„Inspireer ambtenaren en het loopt gesmeerd" HET LANDSBESTUUR VOLGENS PIETER WINSEMIUS ZATERDAG 27 SEPTEMBER 1 Even snel als hij in 1982 in de landelijke politiek was opgedoken, is hij er vier jaar later weer uit verdwenen. De politieke loopbaan van de lange- afstandsloper dr. P. („liever Pieter, zonder titel") Winsemius had slechts een geringe lengte, maar niettemin maakte de wijze waarop hij het par cours op en rond het Binnenhof aflegde bij alle toeschouwers diepe in druk. In 1982 kreeg Winsemius als man uit het bedrijfsleven, afkomstig van het organisatiebureau McKinsey, de leiding van het nieuw gevormde ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). Na daar één regeerperiode tot ieders tevredenheid te hebben ge werkt, wilde hij wel eens iets anders. Hij liet zijn oog vallen op Economi sche Zaken, maar dat had zijn partijgenoot Rudolf de Korte ook al ge daan. Rudolf won en Pieter blies de aftocht. Zijn ervaringen in de laatste vier jaar heeft hij nu in een boek neergelegd dat volgende week uitkomt onder de titel „Gast in eigen huis, beschouwingen over milieumanage ment". Behalve een beschrijving van het milieubeleid biedt het boek ook een uiteenzetting van Winsemius' ideeën over het functioneren van de overheid. De nieuwe VROM-bewindsman Ed Nijpels heeft het boekwerk van zijn voorganger al aangeduid als „de bijbel van Winsemius". Veel belangrijker is dat effectief gebeurt; of hetgeen je doet het effect heeft dat je voor Iedere minister heeft zijn eigen stijl. Dat moet je niet forceren. Het gaat uitslui tend om de uitstraling naar je ambtena ren toe, op welke manier dan ook. Neem nou Ruding. Op Financiën zal het velen spijten als hij straks weg zou gaan, want hij heeft dat ministerie wel weer stevig op de Haagse landkaart gezet. En Braks, dat is nou ook niet het prototype van de jogger, maar hij wordt op Landbouw wel ontzettend door z'n ambtenaren gewaar deerd. Smit-Kroes heeft het ook, en Lub bers, en De Koningieder op zijn of haar eigen wijze". Hij doet in zijn boek een aantal sugge sties om de overheid beter te laten wer ken. Hoe trof hij VROM eigenlijk aan toen hij daar kwam? Was het er zo'n rommeltje? „VROM was nieuw. De ambtelijke top was bevreesd voor mijn komst: een man uit het bedrijfsleven! Bovendien konden ruimtelijke ordening en milieu niet met elkaar overweg. Maar ik heb erg geboft. Vrijwel meteen kregen we het probleem rond de opslag van kernafval. Dat mocht niet meer in zee; het moest ergens op het land worden opgeborgen. Daar over moest snel worden beslist. Ik heb daarin toen het voortouw genomen en dat had een enorm meesleep-effect. Het zelfde gebeurde met de „operatie deregu lering": het schrappen van overbodige regels en voorschriften. Dat was aanvan kelijk voor veel ambtenaren erg bedrei gend, maar in goed overleg zijn we daar prima uitgekomen. Op het laatst wilden zelfs mijn ambtenaren verder gaan dan ik. Dat gaf vertrouwen. Het werd een ge noegen om naar je werk te gaan. We functioneerden op den duur als een goedlopend elftal. Nou, dan kun je wel wat voor elkaar krijgen hoor". Effectiever Het stokpaardje van Winsemius is een effectiever werkende overheid. Hij heeft het -niet zo erg op het Haagse mode woord „efficiënt". ,,Er is een heel verschil tussen effectief werken en efficiënt werken. Effectief werken is het belangrijkst. Daarbij gaat het kortweg om de vraag: heeft datgene wat ik doe effect? Is de mug die ik dood wilde slaan inderdaad dood? Daarna ga je pas kijken of het efficiënt is gebeurd, of je er wel het juiste middel <roor hebt gebruikt en of het niet beter en sneller had gekund. In mijn boek geef ik daar een voorbeeld van. In Japan hadden ze ontdekt dat vlakgommetjes op de minis teries altijd kwijtraken als ze maar voor de helft zijn gebruikt. Toen werd beslo ten alle stukken vlakgom in tweeën te knippen. Dat was zogenaamd efficiënter. Ja, maar ondertussen kostte dat halver en van die gommetjes wel veel meer ar beid en geld". „Nog een voorbeeld. De frankering van dienststukken zat vroeger bij Verkeer en Waterstaat. Dat zouden de ministeries zelf gaan doen. Toen ik eens liet uitzoe ken hoe dat bij ons verliep, bleek er ont zettend veel geld te worden verspild. Het kadaster bijvoorbeeld, dat onder VROM valt, verstuurde ontzettend veel aangete kende brieven. Die moesten allemaal worden ingeschreven, zowel bij ons als bij de PTT. Anderhalf miljoen stukken per jaar! Laten we zeggen dat dertig pro cent van de geadresseerden niet thuis was. Dan moest het stuk weer terug naar het postkantoor en werd het opnieuw in geschreven. Ik heb toen gevraagd of dat aangetekend versturen nodig was. Nee, eigenlijk niet. Afschaffen dus. In het ka binet heb ik toen trots gemeld dat ik het salaris van mij, staatssecretaris Brokx en zeventien kinderverzorgsters had be spaard. Per jaar 2,5 miljoen gulden! Ik bedoel maarNu heb ik dit toevallig zelf aangezwengeld, maar met maatrege len van boven kom je er niet. De men sen moeten er zelf achterkomen, zelf mogelijkheden zoeken. De hamvraag is: hoe zet ik de mensen aan het denken. De meesten hebben er dan aardigheid in om hun werk beter te doen". Blik ambtenaren Over het kabinetsplan om er twintigdui zend ambtenaren uit te zetten, zegt Win semius: „Volgens mij is er te weinig over nagedacht in de sfeer van effectiviteit en efficiency, waar ik het net over had. Het gaat niet in de eerste plaats om arbeids plaatsen maar om taken van mensen. Het moet mogelijk zijn om zo'n operatie in een positieve sfeer te laten verlopen, maar dan moet er wel goed over zijn na gedacht. Je moet zeker weten dat het overheidsapparaat er beter van wordt. Als je kijkt hoeveel blikken ambtenaren in het verleden zijn opengetrokken, dan kunnen er inderdaad wel weer wat ver dwijnen". Op de vraag waarop hij, terugkijkend op de afgelopen vier jaar, het meest trots is, antwoordt hij: „Dat ik de mensen op VROM enthousiast heb kunnen maken en dat we daar met elkaar de bevolking wat meer hebben kunnen doordringen van de noodzaak het milieu zo mooi mogelijk te houden. Bijna iedereen weet nu wat zure regen is. Toen ik voor het eerst in een rede ging zeggen dat Neder land een fijn land is om in te wonen en dat we dat vooral zo moesten houden, heb ik wel eerst thuis geoefend. Je ging iets geks zeggen, een drempel over. Maar -het aardige was dat velen me daarna volgden, een eigen invulling gaven aan die doelstelling. Het gevolg was dat van uit het ambtelijk apparaat het ene na het andere idee van alle kanten langs me heen zoefde". Zelf „zoeft" Winsemius ook weg. Terug naar zijn woonplaats Blaricum om daar aan het begin van de avond, binnen een kwartier na het openen van de voordeur, op de hei rond te kun-nen hollen. Genie tend van de natuur en de ondergaande zon. „Dit is heerlijk loopweer", zegt hij, „alleen hoop ik dat die knieën van mij het houden". CAREL GOSELING DICK VAN RIETSCHOTEN FOTO: CEES VERKERK ten de proef, de operaties werden uitge voerd onder supervisie van de Leidse chirurg professor Zwaveling en de statis ticus Schmitz ging na of de resultaten er gens op sloegen. Van 91 patiënten kreeg een derde via de koptelefoon de geluiden van de operatiekamer te horen, nog eens een derde zogeheten „witte Iruis" en de rest een zoetgevooisde stem met opwek kende praat: „U voelt zich helemaal ont spannen Na de operatie zult u zich prettig voelen U zult snel genezen", enzovoort. De patiënten werden nadien van alle kanten bekeken, gemeten, gewo gen en ondervraagd. Van pijn en andere beroerdigheid na de operatie hadden alle drie groepen ongeveer evenveel last. Er kon maar één verschil gemeten worden: de oudere patiënten die welwillend wa ren toegesproken konden eerder het zie kenhuis verlaten dan de ouderen die of ruis hadden gehoord, of operatiekamer geluiden. Wat voor consequenties moet je uit dit onderzoek trekken? Iedereen een kopte lefoon op met prettige muziek of aange name praat? „Ik lever alleen maar de wetenschappelijke gegevens", zegt Bon- ke. „Ik wil de anesthesisten niets voor schrijven". Een man van de praktijk dan, algemeen chirurg prof. Zwaveling. Probleem is alleen: Hoe krijg je een Leidse prof aan de lijn? Dat gaat zo. De secretaresse: „Nee, de professor beant woordt alleen schriftelijke vragen". Ver volgens bel je de voorlichter. Voorlichter belooft haar best te doen, noteert dan toch mijn vragen, belt terug en met de pet in mijn hand noteer ik het volgende. Prof. Zwaveling: „Nee, voor mij heeft het onderzoek nog geen consequenties; ik wacht een nader onderzoek af'. Van waar al dat onderzoek? Omdat het inte ressant is, omdat patiënten er baat bij kunnen hebben, maar ook omdat Ame rikaanse en Engelse patiënten hun chi rurg voor de rechtbank hebben gesleept omdat ze zich gegriefd voelden door op merkingen tijdens de operatie. Smarte- geld is daar een bedrag van zes cijfers. DEN HAAG - Terwijl een ober van het Kurhaus in Scheveningen een glaasje to nic voor hem inschenkt wijst Winsemius zorgelijk naar zijn knieën. „Vorige week ben ik er bij een trainingsloop doorheen- gegaan. Ik dacht dat het nog wel even kon op mijn oude schoenen. Gewoon een beetje zuinig aandoen en nog geen nieuwe kopen. Nu ben ik meer geld kwijt aan de fysiotherapeut, want ik wil dolgraag aanstaande zondag de mara thon van Berlijn lopen. Dat is een erg I mooie". Oud-minister Winsemius kan zijn grote passie voor het lopen nauwelijks onder drukken. In zijn ministerspenode wist hij zelfs eens 52 ambtenaren van zijn ministerie zo ver te krijgen dat zij met hem meededen aan de City-Pier-City- loop in Den Haag. Allemaal met shirtjes aan waarop „Stop de zure regen" stond gedrukt. „Een hartstikke leuke ervaring was dat", zegt hij met glinsterende ogen. Het is maar één voorbeeld van de stijl van werken die de voormalige bcwinds- man er op nahoudt. Je medewerkers moet je inspireren en motiveren en je moet zorgen dat de boog niet altijd ge spannen blijft. Af en toe samen de tijd nemen voor een verzetje. Op die manier creëer je een goede werksfeer. Dat beeld loopt ook als een rode draad door zijn boek heen. Voor we hierover verder praten zetten we dc tijdmachine eerst even op juli jongstleden, toen Winsemius na dc mis lukte overstap naar Economische Zaken zo plotseling uit de landspolitiek ver dween. „Het is me op VROM reuze be vallen, hoor. maar ik wilde wel weer eens wat anders. Ik had het op VROM misschien nog wel twee jaar kunnen uit houden, maar beslist geen vier jaar meer. Dan zou ik last hebben gekregen van een soort metaalmoeheid. En bo vendien. als je lang op één plek zit werkt je uitstraling op den duur niet zo goed meer. Dan kijg je zoiets van „daar heb je hem weer". Da's niet goed voor het be leid". T echnologiegolf „Mijn voorkeur voor Economische Za ken was vooral gebaseerd op de techno- logiegolf die eraan komt. Dat proces wordt erg onderschat. Vanuit VROM kon ik daar niet genoeg aan trekken. Bo vendien zag ik Economische Zaken steeds verder wegzakken. Men was daar gedemoraliseerd door die RSV-zaak. Er moest nieuw initiatief aan toegevoegd worden, zodat men daar weer in zichzelf zou gaan geloven. EZ is een te belangrijk ministerie om weg te zakken en, eerlijk gezegd, ik geloof dat ik er wel goed in ben een dergelijk proces te keren. Op het moment dat Rudolf de Korte door de VVD als kandidaat-vice-premier naar voren werd geschoven wist ik dat mijn kans op het krijgen van EZ tien tot twin tig procent was. Dat heb ik geloof ik wel goed ingeschat". Omzien in wrok doet Winsemius echter niet. „Met Sinterklaas word je ook wel eens teleurgesteld omdat je graag iets wilt hebben maar het niet krijgt. Zo is het leven nu eenmaal. Daar moet je niet over jammeren, want dat heeft geen zin. Uiteindelijk ben ik zo'n beetje voor de helft van alle kabinetsposten gepolst, maar ik had mijn zinnen nu eenmaal op Economische Zaken gezet, dus ik heb voor de overige aanbiedingen vriendelijk bedankt. Ik mis de politiek wel, daar maak ik geen geheim van. Ik heb daar echt een gouden tijd gehad, maar ja, er zijn nog genoeg andere problemen om op te lossen". Half wereldwonder In zijn boek praat hij vooral over de werking van de overheidsmachinerie. Hij noemt het een half wereldwonder dat er eigenlijk nog zoveel uit komt. Daarmee lijkt hij op één lijn te zitten met minister Van Dijk van Binnenland se Zaken die onlangs een balletje opgooi de over de produktiviteit van de rijks ambtenaren. Als het goed is loopt Pieter Winsemius binnenkort mee in de marathon van Berlijn. Alleen hoop ik dat die knieën van mij het houden". zozeer om of er efficiënt wordt gewerkt. „Het is natuurlijk een aardig stuk folklo re dat de ambtenaar als een slaperig fi guur wordt afgeschilderd. Zulke lieden zitten er ongetwijfeld tussen maar het is niet het werkelijke beeld van dé gemid delde ambtenaar. Op zichzelf waren de uitspraken van Van Dijk niet bijzonder, want het is gewoon waar dat er hier en daar ambtenaren rondlopen die niet voor honderd procent werken. In z'n al gemeenheid kun je dat best zeggen. Het was pas echt interessant geweest als Van Dijk had gezegd: die ambtenaar daar is lui en die ook". „Op VROM zitten ook ambtenaren die niet het onderste uit de kan halen. Dat is ook niet zo erg. Dat gebeurt overal, ook bij werknemers in het bedrijfsleven. Het is van veel meer belang je af te vragen hoe je de mensen zo ver krijgt dat zij wèl het onderste uit de kan halen. Je kunt dat op verschillende manieren doen. PSV-trainer Hans Kraay heeft laatst nog in de pers uitgehaald naar de instelling van zijn eigen spelers. Ze ver dienen een flinke cent, maar ze lopen er niet hard genoeg voor. Dat geldt ook voor sommige ambtenaren". Delegeren „Hoe krijg je nu als bewindspersoon pit in je mensen? Het hoofdpunt is dat je je makkers enthousiast maakt en moti veert, niet alleen de top, maar eigenlijk vooral de ambtenaren ónder de top. Dat is op VROM gebeurd. Voor mij was het verrassend te zien hoe snel het eigenlijk ging. Je moet een wat trotse sfeer creëren in de zin van „dit is ons ministerie en we staan voor wat we doen". Bovendien moet je de mensen zoveel mogelijk vrij heid en eigen verantwoordelijkheid ge ven. Daardoor gaan ze hun werk zinvol ler vinden. Dus vrij veel delegeren naar beneden. Een referendaris die net een paar jaar op het ministerie zit en die kwaliteit blijkt te bezitten, moet je ge woon namens het ministerie laten on derhandelen. En de uitkomst daarvan moet je dan ook aannemen en de per soon in kwestie niet laten vallen. Die ambtenaar stelt er dan een eer in om met iets moois thuis te komen". „Je moet trouwens ook een eind zien te maken aan wat ik het navelstaren van ambtenaren noem. Dat afbakenen van verschillende hokjes en kokers. Je kent dat wel, zo'n sfeer van „het staat niet in mijn functieomschrijving, dus doe ik het niet". Zoiets als: de linkshalf van Ajax vertikt het om het gat op te vullen als de linksback hem voorbij loopt, want dan moet hij drie meter meer lopen en bo vendien is hij daar niet voor aangeno men". „Wat ik op VROM nog persoonlijk aan de werksfeer heb toegevoegd, is het sa men bedrijven van sport en ontspan ning. Lekker hardlopen of fietsen met een stel mensen. Of gewoon een keer met een groep ambtenaren gaan eten of een feestje bouwen. Nu zullen jullie wel zeggen: ik zie dat een Korthals Altes of een Van Dijk niet doen. Hoeft ook niet. daarin een aantal onderzoekingen op waaruit zou blijken dat gehoor en geheu gen tijdens de operatie niet altijd volko men worden uitgeschakeld. Ene Bennet bijvoorbeeld bedacht de volgende proef. Een aantal patiënten werd geopereerd terwijl ze een koptelefoon ophadden. Een groep hoorde via die koptelefoon al leen maar de geluiden van de operatie kamer. Een tweede groep kreeg instruc tie van een op een bandje opgenomen stem. De stem had ongeveer de volgende tekst: „Als u mij na de operatie aan mijn steip herkent, raak dan een van uw oren aan". En inderdaad, een niet onaanzien lijk deel van die groep deed dat ook. Het vreemde was dat deze patiënten zich van die instructie, zelfs onder hypnose, niets konden herinneren. Hoe kan dat? Het blijkt dat bij narcose niet alle delen van de hersenen in gelijke mate onder zeil gaan. De hersenschors, zo ongeveer de zetel van ons bewustzijn, wordt altijd uitgeschakeld; maar delen van de hersenstam niet altijd. Vooral de gehoorzenuw niet. Het is goed mogelijk dat verontrustende opmerkingen van de chirurg („nou, dat ziet er niet best uit") via de sluipweg van de intacte gehoorze nuw zich alsnog een onbewust plaatsje in de hersenen verwerven en de genezing ongunstig beïnvloeden. Volgens Jones zou men tijdens de narcose ook de acti viteit van de gehoorzenuw moeten na- glian. Zolang dat nog niet gebeurt, zegt Jones, „zouden anesthesisten er mis schien van moeten uitgaan dat elke pa tiënt in staat is opmerkingen tijdens de operatie in zijn geheugen op te slaan". Jones draagt een paar oplossingen aan: „Oordoppen, of het afspelen van band jes met gunstige opmerkingen". Zou dat helpen? Jones werd deze week op zijn wenken bediend. In het Engelse vakblad „British Journal of Anaesthesia" deden vier Ne derlandse (jawel) onderzoekers uit de doeken wat het effect is van opwekkende mededelingen tijdens een operatie. De psychologen Bonke en Verhage bedach Niet helemaal onder zeil Het vak van anesthesist (het onder zeil brengen van de operatiepatiënt en tegenwoordig nog veel meer) is van uiterst nederige komaf. Het begon als kermisnummer. In de vorige eeuw kon je je op Amerikaanse kermissen laten bedwelmen met lach gas totdat je - de naam zegt het al - gierend van de lach over de grond rolde. Toen William Mor ton, een gisse tandarts, merkte dat de bedwelming ook gevoelloos maakte, kwam hij op een briljant idee: in 1846 werd de eerste patiënt pijnloos geope reerd. J. Paalman Een triomf. „Eindelijk kan men opera ties verrichten zonder de hartverscheu rende kreten van de patiënten", schreef een tijdschrift toen. Het lachgas is nu vervangen door een uitgekiend mengsel van bedwelmende gassen dat er voor zorgt dat je niets voelt, niets hoort en je van de operatie niets kunt herinneren. Tot voor kort was dat voor alle anesthe sisten een waarheid als een koe. Een half jaar geleden stond in het British Medical Journal, een Engels medisch topblad, een opvallend artikel. J.G. Jo nes, professor in de anesthesie, somde CeidóeSou/icmt1 l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 21