L finale \M Y Peperduur concert van de laatste romanticus HOROWITZ WEET DAT HIJ „KEIZER" IS CeidócSouocmt" EMBER t Ismede Uitersten raken elkaar. De k2-jarige Amerikaanse bianist Vladimir Horowitz, ondanks lange periodes van grote stilte wereldvermaard gebleven, weet wat die uitdrukking zeggen wil. Zijn risselvallige karakter bepaalt de manier waarop hij speelt. IHij is grillig, veeleisend, geen stille denker en - als zijn pet (ernaar staat - een gezellige prater; hij is ook uitgekookt, hypochondrisch, een briljant musicus, maar bovenal, zoals ij zelf in interviews gezegd eeft, romantisch, omantisch in de betekenis :oals die in de vorige eeuw lestond: himmelhoch jauchzend, zum Tode letrübt. Zo speelt hij zijn 'avorieten Chopin, Liszt, chumann, Rachmaninoff, jSkijabin; zo verliep ook zijn lersoonlijk leven en zijn luwelijk. Stormachtig, hard, naar ook zacht, strelend iij na. Bij Horowitz raken litersten elkaar niet alleen, :e vermengen zich ook. •aaruit ontstond een fenomeen. Verguisd om zijn „eigenwijze" speeltechniek n eigen muzikale nteipretaties; bejubeld om (de zingende klanken die hij ;ijn vleugel weet te ontlokken. Op 23 november As dit fenomeen in het Amsterdamse Concertgebouw te beluisteren en te zien, want het „zien" is een wezenlijk onderdeel van zijn concerten. Maar wie nog iwil gaan is al veel te laat. [Kaartjes van tweehonderd ;ulden per stuk - in "amburg kostten ze ruim ^vierhonderd gulden - gingen """als warme broodjes over de oonbank. Met die prijs werd ?1de door Horowitz glashard igeëiste recette van vier ton (voor aftrek belastingen) niet gehaald. Een (kranten)bedrijf ;past de rest bij. En dus komt hij. „Ik ben de laatste romanticus. Natuurlijk wil ik betaald worden - en veel - maar te koop ben ik niet", |zei hij in '78, toen hij zonder veel omhaal van woorden voor een paar verleidelijke [aanbiedingen uit de 71 m wereld van Hollywood iedankte. In '77 op een 'vliegveld bij het Amerikaanse Milwaukee, waar hij (aankwam om er de volgende dag een concert te geven en waar het intens gelukkige ontvangstcomité gewag maakte van „trots en blijdschap" over zijn komst, antwoordde hij bits en scherp: „Als ik u was, zou ik niet zo trots zijn; ik hoor dat de zaal nog niet is uitverkocht". ■«■«AMSTERDAM - Horowitz is de ■W Kaatste nog levende romantische pi- anist en weet alleen al om die re- iden dat hij „keizer" is. Van de ro- -mantische pianisten heeft hij de meesten persoonlijk gekend, zoals zijn enige jaren geleden gestorven ^.pnolrivaal Arthur Rubinstein. Deze had 'Vclloleen groter repertoire en een war mere persoonlijkheid dan Horo witz, schreef de muziekcriticus van het Amerikaanse weekblad Time na het geruchtmakende optreden van Horowitz dit vooijaar in Mos kou, „maar er was tussen hen nooit twijfel over de vraag wie de beste musicus was en wie de beste pianist". Of zoals een Nederlands criticus schreef: „Hij is geschapen voor de piano en niet voor de mu ziek". Zijn virtuositeit is zo groot dat het soms lijkt alsof hij met drie handen speelt; dat bijzondere effect ligt in zijn vermogen de wj-p;.'.-vingers volkomen onafhankelijk van el- 'illjljjiiiÉ, kaar te kunnen bewegen. Tijdens het Jamm spelen houdt hij zijn lange, slanke pin- is®/ ken naar de binnenkant van de hand ge- WÊi MA kruid, maar op het moment dat er voor fBffi c (dit deel van de hand werk aan de winkel J is, rolt hij zijn pink als een brandslang I™ uit om precies op tijd de toetsen te be- 1 I reiken. Wat een gruwel is voor elke pia- noleraar, doet Horowitz onbekommerd: hij laat zijn polsen soms vervaarlijk diep J zakken, waardoor hij met zijn razend- ijpsncl bewegende vingers op de toetsen -iA ,iJkl le slaan- Dal is slechts schijn. IjKm „Op zich is een piano een dood ding. Je leert erop te spelen, maar later leert het instrument jou te bespelen. Je moet 't la- ffl^ggten zingen, zingen, zingen; zing zelf ^■mee", riep hij ooit uit tegen zijn eerste, later beroemd geworden Amerikaanse I™"® leerling Byron Janis. Niet voor niets be- makelaars schouwen zijn bewonderaars hem als J een verpersoonlijking van Franz Liszt, Kakelaartf die zijn gehoor niet alleen door de klan- 18. ken aan zijn spel wist te binden, maar ook door de bijna wilde „gebarentaal" kantooruH van soms zijn gehele lichaam. I Zijn ogenschijnlijk bovenzinnelijk tech- jr j nisch vermogen biedt Horowitz de mo- M645 gelijkheid met muziek dingen te doen, die andere musici niet of nauwelijks jb.v. kunnen, laat staan zich kunnen permit teren. Het leidt tot muzikale interpreta ties die in de romantiek van de vorige •19135 eeuw een normaa' geaccepteerd ver ZATERDAG 15 NOVEMBER 1986 De wereldvermaarde pianist Vladimir Horowitz: schijnsel waren, maar die de musici van vandaag de dag als ronduit fout be schouwen. In de twintigste eeuw moet de muziek van de klassieken technisch volmaakt zijn en precies vertolkt worden zoals de componist aangaf, het liefst op instru menten uit zijn eigen tijd; waarbij men er overigens gemakshalve aan voorbij gaat dat de grote componisten hun tijd ver vooruit waren en dikwijls klaagden over de gebrekkigheid van de beschikba re instrumenten. Maar dat terzijde. Horowitz, die de niet malse kritiek op zijn spel maar al te goed kent, zegt zelf: „Ik neem grote risico's, want omdat ik helder speel, hoor je elke fout. Als de mensen willen dat ik speel zonder speci fieke kleuring in de klanken aan te bren gen, dan kan dat ook. Maar ik wil niet Eigen fouten Byron Janis beaamde dat in een inter view met Newsweek in 1978: „Toen ik als knul van vijftien jaar bij hem kwam voor mijn eerste pianolessen (in '44), vertelde hij mij geen onderricht te zullen gaan geven, maar een gids voor me te zijn on me te leiden. Op mijn twintigste verjaardag, sprak hij de gedenkwaardige woorden: „Nu sta je helemaal op jezelf, maak nu in je spel je eigen fouten". Hier ligt de oorzaak van het feit dat Chopin-, Mozart- en Schumannkenners ineenkrimpen als Horowitz al spelend zijn muzikale visie op de composities van deze grootheden geeft. Hij legt ac centen waar ze niet horen en laat soms „toonzettende" noten expres zwaar doorklinken waardoor klankkleuren ont staan die de componist nooit bedoeld kan hebben maar die bij de meeste luis teraars niet verkeerd vallen omdat ze hoe dan ook „mooi en zuiver" klinken. Zijn eigenzinnige vertolking van Schu- manns Traumerei is zelfs in gerespec teerde muziekencyclopedieén terug te vinden, hoewel die zich eigenlijk van, een oordeel moeten onthouden. Een an der bekend voorbeeld (er zijn er legio te vinden, zoals in zijn Mozart-vertolkin- gen) is een door Chopin geschreven wals (in cis-klein, opus 64), die hij ontegen zeggelijk ongekend virtuoos speelt. „Maar muzikaal lopen de rillingen over je rug", zegt de Wassenaarse toonkunste naar en pianist Paul Niessing, die in de jaren zestig triomfen vierde met het Rot terdams Philharmonisch Orkest onder leiding van wijlen dirigent Eduard Flip- se. Niessing speelt „het maniertje van Geheim Al speelt hij dan niet naar de letter - be ter gezegd: naar de noot -, is zijn spel dan wel naar de geest van wat de com ponist schiep? Ligt daar misschien het geheim van Horowitz' onnavolgbare succes onder het grote publiek? Niessing: „Zijn interpretaties komen over; dat is duidelijk. En hij is een pianist van ni veau. Daaraan bestaat geen twijfel. Maar je moet 'm in zijn eigen tijd plaatsen en dat is een andere tijd dan waarin wij nu leven. Horowitz tart de werkelijkheid van dit moment, zoals hij onlangs in een recent televisie-interview tijdens zijn be zoek in Rusland liet blijken, en schept daar behagen in. Op het moment dat hij een stuk opzettelijk foutief interpreteer de, stak hij breed lachend zijn tong uit naar de camera. Dat gebaar is een bood schap voor de kenners, alsof hij wil zeg gen: ik speel het fout, maar ik doe het toch. Hij vindt dat hij dat mag en dus doet hij dat ook". Dat wonderbaarlijke optreden in Mos kou, waarvoor vele duizenden op de been waren gekomen (dure) kaart te bemachtigen talloze jongelui vechtend de concertzaal binnendrongen om uiteindelijk samen op één stoel te zitten, ontroerde Horo witz zichtbaar. Hij was voor het eerst na zestig jaar terug in zijn geboorteland. Ondanks laaghangende bewolking, kou en een druilerige regen, werd het voor de concertbezoekers een vrolijke dag. Waar om? Omdat een „zoon" van Rusland een legendarisch geworden belofte had waargemaakt. Kort na de revolutie van 1917 verliet hij met pijn in het hart het land waar hij (hij was 21 jaar) zijn eerste successen had geboekt. De zwaarbewa pende grenswachten herkenden in hem de jongste held en zij staakten meteen de controle van zijn papieren. „Nu gaat u daarginds voor de rijken spelen, die u ook rijk zullen maken. Maar kom terug alstublieft wanneer u rijk geworden bent en speel dan voor ons. Vergeet uw moe derland nooit", zeiden de mannen, die zijn ware bedoelingen leken te begrijpen. Horowitz vertelde onthutst, verbouwe reerd en gerustgesteld tegelijk te zijn, want in zijn schoenen had hij honderden Amerikaanse dollars verstopt en zijn grensbescheiden vermeldden voor de vorm een bezoek aan Berlijn om er een concert te geven. Maar hij beloofde aan die grenswachten eens te zullen terugko men. Hij heeft het verhaal vaak en over al in de wereld verteld zodat elke mu ziekliefhebber in Rusland het kende. Daarom was die kille, nog bijna winterse voorjaarsdag voor de Russen een feest dag. „Ik ben Rusland inderdaad nooit vergeten. Ik herinner mij geregeld de ty pische landgeur als de sneeuw na de lan ge winter smelt en de lente er aan komt". Ouders De aanleiding tot zijn vertrek was dra matisch. nel zo dramatisch als zijn ver dere leven. Het heeft zijn muzikale bele vingen blijvend beïnvloed. Hoe en in welke mate, is in dit korte bestek moei lijk aan te geven, maar het vrijmoedige karakter van zijn muzikale interpretaties en zijn neiging openlijk met de teerste „moments musicaux" te spotten, zijn ze ker een gevolg van zijn gecompliceerde bestaan. Het adagium van de bolsjewieken die door de revolutie van 1917 aan de macht gekomen waren, was „terugpak ken wat jou afgepakt is". Zijn ouderijk huis in Kiev werd geplunderd en Horo witz zag, toen de revolutie over Rusland heen joeg, als dertienjarige jongen, hoe zijn geliefde piano door de ramen naar buiten werd gesmeten en op de straat in duizenden stukken uiteen spatte. Toen wist hij dat er al heel snel een dag zou komen dat hij „Moedertje Rusland" moest verlaten. Zijn ouders (hij kwam uit een niet onbemiddelde, zeer erudiete joodse familie) zouden hem niet volgen omdat hun hart te zeer met dit land ver groeid was. Een paar jaar later ontmoet te hij hen nog eenmaal in Berlijn; kon daarna werden zij opgepakt en verdwe nen naar een strafkamp in het verre Si- berié, waar in 1939 zijn vader stierf. Ho rowitz: „Iedereen weet dat er goed en kwaad op deze wereld bestaat. Mijn ou ders wilden dat wij zouden schijnen als de zon. Ik ben opgevoed om het goede te zoeken en ik heb het in de muziek ge vonden. Muziek inspireen, zij doodt niet. zij vernietigt niet". Mijlpalen Drie belangrijke mijlpalen. New York. 1928. Carnegie Hall. Dat was een indrukwekkend optreden dat voor hem in zijn nieuwe vaderland de grote doorbraak betekende; hij vestigde op slag zijn naam, maar dal gebeurde op een manier, die de Amerikanen op hun beurt nooit zijn vergeten. Hij speelde met het Newyorks Philharmonisch Or kest het eerste pianoconcert van Tsjai- kovski: dirigent was Sir Thomas Bee- cham, die ook zijn debuut maakte en een goed figuur wilde slaan. De nogal ar rogante Beecham had eerder laten blij ken Horowitz een onbetekenende pianist te vinden en liet dat het verwende pu bliek merken door het orkest sneller te laten spelen, in de hoop en de verwach ting dat de „onbekende" musicus zou struikelen. Een onaangenaam verraste Horowitz ontplofte en leek ter plekke tot Liszt te transformeren. „Hij begon een race alsof een krankzinnige passie hem achtervolgde; hij speelde als een or kaan", schreef de verblufte criticus Olin Downes in de New York Times van de volgende dag. Horowitz speelde sneller dan Beecham kon dirigeren, steeds snel ler en sneller, speelde niettemin zelfs meer noten dan Tsjaikovski had ge schreven, donderde over het klavier heen. Beecham was verbijsterd en kon de voortrazende pianist niet goed bij houden. Horowitz beëindigde het con cert precies één maat eerder dan de dui delijk uit het veld geslagen dirigent. Het publiek brak na afloop de Carnegie Hall bijna af. Tweede mijlpaal. Opnieuw New York, vier jaar later, 1932. Zijn ontmoeting met Arturo Toscanini, dirigent op eenza me hoogte. Een ontmoeting tussen twee grootmeesters die niet kón uitblijven en die zijn leven een definitieve wending gaf, al was het alleen maar doordat hij kennismaakte met Toscanini's dochter Wanda. Het gebeurde in een periode dat Horowitz zich schuw begon te gedragen zolang hij geen vleugel in de buurt wist. December '33 trouwden ze. kort nadat hij in Milaan een concert gegeven had en Italië aan zijn voeten had gekregen. „Ik trouwde een engel", zei hij vorig jaar op de Russische televisie, „maar zij een duivel". Het huwelijk was voor Horo witz, die het gezelschap van mannen in die jaren doorgaans prefereerde boven dat van vrouwen, een ongewone erva ring. Weliswaar werd het jaar daarop een dochter geboren. Sonia, maar zijn bisexualiteit legde een bom onder de re latie met zijn vrouw en dochter. In 1949 volgde een scheiding, die niet definitief bleek omdat Wanda Toscanini - vanwe ge de gelijkenis met haar vader wel een „ijzeren dame" genoemd - aan hem bleef trekken. Vier jaar later was het paar herenigd. Daarna werd het stil rond Horowitz, die, zoals hij in een spaar- nodig had tot zichzelf te komen en tot zijn vrouw. Zijn publiek hoorde alleen nog van hem via plaatopnamen die hij in de studio liet maken, of nog liever thuis, in navol ging van de perfectionistische, te jong overleden Bach-pianist Glenn Gould, omdat het leveren van eenmalige muzi kale prestaties op concertpodia te veel van hem vroeg. Mensen willen op één avond een ijzingwekkende perfectie; dat is het onmogelijke vragen. „De musicus geeft en geeft en hij wordt steeds leger en leger. Dat loopt niet goed af. Ik trek me een tijdje terug om te studeren", zei hij ter verontschuldiging, maar in werkelijk heid verviel hij lot diepe depressies. Buurjongen Derde mijlpaal. Medio jaren zestig komt een buurjongen bij hem op bezoek en vraagt hem: „Ik heb gehoord dat u ei genlijk een beroemd pianist bent. Is dat zo?". Horowitz vertelde van die sponta ne vraag erg geschrokken te zijn. „Er is een nieuwe generatie die mij niet kent. Ik zei tegen mijn vrouw: we gaan weer spelen. En ik bén gegaan". Hij maakte een tumultueuze come-back in 1965 nadat hij vijfentwintig jaar niet meer op een concertpodium had ge staan. De geschiedenis herhaalde zich: hij speelde in de Carnegie Hall, maar hield het dit keer op het derde pianocon cert van Rachmaninoff. In '28 had hij het ook gespeeld, op een wijze die de eveneens aanwezige Rachmaninoff on stuimig en enthousiast had doen uitroe pen: „Hij verzwelgt tenminste mijn mu ziek. zoals een leeuw zijn prooi ver slindt". Horowitz herhaalde dat beproef de recept met alle kracht die in hem was. Het publiek wist tijdens de ovaties niet van ophouden; de voorste rijen stormden het podium op. Amerika bleek hem niet te hebben vergeten. Stille periodes van enige jaren, waarin hij ten prooi viel aan zwaarmoedigheid, onder meer door de dood van zijn doch ter bij een scooterongeluk in '74, zijn er nadien zeker nog wel geweest. Maar nooit meer zo lang. Veranderd was hij ook. Uit die jaren stamt zijn gewoonte op concerten niet alleen zijn eigen vleu gel mee te nemen, maar ook zijn kok. zijn eigen pannen en etenswaar, zijn stemmer en zijn vrouw. „Het belangrijk ste in mijn leven is mijn vrouw en het feit dat ik nog steeds musicus ben", gaf hij onlangs te kennen en wie ook maar iets van zijn leven kent, zal dat begrij pen. ED F1GEE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 19