Hans van Mierlo stéélt de show „Mannen in vrouwenberoepen schadelijk voor emancipatie" Botha bereidt zich voor op een lange slijtageslag Politiek Partij Parlement Juriste Van Vleuten vreest onevenwichtige samenleving REGIME WIL NIET TOEGEVEN, SANCTIES LIJKEN ONVERMIJDELIJK BINNENLAND/BUITENLAND CeukeSotMO/nl ZATERDAG 2 AUGUSTUS 1986 PAGINA 4 DEN HAAG De alom gehoorde veron derstelling dat het debat over de rege ringsverklaring „onwijs" saai zou worden, is niet uitgekomen. Daarbij doelen we niet alleen op de spectaculaire aanval op mi nister Van Eekelen, waardoor de rege ringscoalitie ernstig in verlegenheid was gebracht. Nee, ook wat het beleid zelf be treft kregen de pessimisten ongelijk. Natuurlijk, op dat punt was er weinig vuurwerk te aanschouwen. Dat kon ook moeilijk anders, nadat CDA en VVD net een omvangrijk en tamelijk gedetailleerd regeerakkoord hadden gesloten. Maar voor de aandachtige toeschouwer gebeur den er toch heel wat onverwachte dingen. Het opmerkelijkste was dat premier Lub bers erkende nogal wat moeite te hebben met het regeerakkoord. Zelfs bleek hij als formateur ernstig te hebben overwogen dit stuk te herschrij ven. Vooral de sociaal- en financieel-eco- nomische paragrafen waren hem slecht bevallen, omdat ze als los zand aan elkaar zouden hangen. Lubbers kwam met de verrassende mededeling dat het kabinet ..dus" maar naar eigen goeddunken zou handelen, met „inderdaad ja" de kans op een botsing met CDA of VVD. Ook nam de minister-president afstand druk. Slechts met veel moeite wist hij zich tot enig enthousiasme op te krikken en ook maakte hij rare fouten, zoals bij de verdediging van minister Van Eekelen. In van de afspraak tussen de regeringspartij en dat zij zich in de zaak van de euthana siewetgeving „in de eerste plaats zullen laten leiden door de wenselijkheid van voortzetting van de coalitie". Nee, daaruit mag geen muilkorving van wie dan ook worden afgeleid, aldus Lubbers. Als de re gering er binnen de afgesproken zes maanden niet uitkomt, zal de normale procedure worden gevolgd. De VVD houdt dus de mogelijkheid sa men met de oppositie een euthanasiewet door de Tweede Kamer te loodsen. An derzijds hebben de betrokken ministers in dat geval het recht mede-ondertekening te weigeren. In theorie is de kans op een kabinetscrisis over deze kwestie dus nog wel degelijk aanwezig, wat de mening van sommige politici versterkte, ook in het re geringskamp, dat het lang niet zeker is dat dit kabinet de rit uitzit. Matte premier Daartoe zou ook kunnen bijdragen dat de glans van Ruud Lubbers wat lijkt te ver bleken. De premier maakte een matte in- plaats van simpelweg te stellen dat de misstappen die deze VVD'er in de RSV- en Walruskwestie heeft begaan, al in de Kamer waren behandeld en dat men er toen geen consequenties aan verbonden had, ging Lubbers over tot zelfbeschuldi ging. Hijzelf had in de RSV-affaire grotere fou ten gemaakt, zei hij, dan Van Eekelen! Partijgenoten van Lubbers hoorden het met stijgende verbazing aan. Zij konden geen andere verklaring bedenken dan dat Lubbers zichzelf verwijten maakte. „Ruud had na al het interne gedonder met de VVD op het laatst zo'n haast dat hij zich het verleden van Van Eekelen niet gerea liseerd heeft". Een niet zo sterk begin dus. Maar een man als Lubbers kan zich na zo'n klin kende verkiezingsoverwinning en na de totstandkoming van het tweede naar hem genoemde kabinet wel een paar „off days" permitteren. Concurrenten Voor de meeste van zijn concurrenten lag dat uiteraard heel anders. Wim Kok, Joris Voorhoeve en Hans van Mierlo, zij allen moesten bewijzen dat hun partijen hen niet voor niets op zo'n prominente plaats hebben gezet. Beginnen we met prof. dr. ir. Voorhoeve. De wijze waarop deze 40- jarige hooggeleerde zijn eerste hoofdrol vertolkte, doet voor de VVD het ergste vrezen. Plechtig voorlezen uit eigen werk, hoe hoog gestemd en doorwrocht de in houd daarvan ook is, maakt een man nog niet tot politicus. Slechts één zin wijdde Voorhoeve aan de woelingen die de VVD maandenlang heb ben geteisterd: „All is well, that ends well". Dat laatste valt trouwens nog te be zien. Als de tekenen niet bedriegen is vice-voorzitter Frits Bolkestein, die van wege zijn rebellie tegen Nijpels geen mi nister (van defensie!) mocht worden, hard bezig aan de poten van Voorhoeve's stoel te zagen. Een dergelijk gevaar behoeft Wim Kok niet te vrezen. De bewondering voor de wijze waarop de 47-jarige oud-voorzitter van de FNV voor de eerste keer optrad in de Tweede Kamer, was groot, vooral in eigen kring. Sommige fractiegenoten wa ren zo lyrisch dat zij het betreurden niet met Kok als lijsttrekker de verkiezingen te zijn ingegaan. Ook in de pers werd het debuut van Kok goed ontvangen. Hij stond inderdaad op de katheder en achter de interruptiemi crofoon alsof hij nooit anders had gedaan. Maar de meeste loftuitingen waren toch voor iemand anders: Hans van Mierlo. De manier waarop de nu bijna 55-jarige D66- oprichter zijn come-back maakte in de Kamer deed zelfs hier en daar de vraag ontstaan wie er nu eigenlijk oppositielei der is. Hoewel deze functie in Nederland offi cieel niet bestaat (zij is overgewaaid uit Groot-Brittannië, waar tot voor kort maar één oppositiepartij bestond) aanvaarden de kleinere progressieve partijen meestal wel het primaat van de PvdA-fractievoor- zitter. Dat primaat moet echter wel eerst worden bevochten. En na dit debat staat vast dat Van Mierlo ten minste net zo hard wil knokken als Kok. Daarbij heeft de D66'er het voordeel dat hij nog niets heeft ingeboet aan charisma, vooral als het gaat om het vechten tegen de wijze waarop in ons land de zogeheten hogere politiek wordt bedreven. Dat ho gere is in de ogen van Van Mierlo eerder het omgekeerde. Hij wees op het feit dat gedurende twee maanden „een zwijgende informateur zwarte kunst heeft bedreven met twee partijmannen en daarvoor al leen verantwoording schuldig is aan de koningin". Ook aarzelde Van Mierlo niet munt te slaan uit de perikelen binnen de VVD. De troebelen in die partij vergeleek hij „met een koningsdrama van Shakespeare in een drogisterij, compleet met konings moord na de verloren slag en paniek in de gelederen als het gerucht de stad bereikt dat de Graaf van Friesland met zijn troe pen dreigt op te rukken naar de residen tie". De D66-leider verdedigde deze in ons land ongebruikelijke inmenging in andermans zaken door te stellen dat als hij het niet had gedaan „op den duur niemand meer voelt dat dit niet het normale beeld van de politiek behoort te zijn". Leuk bedacht, maar niet geheel conform de waarheid. Helemaal aan het einde van zijn betoog erkende Van Mierlo dat D66 erop uit is dè beheerder te worden van het liberale erf goed. Met andere woorden: de strijd met de VVD om de liberale stemmen is weer ontbrand. In dat licht bekeken stél van Mierlo de show, in de letterlijke zin van het woord dus. RIK IN 'T HOUT EGMOND AAN DE HOEF Een ideale sa menleving op papier is nog geen ideale samenle ving in de praktijk. Als alle banen voor zowel mannen als vrouwen toe gankelijk zijn, zullen vrouwen daar het slacht offer van worden. Dat is althans de stellige over tuiging van mr. Tineke van Vleuten, geuit in een onderzoek voor het minis terie van sociale zaken. In een achteraf-paragraaf stelt ze dat zogeheten sek se-neutrale wetgeving in de huidige maatschappij niet per definitie gunstig is voor vrouwen. Mannen dringen aan wel door tot traditionele vrouwenbe roepen en claimen daar ook de topfuncties, maar vrouwen dringen slechts sporadisch door tot tradi tionele mannenberoepen. „Per saldo houd je dan dus een samenleving over die nog veel mannelijker is dan nu", stelt de juriste. Mr. Tineke van Vleuten bestu deerde de wetgeving tegen discriminatie van vrouwen in twintig landen, in opdracht van de voormalige staatssecre taris Kappeyne van de Coppel- lo. Het onderzoek moet zorgen voor de discussie die uiteinde lijk leidt tot een voorstel voor de Wet Gelijke Behandeling. Voor 1 juli volgend jaar moet dat bij de Kamer zijn inge diend. Als de wet van kracht wordt, is discriminatie op grond van onder meer ge slacht strafbaar. Dat houdt in dat mannen en vrouwen in het arbeidsproces gelijk zijn, specifieke beroepen voor man nen of vrouwen bestaan dan niet meer. Vooral de Europese Gemeenschap dringt aan op die sekse-neutraliteit. Dat klinkt mooi voor vrouwen, maar niet iedereen vindt het ook mooi. De verpleging bijvoorbeeld was tot voor kort een puur vrouwenberoep. Nu er steeds meer mannen voor dit werk kiezen, blijkt dat vrouwen daar minder aan bod komen. Bovendien maken mannen carrières waar vrouwen zelden aan toekomen. Tegelijkertijd klimt er ook wel eens een vrouw in een hijskraan, maar dat blijft toch een uitzonde ring. Ondanks de hervormin gen in met name de jaren ze ventig domineren mannen nog altijd de politiek, vakbonden, bedrijven en massamedia. „De verhoudingen komen enorm scheef te liggen", zegt Tineke van Vleuten. „Maatre gelen die op zich goed lijken, blijken tegen zichzelf te wer ken. Dat moet je dus bij voor baat voorkomen als je anti-dis criminatie in een wet gaat vastleggen. Kijk naar de Wet op de Tweeverdieners, die was zeer ondoordacht. De bedoe ling ervan was een eerlijker inkomensverhouding, maar in de praktijk liepen vrouwen die wat bijverdienden in vooral de gezinsverzorging met honder den tegelijk weg. Daarmee werd die wet discriminerend voor vrouwen en bovendien, zoals zo vaak, voor de laagste inkomens". Vast patroon De juriste kwam bij haar stu die tot de conclusie dat anti-di- criminatiewetgeving volgens een vast patroon loopt. Eerst komen er beschermende maat regelen, dan sekse-neutrale maatregelen en vervolgens be gunstigende maatregelen. In die laatste categorie vallen de bekende advertenties waarin staat dat bij gelijkwaardige sol licitanten de voorkeur aan een vrouw wordt gegeven. Van Vleuten: „Het is zaak tussen die verschillende maatregelen een goed evenwicht te vinden. Het is niet voldoende om te zeggen: iedereen is gelijk en iedereen heeft gelijke kansen. Kijk naar België. De anti-di- criminatiewetgeving is daar veel magerder dan in Neder land, maar toch werken er veel meer vrouwen buitens huis. Dat komt vooral omdat in België kinderopvang, over blijven op school en dergelijke zaken zoveel beter zijn gere geld dan bij ons. Hier is het vrijwilligerswerk, in België zijn de voorzieningen structu reel". „Zoiets, maar ook een ver keerde uitwerking van de Tweeverdienerswet, is indirec te discriminatie. Dat is moei lijk te herkennen en ook het lastigst uit te sluiten. Daarop moet je dus extra bedacht zijn als je een wet maakt. Directe discriminatie is onderhand geen probleem meer. Als een werkgever zegt: ik wil jou niet, want je bent een vrouw, dan herkent iedereen dat on derhand wel als discriminatie. Voor de rechter staat een vrouw in zo'n geval ook ijzer- sterk. Tegenwoordig gaat het dus vooral om de indirecte dis criminatie. Bedrijven kunnen de functie-eisen voor een baan zo subtiel aanpassen, dat vrou wen al bij voorbaat afvallen en alleen mannen solliciteren. Maar indirecte discriminatie zijn ook de fusies in het hoger beroeps onderwijs (hbo) en de samenvoeging van lager- en kleuteronderwijs tot basison derwijs. Door die maatregelen verdwijnen er veel meer vrou wen uit het onderwijs dan mannen". „Die indirecte discriminatie moet je in een wet uitsluiten. Dat kun je onder meer doen door een aantal voor vrouwen beschermende maatregelen in stand te houden. Aan de ene kant door heel voorzichtig te zijn met het toelaten van man nen in banen waarin vrouwen juist goed aan de slag kunnen. Aan de andere kant door de voorkeur aan vrouwen te blij ven geven als de verhouding op de arbeidsmarkt te sterk in het voordeel van mannen uit valt. Het voordeel van een wet is dat er sancties staan op overtredingen. Mensen doen dingen dus al niet zo snel, om dat ze weten dat ze een boete krijgen. Natuurlijk, anti-discri minatie is net als bijvoorbeeld ongewenste intimiteiten een kwestie van fatsoen. Maar om te beginnen vind ik het uitste kend dat straffen mensen van bepaalde dingen afhouden. Uiteindelijk leidt dat toch tot een ander denkpatroon, tot be wustwording. Wetgeving is tenslotte nog altijd één van de factoren die verahderingen bewerkstelligen". Deeltijdbanen In Nederland werkt achttien procent van de vrouwen full Een vrouwelijke en een mannelijke verpleegkundige controleren de thermometers. Het lijkt een evenwichtige werksituatie, maar volgens mr. Tineke van Vleuten zijn vrouwen in het totaalbeeld uiteindelijk slechter af wanneer mannen doordringen in traditionele vrouwenberoepen. time buitenshuis; deeltijdba nen meegerekend nadert dat percentage de veertig. Dat is het op één na laagste in de EG. Bovendien heeft Nederland van alle Westeuropese landen veruit de meeste vrouwen die tussen hun 25e en 35e jaar uit het arbeidsproces stappen, doorgaans om kinderen te krijgen en op te voeden. Dat is precies de periode waarin mannen carrière maken. Die situatie zal drastisch ver anderen, móeten veranderen, stelt Tineke van Vleuten. Ze waarschuwt ervoor dat we naar een nieuwe maatschappij toegaan, waarin de verande rende rol van de vrouw zelfs één van de belangrijkste ont wikkelingen in de wereldge schiedenis zal worden. „Een deel van de werkloosheid is structureel. De tijd dat er werk was voor iedereen, komt nooit meer terug. Dan zijn er twee mogelijkheden: er komt een tweedeling tussen werkenden en niet-werkenden of een he leboel instituties storten in. In het eerste geval moet een klein percentage gezonde, werkende mensen het voor ie dereen verdienen. De rest telt niet meer mee. Nou, dan kom je er absoluut niet uit. De eni ge oplossing volgens mij is dan ook de tijd tussen betaald en onbetaald werk én de tijd voor jezelf en je naasten anders te verdelen". „Gedwongen door normen en conventies die nog uit de ne gentiende eeuw stammen, be horen vrouwen voor de kinde ren te zorgen. Daardoor wordt de keuze tussen werk en kin deren altijd op de vrouw toe gespitst. Maar heel veel man nen hebben achteraf spijt dat ze zich niet met de opvoeding van hun kinderen hebben be ziggehouden. Ik hoor vaak hele trieste verhalen van man nen die vinden dat ze erg veel hebben gemist. Terwijl dat niet nodig is als je de tijd her verdeelt. Een eerlijke maat schappij is volgens mij een maatschappij waarin mannen en vrouwen ieder de helft van de huidige werkweek betaalde arbeid hebben. Dus zeg maar twintig uur. Beiden kunnen dan werken en voor de kinde ren zorgen. En de tijd dat ze niet deelnemen aan het ar beidsproces maar voor de kin deren zorgen, moet meetellen als werkjaren. In Zweden geldt zoiets zelfs als maat schappelijke ervaring. We ver geten wel eens dat ook de vol gende generatie moet worden opgevoed en opgeleid. Als de positie van de vrouw slecht is, is ook de positie van kinderen slecht en dus van de volgende generatie. Als je dat niet inziet, niet voor een andere verdeling zorgt en er zelfs op bezuinigt, verniel je de toekomst". DICK HOFLAND (Van onze correspondent Margaret Jacobsohn) PRETORIA Een sprong in de richting van een de mocratische maatschappij is niet te verwachten als de Zuidafrikaanse presi dent Botha op, 12 augustus het congres van zijn Na tionale Partij openet. Waarschijnlijker is dat hij voorbereidingen zal tref fen voor een lange slijta geslag. En hoewel geen andere Zuida frikaanse leider grotere pro blemen heeft gehad chroni sche onrust, dreigende straf maatregelen, een scherpe eco nomische achteruitgang en een toenemende isolatie van het land heeft Botha waar schijnlijk meer steun van blanke stemmers dan ooit. Blanken, zowel van links als van rechts, hebben gereageerd op de binnenlandse onrust en de druk van buitenaf door zich te richten op wat in hun ogen het midden van het politieke spectrum is, de nationalistische regering. Die heeft zich vastgelegd op „veilige" geleidelijke hervor ming, waarbij de blanken de macht houden, in plaats van een revolutionaire verande ring van het land in een door zwarten geleide „marxisti sche" staat. De meerderheid van de blan ken voelt zich gekwetst en boos: terwijl zij toch toch een zware strijd tegen het commu nisme voeren en bezig zijn met hervormingen laten conserva tieve westerse regeringen hen vallen. De meeste blanken hechten niet veel waarde aan de stel ling dat de hervormingen niet ver genoeg gegaan zijn en dat de wereld de bij wet geregelde rassendiscriminatie niet accep teert. Als Botha dan geen verrassen de ommezwaai zal aankondi gen, wat kunnen we dan ver wachten? In het uiterste geval zal hij de 1600 partij-afgevaar digden vertellen dat een paar zwarten benoemd worden in het kabinet tot minister zon der portefeuille. Dit zou een noodoplossing kunnen zijn totdat de door de door de regering voorgestelde Nationale Raad van de grond komt, om de zwarten zeggen schap te geven in de regering en onderhandelingen op gang te brengen tussen blank en zwart. Het congres zou ook wel eens naar voren kunnen komen met het „Nationalistische Zoe loe Coalitie-idee". Als Botha de zes miljoen Zoeloes in zijn zak had, zou hij zich veel veili ger voelen. Vooraanstaande functionaris sen van de Nationale Partij hebben ontkend dat Botha een referendum zal aankondigen onder de blanken om hun me ning te toetsen over het delen van de macht met zwarten. Verwacht wordt dat Botha het congres zal gebruiken om het moreel op te vijzelen door de Zuidafrikanen aan te sporen standvastig te blijven in de strijd tegen aanvallen van het communisme en de strafmaat regelen van de hele wereld. De meeste Zuidafrikanen be rusten nu in de oplegging van omvangrijke sancties tegen hun land. Maar ironisch ge noeg voorspellen velen dat het resultaat op korte en middel lange termijn van dergelijke maatregelen het tegengestelde zal zijn van wat de westerse landen beogen. Mogelijk zullen de maatrege len, in plaats van de blanke vastberadenheid af te zwak ken en niet-gewelddadige ver anderingen in de maatschappij te versnellen, de verzwakken de Zuidafrikaanse economie juist nieuwe impulsen geven en de positie van Botha's rege ring juist versterken. toch aan dat steun van de Afrikaners aan de regering is toegenomen, ondanks rege ringsbeloften over belangrijke hervormingen. Voorspellingen Is er een kans, tegen alle poli tieke voorspellingen in, dat Botha het initiatief zal nemen de precaire situatie te doorbre ken? Dit zou de vrijlating in houden van de leider van Afrikaans Nationaal Congres, Nelson Mandela en legalise ring van het ANC en andere dergelijke politieke partijen en het aangaan van een dialoog met die partijen. Botha's persoonlijkheid en de stijl van zijn leiderschap ma ken het niet erg waarschijnlijk dat hij in staat is tot een derge lijke „sprong der verbeeldings kracht". Botha heeft zijn imago dat van „een krachtige leider" opgebouwd tijdens zijn 12-jari- ge ministersschap van defen sie.. Dat gebeurde voordat hij premier werd in 1978 en later president. Dat „krachtige" is echter in te genspraak met de onzekerheid die hij laat zien door zijn slechte gehumeurdheid en emotionele uitbarstingen. Direct nadat de in Nederland geboren voormalige premier en belangrijkste architect van het apartheidssysteem, dr. Hendrik Verwoerdt, was ver moord in de parlementaire zaal in 1966, stormde Botha af op een lid van de progressieve oppositiepartij, Helen Suzman. Hij beschuldigde haar „en haar soort" ervan verantwoor delijk te zijn voor deze daad. Botha's impulsieve persoon lijkheid heeft hem tot onge wenste confrontaties gebracht. Jarenlange ervaring presi dent Botha heeft zijn hele werkende leven in de politiek gezeten heeft deze aggressi- viteit niet afgezwakt. Maar zelfs zijn scherpste kriti- ci zullen niet ontkennen dat hij uitblinkt in het manipule ren van de partijmachine en dat hij een kundige bestuurder is. Wie meent dat het niet be langrijk is wie de blanke presi dent is verboden revolutio naire groeperingen hebben verklaard dat het zich verdie pen in de blanke denkbeelden een luxe is die ze zich niet kunnen veroorloven doet er goed aan zich nog eens te be denken. Want de president en zijn re gering zijn zeer machtig. Zuid- Afrika is geen Rhodesië: het land is zeer rijk met een veel groter potentieel voor zelf voorziening dan zijn buurland en het is geen afhankelijk ko loniaal gebied. De Zuidafrikaanse defensie macht is de grootste in Afrika. De onrust heeft tot nu toe de capaciteit ervan nog niet uit gedaagd. Slechts een fraktie van de legermacht is in de huidige noodtoestand ingezet. Geweten Het nemen van strafmaatrege len en het isoleren van Zuid- Afrika kan wel het geweten sussen van anti-racistische westerse machten, maar van uit Botha's gezichtpunt uit be keken heeft hij dan niets meer te verliezen. Waarom zou hij dan niet het hele land onder militaire lei ding plaatsen en een miljoen zwarte arbeiders uit verarmde buurlanden het land uitzetten die hun kost verdienen in Zuid-Afrika? Wat betreft de sancties: dit schijnt een klassiek geval te zijn, waarbij de dreiging groter is dan de werkelijke toepas sing ervan. Botha gelooft oprecht dat zijn weg van hervorming, die een deelname inhoudt van zwar ten in een vooral door blanken geleid systeem, de enige moge lijkheid is die de overleving kan garanderen. Onder de mensen die geloven dat de sancties de regering sterker zullen maken is dr. Frederick van Zyll Slabbert, de vroegere leider van de blanke Progressieve Federale Oppositiepartij. Hij verliet het parlement in februari omdat hij geen vertrouwen had in de mogelijkheid van dat instituut om de problemen van het land te kunnen oplossen. Sancties Ook vooraanstaande anti-rege ringsgezinde academici den ken dat sancties niet slecht uit hoeven pakken. Daaronder is professor Lawrence Schlem- mer, hoofd van het Centrum van Toegepaste Wetenschap pen van de universiteit van Natal. Hij ziet steeds grotere aantallen Engelstalige stemge rechtigden hun toevlucht ne men tot het steunen van de re gering. Hij vertrouwt niet op het Wes ten dat naar zijn mening de bakens steeds zal verzetten: als C hij vandaag toegeeft aan hun U eis om Nelson Mandela vrij te n laten, zullen ze dan morgen z< geen volledige zwarte meer- v derheidsregering eisen? t« Dit betekent blanke politieke g< zelfmoord vanuit Botha'sst standpunt. Een professor varl v, de universiteit van Rand be- ri schrijft deze situatie als hetzi „krokodillensyndroom": hoe w meer je het beest voert, hoe bi meer honger hij krijgt. Eeird< succes voor de EG-landen kante hun honger naar meer vergro- H ten. lij Schlemmer stelt dat Engelsta ligen vroeger ook pro-regering waren geworden na situaties waarbij Zuid-Afrika te maken had met binnenlandse onrust en druk uit het buitenland: in 1960 en na de opstanden in So- weto in 1976. Hij voorspelde dat sancties uit eindelijk zouden kunnen lei den tot een ommezwaai naar uiterst rechts van wel 25 pro cent van de Engelse stemge rechtigden in het land. En terwijl steeds meer Engel staligen de regering steunen, heeft een onderzoek aange toond dat de ontevredenheid onder de Afrikaners over het regeringsbeleid groeit. Schlemmer wijt dit aan de huidige economische terug gang. De (uiterst conservatieve) Afrikaners zijn meer achter uitgegaan dan de Engelsspre kenden en ze geven de rege ring de schuld van hun lagere levensstandaard. Het onderzoek toonde echter President P.W. Botha van Zuid-Afrika zal zijn blanke landgenoten waarschijnlijk vragen hem te volgen in de jungle van economi sche sancties, isolatie en „kragdadigheid". In de broze, defensieve sfeer c van nu zal toegeven aan hei Westen door de blanken be- - schouwd worden als een bui- gen onder de druk van buiten- af. i Als Botha's Afrikaners meer economische kaarten in han-j den hadden in de particuliere sektor van Zuid-Afrika zoU^ 'i den ze het makkelijker vinden 1 om de deur tot het delen varj politieke macht met zwarten l te openen en zich te concenj -j! treren op het beheersen van k het economische systeem. De gemeenschap der Afrika- 1 ners zegt echter dat het verlie! van politieke heerschappij oolj' rï het verlies van hun broodwinj ning zal betekenen: een van dl a; eerste stappen die een zwartt regering zal nemen is zo goeff als zeker het „Afrikaniseren* van de ministeries. Dit bete^ kent dat tweederde van dfn( Afrikaners, die nu als ambte^n( naren werkzaam zijn, huff baan verliezen. I Het lijkt erop dat Botha zijr^j standpunt niet zal veranderen^' als hij op 12 augustus zijn pairni tij en zijn land toespreekt z»W( hij bijna zeker de Zuidafrik*C( nen vragen hem te volgen i» de jungle van economisch!'m strafmaatregelen, isolatie „kragdadigheid".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 4