Veel paas-
gebruiken
zijn terug
te voeren
op heidense
Germanen
inaie
BIJ DE
FOTO'S:
BovenAan de
Haagse
Frederik
Hendriklaan
(nummer 71),
in het centrum
van de
Vrienden van
Volkskunst en
Folklore, is tot
en met S April
een tentoon
stelling van
beschilderde
paaseieren uit
de gehele
wereld te zien.
Zoals deze uit
het Poolse
Katowice. Zij
zijn
beschilderd
door Iwona
Napiorkowska
(foto) en Jan
Kozubal.
Onder: De
haan, gebruikt
bij palmpaas-
optochten, en
al die andere
paassymbolen
zijn
gekerstende
overblijfselen
uit een heel
grijs verleden.
Duitsland (Ostern) en in Engeland (Eas
ter) met die godin in verband wordt ge
bracht.
Hoe dan ook, als de kleine kinderen niet
verteld werd dat de kerkklokken - die
in de Goede-Weekliturgie vanaf Witte
Donderdag niet meer geluid waren -
paaseieren strooiden als ze, uit Rome
kwamen terugvliegen, dan werd hun wel
verteld, dat de paashaas de paaseieren
bracht.
Eieren
In alle culturen werd het ei gezien als de
kiem van het nieuwe leven, een symbool
van vruchtbaarheid en groeikracht. De
Chinezen vieren, 105 dagen na het begin
van de winter, hun „koudvleesfeesten".
Alle vuren worden dan gedoofd en drie
dagen lang eet men rijst, koud vlees en
ZATERDAG 22 MAART 1986
CeidócGou/icwt
_^Iaart, de lentemaand, en vooral
april, de grasmaand staan bol van
feestelijke volksgebruiken. En al
die gebruiken hebben wel iets met
Pasen te maken. Al verschillen ze
van landstreek tot landstreek, men
vindt er overal een aantal gelijke
elementen in terug. Achter elkaar
geplaatst lijken de attributen en
Symbolen wel een leesplankje:
oom, vuur, ei, brood, haan, haas
bn lam. Dat zijn in veel gevallen
Isymbolen, die uit voor-christelijke
_tijden afkomstig zijn. Een aantal
ervan heeft pas later een christelij
ke betekenis gekregen.
We moeten helemaal terug naar de vol
ken die over de Rijn bij Lobith ons land
pinnendreven om de oorsprong van veel
feebruiken te verklaren. Deze volkeren
leefden zonder kalender: hun maand
fluurde een maan. En een jaar was om
als na ongeveer dertien manen de zon
veer op dezelfde plaats stond als vier
eizoenen eerder. Ze werkten en rustten
n overeenstemming met het ritme van
le natuur aan wier krachten ze, in hoop
:n vrees, onderworpen waren. Hoop op
ten goede jacht, vrees voor misoogst,
liekte en andere rampen. Het leven
iwerd nog omgeven door een sfeer van
geheimzinnigheid:
Volgens de Germanen werd het leven
beheerst door Wodan, die de vader was
van goden en mensen. Op zijn achthoe-
jyig paard Sleipmr stormde hij langs de
hemel met de snelheid van de wind en
in oorlogstijd vuurde hij de krijgers aan.
05496-Maar hij was ook rechter over de men-
>i Gor-sen. Wodan liet zich van hun doen en
Aegoniaten op de hoogte houden door de ra
ven Hugin en Munin, zodat hij het goe-
Léhar-de kon belonen en het kwade straffen.
Uit het huwelijk van Wodan en Jörn. de
aarde, werd Donar geboren. Met zijn
rode baard van vlammende bliksems
draafde hij op zijn ratelende bokkewa-
gen onder woedend gebrul door de lucht
en gooide dan met zijn donderhamer.
Belangrijk was ook Ostara, godin van de
maakt vruchtbaarheid en de herboren natuur.
Haar feest viel in maart of april en het
Vruchtbare dier, de haas, was aan haar
nwege gewijd.
'Om deze - en nog veel meer - goden te
Dxc7bewegen, hun een goede opbrengst van
ilandbouw, veeteelt en jacht te geven,
werden er door de Germanen offers ge
bracht, feesten en feestmaaltijden gehou-
iden. En als de oogst binnen was of het
|vee werd geslacht, dan werden de goden
14 Pf6 feestelijk bedankt.
Dxb2 En toen kwam het christendom over Eu-
fxeójropa. De christen-missionarissen wilden
de bevolking vertrouwd maken met de
zet isgedachte dat er maar één God is. Door
is eenlhet om-waarderen van vertrouwde reli-
:wart'sigieuze feesten, handelingen en tekenen
-gt. zouden de brengers van de Blijde Bood-
B Dc7!schap rond de nieuwe godsdienst dat
'beetje vertrouwde blijdschap handhaven
zwartedat in het harde leven van die tijd
it lijktlbroodnodig was. En dat de indruk zou
door-iwekken, dat de nieuwe godsdienst niet
Izoveel van de oude verschilde.
h Kd7
Meiboom
Zo werd het begin van het Germaanse
midwinterfeest tot Kerstmis en kwam
eerste'Pasen in de plaats van het vroegere len-
il voor tefeest. Dat lentefeest duurde vele we-
n ech-ken. Dan werd de terugkeer van de zon
laat de en het herleven van de natuur gevierd,
•e ver-de natuur, die geëerd werd in de persoon
|Van Ostara. Van haar werd groeikracht
Ï6 Tg8en vruchtbaarheid afgesmeekt door ze in
i3 Te8 symbolen uit te beelden. Een belangrijk
ld6 32. symbool was de meiboom. Die boom,
Tbl+die de wereld tussen de wortels draagt.
Td5 was eigenlijk de drager van vele symbo
len: de waakzame haan - een offerdier
dat zowel diende om vruchtbaarheid af
te smeken als om boze geesten te we-
ifland, ren - eieren en noten, die golden als te
de voordat men in het voorjaar de step
pen verliet om de zomer in de lagere en
meer bewoonde streken door te brengen.
Als folkloristisch gegeven wordt het
paaslam in verband gebracht met het
historisch feit van de uittocht van de jo
den uit Egypte (de verlossing van de Fa
rao, het kwaad). Als zodanig is het een
symbool voor Jezus, het Lam Gods, dat
zich liet slachtofferen om de wereld te
verlossen van zonde en kwaad. En Pasen
is het feest, waarop Jezus' verrijzenis uit
de dood herdacht wordt,
Een ander dier dat in onze paasfolklore
een rol speelt, is de haas. Hoewel de
paashaas pas in de 17e eeuw voor het
eerst gesignaleerd wordt, is het aanneme
lijk dat toen in dat dier de resten van
een oud volksgebruik herleefden. Want
de haas was gewijd aan de Germaanse
vruchtbaarheidsgodin Ostara. En het is
dan ook geen toeval dat het paasfeest in
eieren. Dat gebruik werd al tijdens de
Tsjang-dynastie - 1400 jaar voor Chris
tus - ingevoerd.
De Grieken offerden eieren op hun Dio-
nysius-feesten. En de Germanen aten ei
eren aan de offermaaltijden ter ere van
Ostara. Ze beschilderden ze met magi
sche kleuren: het bruin van de aarde
(Jörn), het geel van de lente (Ostara) en
het rood van Wodan. Hoe oud die ge
woonte van het eieren kleuren in Europa
al is spreekt uit een vondst in Duitsland.
Daar werd in een graf uit naar schatting
320 voor Christus, naast het geraamte
van een meisje een aantal beschilderde
eieren gevonden.
Sinds paus Paulus V in de 17e eeuw aan
het altaar eieren wijdde - als een zinne
beeld van het graf dat wacht op de Ver
rijzenis - werden met Pasen in tal van
landen eieren naar de kerk gebracht die
beschilderd waren met teksten als
„Christus is opgestaan" of „Lam Gods":
ziedaar de basis van het verhaaltje dat
de klokken paaseieren brengen als ze uit
Rome terugkeren.
Eieren, die immers vruchtbaarheid zou
den brengen, werden in oude tijden inge
graven of neergelegd in de velden. Vaak
werden ze dan na enige tijd weer bijeen
geraapt en alsnog opgegeten. Tegenwoor
dig verstoppen vader en moeder choco
lade- of fondanteitjes in huis of tuin. Tot
groot plezier van de kinderen, die ze
moeten zoeken. Daarmee is ook het ver
band gelegd naar de haas. het lievelings
dier van de vruchtbaarheidsgodin Osta
ra.
Spelletjes
Met eieren werden en worden met Pasen
wel meer spelletjes gedaan. Er werden
wedstrijden in het eiereneten gehouden
en (in verband daarmee) was het „eitje
tikken", „eitje butsen" of „boezen" vrij
algemeen in Noordoost-Nederland.
Twee spelers tikken daarbij hun ei met
de spitse kant tegen elkaar. Wiens ei
daarbij gekneusd wordt, moet het af
staan aan zijn tegenspeler. Op Ameland
komt het „eitje rollen"of „smitsen,, nog
voor: het gaat erom, wie z'n ei het verst
van een duintop af kan laten rollen.
Bij de voorbereidingen voor het paas
feest gingen de kinderen langs de deuren
om eieren te bedelen. Ze zongen:
„Pallem pallem Pasen
ei-koerei (kyrie eleison)
over ene zondag
krijgen wij een ei.
Een ei is geen ei,
twee ei is een hallef ei,
en drie ei is een paasei".
Maar toen aan het begin van deze eeuw
dit gebruik dreigde uit te sterven, waren
er mensen die daar een stokje voor sta
ken. Ze gingen palmpaasoptochten orga
niseren, waarbij ook dat liedje - uit z'n
verband gerukt - gezongen werd. Daar
mee wordt de palmpaasoptocht tot een
vorm van neo-folklore, een naspelen van
wat vroeger geweest moet zijn. Niette
min is de palmpaasoptocht weer alge
meen in gebruik. Er schijnt behoefte te
zijn aan zo'n feestelijkheid, die het voor
jaar dichterbij lijkt te brengen.
JAN BAKKER
FOTO'S: MILAN KONVALINKA
kenen van vruchtbaarheid en niet te ver
geten het zonnerad. Ziedaar alle elemen
ten van ons haantje op een stokje.
Toen onze streken gekerstend werden,
werd Pasen het jaarlijkse feest van over
vloed en verwachting tot besluit van zes
weken schaarste en soberheid. Wederop
standing, herleven van de natuur, ver
wachting van genade en van weelderige
oogst: het is in zijn overdrachtelijkheid
zeker een beeld dat te verenigen is met
de opvatting dat Christus door zijn dood
en verrijzenis een overvloed verwierf
aan genade, waarop
de mens zijn hoop
kan vestigen.
En bij het herden
ken van Christus
triomfale intocht in
Jeruzalem (Palm
zondag) werden de
palmtakken van
toen vervangen
.door de meiboom.
Het zonneteken
werd een kruiste
ken; de offerhaan in
broodvorm (graan-
offer) een herinne
ring aan de verra
derlijke zwakheid
van de mens en aan
het dier dat voor
Jezus' dood een
nieuw tijdperk in-
kraaide. Het op die
wijze naspelen van
Christus' intocht
was in Jeruzalem al
in de vierde eeuw
bekend; in onze
landen wordt er in
de negende eeuw
gewag van gemaakt.
Vuur
In grote delen van
ons land trekken
kinderen al weken
voor Pasen langs de
huizen om brand
stof op te halen
voor de paasvuren.
In de avond van
eerste paasdag
wordt die berg van
takken, afvalhout,
karton en papier in
brand gestoken.
Ook dat paasvuur
is terug te voeren
op een Germaans
vruchtbaarheidsri
tueel. Daarbij plaat
ste men een zonne
rad op een mast in
de brandstapel
- tegenwoordig
vervangen door een
teerton - danste
men om het vuur
en sprongen jon
gens en mannen
door de vlammen
om nieuwe kracht op te doen en om on
kwetsbaar te worden voor ziekten (ver
gelijk Brünhilde, de beroemdste van de
Walküren, die te paard in de vlammen
springt van de brandstapel die voor haar
geliefde Siegfried is opgericht), meisjes
werden met het houtskool zwart ge
maakt in de hoop dat ze vruchtbaar zou
den worden. Zo ver als de rook en het
licht waarneembaar waren, zouden ak
kers en boomgaarden vruchtbaar zijn.
Zouden moderne boeren eigenlijk weten
waarom ze in het voorjaar de ruigte in
de, bermen rond hun velden platbran
den? En waarom zouden fruittelers nog
steeds rookvuurtjes in hun boomgaarden
ontsteken als er nachtvorst verwacht
wordt?
In 742 verbood de kerk de vruchtbaar
heidsvuren als een vorm van bijgeloof.
Maar de vuren bleven. Waarom ook
niet? Tijdens de paasliturgie werd achter
in de stikdonkere kerk, onder het zingen
van „Lumen Christi" - Licht van Chris
Paaslam
Minder hardnekkig dan de haan - als
broodvogel - speelt bij de paasviering
het lam een rol. Men vindt het diertje ei
genlijk alleen nog als boterlammetje op
tafel bij het paasontbüt. De herkomst er
van is zeker niet „Germaans". Bij de
oude herders volkeren van Voor-Azié
was het offeren en eten van een lam een
ritueel waarmee verzoening en bescher
ming gezocht werd voor mensen en kud
tus - toch ook het nieuwe vuur geslagen
om de paaskaars te ontsteken? Andere
vormen van de oeroude vruchtbaar
heidsvuren zijn de „meierblis" op Texel,
die ontstoken worden nadat op de laat
ste dag van april de zon is ondergegaan.
En als een vorm van neo-folklore wor
den sinds vijfendertig jaar in Friesland
de „koninginnevuren" gebrand.