Langs
Omwegen
Henk en Dorothee van
Geemert buiten hun
internationale smaak uit
Directeur Timmer pakt kunst, cultuur en religie weer op
Reiden omgeving
Vlaggestok
ei
NA 35 JAAR AFSCHEID VAN DE MACHINEFABRIEK NOORDWIJKERHOUT
QeidócQowutnt
DINSDAG 21 JANUARI 1986 PAGINA 11
Op mijn omwegen door stad en land
kom ik graag mensen tegen. U kunt
mij telefonisch of schriftelijk vertellen
wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071
- 12 22 44 op toestel 10.
„U weet waarom u hier
bent U had onder de
stoel in uw auto een knup
pel liggen hè. Hier deze
knuppel. Is het niet". Kan
tonrechter Groenendijk
hield een fotokopie van
een foto van een stok om
hoog. „Ja dat lag in mijn
auto", was het commen
taar van de in een groene
werkjas gestoken verdach-
Maar het was geen
knuppel. Het was een
stukje vlaggestok. U moet
weten, ik ben een kleine
zelfstandige en ik wilde
voor de deur van mijn
zaak een vlag aan een
stok. Ik had een vlagge
stok van drie meter ge
kocht, maar achteraf bleek
dat wat te lang. Ik heb er
I toen een stukje afgezaagd.
I Dat restje lag nog in de
I auto. Niks bijzonders".
I De kantonrechter bleek
I niet helemaal overtuigd
I van het verhaal van de
I kleine middenstander. „Ik
I heb hier de verklaring
I van de politie en die zegt
I dat u de knuppel bij u had
I uit zelfverdediging. U zou
I het wat onveilig vinden
I als u 's avonds nog weg
I moest". Daar keek de ver-
I dachte van op. „Dat heb ik
I helemaal nooit gezegd.
I Waar halen ze het van-
I daan. Mijn handtekening
staat er toch niet onder.
I Dat heb ik niet gezegd".
I Maar deze opmerking was
I volgens kantonrechter
I Groenendijk niet steek-
I houdend.
I „Ach, of u dat nu wel of
niet hebt gezegd, is eigen
lijk niet eens zo belangrijk.
Feit is dat u die knuppel
in de auto had liggen en of
het nu een stuk van een
vlaggestok is of niet, doet
er niet toe. Dat stuk hout
kan als wapen worden
aangemerkt en als zodanig
worden gebruikt en dat is
I strafbaar", aldus de kan-
tonrechter.
„Ja maar op zo'n manier
kan alles wel een wapen
zijn. Ik heb zeer regelma-
ig pakken hout in mijn
auto. Heb ik dan pakken
wapens bij me? Dat is toch
onzin", zei de verontwaar-
dige middenstander. De
officier van justitie vond
echter dat de stok en de
verklaring van de politie
voldoende bewijs waren
en eiste een boete van 155
gulden. „Wat vindt u van
die boete", vroeg de kan
tonrechter. „Wel wat hoog
voor iets, dat ik nooit zo
bedoeld had". Het werd
een boete van 75 gulden.
Cl a,
Rijbewijs
De volgende patiënt was
een jongeman die op de
Binnenvestgracht in Lei
den zonder rijbewijs in een
auto had gereden. Later
bleek dat er ook geen gel
dig kentekenbewijs van de
auto was. „Het is juist dat
ik zonder rijbewijs in die
auto reed, maar het was
mijn auto niet en dus kon
ik niet weten dat er geen
geldig kentekenbewijs van
was". De kantonrechter
achtte de verklaring van
de jongen voldoende be
wijs en gaf de officier van
justitie het woord. „Ik
moet zeggen dat ik het
nogal een merkwaardige
hobby vind, dat mensen
zonder rijbewijs in een
auto gaan rijden. Zolang
iemand geen rijbewijs
heeft, kan hij een auto niet
goed besturen en dat le
vert gevaar op voor de
medeweggebruikers. Ik
vraag hiervoor dan ook
een hoge boete, namelijk
210 gulden. Voor het feit
dat er geen kentekenbe
wijs was, eis ik een boete
van 130 gulden".
De jongen erkende zijn
fout van het zonder rijbe
wijs rijden, maar zei wel
dat hij erg goed reed en al
vele lessen had gehad. Met
de boete voor het kente
kenbewijs was hij het niet
eens. „Het was mijn auto
niet en korte tijd later was
dat kentekenbewijs wel in
orde. Het meisje van wie
de auto was, heeft het
kenteken nog laten zien
op het politiebureau en
daar zeiden ze toen dat het
zo wel in orde was". De
kantonrechter vonniste
voor het rijden zonder rij
bewijs 175 gulden boete en
voor het ontbreken van
het kentekenbewijs 75 gul
den.
SYLVIA VAN LEEUWEN
Geen krant ontvangen Bel
tussen 18.00 en 19.00 uur. za-
dags tussen 14.00 en 15.00
em uur. telefoonnr.071-122248 en
uw krant wordt nog dezelfde
auijavond nabezorgd.
Geemerts op de geur af.
Neem Haagse Henk. Die be
gon in '59 z'n carrière bij Hil
ton in West-Berlijn. Van de
grond af. „Ik was toen 19 jaar
en kon er als afwasser een
baantje vinden". Van Gee-
mert begon daarna stappen te
zetten en hij verhuisde van
Berlijn naar Hilton Amster
dam, met steeds minder vaat-
was; en naar Hilton Rotter
dam (waar zijn latere echtge
note Dorothee „public rela
tions" deed). Hier werd Henk
H.G. „food and beverage-ma
nager". Aanvoerder van Eten
en drinken: een sector die hij
trouw bleef.
Van Geemert en dame had
den geen rust in het lijf: ze
verhuisden naar Hilton Is
tanbul, in Turkije („een ge
weldige periode") en naar
Curacao („Dat hoeft voor ons
nooit meer"). Vandaar vlo
gen de Van Geemerts naar
het Hiltonhotel op het schit
terende eiland Goeam in de
Stille Oceaan Goeam, eens
wereldnieuws, toen het aan
het einde van de wereldoor
log op de Japanners heroverd
werd mêt het planten van de
„stars and stripes". Vervol
gens koos Van Geemert Am
sterdam als zijn plaats van
vestiging: drie en een half
jaar bij het fameuze Dikker
en Thijs. Daarna heeft het
echtpaar nog lesgegeven in
Zwitserland, op een privé-
hotelschool: „mijn vrouw gaf
daar p.r. en marketing en ik
doceerde in food and mana
gement".
Lucia's hand
Het was nog niet genoeg. De
soep was nog niet koud, of
het echtpaar verplaatste zich
naar Jeruzalem, Israel, waar
Henk adviseur werd van de
Dan-groep, op eet- en drink-
gebied, in het King David-
hotel; „één van 's werelds al
lerbeste ter wereld; met z'n
prijzen die er ook niet om lie
gen. Daar kwamen we in mei
'85 vandaan. Het is in Israel
een moeilijke leefsfeer, men
is er erg gespannen". Een
maal in Nederland ging Van
Geemert op speurtocht door
het land: „We wilden voor
onszelf gaan beginnen. En
we vonden wat we zochten
hier in Voorschoten". En wie
brachten Henk en Dorothee
met zich mee? Dat was Lucia
van Poorten (25). Leerling
kok bij Dikker en Thijs, en
vandaag chef-kok bij Floris
V. Henk van Geemert: „Toen
ze voor haar diploma slaagde
was ze de beste in haar
groep". Dorothee: „Lucia is
goud waard; we hebben haar
de vrije hand gegeven". Lu
cia is een dot van een meid,
creatief „en ontzettend
schoon". Ze staat in de keu
ken met een leerling (binnen
het stelsel van de Horeca-op-
leiding) en soms met de hulp
van Henk, als het erg druk
is. Een goede traditie: ook
Erik Stikvoort koos destijds
voor een cheffin; omdat
mannen vaak maar rouw-
douwen zijn....
Alles bij elkaar zijn de Van
Geemerts „op een hoger ni
veau dan de eerste gasterij"
gaan zitten. Geen bistro
meer. Ze jagen, evenwel,
geen Michelin-ster na. „want
we willen geen nouvelle cui
sine nastreven, maar goede
porties opdienen tegen haal
bare prijzen". De spijzenkaart
getuigt daarvan: wat Lucia
ervan bakt is meer dan voor
treffelijk. Ze wordt er ook
bijgehaald, aan tafel, als de
gasten van haar begeesterde
inspannningen genoten heb
ben. „Dan staat ze daar. heel
charmant, met rode koontjes,
want ze vindt al die aandacht
maar niks. Maar ze verdient
het", is Henk's overtuiging.
De wijnen bij Floris V zijn
excellent. Welke je ook kiest.
De menukaart wordt om de
drie maanden herzien, bijge
steld. Om de smaak op peil te
houden. In het opgefleurde
restaurant, in beige tinten,
staan de tafels met de glazen
te blinken en te glimmen.
Eventueel voor het „Diner
dii jour", het etentje van de
dag, dat varieert van tourne-
dos met geitekaas, tot de Hol
landse vissoep en salade
Saint Pierre. En Lucia, als
opperste en samenstellende
chef, tekent voor nog veel
meer: gegratineerde kabel
jauw, tongfilets, „aangekle
de" biefstukken, varkens
haasjes die niet voor de poes
zijn, de schnitzels. Om de
kaart van het menu van de
dag zit een poseleinen serve
tring. En in die ring steekt
een bloem. In een laagje wa
ter.
DE GASTERIJ FLORIS V IN VOORSCHOTEN DRAAIT MET NIEUWE HEERSCHAPPEN
NOORDWIJKERHOUT
„Toen we hier in de ja
ren vijftig naar toe ver
huisden waren we een
van de eerste import-
Noordwijkerhouters. Bin
nen de kortste keren wa
ren we echter in de ge
meenschap opgenomen.
De verhuiswagen Stond
maar net voor de deur om
uit te laden, toen de over
buurvrouw al voor de
deur stond met haar zoon
tje. Hier, zei ze, je mag
hem hebben. Die jongen
kwam ons helpen verhui
zen".
C.P.J. Timmer blikt met veel
genoegen terug op het „tijd
perk" Noordwijkerhout, dat
hij door pensionering afsluit.
Vrijdag neemt hij officieel af
scheid als directeur van De
Machinefabriek Noordwyker-
hout b.v., in het bollendorp
kortweg DMN genoemd. Het
bedrijf, dat onder meer lieren
en sluizen voor de verwerking
van bulkgoederen maakt, is
één van de grootste in de bol
lenstreek.
Timmer heeft als buitenstaan
der een belangrijke positie in
de Noordwijkerhoutse ge
meenschap gekregen. Niet al
leen is hij de laatste 25 jaar di
recteur geweest van een be
langrijk bedrijf in het dorp,
tussen 1960 en 1973 was hij te
vens raadslid voor de KVP.
Kortom, Timmer aardde uit
stekend in Noordwijkerhout.
Met zichtbaar genoegen ver
haalt hij in de directiekamer
inmiddels overgedragen
aan opvolger L. van Putten
over de geschiedenis van
DMN en zijn entree in het
dorp en in het bedrijf. DMN
startte in 1950 als dochteron
derneming van scheepsbouw
bedrijf Verschure. Op het
strand van Noordwijk hoorde
H. Verschure, halfbroer van
de directeur, dat de Bisschop
pelijke Nijverheidsschool in
Voorhout tien hectare grond te
koop aanbood. De pastoors van
de schooi, tegenwoordig de
Katholieke Technische School,
hadden langs de 's-Graven-
damseweg een verbeteringste
huis voor jongens willen be
ginnen, maar zagen daar na de
oorlog vanaf. Verschure zag er
wel wat in en begon een doch
teronderneming.
Opening
Tot de opening en inzegening
van het bedrijf langs de 's-
Grayendamseweg in maart
1951 door pastoor Brink van
de St. Victorparochie werd het
produktiedeel van het nieuwe
bedrijf tijdelijk ondergebracht
bij een fabriek in Haarlem, die
net door Verschure was over
genomen. Het kantoor huisde
in die tijd boven het roem
ruchte hotel Piet Gijs bij de
spoorwegovergang. Timmer
werd kort daarna in dienst ge
nomen als administrateur. „Ik
werkte bij een Amsterdams
accountantskantoor, maar zat
veel in Tilburg. Daar leerde ik
mijn vrouw kennen. Zij ging
op een gegeven moment bij
een bedrijf hier in de buurt
werken. Zo kreeg ik te horen
dat er een baan bij DMN was".
In februari 1958 vertrok de
toenmalige directeur Garscha-
gen. Timmer werd gevraagd
tijdelijk de leiding van het be
drijf over te nemen. „Er wa
ren toen veertig sollicitanten,
maar geen "van allen bleek ge
schikt. Ik heb die taak toen
noodgedwongen op me geno
men. Als ze mij hadden ge
vraagd om directeur te wor
den had ik het niet gedaan. Ik
had absoluut geen technische
achtergrond, en dat heb je in
dit bedrijf toch wel nodig".
Twee jaar tijdelijk directeur
schap en de nodige technische
cusussen later werd Timmer
hebben. „Toen we hier kwa
men zaten in de kerk mannen
en vrouwen altijd van elkaar
gescheiden. Mijn vrouw en ik
wilden gewoon bij elkaar zit
ten en deden dat dan ook.
Daar werd nogal van opgeke
ken, maar binnen enkele jaren
zaten mannen en vrouwen
door elkaar. Ze hielden er in
het begin ook rekening mee.
Als je bijvoorbeeld een brui
loftsfeest kwam, zaten de
vrouwen aan de ene kant van
de zaal langs de muur, en de
mannen aan de andere kant.
We werden dan altijd zo neer
gezet dat we naast elkaar kon
den zitten", vertelt Timmer
met een glimlach.
Bestuursfuncties
De inmiddels naar Wilnis ver
huisde Timmer is niet bang in
een „donker gat" te vallen. Hij
blijft nog bestuursfuncties
houden bij onder meer het
pensioenfonds van IHC Hol
land, waarvan DMN een doch-
terondeneming is. Ook is hij
verbonden aan het GAK in
Amsterdam en de NIID, een
club die zich sterk maakt voor
inschakeling van het Neder
lands bedrijfsleven bij op
drachten van het ministerie
van defensie. „En verder alle
dingen die ik de afgelopen 35
jaar heb verwaarloosd, bij
voorbeeld kunst, cultuur, reli
gie. Ik wil proberen dat weer
op te pakken", aldus Timmer.
Hij heeft de laatste helft van
1985 benut om zijn opvolger
Van Putten in te werken. De
nieuwe directeur is afkomstig
van de scheepswerf Jonker en
Stans in Hendrik Ido Am
bacht. Eerder werkte hij bij
IHC Gusto, een dochteronder
neming van IHC Holland.
Vrijdag neemt Timmer af
scheid met een receptie in het
gebouw van DMN aan de 's-
Gravendamseweg in Noord
wijkerhout. De receptie begint
's middags om vier uur.
PAUL VAN DER BIJL
„Zo nu en dan zie je hier col
lega's, mensen uit onze bran
che, die bij ons beroepsmatig
hun licht komen opsteken.
Meestal op maandag of dins
dag, als ze vrij hebben en de
zaken dicht zijn. Natuurlijk
ken ik ze niet allemaal van
naam of gezicht, maar je
haalt ze er direct tussenuit.
Weet u, dan zie je ze het ser
viesgoed, de borden of scho
teltjes, onopvallend omkeren
want ze willen weten welk
merk wij gebruiken. Of ze
steken achteloos een vinger
in een vaasje met bloemen;
dan willen ze voelen of er
wel water in zit. Nou, dat zit
er dan wel degelijk in. We la
ten onze tafelbloemen niet
verwelken, daar zijn ze ook
te duur voor, nietwaar? In dit
beroep leer je van elkaar en
je doet ideeen op. Er zijn res
taurateurs bij van sterren
restaurants die bij ons komen
eten en rondkijken". En ook
die „maestro's" kunnen geïn
spireerd raken, aan de koste
lijk met kortgehouden en ge
formeerde linden en „Anton
Pieck"-geveltjes gestoffeerde
Voorstraat in Voorschoten,
waar ook het goede leven
met al z'n natjes en droogjes
uitstekend gevoed kan wor
den.
We maken een tussenstand
op in de „Gasterij Floris V",
de consumptieve parterre
van het Ambacht- en Baljuw
huis. „Dit gebouw is het pa
radepaardje van burgemees
ter Cannegieter", zegt Henk
H.G.van Geemert tussen
neus en lippen. Heer Van
Geemert met scheefzitten
de stropdas en zijn vrouw
Dorothee bewegen zich sinds
oktober van het vorig jaar als
gastheer en gastvrouwe en
als vriendelijke geesten door
de vertrekken van het pron
kende pand dat in dit nieuwe
jaar welgeteld drieëneenhal
ve eeuw oud is: „350 jaar; dat
is heel oud", dacht Van Gee
mert zo. Een uitgestelde ken
nismaking met de twee nieu
we runners van een gasterij
die nu drie jaar als restau-
rant-bar-partycentrum in be
drijf is.
Nieuw begin
Bijna onnoemelijk lang is het
Ambacht- en Baljuwhuis in
verval geweest. Eind '82
werd het geheel opgeknapt,
gerestaureerd. „Voor 2 mil
joen gulden", meent Henk.
„Voor wel 3 miljoen", denkt
zijn Dorothee zeker te weten.
Het was in elk geval een for-
definitief directeur van DMN.
Timmer heeft met het bedrijf
in de loop der jaren vooral
ups, maar ook downs gekend.
Vrij kort na het begin zaten de
12 werknemers werkloos in de
kantine, toen de verkoop in
baggervaartuigen terug liep.
Orders van Werkspoor, Stork
en DAF zorgden voor nieuwe
werkgelegenheid. In 1956 had
het bedrijf ongeveer 50 mede-,
werkers, waarna gestaag werd
uitgebreid. De staalindustrie
liep in de loop der jaren echter
forse klappen op, waardoor in
1982 acht mensen ontslagen
werden. Het bedrijf telt mo
menteel 116 werknemers.
Timmer stortte zich in 1960
ook op de lokale politiek. Tot
'73 was hij raadslid voor de
KVP. „Verschure zei tegen
mij: Timmer, je moet de poli
tiek in gaan. Een verstandig
advies, want ik heb het idee
dat ik toch wat heb kunnen
veranderen. Er werd hier na
tuurlijk erg in de bollensfeer
gedacht. Men kende de proble
men van de industrie niet.
Daar is toch de nodige veran
dering in gekomen. De ge
meente trekt nu aardig wat
bedrijven".
Timmer denkt ook in de ge
woontes van de Noordwijker
houtse gemeenschap wat „we
reldser" invloeden gebracht te
tuin, dat daar gespendeerd
werd. Maar het is prachtig
geworden. Van binnen hele
maal in de oude, deftige,
matte kleuren die antiek en
patriciërssmaak garanderen.
Bovenin, op zolder, een fijne
expositieruimte onder de ha-
nebalken. Een verdieping la
ger ligt de ook door min
der validen en vermoeid be
dienend horeca-personeel via
een zoemende traplift te be
reiken trouwzaal met oud-
Hollandse praal. Gaat u er
maar eens zitten en kijk naar
de 17e eeuwse Hollanders op
een geschilderd paneel aan
de wand. Veel licht en lucht:
in de Verenigde Provinciën
zijn we nooit zo erg barok ge
weest.
In die sfeer houdt de ge
meente Voorschoten dan 's
avonds, met wisselend succes,
haar ambtelijke séances, zoals
daar onder andere zijn com
missievergaderingen, geoutil
leerd met vele microfoons en
een uitgebreid auditorium
voor tientallen Voorschote
naren die dan soms komen
opzetten om te vernemen hoe
het wel en wee hunner ge
meenschap er vóór staat. Dan
zijn de bodes naar huis en de
lichten in het gemeentehuis
uit, en zorgen de Van Gee
merts in eigen beheer voor
de ravitaillering.
De trouwzaal van het Am
bacht- en Baljuwhuis wordt
ook wel afgehuurd door de
Gasterij. Dan gaan al die mi
crofoons en toehoordersstoe-
len eruit. Wel frustrerend.
Net zoals bij de dubbele, ai
mabele Leidse weekmarkt,
vind ik: dinsdagsavonds is
het langs de Nieuwe Rijn een
hameren en schuiven en een
godvergeten toestand bij het
opzetten van de woensdag-
markt, en 's woensdagavonds
wordt de boel met veel moei
te weer opgeruimd en
schoongemaakt. Op vrijdaga
vond herbegint hetzelfde ri
tueel en 's zaterdagsavonds is
het voor de zoveelste keer
een troosteloze bende. Zo niet
met de trouwzaal aan de
Voorstraat, maar het is wel
steevast opzetten en weer af
breken. Maar de Voorscho-
tense burgemeester vindt het
er nog steeds prachtig, als ik
Henk van Geemmert mag
geloven. Verder zijn er nog
vier vergaderzaaltjes waar de
gemeente met eigen gelden
van plukt.
Der Keerlen God
Om de exploitatie rond te
kunnen krijgen, werd ruim
drie jaar geleden gekozen
voor een koek- en zopiestent
in het stukken betere genre.
Als patroon werd gekozen de
veelbelovende Hollandse
graaf Floris V, die tevens
Der Keerlen God was. Floris
ik meen in 1295 „door de
edelen vermoord" in de sop-
pige dreven van het Naar-
dermeer, omtrent Muiden
schonk zo'n 700 jaar geleden
om de een of andere reden
een aantèl heerlijke rechten
aan de marktplaats Voor
schoten. Hij bleef er terecht
geëerd, en toen het hem toe
gewijde etablissement in '82
openging, was er de plaatse
lijke beeldhouwster Kiki Vis
ser die van Floris een aarden
figuur sloeg in gebakken
staat. Zijn beeltenis is inmid
dels danig gekerfd en ge
scheurd, maar hij prijkt nog
steeds in het vernieuwde res
taurantgedeelte, vlak boven
een tafeltje waar je „en petit
comité" intiem kunt genieten
van een lichtelijk gepeperde
tournedos.
In december '82 was er het
tweetal Lia Nodelijk en Erik
Stikvoort, dat z'n gretige tan
den veelbelovend in de Gast
erij zette. In de loop der jaren
ontkoppelde gezellin Lia
evenwel (als exponent van
bet internationele verschijn
sel Je Zoekt Het Zelf Maar
Uit) en Erik week uit naar
zijns vader Nico's belendende
kapitale bezitting, „Het Wa
pen van Voorschoten", de
„saloon", met balustrade, van
alle Voorschotense cowboys
en gelukzoekers. In elk geval
hoogtepunt van plaatselijk
vertier en mogelijk de lokatie
voor een nieuwe Hollandse
avonturenfilm.
Maar toen kwamen de Van
Alles bij
elkaar zijn de
Van
Geemerts
„op een
hoger niveau
dan de
eerste
gasterij"
gaan zitten.
De komende en gaande man van DMN. Links de nieuwe directeur L. van Putten en rechts de scheidende
C.P.J. Timmer bij een van de moderne machines van het Noordwijkerhoutse bedrijf.