Ben Arts: afscheid met tikje weemoed
finale
JUNGLE
ZATERDAG 14 MAART 1987
BADHOEVEDORP - Ben Arts is
in zijn leven zoveel hindernissen
tegengekomen, dat hij van obsta
kels niet meer schrikt. Ook niet als
ze hem zelf in de weg staan. Na 28
jaar trouwe dienst als chef d'équipe
van de Nederlandse springruiters
achtte de Nederlandse Hippische
Sportbond (NHS) het wenselijk
zich te houden aan de ongeschre
ven wet dat begeleiders in deze tak
van sport op hun zeventigste van
hun „pensioen" mogen gaan genie
ten.
Jammer alleen dat niemand van de
bond dat Ben Arts echt goed duidelijk
maakte. Vandaar dat zich toch een iet
wat wrang gevoel meester maakte van
de Amsterdammer, die anderhalf jaar
geleden domicilie koos in het zo rustige
Badhoevedorp en inmiddels is opge
volgd door de ook als bondscoach optre
dende Henk Nooren. Maar Ben Arts
klaagt niet en geeft zich niet over aan
rancuneuze gedachten.
„De manier waarop alles gegaan is*heb
ik niet als zo prettig ervaren. Dit af
scheid is niet helemaal van mezelf uitge
gaan. Ik merkte ook wel dat er achter de
coulissen wat gebeurde. De aanstelling
van Nooren is buiten me omgegaan, ja.
Maar ik begrijp het heel goed, anderen
moeten natuurlijk ook een keer aan de
beurt komen".
Zwijgen
Over zijn vertrek doet Ben Arts er ver
der liever het zwijgen toe. De oud-direc
teur van een farmaceutische fabriek
graaft liever in de herinnering van vele
jaren sport, waarin conflicten nooit lan
ger dan een dag duurden.
„Dan was ik het weer vergeten, want wil
je presteren, dan moet je vrienden zijn".
Ooit was hij zelf een begenadigd allroun-
der, die het moeilijk moet hebben ge
vonden zijn meest favoriete tak van
sport te noemen. Hij was een zeer geta
lenteerd zwemmer, een vaardig spring
ruiter en een alleszins redelijk schaatser.
Die laatste tak van sport beoefent hij
trouwens nog altijd actief, op de Jaap
Edenbaan, waarvan hij ook voorzitter is.
Maar de grootste bekendheid geniet Ben
Arts natuurlijk in hippische kringen. Al
zullen wellicht nog weinigen zich herin
neren dat hij zelf als internationaal
springruiter rondreed op Rockett, een
door de vaderlandse regering uit Ierland
geïmporteerd beestje, waarop destijds
prinses Irene haar kwaliteiten als amazo
ne etaleerde. Later droeg Arts het vaan
del over aan zijn dochters Poetske en
Pia om zelf zijn aandacht te richten op
organisatorische taken. Met de onlangs
overleden chirurg Hans Tetzner („Met
zijn dood heb ik een dikke vriend verlo
ren") maakte hij een begin met Jumping
Amsterdam, dat dit jaar zijn dertigste
editie zal beleven. En Arts nam ook het
initiatief tot de oprichting van de Neder
landse Federatie van Springruiters,
waarvan hij begin april het voorzitter
schap zal neerleggen. De jaren zijn om
gevlogen, stelt hij met enige weemoed
vast. Want hij herinnert zich nog goed
dat concours m het Belgische Spa, toen
hij als international voor de eerste keer
tevens als chef d'équipe optrad, een
functie die hij uiteindelijk 28 jaar lang
„vast" zou gaan bekleden.
Twee dagen
„Kort na de oorlog was je twee dagen
onderweg voor een wedstrijd in Gronin
gen, omdat je maar een gebrekkig autoo
tje had. Nu rijden de ruiters in een wip
naar Parijs of Boedapest met superluxe
vrachtwagens. Het is allemaal veel pro
fessioneler geworden. De eerste vijf jaar
dat ik chef d'équipe was, betaalde ik de
reis zelf en je moest maar zien dat je er
kwam. In de beginjaren van Jumping
moesten we echt alles bij elkaar scharre
len, ook de hindernissen. Zelf heb ik in
de oude RAI nog proef gesprongen om
te zien of we niet door de bodem gingen.
Ik weet ook nog goed dat je een eerste
prijs won van tachtig gulden. Man, dat
was wat in die dagen. Tegenwoordig is
de RAI een compleet dorp en gaat het
bij wedstrijden om de World Cup soms
om tienduizenden gulden. En dan die
paardenhandel, ongelooflijk".
Gentleman als hij is veroordeelt hij der
gelijke ontwikkelingen niet. „Het is ge
woon een gevolg van de economie", stelt
hij vast. „Er is, misschien buiten het
verzamelen van postzegels, geen sport
waar de commercie niet heeft toegesla
gen. Ik stoor me daar niet aan, al geeft
het wel een heel ander beeld van de
zaak. Misschien ook komt de sport eer
der in de knel nu overal het materiële zo
zwaar telt. Maar het is niet anders, het
hoort erbij, is zelfs niet meer weg te den
ken. Tegenwoordig wordt veel meer van
buitenaf door sponsors en eigenaren,
richting gegeven aan de sport. Dat kun
je jammer vinden, maar het is de reali
teit. Op topniveau presteren is zo duur
geworden, dat je dat nooit zelf meer
kunt opbrengen. Vroeger mocht je je ei
gen naam niet eens op het zadel voeren,
tegenwoordig bepaalt reclame of je nog
mee kunt doen. Natuurlijk geeft dat aan
de sport een bepaalde beperking. Als het
bedrag dat gewonnen kan worden de
vreugde van je sportbeoefening moet be
palen, is dat uiteraard niet ideaal. Maar
het is anno 1987 niet anders".
Zelf hoefde hij nooit een slaaf van de
commercie te zijn. „Ik ben altijd een
amateur gebleven, maar verkeerde ook
in de omstandigheid dat ik dat k'on. Ik
had ten opzichte van niemand verplich
tingen en ben desondanks overal geweest
met de équipe, in Australië, Canada,
Afrika en Ameril En daar ben ik dank
baar voor".
Hoogtepunt
Het absolute hoogtepunt voor Ben Arts
Ben Arts: „Je hebt geluk als je een goed
paardje hebt. Nog meer geluk als het
paardje ook goed blijft".
kwam in 1977 toen Nederland een ster
ke afvaardiging naar het Europees kam
pioenschap stuurde. Johan Heins vero
verde met Seven Valleys de individuele
titel van het continent en samen met
Henk Nooren (Pluco), Anton Ebben
(Jumbo Design) en Harry Wouters van
den Oudeweijer (Salerno) eiste Oranje
ook nog eens het landenklassement voor
zich op. Een jaar later, met Dick Wieken
op Sil Z als vervanger van Harry Wou
ters en Salerno, werd vervolgens zilver
gegrepen tijdens het wereldkampioen
schap in Aken.
Nog altijd heeft hij een zwak voor men
sen als Heins en Ebben. Of een Jan
Maathuis die hij eerder als ruiter in het
team meemaakte en van wiens zoon hij
peetvader is. „Johan zit in de sport nog
altijd vol amateuristische gevoelens,
Toontje en Maathuis hebben er dichtbij
gestaan. Als je in die sport zit, dan moet
je ervan houden. Als de liefde voor het
paard ontbreekt zal het je vroeg of laat
altijd opbreken. Maar je moet ook reëel
zijn. De tijd dat Wiel Hendrickx peetva
der werd van één van mijn dochters en
ik van een zoon van Maathuis is voorbij
en komt niet terug".
Voor de wind
Uitgerekend op een moment dat het de
vaderlandse ruitertop weer wat meer
voor de wind lijkt te gaan, haakt Ben
Arts af. „Ik hoop echt dat het goed zal
gaan, maar je moet je realiseren dat
prestaties in de regel naar de verhoudin
gen van de grootte van de landen zullen
zijn. Ruiters hebben we beslist. Een Rob
Ehrens, een Eric van der Vleuten, van
dat soort zijn er een heel stel. Neem nou
Wiljan Laarakkers, die knokt in Londen
zo aan de top mee. Je kunt dus partij ge
ven, maar de grotere landen gaan eerder
met de eer strijken. Frankrijk, Duitsland
en Engeland hebben gewoon veel meer
armslag. Al is de Nederlander natuurlijk
wel een Chinees en hebben we hier een
fantastische fokkerij. Als je dan in Ame
rika komt, dan zie je heel wat van die
Hollandertjes rondhuppelen. Punt is dat
ze niet gereden worden door Nederlan
ders".
Maar, weet Arts ook, succes is niet te
koop. Ook niet door de Stichting Neder
lands Olympiade Paard (NOP), hoe goed
van opzet die mag zijn. „Of je nu NOP
of keuterboertje in Drente bent, heb je
een goed paard, dan heb je geluk. Blijft
hij heel, dan heb je nog veel meer maz
zel. Koop je een paard van een zeer be
kende vader en moeder, maar presteer je
niet, dan heb je het niet, zo simpel is
dat".
En zo is alles volgens Arts terug te voe
ren op de realiteit. „Dat ik het zo lang
heb volgehouden als chef d'équipe moet
je ook niet als een prestatie uitleggen,
eerder als een stuk slapheid van mijn
kant dat ik de boot niet eerder heb afge
houden".
WILLEM PFEIFFER
door Frank Werkman
De voetbalwereld is een jungle.
Daarmee zeg ik niets nieuws. Maar er 1
zijn symptomen die wijzen op een
ongekende verdichting van het
oerwoud. En de geluiden die daar de I
laatste weken uit opstijgen stemmen i
niet vreugdevol. i
Laat ik beginnen met de praktijken
van ene Harmsen. nog steeds voorzitter
van Ajax en junglevechter bij uitstek.
Om het allemaal overzichtelijk te
houden beperk ik me tot diens 1
optreden sinds die weinig verheffende
veldslag in hel Zuiderpark.
Met een rood-wit bord van ongekende
afmetingen voor de kop vraagt
Harmsen zich na het gekrakeel in Den1
Haag doodgemoedereerd af waarom j
Van der Louw en Hogewoning niet ter
plekke zijn. Het betreft toch een
wedstrijd met verhoogd risico? Daar I
moeten genoemde heren bij aanwezig
zijn. orakelt Harmsen. nota bene L_.
collega van het door hem
gescnrobbeerde bestuurders-duo. Over tuss
loyale collega 's gesproken. oaa
Maar waar is bestuurder Harmsen bij van
pakweg FC Den Haag-F'eyenoord of Bel;
Go Ahead Eagles-PEC Zwolle? Ook
risicovolle wedstrijden. Dan zit un,
Harmsen gewoon thuis. Hij is slechts
om één reden in het Zuiderpark: zijn
club speelt daar. r**
En waar is Harmsen bij het Pee
voorzittersoverleg van begin vorige ten;
week? Daar wordt gepraat over een vee
thema dat alle voetbalbestuurders fug
ernstig bezig heeft te houden, het jor;
vandalisme. Maar Harmsen reist Ln
gewoon af naar Malmö. Waar de Ijl*
weergoden hem alsnog op zijn l0
nummer zetten door de Europa- r
Cupwedstrijd te belemmeren. Pn
Blijft Harmsen in Zeist dus (rer
onopgemerkt, in Zweden niet. Hij doei fa
daar enige pittige uitspraken over lOp
meelopers, profiteurs en ander Saai
uitnemersvolk, waarvan het wemelt in Jra;
de voetballerij. Die al lang niet meer ce i
de glamour heeft van weleer, maar ing
waarin velen zich wel een dergelijke le
grandeur aanmeten. Waarin het Ajax
van Harmsen bijvoorbeeld tolereert datP*]
een riike supporter zich in alle J111!
mogelijke bestuurlijke kringen mag 'eei
bewegen. Alleen vanwege het feit dat *e
Ajax de centjes van deze mecenas heel ff
goed kan gebruiken. En dan presteert Rar
Harmsen het ook nog om ernstig Le
gebelgd te reageren als zijn pittige Lr.
uitspraken vanuit Malmö onze pers
halen.
Harmsen kan zich dat allemaal m
veroorloven. En daarin is hij als twee
druppels water Cruijjf. Die roept, ook I g]
niet gehinderd door schroom en puur (Dr(
ingegeven door eigenbelang, dat hij heik
Nederlands elftal boycot als Wouters
niet tegen PSV mag spelen. En Cruijjfrü.
krijgt zijn zin. Dat kan allemaal maar iccl
in Nederland. teu:
Zoals Cruijjf het ook voor elkaar krijglfa
dat Ajax dit seizoen voor de competitievar
niet meer terug hoeft naar het Rij;
Zuiderpark. In het tumult na het ^ee
staken van de wedstrijd tegen FC Denj.
Haag spreekt de technisch directeur
onvervaard dat zijn ploeg de
onheilsplek niet meer zal aandoen. J101
Om vervolgens door het sectiebestuur jot
met alle egards te worden behandeld, kra
USI
De stand bij het afbreken van het
treffen wordt tot einduitslag
gebombardeerd. Probleem opgelost,
Cruijjf zijn zin.
Achteraf, als alles in kannen en
kruiken is, verklaart Cruijjf dat hij
beide opmerkingen heeft gemaakt in
een emotionele bui, een beetje uit
boosheid. Maar dat ontgaat de heren
van het sectiebestuur kennelijk. Die
zien ook die grote koppen in de ma;
kranten en nemen alle loze kreten van mei
de ongediplomeerde coach voor lief. De
heren staat slechts één ding voor ogen:™1?
Ajax te vriend houden. Er zijn al sores
binnenkort weer in actie komen en dan
zijn de spelers van Cruijjf weer hard
nodig. LJ,
Ondertussen verloedert het vaderlandseïy
voetbal verder. Waarbij ook anderen jeij
een stevige duit in het zakje doen. jan
Ruud Gullit hangt een partijtje vuile hon
was buiten van PSV. En zet zijn jon
geloofwaardigheid daarmee helemaal van
op de tocht. Tekent eerst een contract het
voor een jaar of vijf. Gaat vervolgens hen
rustig praten met een Italiaanse club i
en ontkent daarna glashard dat hij inC
Milaan is geweest. Terwijl de kranten P-
daar uitgebreide fotoreportages I
publiceren over zijn visite. En laat zichvm
vervolgens doorzagen door een naar ?nt<
sensatie spittend weekblad, dat hem hon
tenslotte een aantal saillante P°
uitspraken ontlokt.
Tot slot stuurt Rinus Israel zijn voor ?.et
een miljoen aangetrokken pupil René Vtr
Hofman weg van de training. Die heefvF?
zich in een bui van teleurstelling een t
paar kritische uitspraken over zijn |tar
coach laten ontvallen. Die Ln
onmiddellijk in woede ontsteekt en de jer|
speler in kwestie de deur wijst. nen
Eventueel definitief. voc
Als Ajax vanmiddag in Malmö verliest fa
zijn er ongetwijfeldmensen die in /wfltnei
vuistje lachen. bro
Als Gullit bij PSV de rest van het relt
seizoen in het tweede mag spelen idem. Vai
Als Israel bij Feyenoord wordt POi
ontslagen dito. f®
Geef die mensen eens ongelijk.
'eeidóe&hi/umit1
DEVENTER - Het begint er naar
uit te zien dat wielrennen uitgroeit
tot een van de gevaarlijkste sport
en. Het seizoen bij de beroepsren
ners is amper één maand gevor
derd, of er zijn al drie doden te be
treuren. Nadat de Spanjaard Vin-
cente Mata-Ventura onlangs het le
ven moest laten schrok het profpe
loton onlangs op van de dood van
de Belg Michel Goffin en de Portu
gees Fernando Almeida. Afgelopen
donderdag belandde de Belg Nico
Emond zwaar gewond in een zie
kenhuis en in een Spaans hospitaal
bevindt zich Ismael Lejarreta nog
steeds in levensgevaarlijke toe
stand. In Triest ligt de Italiaanse
amateur Robert Galleazzo in
coma.
Alleen in Nederland en België is het ge
bruik van een valhelm verplicht. Gerrie
Knetemann, een geroutineerde Neder
landse prof die zeli al eens het slachtof
fer was van een ernstig ongeluk, vindt
dat het hoog tijd wordt om meer aan
dacht te besteden aan de veiligheidsas
pecten. Knetemann laat aan duidelijk
heid niets te wensen over als hij stelt:
„Wielrennen is gevaarlijker dan motor
sport". Het belangrijkste bezwaar van
Knetemann geldt de omvang van het pe
loton. Naar zijn oordeel worden te veel
renners toegelaten in een wedstrijd, met
als gevolg dat er levensgevaarlijke toe
standen ontstaan. „Kijk, ongelukken
voorkomen is uiteraard onmogelijk.
Maar de kans daarop kun je wel verklei
nen. Om te beginnen de reglementen zo
danig aanpassen dat er minder renners
per ploeg mogen starten", oppert Knete
mann, die erkent dat een bijkomend na
deel is dat veel wielrenners dan niet
kunnen rijden en dus het risico lopen
brodeloos te worden.
„Maar de wielrenner zelf treft ook
blaam", steekt de voormalige wereld
kampioen de hand in eigen boezem.
„Vroeger kende iedereen zijn plaats in
het peloton. Je had kopmannen en
knechten. Tegenwoordig wanen knech
ten zich kopman en handelen dienover
eenkomstig. Dat maakt het er bepaald
niet veiliger op. Soms lijkt het er wel op
dat de renner die het hardst smijt, duwt,
gooit en trekt winnaar wordt, en niet de
gene die het hardst fietst. In een cyni
sche bui roep ik wel eens onder de koers:
„Ik heb medelijden met de jongens die
nog tien jaar voor de boeg hebben". Ik
durf te beweren dat het wielrennen ge
vaarlijker is dan motorsport. Een motor
race wordt gehouden op een afgesloten
circuit en ongelukken gebeuren als ge
volg van eigen falen, overmoed of mate-
riaalpech. Wij zijn voor een groot deel
afhankelijk van externe factoren, zoals
mensen die plotseling het parkoers over
steken. Die dingen heb je niet in de
hand. Dat er nu in één maand tijd twee
doden zijn gevallen is extreem, maar in
die zin goed, dat de gevaren van de wie
lersport weer eens onder de aandacht
worden gebracht. Hopelijk verandert er
dan eindelijk iets".
Smalle B-wegen
Het beste voorbeeld van spotten met de
veiligheid is volgens Gerrie Knetemann
de Tour de France. Waar tien jaar gele
den nog zo'n honderd renners over
mooie brede Franse asfaltwegen werden
gestuurd, moet de laatste jaren een pelo
ton van meer dan tweehonderd man
zich over doorgaans smalle B-wegen
wurmen. „Dat moet wel fout gaan",
meent Knetemann, die verder als voor
over doping-gebruik, maar daaraan zijn
er tot op heden nog niet zoveel gestor
ven. De laatste was Tommy Simpson,
en daar hebben ze het nu nog over".
Een ander slachtoffer van de wielersport
is Hans Langerijs, die net als Gerrie
Knetemann ernstig gewond raakte bij
een ongeluk in de koers. Knetemann
herstelde volledig van zijn crash tegen
een auto, maar de 33-jarige Langerijs
was gedwongen te stoppen. Vorig jaar
heeft hij nog wel gefietst, maar hij on
dervond zoveel hinder van de rug, die
gebroken is geweest, dat het ondoenlijk
was om verder te gaan met wielrennen.
Vorig jaar september stapte hij voorgoed
van de wielrenfiets na negen jaar tussen
de beroepsrenners te hebben gereden.
Nazorg
„Maar niet omdat ik bang was voor op
nieuw een ongeluk", beweert Langerijs.
„Eerlijk gezegd heb ik nooit zo bij de ge
varen stilgestaan. Je weet dat je als wiel
renner risico's loopt. Desondanks vind
ik dat er meer aandacht aan de veilig
heid van de renners kan worden besteed.
Het gebeurt nog te vaak dat afzettingen
niet deugen. Een goede eerste stap zou
inderdaad het terugbrengen van het aan
tal deelnemers zijn. Ook vind ik dat ho
gere eisen aan organisatoren moeten
worden gesteld, en bij niet naleving van
de reglementen straffen uitgedeeld moe
ten worden. De renners worden immers
wel aan alle kanten gepakt."
Op de nazorg van slachtoffers van een
ongeluk heeft zowel Knetemann als Lan
gerijs geen kritiek. Beiden melden door
hun toenmalige sponsor goed en correct
te zijn behandeld. Daarover geen klach
ten. Het enige minpunt geldt de KNWU,
waarvan Hans Langerijs meent nog geld
te moeten krijgen. „Als wielrenner ben
je ook via je licensie verzekerd. Nu ik
niet meer kan fietsen om medische rede
nen zou ik voor een deel moeten worden
afgekeurd. Mijn rug voel ik nog dage
lijks. Dus kom ik in aanmerking voor
een uitkering van de verzekering. Als ik
niets van de wielerbond hoor, zal ik er
binnenkort zelf eens achteraan gaan".
Wie ook actie gaat ondernemen is Dick
Groeneweg, de voorzitter van de Belan
genvereniging voor Beroepswielrenners
(BVBW). Groeneweg, die tevens lid is
van de sectie Beroepswielrennen van de
KNWU, heeft bij de Omloop Het Volk
met de secretaris van de Europese Be
langenvereniging voor Wielrenners afge
sproken binnenkort bijeen te komen om
over de veiligheidsaspecten te praten.
Dat besloten zij naar aanleiding van de
twee dodelijke ongelukken in februari.
„Het is natuurlijk verschrikkelijk wat er
is gebeurd, maar het vinden van een op
lossing is niet gemakkelijk. Daar zitten
nogal wat haken en ogen aan", beweert
Groeneweg. „Het terugbrengen van het
aantal renners per wedstrijd kan een op
lossing zijn, maar is voor ons als belan
genvereniging natuurlijk moeilijk te ver
dedigen. Wij zijn er niet voor om te zor
gen dat de renners thuis moeten blijven.
Maar, ik geef toe, wat het zwaarst is zal
het zwaarst moeten wegen. Overigens
gelden de problemen met name voor
buitenlandse wedstrijden. ïn Nederland
zijn de gevaren voor de renners minder
groot. Over het algemeen hebben de or
ganisatoren hun zaakjes goed voor el
kaar. In de Tour de France gebeuren in
derdaad ontoelaatbare dingen. Meer dan
tweehonderd renners laten starten kan
echt niet. Maar ja, verander dat maar
eensOverigens ben ik van mening
dat mensen zich steeds minder van de
wielerkoersen aantrekken, in die zin, dat
als zij worden tegengehouden om het pe
loton te laten passeren, toch het par
koers oprijden. Ook de instelling van het
publiek zal moeten veranderen".
HENK STOUWDAM
Valpartijen als deze komen met de regelmaat van de klok voor in de wielersport, maar leveren relatief weinig ernstig gewonden op.
Het is anders als een renner valt tijdens een afdaling of bij een eindsprint als gevolg van de dan gereden hoge snelheid.
beeld de onlangs gereden semi-klassieker
Nice-Alassio noemt. „In die wedstrijd
gingèn maar liefst driehonderd renners
van start. Bij vlagen was het gekken
werk, ook al omdat het slecht gesteld
was met de afzetting van wegen. Je hoef
de niet vreemd op te kijken als je een
vrachtwagen tegenkwam. Of zoals vorig
jaar in de Ronde van Zwitserland, toen
plotseling een auto de weg opreed. Ren
ners reden er tegenop. Gelukkig zonder
dodelijke afloop; slechts een Italiaan
brak zijn been. Als amateur heb ik in de
Ronde van Algerije meegemaakt dat
jonge toeschouwers er een sport van
maakten om zo lang mogelijk op de weg
te blijven staan als het peloton naderde.
Op het laatste moment sprongen ze dan
weg. Ze werden daarmee blijkbaar de
held van het dorp, maar het was wel le
vensgevaarlijk. Maar ja, weet je wat het
met de meeste wedstrijden is. De show
must go on. En daar worden wij cou
reurs de dupe van".
Te
LINK
Het wordt volgens Knetemann hoog tijd
dat de UCI (Internationale Wielren Fe
deratie) maatregelen gaat nemen om de
gevaarlijkste toestanden uit te bannen.
Naast het terugschroeven van het aantal
renners noemt hij de mogelijkheid om
koersen af te gelasten en meer sancties
in te stellen voor organisatoren, bijvoor
beeld door hun te beboeten bij niet nale
ven van reglementen of zelfs te verbie
den opnieuw een wedstrijd te organise
ren.
Knetemann: „De UCI moet veel stren
ger optreden tegen organisatoren. Waar
om zou een wielerkoers niet kunnen
worden afgelast, net zoals een voetbal
wedstrijd. Als het te link wordt dan ge
last ik de wedstrijd voor mezelf wel af,
dat is geen punt. Dan word ik maar een
dag later rijk. En waarom organisatoren
niet mogen worden beboet, terwijl wij
om het minste of geringste moeten dok
ken. Voor één keer wateren heb je al een
boete te pakken, terwijl ik de eerste orga
nisator die wordt gestraft nog moet mee
maken. De UCI maakt wel veel drukte