e
1
h
nal
Ie
i
'ÊeidócGowumt
_l
ZATERDAG 1 NOVEMBER 1986
DUIVENDRECHT - Toen Fred A. Bos
zijn brief schreef aan prins Claus, moet
hij manisch en niet depressief zijn ge
weest, want van mensen die in de laatste
gemoedstoestand verkeren, is bekend
dat er weinig uit hun vingers komt en
het betreffende epistel telt maar liefst 43
paragrafen. De prins zal ten minste tot
paragraaf 28 moeten doorlezen voordat
hij weet wat Bos van hem wil, maar
daar staat het dan. Hem wordt zeer
vriendelijk en zelfs enigszins dringend
verzocht zijn naam - hetzij als be
schermheer, hetzij als voorzitter van het
College van Aanbeveling' - te willen
verbinden aan de Stichting Plus Minus
die Bos zojuist heeft opgericht. Waar
om? Plus Minus beoogt manisch depres
sieve en depressieve patiënten alsmede
hun familieleden uit het isolement te ha
len waarin ze verkeren. Wat kan zo'n la
ding beter dekken dan een koninklijke
vlag, getorst bovendien door een man
die zelf in de hel van depressiviteit heeft
verkeerd en die er op de televisie eerlijk
voor is uitgekomen hoe verschrikkelijk
hij het heeft gevonden?
Bos citeert veelvuldig uit dat veelbespro
ken interview waarin prins Claus onder
meer bekent: „De inzinking is de ergste
tijd van mijn leven geweest. Zonder
mijn vrouw had ik het nooit gehaald,
had ik het als 't ware nooit overleefd".
Daarnaast laat hij - zelf manisch de
pressief, met de hele nasleep aan ont
wrichtingen van dien - fijntjes door
schemeren dat hij begrijpt wat koningin
Beatrix moet hebben doorgemaakt. Pa
ragraaf 32 van de brief aan de prins: „In
mijn gesprekken met de partners van pa
tiënten stel ik wel eens: Uw vrouw ver
dient later geen stoel in de hemel, nee,
die verdient een heel bankstel". Bos her
innert de prins dan aan zijn belofte in
het televisiegesprek: „Mijn bijzondere
sympathie gaat uit naar die mensen die
er vandaag de dag nog aan lijden". Op
de vraag echter die volgt - „Zou ik hier
voorzichtig aan mogen ontlenen dat u
eventueel voor hen, dus voor ons, iets
zou kunnen en willen betekenen?" - is
nog geen antwoord gekomen. Prins
Claus heeft tot dusver niet gereageerd.
Bos vermoedt dat zijn brief is onderge
sneeuwd door de duizenden betuigingen
van medeleven die na het interview op
paleis Huis ten Bosch zijn bezorgd.
Prominenten
Geen nood. De namen van andere Ne
derlandse prominenten heeft hij wel aan
de nieuwe stichting mogen verbinden.
Prof. Bastiaans heeft zitting genomen in
het College van Aanbeveling, prof. Die
penhorst, bisschop Bar van Rotterdam,
rabbijn Soetendorp uit Den Haag, ka
merlid Erica Terpstra van de VVD, de
acteur Jules Croiset. „Wij manisch de
pressieven en depressieven", rechtvaar
digt Bos deze prestigieuze lijst, „hebben
nu eenmaal het aureool van veel belo
ven en weinig doen. Daarom moet de
stichting bovenal een betrouwbare in
druk maken. Ik wil het graag chique
houden om de serieuze aard van ons
strëven te benadrukken. En het is na
tuurlijk nuttig zo'n prominente lijst te
kunnen laten zien, want er moeten
straks wel fondsen geworven worden".
Bos heeft het er maar druk mee, in zijn
wponerf-stulp aan de Clarissenhof te
Duivendrecht. Zijn telefoonlijn is bij
voortduring verstopt. „Is het erfelijk?",
willen de vragenstellers weten. „Is het'
waar dat het veel voorkomt bij mensen
niet lichtblond of rood haar omdat hun
gevoelige huid samengaat met een ge
voelige geest?". Hij staat iedereen mon
ter te woord, want het gaat hem goed.
Met de rondborstigheid van de geboren
Amsterdammer die hij is: „Het werkt
voor mij als een soort therapie. Ik heb
tijdens mijn opname in de psychiatri
sche kliniek hout bewerkt en een kaas
plank gemaakt. Nou, dit is wel even iets
anders. Ik heb weer een doel in mijn le
ven. Moet je weten dat ik vorig jaar nog
bij Korrelatie een brochure heb aange-
vraagd over dementie. Helemaal leeg
was ik".
Stemmingen
De groep waarop Bos met zijn Plus Mi
nus mikt, is groter dan menigeen denkt.
De naam zegt het al, want verwijst naar
de ups en downs waaraan manisch de
pressieve en depressieve patiënten on
derhevig zijn. Hemelhoog juichend, ten
dode bedroefd, noemde de Duitse dich
ter en geleerde Goethe'dat. Het pro
bleem is dat dergelijke schommelingen
in de stemming bij ieder mens een nor
maal verschijnsel zijn. Een scheidslijn
tussen wat gezond en wat ziekelijk is,
valt moeilijk te trekken. Dus wordt de
kwaal vaak niet onderkend. De deskun
digen echter waarop Bos zich beroept,
schatten het aantal lijders in Nederland
op vijftig- tot honderdduizend. Ze noe
men de ziekte wel eens een geestelijke
kanker, zo groot is de ernst en de om
vang ervan. Echter: „Merkwaardigerwijs
bestaat er een leemte in de kennis op het
gebied van de manisch depressieve ziek
te", zo wordt vastgesteld in de publikatie
„Leven met manisch- depressieve aan
leg" waarvan de bekende sociaal-psychi
ater prof. Kees Trimbos de redactie
heeft gevoerd. „Dit is des te vreemder
omdat de kwaal vooral in zijn lichtere
vormen veel meer voorkomt dan wordt
aangenomen of ontdekt. Juist nu zoveel
lijders door de moderne behandeling on-
j.
der de mensen kunnen blijven - wat ten
minste grote gevolgen heeft voor hun
omgeving - lijkt het hoog tijd dat de
ziekte meer bekendheid gaat krijgen".
zlelepijn
„Geen lichamelijke, maar wel zielepijn",
omschreef prins Claus op de televisie
zijn lijden. In voornoemde publikatie
wordt deze zielepijn als volgt gepreci
seerd: „Een gezond mens stijgt maar zel
den tot hoogten van extatische vreugde,
maar voelt zich door de bank genomen
goed. Op de vraag hoe het met hem
gaat, kan hij naar waarheid antwoorden
dat hij niet mag klagen. Bij de depressie
ve persoon is dit niet zo. Het gezonde
welzijn, het redelijke welbehagen en de
overwegend positieve stemming hebben
bij hem plaats gemaakt voor een kwel
lend gevoel van onwelzijn, een knagend
onbehagen, een overwegend negatieve,
gedrukte en sombere stemming. Depres
sie is een toestand waaraan men zich
met verstand, goede wil of intelligentie
nauwelijks kan ontworstelen. De kwaal
komt zoveel voor dat ze de geestelijke
volksziekte nummer één kan worden ge
noemd. Antidepressiva worden al haast
evenveel geslikt als tranquillizers. Om
dat depressie wordt veroorzaakt door
een onderdrukking van het gevoel, zoals
van boosheid of droefheid, kan ze zelf
niet beschouwd worden als een gevoel.
Integendeel, depressie is een toestand en
betekent in feite de afwezigheid van ge
voel".
Viool
De vergelijking met een viool wordt wel
gemaakt. „Als de snaren goed gestemd
zijn, trillen ze en brengen geluid voort.
Men kan er dan een vrolijke of een droe
ve melodie op spelen, een elegie of een
ode, maar het blijft een melodie. Zijn de
snaren echter niet goed gestemd, dan is
het resultaat een kakafonie van valse
klanken. En als ze slap zijn, komt er he
lemaal geen geluid. Het instrument is
dan dood. Niet in staat tot reactie. Dat
is de toestand van de depressieve per
soon. Hij is niet in staat te reageren. De
gedeprimeerde toestand wordt geken
merkt door een volledig gebrek aan reac
tie. Men is verslagen en terneergedrukt.
De adem is zwaar en onderdrukt. Men
heeft het idee een loden gewicht met
zich mee te torsen en men kan geen con
tact maken. Geen contact met de onder
liggende eigen gevoelens, geen contact
met het eigen lichaam, geen contact met
de partner en geen contact - geestelijk
noch lichamelijk - met de omgeving.
De depressieve persoon is geremd in zijn
gemoedsbewegingen en zijn motoriek.
Hij wordt gefrustreerd in zijn basisbe
hoeften: lief te hebben en te komen tot
uitdrukking van zichzelf. Hij is opgeslo
ten in zichzelf en moeilijk bereikbaar
voor troost of goede raad. Beide zeggen
hem niets, hetgeen de omgang met een
depressie-patiént vaak tot een hopeloze
uitputtingsslag maakt".
Ziekelijk vrolijk
Zo ongeveer zit de zielepijn in elkaar
waarvan prins Claus gewaagde. Voor pa
tiënten die eraan lijden, staat de stich
ting Plus Minus uiteraard open, maar
veel reactie uit die hoek verwacht Bos
niet. Het kenmerk van deze zieken is
immers dat ze niet tot reageren in staat
zijn. Heel anders ligt het met manisch
depressieve patiënten, want bij hen
wordt de zielepijn afgewisseld met perio
des van overdreven welbevinden. „De
manicus is ziekelijk vrolijk, maakt dans
jes, denkt dat hij herboren is en dat de
goede tijden zijn aangebroken omdat hij
zich de depressieve episoden uit zijn
mapisch-depressieve ziekte nog slechts
vaag herinnert. Alles is erop gericht de
hemelhoog juichende stemming in stand
te houden en de depressie te overstem
men. Dit verdedigingsmechanisme staat
de patiënt niet toe werkelijke problemen'
onder ogen te zien. Alle moeilijkheden
worden weggewuifd. Dingen die de pa
tiënt droef zouden moeten stemmen, wil
hij óf zij niet zien om maar in de opper
beste stemming te kunnen blijven verke
ren. In hun manische toestand bouwen
deze lijders luchtkastelen. Ze stellen zich
in het brandpunt van de belangstelling.
Ze spelen een heldenrol, wanen zich de
kapitein op het schip in de storm. Ze ko
pen te veel en te dure cadeaus voor zich
zelf en anderen, plegen winkeldiefstallen,
werpen zich op taken die ver boven hun
macht liggen, verzaken hun verplichtin
gen, zijn over-druk, maar brengen wei
nig tot een goed einde".
Chaos
De aard van de ziekte weerspiegelt zich
in de manier waarop Bos zijn jonge
stichting heeft georganiseerd. „Want stel
je voor", zegt hij door schade en schan
de wijs geworden, „dat het bestuur uit
sluitend zou bestaan uit manisch depres
sieven en dat die allemaal ongeveer ge
lijktijdig van stemming zouden wisselen.
Een mooie chaos zou dat geven. We
zouden het ene moment barsten van de
activiteit en het volgende ogenlik totaal
verlamd zijn door neerslachtigheid. Dus
dienen we een plaatsvervangend bestuur
te hebben, een soort schaduwbestuur
van niet-patiënten die de zaak kunnen
opvangen als er een echt bestuurslid al
te manisch of depressief wordt". Voorlo
pig dient zijn bescheiden eengezinswo
ning op het Duivendrechtse woonerf als
hoofdkwartier en uitvalsbasis van Plus
Minus, maar wat hem voor ogen staat,
dat is een over heel het land, in alle re
gio's vertakt netwerk van ervaren lijders
aan de ziekte die een steun en toeverlaat
zijn voor hun lotgenoten. Hoe? „Uit ei
gen ervaring en die van anderen weet ik
dat depressieve en manisch depressieve
patiënten gedragsregels nodig hebben. Je
weet bijvoorbeeld dat je niet stressbe
stendig bent, dus moet je geen stress op
zoeken. Dat soort adviezen, daar kun je
als stichting veel aan doen. Je moet op
allerlei manieren proberen de tunnel
waarin de patiënten zitten, zo kort mo
gelijk te houden, want je kunt aan de
ziekte helemaal te gronde gaan als je niet
de juiste levenswijze ontdekt".
Psychiaters
De slechte ervaringen die Bos met psy
chiaters heeft, zullen niet vreemd zijn
geweest aan zijn initiatief een patiënten
vereniging van de grond te tillen. „Ik zeg
wel eens: voor een eenvoudig rijbewijs
dien je vanaf een bepaalde leeftijd een
proeve van bekwaamheid af te leggen.
Het zou geen luxe zijn als deze regel ook
op de heren psychiaters van toepassing
zou worden verklaard. Ik heb het meege
maakt dat een psychiater die me ander
half jaar had behandeld en daarvoor zes
duizend gulden had gevangen, van de
ene op de andere dag met me brak toen
de verzekering de kosten niet meer wilde
vergoeden. Een andere psychiater had
per consult maar drie minuten voor me
en stuurde me dan weer weg met een re
cept. Hij vroeg me wel nog vlug even of
ik het goed maakte. Als ik nee zei, kreeg
ik het lakonieke antwoord: „Dan is alles
dus nog bij het oude". Daar bleef het
verder bij. Die psychiater is overigens
later door de medische tuchtraad veroor
deeld omdat hij wel honderd patiënten
per dag bleek te ontvangen". Betekenen
deze grieven dat de stichting Plus Minus
zich gaat scharen in de gelederen van de
anti-psychiatrie? Dat nu ook weer niet.
Bos probeert juist zoveel mogelijk psy
chiaters bij zijn organisatie te betrekken.
Hij zegt een harmoniemodel na te stre
ven. Het belang van de patiënten komt
op de eerste plaats, maar voor het ver
wezenlijken van zijn doelstellingen kan
de stichting niet om de psychiaters heen.
Zo heeft Bos het dan ook aan prins
Claus geschreven. Paragraaf 33: „De
stichting zal zich niet, als een aantal an
dere verenigingen, polariserend opstel
len. Wij zoeken samenwerking met de
psychiatrie en zullen onze doelstellingen
alleen via overleg kunnen bereiken.
Hierbij zal slechts één hoofdzaak cen
traal dienen te staan: het welbevinden
van de patiënt".
PIET SNOEREN
FOTO'S: MILAN KONVALINKA
TJERK HERINGA
i. S i