Financiering herbouw
van Gotisch koor rond
Nieuwkoopse en Langeraarse plassen: erfenis van nijvere turfgravers
Toon Hermans bij Bloemenmarathon
Bartelink bespeelt Pieterskerkorgel kundig
-.EIDEN& OMGEVING
Ceidae Commit
ZATERDAG 9 AUGUSTUS 1986PAGINA 11
5CHEVENINGEN Nie-
nand minder dan de komiek
Toon Hermans bood zich giste-
en spontaan aan om het start-
chot van het criterium van de
Jloemenmarathon in Scheve-
lingen te lossen. Toon Her-
nans verbleef toevallig in een
khevenings hotel en toonde
•eel belangstelling voor de
rolstoelatleten. Gisteren voer
de de marathon van Alphen
Eaar Wassenaar en werden
riteriums afgewerkt in Zoe-
jrwoude en dus Schevenin-
gen.
In de A-groep verloor Huub
Nelisse als gevolg van een lek
ke band in Scheveningen bijna
een minuut op zijn grote rivaal
Iwan van Breemen, ondanks
het feit dat het wiel met de
lekke band in 17 seconden tijd
werd verwisseld, zonder dat
Nelisse zijn stoel hoefde te
verlaten. In Zoeterwoude had
hij echter tijd gewonnen, zodat
het verschil tussen Nelisse, die
op de tweede plaats staat, en
Iwan van Breemen, de num
mer drie, toch nog 55 seconden
bedraagt. Kees van Breukelen
profiteerde en staat nu nog
steviger op de eerste plaats.
In de B-groep gaat de strijd
tussen Amsterdammer Frans
Gort en Warmonder Frans
van Niekerk onverdroten
door. Van Niekerk eindigde
twee keer vóór Frans Gort en
staat nu op nog maar op 7 se
conden van de eerste plaats.
Het gebruik van een andere
rolstoel heeft de Warmonder
vleugels gegeven, zodat het tij
dens het criterium in Oegst-
geest vandaag nog zeer span
nend kan worden. Cees van
Zaal uit Ter Aar lijkt ook met
de dag sneller te gaan: hij
werd twee keer derde. De
Bloemenmarathon wordt van
daag afgesloten na een etappe
die langs Sassenheim, Noord-
wijkerhout, Noordwijk, Kat
wijk en Rijnsburg voert. De fi
nish en het laatste criterium in
Oegstgeest staan om 15.00 uur
gepland.
LEIDEN De publieke be
langstelling voor het derde or
gelconcert in de serie van vijf,
deze zomer door K O in de
Pieterskerk georganiseerd,
was vrij groot. En terecht,
want Bernard Bartelink, die
het concert gisteravond ver
zorgde, is nationaal en interna
tionaal een bekende organist.
Bartelink opende het pro
gramma met drie kortere
werkjes van de Spaanse com
ponist J. Cabanilles (1644 -
1712). „Batalla imperial" moet
een oproep tot de veldslag ver
beelden, compleet met trom
petgeschal. De intentie van de
organist was duidelijk om dit
stuk feller te spelen dan het er
uit kwam. Waarschijnlijk was
de oorzaak hiervan het feit dat
het orgel een bijzonder zware
aanslag heeft. Voor de conditie
van het drie eeuwen oude Ha-
gerbeer-orgel, dat ook in lang
niet alle registers zuiver was,
werd overigens door een me
dewerker van K&O tijdens het
concert enige clementie ge
vraagd.
Twee werken van Johann Se
bastian Bach (1685 - 1750) wer
den vervolgens ten gehore ge
bracht: de Fantasia in G groot,
BWV 572, en de Partita over
„O Gott, du frommer Gott",
BWV 767. Beide werken klon
ken zeer trefzeker, en werden
met veel allure gespeeld. Een
kundige wijze van articiileren
en fraseren droeg bij tot het
luistergenot. De Partita werd
bovendien verlevendigd door
sterk wisselende registraties.
Voor beide werken geldt ech
ter ook, dat het door de orga
nist gekozen tempo wat aan de
hoge kant lag. Iets langzamer
gespeeld, zou met name de
Fantasia sterk aan dramati
sche expressie gewonnen heb
ben, en zouden ook bepaalde
problemen, die voortkomen
uit de staat van het orgel, min
der zwaar gewogen hebben.
Na de pauze improviseerde
Bartelink op een opgegeven
thema, te herkennen als een
melodie uit het Liedboek voor
de Kerken, waarna hij van
Franz Liszt (1811 - 1886) Va
riaties over „Weinen, Klagen,
Sorgen, Zagen" ten gehore
bracht. Een grootse klacht, nu
meditatief, dan heftig, die uit
eindelijk uitloopt in het berus
tende „Was Gott tut das ist
wohlgetan".
ANNETTE JASPERSE
OORDWIJKERHOUT
De financiering van de
lerbouw van een Gotisch
:oor bij het Witte Kerkje
Noordwijkerhout is na
genoeg rond. De gemeen-
io.4e is bereid een subsidie
c v.van 50.000 gulden te ver
strekken en een garantie
Ehfte geven voor een lening
"anom de bouwkosten hele-
Bee^maal te dekken. De ge-
dertneenteraad moet nu nog
I met het voorstel van B en
W akkoord gaan.
Met de uitbreiding van het
Witte Kerkje komt de Neder
lands Hervormde Gemeente in
Noordwijkerhout wat ruimer
in haar jasje te zitten. Het Go
tisch koor kan bijvoorbeeld
ruimte bieden voor kinderne-
vendiensten, een kindercrè
che, de catechisatie, het jonge-
renzangkoor en vergaderin
gen. Die activiteiten moesten
nu elders in Noordwijkerhout
ondergebracht worden. Het
Gotisch koor moet de vorm
krijgen van het koor zoals dat
er bij de bouw rond 1500 uit
zag.
De kosten van de herbouw be
dragen 625.000 gulden. Daar
van wordt 325.000 gulden door
de kerk opgebracht. Zo'n
80.000 gulden is afkomstig van
donaties van gemeenteleden,
terwijl uit bazars, giften van
bedrijven en een kerkeveiling
20.000 gulden op tafel moet
komen. Er restte nog een gat
van 200.000 gulden, waarvoor
het kerkvoogdijbestuur een le
ning bij een bank wilde afslui
ten. Van het ministerie van so
ciale zaken kwam echter een
bedrag van bijna 100.000 gul
den op de proppen. Het minis
terie zegde dat bedrag toe in
het kader van de zogenaamde
terugploegregeling. Dat is een
maatregel om langdurig werk
lozen tijdelijk aan werk te hel
pen, bijvoorbeeld bij projecten
als de herbouw van het Go
tisch koor. Bovendien komt er
van het ministerie van welzijn,
volksgezondheid en cultuur in
1990 vermoedelijk een een
subsidie van 15.000 gulden als
bijdrage van het rijk voor de
restuarratie van monumenten.
B en W van Noordwijkerhout
stellen de raad nu voor om
met 50.000 gulden het gat ver
der te verkleinen, zodat het
kerkvoogdij slechts een lening
van zo'n 50.000 gulden hoeft af
te sluiten. De gemeente zal
zich dan garant stellen voor
die lening.
Van het gratis schminken werd bij Swetterhage veel gebruik gemaakt.
Geslaagd feest
Swetterhage
ZOETERWOUDE Honder
den bezoekers maakten het zo
merfeest van Swetterhage, de
woon- en leefgemeenschap
voor geestelijk minder validen
in Zoeterwoude, gisteren tot
een groot succes. Het zomer
feest betekende de afsluiting
van zes weken vol activiteiten.
Veel Zoeterwoudenaren
maakten gebruik van het gra
tis vertier dat gisteren gebo
den werd. De draaimolen en
het springkussen waren erg in
trek, evenals de ritten met
paard en wagen. Een bijzonder
talentvolle sneltekenaar trok
veel bekijks. De Swetterhage
Disco en de Livingstone Brass
Band zorgden voor de muzika
le ondersteuning van het ge
beuren. De jeugd genoot van
het optreden van twee clowns.
Toen de zon uiteindelijk toch
doorbrak in de loop van de
middag kon het feest natuur
lijk helemaal niet meer stuk.
STREEK Wie met een
bootje over één van de Zuid-
Hollandse plassen vaart, staat
er waarschijnlijk niet bij stil
dat een groot deel van deze
plassen en meren door men
senhanden zijn ontstaan. De
plassen zoals ze er bijvoor
beeld in Nieuwkoop uitzien,
zijn in feite overblijfselen
van jarenlange turfwinning
in deze streek.
Namen als Nieuwveen en
Aarlanderveen herinneren
aan de tijd dat de bewoners
uit de streek nog volop actief
waren met het wegbaggeren
van veen. Dat veenbaggeren
nam echter zo'n vaart, dat al
gauw grote meren en plassen
ontstonden. Die grote hoe
veelheid water werd na ver
loop van tijd een steeds gro
ter gevaar voor de bewoners
van het gebied, zodat aan het
eind van de achttiende eeuw
weer begonnen werd met het
droogleggen van veel plas
sen. Een aantal „veenplas-
sen" is bewaard gebleven. En
waar eens hard gewerkt
werd aan het wegbaggeren
van veen, kunnen nu talloze
waterrecreanten terecht. De
gebieden rondom de veen-
plassen hebben bovendien
vaak een prachtige natuur.
Duidelijke voorbeelden van
zulke veenplassen zijn de
De plassen rond Nieuwkoop zijn grillig van vorm en lopen op sommige plaatsen uit in lange,
brede sloten.
Nieuwkoopse en Langeraarse
Plassen. De Nieuwkoopse
Plassen zijn grillig van vorm
en lopen op veel plaatsen uit
in lange brede sloten. Deze
sloten worden ook wel „pet
gaten" genoemd. De sloten
zijn door mensenhanden ge
graven om van daaruit in
bootjes het veen verder weg
te baggeren. Met grote netten
wérd het veen van de bodem
op de zogenaamde „legak-
kers" gelegd. Daar werd het
aangestampt en kreeg het de
tijd om te drogen. Was dit ge
beurd, dan werd het zo ver
kregen turf uitgestoken en
als brandstof gebruikt.
Het wegbaggeren van veen
voor de winning van turf
vond plaats in de elfde eeuw.
De markt voor turf als goed
kope brandstof bleef gestaag
groeien en zodoende werden
de ontstane plassen en meren
steeds groter. Bij hevige stor
men betekende dit dat soms
stukken grond werden weg
geslagen. Een vrij gevaarlijke
situatie dus. Om het gevaar
voor de bewoners te beper
ken, werd uiteindelijk beslo
ten tot de drooglegging van
een aantal plassen. In feite
was dit weer een grote men
selijke ingreep op het land
schap.
In totaal veranderden de
mensen het landschap drie
keer. De eerste keer werd
het moerassige landschap
ontgonnen tot landbouw
grond, vervolgens ontstonden
door de grootscheepse turf
winning „veenplassen" die
na verloop van tijd voor een
groot deel weer zijn droogge
legd. De meeste droogmake
rijen dateren van rond de vo
rige eeuw.
Legakkers
Vaart men nu over één van
de nog bestaande veenplas
sen, dan zijn de kenmerken
van de turfwinning niet di
rect terug te vinden. De vele
sloten zijn er nog wel, maar
de voormalige „legakkers"
zijn moeilijk te herkennen.
Deze stukjes grond maken nu
deel uit van de prachtige na
tuur rondom de plassen, met
onder meer waterlelies, gele
lissen en lisdodden.
In Nieuwkoop is een groot
deel van de plassen be
schermd natuurgebied. Om
de natuur zo veel mogelijk te
beschermen, worden water-
recreanten in dit gebied niet
toegelaten. Het instandhou
den van de plassen brengt
met zich mee dat er regelma
tig gebaggerd moet worden.
Gebeurt dit niet, dan zullen
de plassen door verlanding
weer kleiner worden. In de
gemeente Nieuwkoop is
daarom ook onlangs een
„baggerplan" opgesteld.
Het Braassemermeer is in te
genstelling tot de veenplas
sen op natuurlijke wijze ont
staan. Waarschijnlijk is dit in
vroeger tijden een veen-
stroom geweest die in de loop
der tijd steeds groter is ge
worden. De verschillen tus
sen dit „meer" en de „veen
plassen" zijn duidelijk te her
kennen. De veenplassen ken
merken zich door hun vaak
grillige vormen en de grote
hoeveelheid kaarsrechte ka
vels en sloten die op de plas
uitkomen. De veenplassen,
zoals bijvoorbeeld de Nieuw
koopse Plassen zijn ook veel
ondieper dan het Braasse
mermeer.
Regelmatig komt de recreant
of natuurliefhebber in
Nieuwkoop losgeslagen veen-
bonken tegen waarop een
struikje groeit. De veenplas
sen zijn ook vaak te herken
nen aan het feit dat midden
door het water een pad loopt
dat twee dorpen met elkaar
verbindt. In Nieuwkoop is er
het bekende Meijepad, dat
Nieuwkoop met het buurt
schap de Meije verbindt. In
Ter Aar loopt het Kerkpad
dwars door de Langeraarse
Plassen. Dit pad verbindt
Langeraar met Papeveer. In
de tijd van de massale turf
winning in deze streek wa
ren de bewoners van de di
verse dorpen wel zo verstan
dig om de verbindingswegen
tussen de nederzettingen niet
af te graven.
Molenviergang
Voor wie zich interesseert in
de geschiedenis van de pol
ders en de plassen van Zuid-
Holland is het ook interes
sant eens een kijkje te gaan
nemen bij de molenviergang
van Aarlanderveen. Deze
windmolens hebben allemaal
te maken met de strijd tegen
het water in deze buurt. Ze
werden gebruikt om tijdens
de droogmakerijen het water
uit de laaggelegen gebieden
weg te malen. De molen vier
gang is nu nog de enige in
heel Nederland die nog in
werking is.
De historie van het piassen-
gebied is uitgebreid te be
zichtigen in het poldermu
seum aan de Simon van Ca-
pelweg in Noorden. Natuur
liefhebbers kunnen ook toch
ten per kano maken. Infor
matie hierover is verkrijg
baar bij de VVV-Nieuwkoop,
01725-1354.
„De regen had reeds uren
lang zacht triestig uit den
hemel neergesijpeld, zoo
zacht, dat het boom-en
struikgebladerte in den
grooten tuin als met elkan
der fluisterend sprak. Te
midden van het sombere ge
boomte lag op een kleine
hoogte het groote heeren
huis van het dorp. Ver weg
was er een dof gerommel als
van een aandrijvend on
weer. De man aan het ven
ster was met zijn gedachten
bij hoogere en gewichtiger
dingen. Nu en dan wendde
hij zijn oogen naar een zijta
feltje, waarop boven gas
vlammen vloeistoffen prut
telden en kookten. Onder
een microscoop lag een wei
nig grauwe asch".
Zo begon het „Geïllustreerd
Zondagsblad" op zaterdag 12
augustus 1916 een sprookje
voor volwassenen dat „De
dood en de granaten" heette.
„Dat vinden onze lezers en
ook onze lezeressen vast erg
boeiend, en het zal tot na
denken stemmen", moet
men bij het Zondagsblad ge
dacht hebben. En het paste
ook bijzonder goed in deze
oorlogstijd van zeventig jaar
terug. Het werd een drama
in zakformaat, „want de vij
and naderde, en zijn bom
men en granaten werden
steeds duidelijker gehoord".
Maar de oude man zoals
dat hoort bleef leuteren
en peinzen en koken en re
kenen, ofschoon zijn even
eens oude huisknecht Chris-
tiaan zijn meester en metge
zel aanspoorde om op te
krassen zolang het nog kon.
„Professor, het is hoog tijd.
Alle dorpelingen vluchten...
De vijand heeft een zwen
king gemaakt en komt nu
recht op ons dorp af".
Maar de oude geleerde dok
ter, ja zelfs professor, peins
de er niet over om weg te
gaan. Op de duur hoorde hij
ook wel het steeds naderbij
komend gerommel. „Barm
hartige God, nog een kwar
tier en de granaten vliegen
om ons nuis", kreunde
Christiaan; „Och professor,
laat u toch bewegen om te
vluchten!" „Laat mii eerst
mijn werk voltooien hield
de bejaarde geleerde af, ter
wijl onmiskenbaar de vijand
van alle kanten op het dorp
aanrukte. De oude was na
melijk volop bezig met het
vinden van een middel
„waardoor duizenden en
duizenden ieder jaar voor
een vroegen dood bewaard
zullen blijven: bekijk die
vloeistof, die in deze smelt
kroes kookt..."
„Een sterk dof geluid als het
gedreun van een geweldige
aardbeving in de verte brak
zijn woorden af. Een koude
huivering beving den ouden
dienaar. Maar onbeweeglijk
volgde de professor de ver
schillende kleurenwisselin-
gen van het bloederige
mengsel. Opeens begon zijn
hand te sidderen. „Nu heb
ik het", juichte hij met hee-
sche stem. „Kijk Christiaan,
nu heb ik het middel gevon
den eindelijk. Ziet ge wat
er op den bcdem zinkt, dat
is mijn heilserum".
Geen van beiden bemerkte
dat de deur onhoorbaar
openging, dat een hooge
dorre gestalte zacht de ka
mer binnentrad, een ge
daante in wit linnen gehuld,
BIJ REGEN:
„In een
loopgraaf
bij regen;
een
Fransche
foto uit de
buurt van
Pèronne".
Onder redactie van Ton Pieters.
MUNITIE: „Kiekje uit een Engelsche munitiefabriek: één groote
werkplaats voor moordtuigen. Een kiekje ons door het Engel
sche gouvernement toegezonden".
die met de eene hand een
zeis, in de andere een zand-
looper omknelde. Met leege
oogholten staarde de ge
daante in het glas dat de
professor in de hand hield.
Een ijzig gelach verwrong
het bleeke knokerige gelaat,
een duivelsche grijnslach
vol haat en wreedheid. Met
een stillen grijns hief hij zijn
zeis boven hunne hoofden.
Een sissend geluid suisde
door de lucht. Het venster
raam werd verbrijzeld, een
donderend gerommel bonk
te in de kamer, een granaat
had daarbinnen dood en
verderf gezaaid. De dood
ging zegevierend over de
beide lijken en zweefde on
zichtbaar voor het oog naar
een ander oord. Een uur la
ter ging het huis in vlam
men op
HANDELSONDERZEEBOOT: „Het vertrek uit Baltimore van de
Duitsche handels-onderzeeboot „Deutschland". De kranige be
manning staat gereed voor de gevaarvolle, en geweldige reis".