Omwegen hovenier Ad van Nieuwland vindt ederc tuin een nieuwe uitdaging ,t Huys Dever wordt net liefde beheerd DINSDAG 22 JULI 1986 PAGINA 9 Op mijn omwegen door stad en lqnd S|H kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen jflUk JÊÊ, wie u graag in deze rubriek zou willen mÊÊÊÊÊÊt N..yjjB tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 HSHu - 12 22 44 op toestel 10. door Ton Picters sierplantenkennis, landme ten, wiskunde, scheikunde, natuurkunde, Engels als vreemde taal en ook Duits. Alles om beslagen ten ijs te komen. Zo word je tuinman, ja. Althans, het is één der mogelijkheden". Zelf proberen Van Nieuwland liep stage bij een boomkweker, later bij i hoveniersbedrijf en ging in militaire dienst waar hij met kanonnen op vliegtuigen leerde schieten. Daarna werkte hij bij verschillende bazen, plantenkwekers. „Maar daar miste ik toch het contact met de mensen, het was vrij eentonig werk". Geen wonder, dat Ad dacht: „Waarom zou ik het niet zelf gaan proberen in het hove niersvak". Zo startte hij als kleine zelfstandige in oktober '80. „Met niks beginnen, geen klant. Het was rustig opbou wen via recommandatie, met mond tot mondreclame. Dan krijg je een beetje vaste greep. Men vertelt het door aan vrienden en kennissen, en zo is het lekker uitge bouwd in ruim 5 jaar tijd". Uiteraard huurde Van Nieuwland ruimte, wat grond, om z'n spullen op neer te zetten, „maar dat was niet voldoende om potentiële klanten te ontvangen". Den Haan bracht tenslotte uit komst. Ad van Nieuwland is nu (bijna) in staat zijn ideaal uit te dragen: mensen op ideeën brengen, via een com binatie van verschillende materialen, zoals sierbestra ting, hekwerken, beplantin gen, vijvers en vijvertjes, pergola's en dat soort dingen. Deskundig hovenier-advi seur, met als belangrijkste poot het aanleggen zelf, het eigenlijke hovenierswerk. Oude tuinen renoveren en tuinen onderhouden: een snoeibeurt, het helemaal schoonmaken van borders. Tuinarchitectuur, van „duur" tot vrij simpel, voor niet al te veel geld. Al praat je al gauw over duizend gulden. Ar beidsloon hè. Men kan geld uitsparen door alvast de grond zelf „bouwrijp" te ma ken, zodat de hovenier daar op verder kan gaan. Het gaat ook om ruimtewerking, met een evenwicht tussen bestra ting en beplanting, met vij vers, een zandbak, barbecue- hoek, plaats voor een droog molen overhouden, een scha- duwhoekje maken. Geen schone perkjes „Een tuin is steeds weer een nieuwe uitdaging voor mij. Ik ben geen man van steriele tuintjes, schone perkjes met een rijtje afrikanen zonder grassprietjes. Ik hou ook niet van gif spuiten, hooguit voor de bestrating om het onkruid weg te houden. Ik ga geen plantjes bespuiten. Snoei maar een beetje terug, dat geeft betere resultaten. Je kunt beter vervangen dan troep erop gooien". De hovenier als ondernemer van vandaag houdt zich dus bezig met de complete inrich ting van „de tuin", groot of klein, „riant" of brandhout. Van Nieuwland: „Dat biedt erg veel mogelijkheden, het houdt je vak levend. Grintte- geltjes, keitjes, natuursteen, maar ook vlonders van geïm pregneerd hout voor terras sen. Er zijn zoveel aardige en leuke materialen, van die kleine dingetjes vaak: gra nietkeitjes, oude bakstenen van de bouw, klinkertjes, kinderhoofdjes ofwel Belse kasseien laat ze het maar niet horen vaak in combi natie met elkaar. De flagsto nes zijn er een beetje uit, die liggen uit de gunst. Maar de bestrating is de basis van de tuin. Daarop wordt voortge borduurd. De klant maakt soms zelf een schets en dan komen mijn suggesties en ideeën eventueel". En dat zegt een jongeman die ooit een blauwe maandag voor grafisch technicus heeft geleerd, maar toch liever in de weekeinden door de na tuur ging fietsen en kruiden in heemtuinen bekijken. Dan zie je wat moois. Ad van Nieuwland werd „grondwer ker", doorkneed en bevoegd. Zijn vrouw Josée houdt dan z'n agenda wel bij en schrijft rekeningen omdat ook dit echtpaar niet van de wind al leen kan leven. Het voorjaar, de lente, is het drukst voor de hovenier, en dan de herfst, met het „winterklaar" maken overigens een uit de mode geraakt trefwoord. Trouwens het hele jaar door gaat de tuinaanleg van de ho venier. Ook in de winter: „Dan gaan we gewoon snoei en. En dan is het zö weer voorjaar, nietwaar. Het gaat vanzelf". Ad van Nieuwland blijft geestdriftig. „Hovenier zijn. Je moet het eigenlijk in de vingers hebben. Maar je raakt er niet over uitgepraat. Het is een gezond, creatief en boeiend vak. Vraag eens of ferte..." Ik weet, bijgevolg, tot wie ik me moet wenden, als ik m'n onverwoestbaar onkruid (met die hardnekki ge, stomme wortels in de grond) wil verdelgen. Ad is eerlijk: „Zevenblad? Ik geef u weinig kans". Voor dit do delijke advies brengt hij niets in rekening. Bijdrage: Jacob Bergsraa Foto's: Wim van Noort Tips: 071-122244, toestel 23 -OEN OMGEVING CiidaeSoiutwt zÖN JONGE INVESTEERDER IN TUINARCHITECTUUR EN ONDERHOUD kc rle z| aid ke >ei<sen staan soms raar te 'tein als ze van me horen, een hovenier een tuin- is. Dan zeggen ze ver- jl: o, dus zo'n schoffelaar, ok nog maait en border- ipknapt? Daar zien ze me ryjvoor aan". Nu lijkt Ad Nieuwland, als hij de ^seizoenen volmaakt, in w( meer op dat uitgestor te type met klompen aan rjs#n strooien hoed op. Die [VJÏ hovenier, die vroeger jgje „hof" zwoegde is zo als verdwenen. Vaklui Iten Nieuwland zijn te- roordig grondig ge- Dld en gediplomeerd en stejpt met nieuwe denkbeel- Die kunnen met allerlei 'Officaten zwaaien en ge- deskundige adviezen. Ze 'Oóvan een ander hout ge en dan de beunhazen, 'wm vooral in de nieuw- ^w ijken eventjes een tje in mekaar rammen in 'tefvrije tijd. Daarom ook men al gauw een beetje teteen scheef gezicht naar jovenier, of dat wel zui- koffie is. Maar een beet- fbvenier geeft ook garan- iD z'n werk", aldus Ad ^Nieuwland'. Oegstgeestenaar in hart Mieren is nu bezig met het wezenlijken van een ide- aan de rand van de r wbouwwijk Haaswijk in or geboortedorp. Ad van iwland (29) heeft het gedurfd om, na enkele ja- ervaring als „reizend" ;nier te hebben opge- ba, een eigen kwekerij op ïtten. „Tuincentra zijn er >eg", zegt hij, „maar een Ie kwekerij adviseert, or' heeft men kennis van »n en werkt men volgens ,-jerne, originele inzichten. I vertelt de mensen daar over het hoe, het waar wanneer. Dat is wat an- i dan een tuincentrum tC(^", zet hij zich af. \stelijke grond hc mag derhalve duidelijk dat de opzet van hove- r Ad (bijna een jaar ge- iwd; zijn Josée zelf uit tuindersfamilie stam- ,e/id doet zijn admini Ad van Nieuwland, hovenier: „Niet zomaar een tuintje in mekaar rammen". stratie, is Ad's stut en steun) geen tuincentrum is. Hij heeft iets anders voor met de 3000 vierkante meter grond die hij aan de Haarlemmer- straatweg, even voorbij het Groene Kerkje, onlangs ver worven heeft van de nu met emeritaat zijnde bloemen- kweker Den Haan, die ter plaatse ruim 30 jaar lang als eerste klas kweker met kwa liteit gewerkt heeft. Van Nieuwland: „Ik heb veel met hem gepraat toen ik hoorde dat hij ermee wilde stoppen. Ik had en heb nog steeds een goede band met Den Haan, een man met een geweldige know how op zijn gebied. Hij heeft nu met een gerust hart de kwekerij aan mij ver kocht. Het is een geweldige ruimte, met een trekkas waar de tulpen in getrokken wer den. Nu is er nog een stalling in voor antieke auto's van een paar liefhebbers. Verder op staat één van de eerste ty pes rolkassen, die door Den Haan zelf ontworpen wer den. Voorlopig is dat alle maal nog best te gebruiken voor mijn kwekerij, waar ik ook mijn collectie tuinplan ten wil gaan exposeren: vaste planten, coniferen, bomen ook en vruchtgoed. Ik kan daar ook zelf gaan door- en opkweken. En uit de sloot die erlangs loopt haal ik prima sproeiwater Mijn liefje, wat wil Van Nieuwland nog meer! Hij is ambitieus en enthousiast, bijt door, want het is een enorme onderneming en geweldige investering waar hij mee be zig is als eigen baas met een gediplomeerde vakkracht in dienst. Ad is als hovenier netzogoed stratenmaker. Zo legt hij op het ogenblik ook in de zomer is het hard werken, al ligt de „handel" dan bijna stil in een bijna fleurig patroon vóór ziin be drijf een stenen „mat' aan als entree, waarop ook gepar keerd kan worden, zo tegen het najaar. Een „showtuin", waarin ook „dode" materia len uitgestald kunnen wor den. Sierbestrating is overi gens in zijn pakket opgeno men. „Mijn vader was kleermaker, helemaal geen tuinbloed. Maar ik heb er geen moment spijt van gehad, dat ik in Boskoop aan de Middelbare Tuinbouwschool mijn oplei ding voor het middenkader heb gevolgd. Dat was precies in mijn straatje. Ontwerpen ook, tuinarchitectuur. Mijn grote liefde ging al naar planten uit. Boskoop geeft een algemene dagopleiding tot een vakdiploma en het middenstandsdiploma. Het was een hele klus: rechts- en wetskennis, boekhouding, economie, bemestingsleer, men", vervolgt Wassenaar. „Dan zeg ik: niets, u komt nu in een stukje van uw ei gendom. De mensen moeten zich ervan bewust worden dat dit een stukje van ons erfgoed is, dat wij moeten doorgeven aan de volgende generatie". Daarom is Wassenaar er al les aan gelegen om het huis beslist niet als een museum te presenteren. „Daar schui felt iedereen maar voor die vitrines langs en durft nie mand iets te vragen. Ieder een loopt daar maar zijn stand op te houden, maar de mensen leren er niks. Er moet gepraat kunnen wor den. Het moeten levende dingen voor de mensen wor den. Dat kan alleen met dis cussie". Het was dan ook een teleur stelling, toen de burgemees ter van Lisse, de gemeente die eigenaar is van 't Huys Dever, tijdens de vergade ring over de bestemming van het pand opmerkte: „Maak er toch een oudheids kamer van, dan ben je van alles af". Bergman begrijpt dat nog steeds niet: „Dan hadden we hier nu onder het stof gezeten". „De beste conservering van het huis zou dan ook zijn om het te bewonen", haakt Wassenaar in. „Er moet in geleefd wor den. Maar dat kan nu een maal niet. Dus hebben we geprobeerd om het zo open mogelijk te houden. De mensen kunnen hier ge woon binnen lopen. Alles kan hier". Na een kapitaal restauratie plan, dat zeker een half mil joen gaat kosten *>r. aat de beide heren als een soort laatste levensdoel voor ogen staat, moeten de gebruiks mogelijkheden van 't Huys Dever nog groter worden. „Muziekopvoeringen op late zomeravonden en open- luch t-spelen dagdroom t Bergman. Het binnenhof zou hersteld moeten wor den, de muren moeten wor den opgehoogd tot een me ter boven het maaiveld en daar omheen moet een slot- fracht komen met twee outen toegangsbruggen. Met name het herstel van de slotgracht en nieuwe aan plant van groenbegroeiing lacht beiden, als natuurlief hebber, toe. „Je moet hier eens komen als het 's avonds stil is", zegt Wassenaar. „Dan hoor je de boerennach tegalen zingen Hij doet het geluid van de kikkers na en moet er zelf om lachen. Bergman: „Lisse heeft geen groene long. Zorg dat hier een stukje ongerep te natuur komt, en laat dat tien jaar met rust. Ik zal het niet meer meemaken, maar moet je eens zien wat er dan gebeurt. Nu al, met dat mi nimale stukje groen hier, is het verbazingwekkend wat voor aantrekkingskracht er van uitgaat. Er bloeien or chideeën, we hebben hier een steenmarter en een pa trijs met jongen". „Deze plek moet uniek ge schikt geweest zijn voor be woning. We hebben bij de opgravingen voorwerpen uit de ijzertijd gevonden. Rei- nier kan niet geweten heb ben, dat er 1300 jaar voor hem ook al bewoning was op deze plaats. Maar hij heeft de situatie net zo inge schat als 1300jaar eerder. Er was water met vis en een transporttnogelijkheid, veen voor brandstof en zand grond voor akkerbouw en jacht Ze hebben in Lisse ook een zogenoemde knup- pelweg gevonden. Die wa ren voornamelijk uit Drente bekend. Dat betekent dus, dat er contact moet zijn ge weest tussen de mensen van hier en die uit Drente". Beneden, onder een wand kleed („Een Afghaan vertel de ons dat het eigenlijk een beddesprei was, waar het beddegoed opgegooid werd. Dan werden de vier punten bij elkaar gebonden en werd het als een soort bank ge bruikt") staat een witte ma quette van hoe het allemaal moet worden. Boven mag een kleine jongen op grijze vuilniszakken zijn eigen tentoonstelling van gevon den scherven maken. „Ik hoop dat er over twee jaar geld vrijkomt voor de rest van de restauratie", biecht Bergman uit de grond van zijn hart op. „Het moet weer worden zoals het was. Het is zo waardevol, dit moet be houden blijven. Voor zo'n kleine iongen bijvoorbeeld. Ik vind dat prachtig, die be langstelling van zo'n jongen. Echt ik hoop, dat ik het alle maal nog mag meemaken it pet u, meneer", zegt eerder G.J. Wasse- T van 't Huys Dever, ga er niet van naast d schoenen lopen, 2r het wordt een beet- p tweede huis. Je gaat toch van houden. Als een liefhebber bent oude dingen, dan :t dit je. Ik was op va- Mie in Florence. ichtig, al dat Barok. ar als je dan in zo'n naans kerkje komt, i is dat door al z'n een- toch zo veel mooi- tys Dever aan de Heere- f in Lisse. Zo maar mid- tussen de landerijen. Een oude woontoren, die door heer Reinier d'Ever, ridder en vazal van graaf Albrecht van Beijeren, rond 1380 gebouwd moet zijn. De toren heeft de vorm van een halve ellips: rond aan de voorkant, recht, alsof er een stuk afgeslagen is, aan de achterkant. Groene luiken met gele en rode driehoeken voor de kleine getraliede raampjes. Waar vroeger ooit een trap moet hebben geze ten, is het gat nu dichtge metseld. Er is geen moeite gedaan om een blauw-wit- rode PTT-kabel fatsoenlijk weg te werken. Hetzelfde geldt voor de ook al niet echt middeleeuwse bliksem afleider. Gerommel van na derend onweer en een daar mee gepaard gaande zwarte lucht geeft de toren een on- heilspellend karakter, klaar om er zo de volgende afleve ring van Floris of Ivanhoe op te nemen. Vanuit de ach terdeur van een nabijgele gen huis gooit een oude vrouw het braadvet uit haar Tefal-an ti-aan bak-koekepan op één van de zandhopen Bergman, met een bij 't Huys Dever gevonden Chinees porseleinen bord, en G.J. Wassenaar, d'f de maquette van het restauratieplan: „Muziekopvoeringen op late zomeravonden en open- ntfht-spelen. die door opgravingen rond om 't Huys Dever ontstaan zijn. De binnenkant, te bereiken door een deur die volgens een bordje klemt, heeft hoge gewelven. Boven de ingang hangt een groen-wit neon bordje met in kapitalen het woord „UIT". Hangende glazen bollen zorgen voor schaarse verlichting. Het ge luid van overtrekkende vliegtuigen verscheurt op gezette tijden de serene rust Dit is het domicilie van Wassenaar en zijn kompaan B. Bergman. „Ik verzamelde wat oude gebruiksvoorwerpen uit het steentijdperk en ik had wat fossieletjes", vertelt Wasse naar. „Ze zochten een be heerder en de directeur van het arbeidsbureau zei: „Dat is wat voor jou". Ik ben een bollenjongen, mijn leven lang in de bollen gewerkt. Ik ben geen historicus, ik ben geen archeoloog, geen geoloog. Maar ik mag er nu aan ruiken. Ik heb trouwens wel een museumcursus ge volgd". Wassenaar doet wat kleine onderhoudswerkzaamheden („Er komt altijd vocht door de muren") en ontvangt de bezoekers. „De mensen vin den het hier prachtig. Die eenvoud, die rust. Ik heb ooit eens twee oude dametjes gehad, die vroegen of er nog wat te zien was. Toen heb ik gezegd, nee nauwelijks, het is maar een leeg huis. Het heeft geen nut om die men sen de schoonheid van zo'n huis te leren zien „Ze vragen ook altijd wat de entree is als ze binnen ko- 't Huys Dever, klaar om er de volgende aflevering van Floris of Ivanhoe op te nemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 9