1 mal Ie De helse tocht van een dorpsherder f VIETNAMESE BOOTVLUCHTELING ALS ONDERPASTOOR V lucht De ziekte van Bechterev '£eicUc0ou^cmt ZATERDAG 15 NOVEMBER 1986) „Eeuwenlang al vraagt de mensheid zich af: waarom lijden en waarom sterven? Ook filosofen en theologen hebben in de loop der tijden getracht hierop een bevredigend antwoord te vinden. Maar toch, telkens weer opnieuw, worden alle mensen, gelijk waar ook ter wereld, ongenadig met deze vragen geconfronteerd als een dierbare relatie ziek wordt en sterft In het kerkje van de parochie Notre Dame de Miséricorde (Onze Lieve Vrouw van Barmhartigheid) in het Belgische Marchienne-au-Pont luistert een veertigtal mensen tijdens de begrafenisplechtigheid naar de kapelaan (die in België met onderpastoor wordt aangesproken). Hij tracht de zin van lijden en dood uit te leggen. Zijn woorden klinken zacht. Nu en dan sluit hij de ogen alsof hij in zijn eigen leven terugblikt MARCHIENNE AU PONT - Nguyen Xuyen heet de kapelaan en hij is een Vietnamese boot vluchteling van 32 jaar, die op 18 september 1982 in Doornik tot priester werd gewijd. Samen met nog een andere „onderpastoor" van Italiaanse afkomst en met de pastoor neemt hij de zielzorg waar van Notre Dame de Miséricorde, de armste parochie van het Belgi sche Marchienne-au-Pont. Deze Waalse gemeente, vlakbij Charle roi. telt zestienduizend inwoners die achttien verschillende nationaliteiten vertegenwoordigen. Ooit heeft de ge meente van de bedrijvigheid gegonsd, toen vooral de steenkool- en metaalin dustrie in de buurt nog volop bloeide. Tot ruïnes vervallende fabrieksgebou wen, met pleinen vol hoog opgeschoten onkruid en hekken met stukroestende hangsloten, herinneren nog aan de bete re tijden van weleer. De mist van de herfstdagen maakt Marchienne-au-Pont nog grauwer en kleurlozer. „Het is hier echt „het zwarte land", zegt Nguyen Xuyen. ,,'s Winters wordt zelfs de sneeuw, twee uur nadat zij gevallen is, helemaal zwart". Nguyen Xuyen zucht. „De bevolking wordt hoe langer hoe onverschilliger te genover de godsdienst. Gisteravond, tij dens de dagelijkse mis, zat er geen mens in de kerk. Ook op zondag is die terug loop duidelijk te merken. Vroeger waren er vier zondagsmissen, nu nog twee. Uit schieters zijn doopsels, begrafenissen en huwelijken. Maar je mag nooit de moed laten zakken. En daarom betekent elke respons die we uit de parochie mogen ontvangen, hoe klein ook, voor ons tel kens weer een enorme vreugde en een reden om weer boordevol geestdrift ver der te werken. Daarom is het werk in zo'n parochie, ook al is het hard, ontzet tend mooi. Zelfs al betitelt een kleine, bezittende minderheid van de gemeente ons als „communisten" omdat wij hier onder de armsten der armsten werken". Hel Nguyen Xuyen stamt uit een rooms-ka- tholieke Zuidvietnamese familie, die na het vertrek der Amerikanen en de daar- V r opvolgende overrompeling door de Viet- cong de hel heeft meegemaakt. „Onder het mom van wederopvoeding en zuive ring gaven de machthebbers opdracht tot de afgrijselijkste misdaden", aldus Nguy en Xuyen. „Katholieken waren van het begin af aan het mikpunt. Ik had enkele jaren seminarie achter de rug, maar on der het nieuwe bewind werden alle semi naries onmiddellijk gesloten. De jacht op priesterstudenten werd geopend. Wie gepakt werd. werd in de gevangenis op gesloten. gefolterd, dan naar werkkam pen gestuurd en gedwongen te trouwen". De kapelaan vertelt dat hij naar een an der dorp was getrokken om geen bedrei ging te vormen voor zijn ouders en de acht andere kinderen van het gezin. „De bewoners van dat dorp, Vung-Tau, wa ren voor het merendeel katholiek en dus was de kans kleiner om te worden ver klikt. Maar de nieuwe bewindvoerders wisten dat ook en daarom krioelde het in Vung-Tau van de geheime politie en de soldaten. Om niet op te vallen, werk te ik er als timmerman. Maar toch voel de ik hoe.ik nauwlettend in het oog werd gehouden. Tot op zekere dag een vriend van mij plotseling verdween. Hij was ook seminarist en net als ik ondergedo ken in Vung-Tau. Vijf dagen later dook hij weer op. Zijn gezicht was blauw en opgezwollen van de slagen die hij had gekregen. Bevend van emotie vertelde hij dat hij al die tijd door de geheime politie was ondervraagd over mijn per soon. dat hij uiteindelijk niet meer gewe ten had wat hij had verteld. En hij zei dat het misschien zijn schuld was als ik Tot de vaste bezigheden 's middags behoren de huisbezoeken. De onderpastoor begroet een pasgeboren parochiaan. zou worden opgepakt. Daarvoor wilde hij me vergiffenis vragen". „Ik verwachtte elk moment te worden opgepakt", vervolgt Nguyen Xuyen. „Daarom verbrandde ik alle brieven en documenten die mij als seminarist zou den kunnen ontmaskeren. Ik wist dat ik dag en nacht in de gaten werd gehouden en in zulke omstandigheden begon je al les en iedereen verdacht te vinden. Op een nacht vielen twintig gewapende sol daten mijn woning binnen en waren wel twee uur bezig alles ondersteboven te ke ren. Vervolgens verdwenen zij weer zon der mij echter mee te nemen. Op dat ogenblik werd ik haast uitzinnig van angst. Ik kende de manier van doen van de geheime dienst en wist dat ze dikwijls zelf in het huis van een verdachte een revolver verstopte om die dan bij een volgende huiszoeking te „ontdekken". Dagen gingen voorbij, zonder dat ik ge arresteerd werd. De volgende zondag heb ik de hele dag gebeden om aan God de kracht te vragen de ondervragingen en folteringen te kunnen doorstaan als ik zou worden gearresteerd. Om negen uur diezelfde zondagavond, toen ik net in bed lag. werd er op de deur gebonsd. Ik dacht dat mijn uur geslagen had en ging de deur openmaken. Maar nee, het was een mede-seminarist, die gejaagd vertel de dat er diezelfde nacht „een vlucht uit het land" was gepland en dat ik, als ik wilde meedoen, onmiddellijk met hem moest meegaan. Dit nieuws overviel me uiteraard, maar ik antwoordde ogenblik kelijk, zonder nadenken, dat ik meeging. We moesten het dorp uit, maar we mochten niet gezien worden, want vanaf negen uur was de avondklok van kracht. Volgens mijn vriend zou om midder nacht van een bepaald punt aan de kust een boot vol vluchtelingen vertrekken. De boot zou koers zetten in zuidelijkè richting, tot we door een of ander schip werden opgepikt of in Maleisië zouden arriveren. Op het bewuste punt aan de kust ontmoetten we een bekende die ons vertelde dat de boot al was afgevaren, maar dat er die nacht om drie uur een tweede zou vertrekken. We waren ons heel goed van de risico's bewust", zegt Nguyen Xuyen. „Mislukte de poging, dan zouden we eerst gevangen worden gezet en gefolterd, tot we alle namen van de andere betrokkenen hadden prijsgege ven. En dan zou ons de executie wach ten". Marchienne-au-Pont telt vier parochies. Die van Notre Dame de Miséricorde is de armste. „Ontzettend hard, maar ontroerend mooi", zegt kapelaan Nguyen Xuyen, „ook al worden we door een enkeling voor communisten uitgemaakt". „Hoe dan ook, om drie uur dook er in derdaad een boot op die ons naar een andere schuit buiten de kust zou bren gen. Met die schuit zouden we tenslotte zee kiezen. De bewuste schuit, een mo torboot, lag buiten de kust op ons te wachten. Maar pas op dat moment stel den we vast dat we met zeventig vluch telingen waren en dat we over geen gram proviand, geen druppel drinkwater en geen liter brandstof beschikten. Onder die omstandigheden was afvaren een re gelrechte zelfmoord. Er bleef ons niets anders over dan terug te keren naar de wal, te proberen de volgende dag het no dige in te slaan en pas dan de definitieve vluchtpoging te ondernemen. We raak ten ongezien weer aan land en tegen de avond hadden we honderdvijftig liter diesel en twintig liter drinkwater verza meld. De hoeveelheid eten die we bij ons hadden was het vermelden niet waard. Nog slechts vijfendertig mensen waagden het erop. Om vijf uur in de ochtend voeren we af, richting zuiden. Overdag was het zo gloeiend heet dat het drinkwater in de kortste keren op was. Verschillende schepen zijn ons ge kruist. maar geen enkel wou ons helpen. Na een weck - we dronken toen in ui terste wanhoop al onze eigen urine en stonden op het punt de steven te wen den en naar Vietnam terug te keren - kwam een Taiwanese vrachtboot nader bij, gaf ons eten en drinken en nam ons op sleeptouw naar Singapore. Daar werd onze hoop al onmiddellijk de grond in geboord: we werden door de autoritei ten weer de zee op gejaagd. We besloten toen in de richting van dc Maleisische westkust te sturen. Drie weken later arri veerden we daar, meer dood dan levend, terwijl alle drinkwater al weer dagenlang was opgebruikt. We voeren landinwaarts een rivier op". Politie Nguyen Xuyen vertelt verder hoe plotse ling hun motor het begaf en de boot vastliep in een moeras. Hoe een passe rende schuit hen op sleeptouw nam, ver der het land in. tot het eerstvolgende dorpje. „Dat bleek bewoond door Chine se vissers en van hen kregen we onmid dellijk eten en drinken. De politie van hel dorpje sleepte ons naar de district spolitie een eind verderop en die gebood ons meteen het land weer te verlaten. Maar dat bleek door onze kapotte motor onmogelijk. Ons werd daarom gesom meerd in het midden van dc stroom te blijven liggen, terwijl we ter bewaking een schip van de Maleisische marine naast ons kregen. Het duurde lang voor dat onze motor was gerepareerd en in die tijd mochten we eenmaal per dag naar de wal om uit een bron te drinken. We mochten echter met niemand pra ten. Wij hebben toen in het Engels op een papiertje onze situatie neergekrab beld, de boodschap aan een Chinese vis ser gegeven en hem gesmeekt haar aan de dichtstbijzijnde priester te overhandi gen. Drie dagen later dook er een Franse missionaris op en even later een verte genwoordiger van het Rode Kruis. Ieder een huilde van geluk De Maleisische autoriteiten wilden echter van geen mis sionaris of Rode Kruis weten en ver bood ons van boord te gaan. Drie maan den later kwam plots het bericht dat onze motor was hersteld en dat we on middellijk het land uitmoesten. Toen hebben we in uiterste wanhoop de mo tor kapotgeslagen en de boot laten zin ken. Zo moesten we wel aan land blij ven. De Maleisische regering bracht ons toen naar een kamp op een der eiland jes". Daarna ging het allemaal heel snel. Nog meer vertegenwoordigers van het Rode Kruis doken op en mensen van de Verenigde Naties. De groep vluchtelin gen kreeg verschillende bestemmingen. Nguyen Xuyen mocht naar Belgie ver trekken en landde op 17 december 1977 op Zaventem. Daar werd hij opgewacht door Caritas Catholica. Omdat hij de wens te kennen had gegeven zijn pries terstudie te willen afmaken, kon hij van de luchthaven rechtstreeks naar het se minarie in Doornik. Daar ook werd Nguyen Xuyen op 18 september 1982 priester gewijd. Toen hem gevraagd werd waar hij zijn apostolaatswerk wen ste uit te voeren antwoordde hij: „Bij de armsten der armsten". En daar ook kwam hij terecht: in Marchienne-au- Pont, in de parochie van Notre Dame de Miséricorde. HUGO MERCKX Om beroemd te worden in de genees kunde. helpt het als je naam begint met een letter vooraan in het alfabet. In 1932 schreven - in alfabetische volgorde - Crohn, Ginzberg en Opperheimer een artikel over een nieuwe ziekte, en die heet dus tot op heden de ziekte van Crohn. Eind vorige eeuw beschreven Bechterev, Pierre Marie en Strumpell een eigenaardige verstijving en verkrom ming van de wervelkolom. Deze ziekte staat nu - jammer voor Pierre Marie, jammer voor Strumpell - bekend als de ziekte van Bechterev. Deze eigenaardige kwaal begint vaak op jeugdige leeftijd, dus jongvolwassenen kunnen het krijgen, maar mensen ouder dan veertig krijgen het vrijwel nooit. In het begin kunnen de klachten heel vaag zijn: af en toe pijn in de (lage) rug en vage pijn in de billen die soms naar de benen uitstraalt. Vreemd genoeg kunnen (voorbijgaande) oogklachten het eerste symptoom van Bechterev zijn. Later worden bij een klassieke Bechterev de klachten meer uitgesproken. De pijn onder in de rug neemt zo toe, en kan zo heftig zijn, dat men aan een hernia denkt. Soms trekt de pijn door naar bo- venrug en schouders. De pijn is het erg ste als men een tijdje niet bewogen heeft en zakt bij bewegen weer af. Een typisch verhaal van Bechterev-patiënten is, dat ze 's morgens om een uur of vijf van de pijn wakker worden, zich even gaan ver treden om daarna, als de pijn wat gezakt is, verder te slapen. Ook typisch: de pa tiënt rolt 's morgens het bed uit in plaats van normaal overeind te komen. De oorzaak van dit alles is een chroni sche ontsteking van de gewrichten tus sen het heiligbeen (het bot onder de bo venste bilnaad) en de botten van het bekken. Uiteindelijk vergroeien die ge wrichten. Gevolg: de pijn verdwijnt op die plek, maar laat helaas de wervelko lom op die plaats verstijfd achter. Nog erger: de ellende dreigt zich naar boven, tot nekwervels toe te herhalen. Uiteinde lijk kan na veel pijn, maar ook moeheid, lusteloosheid, vermagering en koorts, de hele wervelkolom verstijven. Buigen (vooral zijdelings) gaat dan niet meer, de borstkas kan moeilijker bewegen en soms vergroeit de wervelkolom in on voorziene bochten. De behandeling berust op twee pijlers. De ontsteking en pijn remmen met aller lei anti-reumapillen en twee: een uitge breide batterij van fysiotherapeutische maatregelen om zoveel mogelijk bewe ging in die verstijvende gewrichten te houden en vergroeiingen te voorkomen. In feite pappen en nathouden, maar dan wel op hoog niveau. Een Bechterev-pa- tiént. aldus deskundige mevrouw dr. A. Dekker-Saeys. hoeft niet invalide te wor den en hoeft niet in een rolstoel te eindi gen. Maar: hoe eerder de kwaal ontdekt wordt, hoe meer narigheid kan worden voorkomen. Daar zit hem nou de kneep: meestal wordt de diagnose wel erg laat door de dokters gesteld. Een paar jaar geleden beschreven de reumatologen Van Oijen en Boersma dne patiënten in het Neder lands Tijdschrift voor Geneeskunde, bij wie de ziekte pas vijf, zes en twintig jaar na de eerste verschijnselen was on derkend. Dit is geen uitzondering, maar helaas een steeds weerkerende trieste be vinding. Toch is de ziekte van Bechterev lang niet zeldzaam. Men schat dat in een gemiddelde huisartsenpraktijk (vijfent wintighonderd „zielen") drie tot mis schien wel dertig mensen de kwaal heb ben. Om zo lang onbegrepen rond te lopen met zo'n chagrijnige kwaal, is een ramp. Je wordt dan al gauw voor neuroot, aan steller of querulant versleten. Niet zel den gaan in die tijd huwelijken op de klippen of zaken op de fles. Nu is die diagnose niet altijd eenvoudig te stellen. Vrouwen bijvoorbeeld (al is het voorna melijk een mannenkwaal) hebben meest al last van een mildere en minder goed te herkennen vorm die zich uitsluitend tot het bekken beperkt. Het sluitend be wijs, een röntgenfoto van de ontstoken gewrichten in het bekken, is vaak tech nisch moeilijk te leveren. Het kan een voudiger. want Bechterev-patiënten heb ben vaak een heel typisch verhaal. Als je vier van de vijf volgende vragen met „ja" kunt beantwoorden is de kans dat je Bechterev hebt, en niet een andere rugkwaal, tamelijk groot. Die vragen zijn: 1. Was u jonger dan veertig toen de klachten begonnen? 2. Nam de pijn in de loop der jaren toe? 3. Bestaan de klachten langer dan drie maanden? 4. Bestaat er ochtendstijfheid van meer dan dertig minuten? 5. Is er verbetering na beweging? Iets nieuws, maar erg omstreden, is het aantonen van HLA-B27 antigeen. Dit is een van de antigenen die ervoor zorgen dat hel lichaam het verschil weet tussen vriend (eigen cellen) en vijand (bacte riën, virussen enzovoort). Een heel hoog percentage (negentig procent) van de Bechterev-patiënten heeft dit tamelijk zeldzame HLA-B27. terwijl het in de be volking maar bij acht procent voorkomt. Maar van de dragers heeft slechts een kwart de ziekte en dat maakt (alle Fik kies zijn honden, maar niet alle honden heten Fikkie) de test onbetrouwbaar. Misschien dat de test iets oplost over oorzaak en erfelijkheid van de kwaal. De ziekte is op een duistere manier erfelijk: je erft niet de ziekte, maar de aanleg voor die ziekte. Het zou best kunnen zijn dat iets anders (men denkt bijvoor beeld aan bepaalde darmbacterién) die aanleg provoceert. Als men daar een vinger achter kan krijgen is hét in de toekomst misschien mogelijk de ziekte in de kiem te smoren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 24