„Ik zal bewijzen dat ik er nog bij hoor „Er is geen reden tot paniek" CcicbeSoiMmti 'Ï'ETRA DE BRUIN AAN VOORAVOND NIEUWE WIELERSEIZOEN: RAINER/COACH yïOL BAARSCHERS bNDANKS LAGE ÏOTERING LMHC: >ORT LEIDEN 13.15. RIS 1 6402): ZATERDAG 8 MAART 1986 PAGINA 15 Onder redactie van Gert-Jan Onvlee en Pieter Evelein Rumoer 1 Dachten wij van Hutspo(r)t dat het de laatste tijd vriende lijk toeging in de „Leidse" sporthallen en zwembaden, worden we in één weekeinde zomaar „getracteerd" op meerdere incidenten. De een nog ridiculer dan de ander. Waar moet dat naar toe, he ren sport(?)lieden? Rumoer (2) Een „fraai" voorbeeld van zo'n onzinnige actie leverde waterpoloër Ronald Hermsen. In de rumoerige wedstrijd bij AZC/Alphen dacht de speler van HZC/De Robben, toch al niet de rustigste, zich te moe ten wreken op scheidsrechter Nonnekes. Uiteraard had de beste man enkele beslissingen genomen die niet door de beugel konden volgens Hermsen. Deze klom dus uit het water om dat de betrok ken leidsman eens goed onder zijn neus te wrijven. Als door een wesp gestoken kwam HZC-coach Harrie Vriend tussenbeide. Voordat Her msen ook maar de kans kreeg om Nonnekes iets aan te doen, riep Vriend zijn pupil tot de orde. Niet op de meest zachtzinnige manier, maar dat was slechts terecht. Een pluim op de hoed voor Vriend, maar wat jammer, dat hij, later in de wedstrijd, zelf ook zijn boekje tebuiten ging. Want ook Vriend gaf op niet mis te verstane wijze uiting aan zijn onvrede over de leiding. Waren het vroeger Rob Schouten (de ex-coach van De Zijl/LGB die geen blad voor de mond nam) en Stan van Belkum wie herinnert de bloembakken-affaire uit 1984 niet?) die voor onrust zorgen, na het intermezzo van Ruud Misdorp heeft het tweetal van HZC hun rollen overgeno men. Zou dat komen, omdat Hermsen ook onder Schouten heeft „gediend"? Rumoer (3) Een actie, die weliswaar min- Rumoer... der agressief was, maar waar wij van Hutspo(r)t toch ook onze vraagtekens bij zetten, werd geleverd door de Haagse handballers van SOS 2 in hun wedstrijd bij MSV. De wed strijd, die met vele uitsluitin gen een tumultueus verloop kende, vond in de tweede helft een abrupt einde. De keeper van SOS verkocht een speler van MSV op zeker mo ment een miniem tikje. „Niets aan de hand", zo dacht de doelman. En waarom ook niet: handbal is tenslotte geen sport voor doetjes, getuige de taferelen die zich op de rand van de cirkel plegen af te spe len. Scheidsrechter Vooys dacht daar dus anders over. Hij verwees de Haagse doel man voor twee minuten naar de kant. Een beslissing waar diens ploeggenoten met grote verbazing kennis van namen. Hun reactie loog er niet om, al bleven klappen in dit geval uit. Wel verlieten zij, uit (roe rende) solidariteit met hun „onrechtvaardig" behandelde doelman, en masse het veld en weigerden nog verder te spelen. Dat de stand op dat moment 20-3 in het voordeel van MSV was zal ongetwijfeld niets met deze beslissing te maken hebben gehad. Rumoer (4J De laatste actie waar wij van Hutspo(r)t hoofdschuddend van kennis namen, vond plaats in de Vijf meihal. Een hal waar Leidse korf- en bas ketballers op het hoogste ni veau acteren, gadegeslagen door publiek van verschillend pluimage. Verzorgen de korf ballers van Fides Pacta het spel, dan blijven de emoties doorgaans binnen de perken. Als BS Leiden echter net bes te beentje voorzet, dan wil er Nog meer rumoer... 0 nog wel eens geschreeuwd worden. Daar is natuurlijk niets tegen, zelfs als je in het heetst van de strijd de scheidsrechters) iets minder fraais toevoegt, hoeft er nog niets aan de hand te zijn. Een week geleden echter, in de topontmoeting tegen koploper Nashua, ging het mis. De situ atie is bekend: Leiden stond op de zeer belangrijke winst, totdat de ploeg uit Den Bosch de punten cadeau kreeg door een meer dan discutabe le beslissing van leidsman De Graaf. Enkele heethoofden uit het publiek, ongetwijfeld „supporters" van Leiden, wensten na afloop hun woede te koelen op De Graaf. Voor Nashua-speler Richie Johnson was dat aanleiding om op zijn beurt een stoel te pakken. Om die „supporters" op zijn eigen wijze tot de orde te roepen? Gelukkig dat zich daaronder ook nog enkele minder heet gebakerde personen bevon den, die de Amerikaan met veel moeite in bedwang konden houden. En na zoveel ellende in deze aflevering van Hutspo(r)t lijkt ons voor die mensen een applaus zeker op zijn plaats. Ultsmljtertje Wij van Hutspo(r)t zijn de be- roersten niet. Daarom zijn wij bereid op speciaal verzoek van de potelingen zelf de volgende prestaties van The Bassets, die Sassenheimse rug byers dus, onder de aandacht te brengen. Dat zij een week oud zijn, moet de lezer maar even vergeten. Wij hebben respect voor de moed. om ook verouderde scores als de nu volgende alsnog schriftelijk aan ons door te geven. Vooral als zij alweer bijna vergeten zijn. Anderzijds, een uitstapje naar Wales is niet voor iedere rugbyer weggelegd. Zie hier: Llangennech - The Bassets 66-0, Bryant RFC - The Bas sets 26-11. Of: een uitsmijter- tje om even bij stil te staan. 1354) M oeri JIDEN „Misschien b ik het mis, maar vol os mij maken ze in :rden een fout". Petra Bruin (24), ondanks ir relatief jonge leeftijd een „veteraan" in het ivjmespeloton, ziet met e ogen toe hoe de Ne- landse rensters steeds :)rder achterop raken bij internationale top. lamescoach Rinus Ver- i vindt dat alleen meisjes in aanmer- moeten komen voor egselectie. Vorig jaar gebleken dat dat niet -kt". De Bruin, die buiten de selectie vallend presteerde, is k nu niet geselecteerd. Hfvanche staat daarom seizoen centraal bij de 5. euwkoopse: Ik wil wijzen dat de KNWU verkeerde koers en oudere rensters, ik, niet terecht thuis ren jaar na haar wereldti- in Valkenburg, die zij bii- aan de Belgische Jenny de lit verspeelde door te vroeg ting te geven aan haar on- grensde vreugde, maakt De uin de balans op van een node, waarin zij diep weg- 'cte, maar de weg terug naar top zocht en vond. „Ik heb een paar dagen geleden nog eens de video van dat we reldkampioenschap terugge zien. Wat een schitterend mo ment was dat toch, toen ik over de streep kwam. Ik ge loof niet, dat ik ooit iets mooi ers heb meegemaakt, of mee zal maken. Alleen m'n trouw dag kan dat ooit overtreffen". Internationale succes sen De Bruin kon het onverwach te succes lange tijd geen ver volg geven. Internationaal sprak zij wel haar woordje mee, maar vrijwel zonder echt op de voorgrond te tre den. Ook binnenslands bleven aansprekende resultaten uit. De nationale achtervolgingsti- tel in 1980 was de laatste „grote" zege die de assistent- groepleidster in de zwakzinni genzorg kon voorleggen. De Bruin: „Juist door mijn baan stagneerden de prestaties. Ik werkte erg onregelmatig. Ge richt trainen en koersen is dan nauwelijks mogelijk". Vijf jaar na haar wereldtitel zette De Bruin haar interna tionale successen voort in de eerste Tour de France voor vrouwen. De Nederlandse wielrensters regen de etappe winsten aaneen, De Bruin niet uitgezonderd: „De tegen stand was dat jaar gering. Vo rig jaar kwamen we er nau welijks meer aan te pas. Het veld was stukken sterker". Toch slaagde de Nieuwkoopse er in de tweede editie in, een Petra de Bruin: „Jonge talenten? Ik heb ze nog weinig zien presteren". etappe op haar naam te schrij ven. „Met die zege heb ik be wezen, dat ik weer op de weg terug was". De Bruin schrijft haar terugkeer in de kop van het peloton vooral toe aan een verminderde werkdruk: weer omhoog". „Sinds maart '85 werk ik nog Tijdens de aanloop naar de maar drie dagen per week. laatste Tour de France kreeg Dat biedt gelegenheid om vol- De Bruin voor het eerst te doende te trainen en dan maken met de gewijzigde schieten de prestaties ook koers van de KNWU. Werden rang. De Bruin: „Ik viel dus buiten de selectie. Het heeft me verbaasd dat Verboom zo strak heeft vastgehouden aan de uitgezette koers: na ver loop van tijd is gebleken dat er niet genoeg sterke jonge rensters waren. Dat was ook de reden waarom ik alsnog naar de Tour mocht. Op dat moment hadden ze de selectie beter kunnen samenstellen uit jongere én oudere ren sters". De Bruin vraagt zich af, of de jongere rensters dit seizoen wel doorbreken: „Ie dereen heeft het over talen ten, maar wie zijn dat dan?' Die jonge meisjes hebben in het buitenland nog niets laten Sterke ploeg vroeger altijd de sterkste da mes naar buitenlandse wed strijden uitgezonden, met de komst van Rinus Verboom, opvolger van Cor Bijster, kre gen de jongere rensters voor het baanonderdeel achtervol ging tijdens het WK in Ame rika. De Bruin, specialiste op dat onderdeel, ziet die combi natie wel zitten, maar wil haar seizoen niet alleen daar op afstemmen. „Wat heb ik eraan om alles op die drie ki lometer achtervolging te zet ten? Het is steeds moeilijker om een plak in de wacht te slepen. Bovendien heb ik ster ke concurrentie van Mieke Havik en Monique Kauffman. Het gaat mij erom te bewijzen dat ik nog meetel". In de aanloop naar de zomer, met de Tour en het WK altijd het zwaartepunt van het sei zoen, zal De Bruin in mei twee wedstrijden in Japan rij den. Daarna volgt het NK en als die wedstrijd door gaat de ronde van Nederland. Maar eerst komt het voorsei zoen, met op zaterdag 15 maart de openingsklassieker Batavus Lente Race, met start en finish in Den Haag. „Ik denk niet dat ik daar goed zal rijden. Vorig jaar werd ik nog derde, maar nu is m'n voorbe reiding veel minder geweest. Ik heb wel getraind, maar nog te weinig op de fiets gezeten". Desondanks vreest De Bruin de confrontatie met de con currentie niet. Het feit dat zij dit jaar in Van Duuren-ploeg rijdt, speelt daarbij een be langrijke rol. „We hebben een sterke ploeg. Tijdens een trai- ningsweekeinde in Otterlo was de stemming prima, dus zal de samenwerking in de koers ook wel goed lopen". Over de gang van zaken in het peloton tast De Bruin vooralsnog in het duister: „Door het nieuwe beleid van de KNWU zijn de meeste ploegen verdwenen. Rensters als Mieke Havik, Connie Meijer en Heieen Hage moe ten het nu alleen opknappen. Maar ik vraag me af, of dat veel uitmaakt. Bij de dames kom je ook in je eentje erg ver. Veel verder dan bij de amateurs, bijvoorbeeld. Ik hoop, dat ik met steun van mijn ploeggenotes op topni veau kan presteren. Dan móe ten ze me wel naar de Tour uitzenden". PIETER EVELEIN STGEEST Nu de ige winterpauze in de •fdklassecompetitie ik voor de hockeyers Leiden zijn einde ft bereikt (Amster- i-Leiden werd vorige eek als enige wedstrijd ;elast), moet de Oegst- r formatie uitgere- d in de twee komen- duels aantreden tegen le degradatiekandida- in Schaerweijde en Hat- Met slechts drie kinten uit de eerste acht wedstrijden bungelt de loeg weer eens onderin e ranglijst, waarbij het ejda(lleen Hattem (drie uit egen) en Schaerweijde een uit negen) nog onder ich weet. 10565 ar ieidens trainer/coach Nol jotan ^p^-hers wijdt dit vooral f)an het feit, dat zijn ploeg de 0n erste helft van de competitie -oor een te aanvallend con- Recia fpt heeft gekozen, waarbij n len met veel mensen voor de c al de boel achter wagenwijd jpen liet voor de op de coun- Jtt loerende tegenstander. fjPas de laatste twee duels is it omgegooid, hetgeen tegen Iranje Zwart en HGC, toch 056 ïgenstanders van kaliber, al np"w irect drie punten opleverde". ai klus Baarschers die ook de 8 weede helft van de competi- -e vanuit een gesloten en N *co oed georganiseerde defensie oete opereren. Kersverse aan- ni e oerdcr, Boudewijn van Eyck 'uit zijn coach nog verder in: Het probleem was ook, sbv at we voorin opgelegde 3 lansen niet goed wisten te De- -jutten, terwijl tegenstanders lie qua spelbeeld niet beter ff raren, hun kansen veel doel- reffender benutten. We heb- en het spelletje gewoon niet rofessioneel genoeg ge peeld". De nogal aanvallend 071 ngestelde voorstopper kon iet ook niet begrijpen, dat er n het begin zo slecht op de loodjtrafcorner is getraind, een leve ^h steeds belangrijker wa- par» in de hockeywereld: „Met ütter-Mme, nu er maar vijf verde- Jdigers mogen staan, had er aam tel meer aandacht aan moe- tn worden besteed. Nu heb- Tel *n we partijen tegen SCHC j*n HDM door een zwakke icomer onnodig verloren". S Éxtra prikkel der Zowel Baarschers als Van zijn er van overtuigd, Tfet Leiden voldoende kwali- eiten in zich bergt om in de niddenmoot mee te kunnen braaien. „Maar, er is voor dit Kersverse aanvoerder Boudewijn van Eyck: „We hebben het spelletje gewoon niet professioneel genoeg gespeeld". team meer noodzakelijk", al dus Baarschers. „De ploeg heeft een extra prikkel nodig om op z'n top te kunnen pres teren. Voor wedstrijden tegen topploegen, waarbij de spelers bijna allemaal een internatio nal tegenover zich hebben, is motivatie vooraf van mijn zij de overbodig. Het kost me veel meer inspanning om de spelers tegen de 'zwakkere' Van Eyck is in dit opzicht nog duidelijker: „Je zult zien, dat we het dit jaar niet zullen ha len in de wedstrijden tegen Hattem en Schaerweijde, maar door veel punten van de titelkandidaten af te snoe- Een". Zo zag Bloemendaal aan et einde van vorig seizoen de kansen op de zo fel begeerde landstitel na een 0-1 neder laag op Leiden genihileerd. Kort voor dit duel had Bloe- mendaal-coach Oltmans in een krantenartikel de uit spraak gedaan, dat zijn ploeg Leiden wel eventjes zou op rollen. Een uitspraak die zijn uitwerking op de Leidse ploeg blijkbaar niet had gemist. Baarschers is verheugd einde lijk over een vaste opstelling te beschikken. „Het onfor tuinlijke wegvallen van Hein Dungelmann heeft voor nogal wat problemen gezorgd voor wat betreft de opvulling ach terin. Met Hans-Willem Croll, Van Eyck en Hans Wagener ben ik daar denk ik aardig in geslaagd". Optimisme In organisatorisch opzicht krijgt Leiden de rest van het seizoen een iets ander gezicht. Naast Baarschers gaat ex-spe ler Paul de Regt nog meer fungeren als diens adviseren de rechterhand. Sjoerd Swa- nenburg (ex-Hudito) is na zijn ontgroeningsperiode definitief als manager aangesteld. Voor dit driemanschap kwam de afgelasting bij Amsterdam vorig weekeinde niet echt on gelegen. In Zeist zagen de he ren een teleurstellend Schaer- weyde op eigen terrein met 1- 3 van Hattem verliezen. „Schaerweyde was uitermate zwak en zoals het tegen Hat tem speelde de hoofdklasse onwaardig. Het ontbrak de ploeg aan enige inzet, zodat het zelfs van de eigen toe schouwers geen steun meer kreeg. Ik heb sterk het idee, dat Schaerweyde zich al bij degradatie heeft neergelegd", was het commentaar van Baarschers die in Hattem nog wel een pittige tegenstander zag in de strijd om de tweede degradatieplaats. Voor degradatie is men in het Leidse kamp niet bang, im mers vorig seizoen stond Lei den er rond dezelfde tijd veel slechter, zo niet kansloos, voor: „Toen stonden we voor laatste met drie punten ach terstand op het toch niet zo zwak geachte Laren en on danks een verloren wedstrijd tegen nummer laatst, Den Bosch, eindigden we ruim bo ven Laren", aldus Boudewijn van Eyck, die zijn optimisme deelt met het restant van de spelers. „Veel trainen op de strafcorner, een zeer hechte band binnen de selectie, de wil om te presteren en een herwonnen spelvreugde moet voldoende punten opleveren om in ieder geval het volgen de seizoen opnieuw in de hoofdklasse uit te komen", al dus Van Eyck. Dus zeker nog geen reden voor paniek bij Leiden. WOUTER EIKENHOUT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 15