het duidelijke onderscheid in de judopakken al twintig jaar nood zaak vanwege het verhogen van de waar de van judo als kijksport. De noodzaak is er volgens Geesink de laatste jaren al leen maar groter op geworden. Televisie garije niet een van de twee kwalificatie plaatsen voor het EK pakt, draait de molen gewoon door. In januari is in ei gen land het kwalificatietoernooi voor de Olympische Spelen in Seoel. De op positie is nog niet bekend, maar er is maar één plaats te verdienen. De eredi visie-competitie bij de heren is er vol gend seizoen op aangepast. Brouwers' leven is er op ingericht. De oma's zien dochter Charlotte van een half jaar vaker dan vader Marco. Elke trip wordt er een beroep op hem gedaan „De Olympische Spelen zouden een vre selijk mooi slot zijn van mijn carrière. Daar moet alles voor wijken. Zelfs het gezin". Nummer een Passie of ambitie? „Als je een passie hebt moet je ook ambitieus zijn. Voor mij is volleybal nummer één. Ik heb over het CIOS, normaal een studie van drie jaar, vijf en een half jaar gedaan omdat ik in de top wilde blijven volley ballen. Ik heb van sporten m'n vak ge maakt, in dit geval volleybal. Heb je die keuze gemaakt dan wil je steeds meer. Ben je één keer Nederlands kampioen dan wil je het een tweede keer worden. Daarna wil je naar de Europese top en dan de wereldtop. Als je een poosje niet wint wordt de inzet snel minder denk ik. Maar win je steeds dan wil je telkens meer". Terwijl de Amsterdammer precies weet wat hij wil, is bondscoach Selinger er nog niet uit. Alleskunner Brouwers is momenteel weer in beeld als plaatsver vanger van spelverdeler Avital Selinger. Een positie die hij bij Martinus en in de nationale ploeg al eerder bekleedde. Clubgenoot Peter Blangé (2.05 meter) is de andere kandidaat. De veelzijdigheid van de vooral in de middenblokkering sterke linkshander maakt hem tot steun pilaar van Oranje, een soort van vliegen de keeper. Op alle postities inzetbaar. Hij moet ook op scherp blijven als mid- denblokkeerder omdat de boomlange Jan Posthuma (2.09 meter) na een lang durige blessure nog niet volledig op krachten is. En of de blokkeerder van Animo Sneek het Amstelveense trai ningstempo aankan blijft ook afwachten. Een klusje dat voor Brouwers veel bank- zitten betekent en invallen waar nodig. Brouwers: „Noemde Ruud Gullit dat niet „als hoer worden gebruikt" of zo iets? Zolang er betere spelers zijn of spe lers die beter in het team passen vind ik dat niet erg. Ik zou het alleen erg vinden als ik niet meer nuttig zou zijn. Ik ben nu nog steeds een onderdeel van het team en nog een belangrijk onderdeel ook, omdat ik vrijwel overal inzetbaar ben. Maar ik heb wel tegen Arie gezegd, dat ik er niet zoveel tijd meer in stop als ik niet meer nuttig ben". Wilde haren Waar zijn de wilde haren gebleven van de Brouwers die woedend en dreigend scheidsrechterstoelen beklom? Weggesle ten in het rijpingsproces óf is hij een voorbeeldige leerling geworden van de leermeester? „Beide. Vroeger waren we nog niet zo goed dat we op kwaliteit van iedereen konden winnen. Dan zocht je naar andere middelen om te winnen. Imponeren en intimideren hielp daarbij. Op een gegeven moment stijg je boven de goegemeente uit, dan heb je intimida tie niet meer nodig. Om dan weer verder te komen red je het niet met intimidatie. Dan gaat provoceren hooguit ten koste van de eigen ploeg. Dan komt het op training en kwaliteit aan". Hoewel Brouwers gebiologeerd lijkt te zijn door Seoel, denkt hij niet dat de (zijn) wereld instort wanneer Oranje in januari mistast. Een goede afloop in Hongarije is gemakshalve ingecalcu leerd. De ontmoeting met de DDR wordt daar volgens Brouwers het sleutel duel. „Lukt Seoel niet dan ben ik nuch ter genoeg om er overheen te stappen. Als ik maar het gevoel heb dat ik er alles aan heb gedaan. Halen we het dan niet, dan is de rest gewoon beter. Als ik jon ger was dan zou ik er in dat geval nog meer tijd insteken. Ook 's morgens de zaal in. Maar die tijd heb ik niet meer". In het eerstvolgende olympische jaar wordt Brouwers dertig. Een laatste kans dus om het ideaal, de aansluiting bij de wereldtop, mee te maken. „Natuurlijk hoop ik dat te beleven. De Olympische Spelen halen betekent al dat je bij de beste twaalf ploegen ter wereld hoort. Ik denk dat het nog een kleine stap is, maar wel een moeilijke. Naar de sub-top gaat snel. En voor het bereiken van de we reldtop staat zes jaar". Dan lachend: „Aangezien wij in Neder land zo talentvol zijn en zo intelligent hopen we het in dne jaar te doen. We zijn nu twee jaar bezig, dus moet het volgend jaar lukken". En serieuzer „Nog niet bij de beste twee (Rusland en de Verenigde Staten; red.), dat gat is nog veel te groot. Maar wel tussen de num mers dne en acht. Dan zou ik tevreden zijn en misschien is het dan in de toe komst aan mij als coach om bij de eerste twee te komen. Maar ik denk niet dat ik dat als speler nog meemaak". RENE VAN HATTUM opleiding van een aantal experts die judo puur beschouwen als olympische sport en op de hoogte zijn van persoons gerichte trainingsmethoden, is Geesinks tweede wens. Een klus die moet zijn ge klaard wanneer zijn bestuursfunctie in 1989 wordt heroverwogen. De kersverse houder van de in de judo- -historie slechts sporadisch uitgereikte negende dan wil de weg inslaan die tal van sporten al hebben gekozen. Die van de bio-mechanica en de morfologie, de leer van de vorm en bouw van organis men. Een innige band met de medische wetenschap hoort er ook bij. Net als het leren afstemmen van trainingsleer op de lichamelijke eigenschappen van de ju- doér. De nieuwe leerplannen van de UF gaan in die richting, meent Geesink. De hang naar traditie heeft de ontwikke ling van judo als wedstrijdsport in de weg gestaan, meent Geesink. „Ik ben er van overtuigd dat het judo heel wat be ter kan. Ik ben er ook van overtuigd dat judoka's negentig procent van de tijd verspillen met dingen en trainingen die in strijd zijn met de logica en met de na tuurkundige wetten". Geesink hoopt met onder meer het vier jarenplan en andere trainers-opleidingen vooral de nieuwe generatie judoërs en trainers te bereiken. Hij verwacht voor lopig nog geen wonderen. „De oude ge neratie trainers is veelal nog die van het traditionele judo en zelfs de jonge lera ren van nu zullen het nog moeilijk heb ben met vernieuwingen. Het zal van de jongste generatie trainers moeten ko men. En hoe snel er vruchten kunnen worden geplukt is afhankelijk van wat men in de organisaties wil opnemen". Misbruik „Ik denk dat het traditionele karakter van de judosport ook te vaak is mis bruikt om ondeskundigheid te verber gen. Het volgen van nieuwe methodes verplicht namelijk ook tot bijblijven bij nieuwe ontwikkelingen. Nu kun ie als trainer aanhouden wat ze altijd al heb ben aangehouden". Nederland loopt noch voor noch achter op de plannen van de man, die nu in middels al weer 23 jaar geleden bij de Spelen in Tokio de Japanse judo-hege monie doorbrak. Er ligt hier net zoveel terrein braak als over welke willekeurige grens, meent hij. „Ik onthou me van een echte mening over het niveau in Neder land. Daarvoor weet ik er ook te weinig van en zijn er te veel verschillende maatstaven die je kunt hanteren. Maar ik zeg wel dat het altijd beter kan. Met een moderne aanpak van het judo, dus met invoering van bio-mechanica en" morfologie, is dat zeker. Mijn voor naamste probleem is ook dat ik te veel mensen zie die zich bezighouden met wedstrijdjudo én met traditioneel judo. Maar dat zijn wel twee volledig uit el kaar liggende vormen. Dat is in Neder land ook zo. Er zijn ook hier diverse technische commissies waarin beslissin gen moeten worden genomen voor Olympische Spelen. En daarin spreken mensen mee die zich bezighouden met traditioneel judo, de budo-kunst dus, dat zou moeten veranderen". RENE VAN HATTUM door Frank Werkman Jan Huybregts werkt niet alleen al van ongeveer vóór de watersnoodramp bij de voetbalbond, de man blijkt ook al 25 jaar getrouwd te zijn. Honkvast die Huybregts, hondstrouw bijna. Er was eens een tijd dat het je niet tot voordeel strekte langer bij een baas te werken dan pakweg een jaar of vier, vijf. Dan moest je verkassen, wilde je tenminste rond je veertigste verzekerd zijn van een plezierig inkomen, een auto van de zaak en een aangenaam ogende onkostenvergoeding. De vermaledijde pensioenbreuk werd dan maar op de koop toegenomen. Inmiddels zijn ae maatstaven iet of wat veranderd. Het motto is nu: blijf zitten waar je zit en verroer je niet. Welnu, dat is Jan Huybregts toevertrouwd als geen ander. Van een simpel kantoorklerlcje groeide hij uit tot - wat hij zelf vindt - ae belangrijkste man in Zeist. Dat zal hij nooit hardop zeggen, Jan kent immers naar buiten toe zijn plaats. Hij zal hooguit een keer roepen dat hij veel geplaagd is. Voortdurend rekening moet houden met wensen van burgemeesters en commissarissen van politie. Wijzigingen moet aanbrengen in moeizaam in elkaar gedokterde schema's. Jan wekt dan de indruk alsof hij daar verschrikkelijk over inzit. Maar in zijn vuistje lacht hij. Want elk probleem dat opdoemt als ergens weer een bende supporters een tribune heeft verbouwd betekent een versterking van Jans imago. Zijn mening wordt gevraagd, zijn oplossing wordt gewenst. Jan is inmiddels al zo gehersenspoeld dat hij zelfs problemen ontwaart waar ze helemaal niet zijn. Hij is al zo gewoon om rekening te houden met wat er misschien kan gebeuren dat hij spoken is gaan zien. Het toverwoord om Jan op de hoogste kast te krijgen is FC Den Haag. Hoewel zelf Hagenaar van origine heeft hij zich opgeworpen als de grote beschermer van onze voetbalmaatschappij tegen de Haagse sport vervuilers. Dal kan Jan doen, want hij behoort inmiddels ook tot de gegoede bourgeoisie en bewoont ergens in de bossen rond Zeist een meer dan modaal huisje. Hij kan zich nu ook verplaatsen in de vrees van de doorsnee burger wanneer die wordt geconfronteerd met het Haagse voetbalgeweld. Maar waar nuchter denkende mensen naar een redelijke oplossing zoeken voor de problemen, bedenkt Jan merkwaardige middelen om de muitende meute op voorhand uit te schakelen. Twee sterke staaltjes heeft Jan de voorbije weken op zijn conto gezet. Eerst wilde hij een gemanipuleerde loting van het bekertoernooi en deze week was hij de bedenker van het idee om alleen zelf te gaan kijken bij het restant van Excelsior-FC Den Haag. Twee daden, die Jan voor altijd een plaatsje hebben bezorgd in de galerij der nitwitten. Kijk, Jan mag best zelf wat hersenspinsels baren als hij zich in zijn studeerkamer buigt over wal hij is gaan beschouwen als zijn levenstaak, het neutraliseren van het Haagse gevaar. Iedereen bedenkt wel eens iets geks. Maar is dan doorgaans zo verstandig om gekke gedachten voor zich te houden of hooguit in zeer intieme kring te uiten. Jan niet. Jan, tuk op publiciteit, zoekt de openbaarheid. Meldt aan het ANP dat hij speelt met het idee om de loting zo in te richten dat FC Den Haag en Ajax elkaar niet in de halve finales van het bekertoernooi zullen treffen. Protest alom en terecht. Want als je eenmaal begint met een ploeg uit te zonderen vanwege zijn aparte aanhang, dan zet je de deur open naar een procedure waarbij Ajax en PSV elkaar altijd in de finale pas ontmoeten. Idee voor Cruijff? Die heeft met Harmsen heel wat invloed op Jan, die immers ook al goedkeurde dat de bij 2-0 gestaakte wedstrijd FC Den Haag-Ajax niet behoefde te worden uitgespeeld. Jan aan de leiband van clevere Cruijff en Harmsen, van wie de laatste onlangs ook een fris staaltje ten beste gaf. De zwaargewicht verbood twee verslaggevers de toegang tot het Ajax-stadion, omdat ze hem wat te kritisch hadden bejegend. Dat kan allemaal maar. Zoals Jan aan het begin van deze week serieus van plan is geweest om de 34 minuten van Excelsior-FC Den Haag slechts door het ANP te laten bezoeken en op een geheime plaats te laten afwerken. Jan vona Excelsior-FC Den Haag te beladen om er getuigen bij te hebben ondanks het feit dat een paar weken geleden de ontmoeting tussen beide clubs in het Zuiderpark in pais en vree verliep. Waarom zou dan op Woudenstein weer de pleuris uitbreken? Of zat Bram Peper er achterPeper, de burgemeester van Rotterdam die Feyenoord moreel aan zich verplichtte door de Europa-Cupfinale van Ajax aan Athene te verkwanselen. Tot spijt natuurlijk van de leiding van de Kuip, die een extra vol stadion misloopt. Maar Cruijff. al tevreden met zijn invloed op onze Jan, vond Peper misschien een beetje te heet om hard aan te pakken. Een vraag: heeft Jan wel eens gehoord van persvrijheid? Je waagt hel te betwijfelen als je kennis neemt van zijn voornemen om alleen het ANP bij Excelsior-FC Den Haag toe te laten. Jan heeft waarschijnlijk het volgende gedacht: als ik een berichtje aan het nationale persbureau geef staat het ook in alle kranten. Dan ook dat staartje voetbal maar zo doen. Resultaat voor Jan: een plaats in de galerij der nitwitten met stip. PS Mooie zelfoverwinning was dat van Zoetemelk afgelopen weekeinde. Anton Geesink„Er moet onderscheid worden gemaakt tussen de traditionele vorm van judo en het wedstrijdgedeelte". eist duidelijk zichtbaar verschil tussen de judoka's en televisie is de weg naar de sponsors, weet de commercieel be wuste Geesinks als geen ander. Bio-mechanica Anton Geesink heeft zijn prioriteiten lig gen bij de plannen die hij vorig jaar bij de jaarvergadering van het IJF-hoofdbe- stuur al uiteenzette: de scheiding tussen het traditionele judo („De budo-kunst, de kata's en dergelijke") en het wed strijdjudo. „De acceptatie door alle bij de UF aan- judo als olympische sport met moderne biomechanische en sociale aspecten én als budokunst", for muleert hij zijn voornaamste doel. De

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1987 | | pagina 24