Jacques van Gils Jk ben nu een Grote Heer Kleren voor alledag Kettingkragen Bestsellers I Nederlands Mode Instituut helpt risico's vermijden ïo.j dsui: ri i ESSEN - Zakenman en mode ontwerper Jacques van Gils ziet de logica van de hem op 25 au gustus toegekende mode-onder scheiding „Grand Seigneur", de belangrijkste modeprijs die in Ne derland wordt uitgereikt, heel goed in. „Ja hoor", zegt hij opge wekt, „ik vind de toekenning best terecht. Ik ben nu een Grote Heer. Maar het is natuurlijk de verdienste van Van Gils als be drijf en niet als privépersoon. We hebben veel aan het Nederlandse modebeeld veranderd. Maar ei genlijk kun je niet spreken van één modebeeld, elk segment heeft z'n modebeeld. Je kiest voor een bepaalde stijl en daar ga je conse quent mee door. De consument vult dat zelf in. Van Gils richt zich op jonge, carrière-bewuste mannen tussen twintig en vijftig jaar. Maar wij spreken liever van een mentaliteitsgroep dan van een leeftijdsgroep. Heel bewust heb ben we die richting gekozen en voortgezet. Daar stappen we ook niet van af. We proberen een complete garderobe weg te zetten. Een kast compleet gevuld met Van-Gilskleding, van maandag morgen tot zondagavond. In het beeld van een totale garderobe passen ook de jeans, die weer „in" zijn, ook al draagt men ze te genwoordig minder frequent dan vroeger. De tijd van provoceren is voorbij. Het hedendaagse mo debeeld is heel volwassen gewor den; kleding wordt gebruikt en niet meer misbruikt. Wij komen nu met Van-Gilsjeans die een modellerende pasvorm krijgen en met groen garen worden afgestikt. Ook het etiket wordt wat anders. In wezen blijft het toch een klas sieker. Wij gaan de spijkerbroek niet voor een tweede keer uitvin den". Het familiebedrijf van de broers Van Gils is gevestigd in het Belgi sche plaatsje Essen, net over de grens bij Roosendaal. Het assorti ment bevat behalve kleding ook schoenen, riemen, zepen en geur tjes. Tezijnertijd wil men zich ook met mode voor de vrouw gaan bezighouden. Jury-rapport De juryleden van de Nederlandse Modebeurs, die unamiem in hun beslissing waren, hanteerden de volgende overwegingen bij de er kenning op 25 augustus j.l. van de Grand Seigneur aan Jacques van Gils: „Toen tegen het eind van de jaren zeventig het traditionele he renkostuum bij de jongere man nen bijna werd afgezworen en er geen alternatief in de kostuum- vorm werd aangeboden, was het Van Gils die door de vondst van het zogenaamde spencerpak een hernieuwde belangstelling voor het kostuum wist te bereiken. De consequente gedachte om forme- Jacques van Gils vindt het „best terecht" dat de modeprijs „Grand Seig neur" aan hem is toegekend. lere kleding een informeel karak- werden en worden geheel gedaan ter te geven en daarmee een ge- door Jacques van Gils en eigen disciplineerde nonchalance, door een groot publiek van smaakmakers en volgers herkend als een wezenlijke vernieuwing, op een voor dat publiek toeganke lijk prijsniveau. De stofontwikke ling, dessinering en modellering medewerkers. De licentiehouders krijgen een duidelijk Van-Gilska- der aangeleverd. De consequente profilering van dit herenmode merk heeft ook op buitenlandse markten succes weten te boeken". HERMAN JANSEN Behalve de strakke lijnen van de Parijse modemakers, zal er het komende winterseizoen ook zeer ruim vallende kleding te koop zijn. Het gaat dan met name om kleren die van katoenen stoffen zijn gemaakt. Er is een radicale ommekeer in winterkatoen. Als dit doorzet dan hangen onze kleerkasten binnenkort vol prettige, stoere kleding voor het hele gezin, gemaakt uit wasbaar en kleurecht katoen en geschikt voor sport, maar ook voor thuis. Er zijn tal van manieren om zich in de herfst te kleden, maar een op elkaar afgestemde outfit, bestaande uit broek, hemd, vest en jas, is het meest praktisch. Veel folkloristische elementen in de haast vierkante, gewatteerdè en royale jassen, over elkaar gedragen rokken, hemden en sweatshirts die lekker ruim vallen en dus in niets lijken op de aansluitende lijnen van Parijse modekoningen. Sober en puriteins zijn daarnaast de blazers met smalle, hoge revers met een schootje tot de heupen en de handgebreide truien, soms met wit gesteven kraagje of met de opnieuw populaire col. Folklore krijgt ook een plaatsje in basisstoffen als gabardine, poplin, corduroy en satijn. Afwerking in de volwassen kleding van deze aard kenmerkt zich door afwezigheid van details maar aanwezigheid van garnering zoals gepassepoileerde knoopsgaten en zakken, bontkragen, houten en leren knopen en stiksels op rug en rugceintuur. Ontwerpster Marije de Ley is na haar opleiding aan de Rietveld Academie in Amsterdam werkzaam ge weest als dessin designer en ging toen eigen ontwer pen maken, die op kunsttentoonstellingen (onder meer in het Haagse Gemeentemuseum) aandacht trokken en nog steeds in een aantal andere musea in de belangstelling staan. Ze wrocht bijzondere bouwsels of schouderstukken, die los kunnen wor den gedragen op gebreide of jersey jurken in dezelf de of afstekende kleur. Het ingewikkelde vlechtwerk is verkrijgbaar in verschillende kleuren. De prijzen variëren van 265 tot 420 gulden. Een smak geld voor een kraag, maar je kunt er wel alle kanten mee op. Asymmetrisch, gevlochten tot een dikke knoop, in sierlijk afhangende lijn of als een col zijn haar gebreide stiksels uniek en zeer bruikbaar. Vanaf eind augustus zijn zij onder meer te koop bij Match in Leidschendam, bij Basta in Haarlem en bij Emi- lie-Couture in Heemstede. Inlichtingen: Nieuwe Herengracht 113, Amsterdam, tel. 020-236399. Een gevlochten top met bijpassende jurk (de jurk kost 580 gulden). Maar Marije de Ley maakt ook losse kragen en schouderstukken. Deze polo's in lang oversized model. Lambswool-polyamide, dus goed wasbaar. Merk: Lea Ferri. Verkrijgbaar in de modetinten kobalt, rood, marine, zwart, emerande, cerise en zachtgeel. Voor slechts 98,-. wultsen ivultseii l)cv Haag- Vamtraat 40 Rotterdam: Korft lijnbaan 17 Gouda: Khiictg 2-6 I - -| De drie torens van het Nederlands Confectiecentrum in Amsterdam bieden onderdak aan zó veel bedrij ven en bedrijfjes die merkmode op de markt brengen, dat je een brei- patroon moet kunnen lezen om via een informatiezuil je doel te berei ken. Het Nederlands Mode Insti tuut zetelt „ergens" in toren twee, acht hoog. Het is een stichting die tot doel heeft het beperken van de moderisico's voor alle sectoren in de bedrijfssector textiel, kleding en accessoires door middel van schrif telijk en mondeling mode-overleg cn modevoorlichting. Ruim twaalf honderd industriële en handelson dernemingen, die samen tachtig procent van de totale kledingomzet in Nederland voor hun rekening ne men, zijn abonnee en zijn vertegen woordigd in het stichtingsbestuur. Het instituut viert dit jaar zijn 25- jarig jubileum, omdat in 1961 de eerste trendprognose werd uit bracht. „Maar" legt Han J.A. Bekke uit, „de eerste stoot tot de oprich ting werd al gegeven in 1957. In 1983 zijn de drie aparte instituten voor damesmode, herenmode en kindermode gefuseerd tot een Ne derlands Instituut voor de Mode". Bekke heeft als secretaris/penning meester de dagelijkse leiding over het instituut. Mane-Louise Reek is de mode-coördinatrice die met haar team van vaste en freelance modes tylisten voor de tekeningen en tek sten zorgt van onder meer de mo deprognoses. Bekke: „Het mode team bezoekt beurzen en shows, snuffelt overal rond met een soort antenne op het hoofd. Steeds op zoek naar signalen en inspiratie. Sinds twee jaar geven we na de trendy prognoses ook uitwerkings- boeken naar artikelen en per doel groep. Wij helpen bedrijven ook met de omschakeling van produkt- naar marktgericht denken". „Het keerpunt in de textielhandel is bereikt", meldt Bekke verheugd. „De mensen investeren sinds vorig jaar zestien procent meer in kle ding. Maar de consumentenmarkt Han Bekke van het Mode Instituut: Het modeteam be zoekt beurzen en shows, snuffelt over al rond met een soort antenne op het hoofd". blijft moeilijk en onvoorspelbaar. De mensen zijn tegenwoordig veel individueler en flexibeler bij het aanschaffen van kleding". Het NMI richt tijdens Amsterdam Modestad, van 13 tot en met 20 september in de Nieuwe Kerk in Amsterdam, zijn jubileumtentoon stelling ,Zien en vooruitzien" in. Irf november volgt in de RAI nog een seminar met als thema Mode/ marktontwikkeling. Die dag zal te vens een onderzoek worden gehou den naar het consumentengedrag, toegespitst op kinderen, mannen, vrouwen en senioren. Vooral kinde ren weten op steeds jongere leeftijd al wat zij wel en niet willen dragen. De groepsdwang is erg groot. HERMAN JANSEN Het zal -de observeerders van de mode niet ontgaan zijn dat de trui deze winter een hoofdrol gaat spelen, ook voor kinderen. Het Internationaal Wolsecretariaat schreef een internationale wedstrijd uit: „Teken je eigen Troeteltrui", waarvan de resultaten te zien zijn in de Bijenkorflilialen tot en met 4 oktober. In de truien zijn veel grafische dessins verwerktjDe kleuren zijn excentriek: explosies van rood^ paars en - kobalt, maar ook zijn er ingetogen tinten zoals mos- terdkleur met zwart, gebroken wit met bruin, winter- pastels of oranje. Voorts zijn er collecties met folkloris tische motieven (Claude Montana bijvoorbeeld) en ui teraard de lettergarnering op de rug (bij Gaultier zijn dat zelfs Russische letters). De coltrui is duidelijk terug en is meestal effen van kleur. De sweater, trui, pullover of hoe ,men die ook noemen wil, wordt nogal eens ge dragen op een zeer nauwe (ski)broek met steijetjes, zonnetjes of andere figuurtjes, of op een kort rokje met daaronder „leggings". Al met al, in de trui zit beweging en ze zorgt wel dat ze opvalt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 23