naie
Ongekende kansen voor
Nederland in India
T
Rechtst eel
Nederlands
ontwikkelings
geld is naar
India gevloeid
en de projecten
zijn inmiddels
vaak uitgegroeid
tot kleine
industrieën
Zoals de
werkplaats
waarin deze
vrouw haar
brood verdient
met het maken
van speelgoed.
Links: Wie zich
in Indiase steden
snel wil
verplaatsen kan
het best een
scootertaxi
nemen.
Tenminste, als
ze niet kapot
zijn
Koningin
en
prins
op
bezoek
in
land
vol
contrasten
t eel mensen
leven van de
huisnijverheid.
Maar als het
aan premier
Gandhi ligt is
India omstreeks
het jaar
tweeduizend een
industriële
topnatie.
ZATERDAG 11 JANUARI 1986
DEN HAAG/NIEUW DELHI -
sla,Een jaar of twintig geleden schreef
ten gezaghebbende Zweedse eco-
ïoom, dat India aan de rand van
vfJe afgrond balanceerde. Omdat de
tlite noodzakelijke hervormingen
)lokkeerde, voorspelde hij, zou het
and reddeloos ten onder gaan aan
oedseltekorten, overbevolking en
kltebrek aan scholing. Dat het zo'n
^1 laart niet liep, zullen koningin
leatrix en prins Claus met eigen
igen kunnen constateren als zij
instaande dinsdag in Nieuw Delhi
irriveren voor een staatsbezoek
kan India, dat hen door drie deel
staten zal voeren.
India heeft juist grootse toekomstplan
nen: onder het leiderschap van Rajiv
Dandhi, die modernisering tot zijn voor-
rlngnaamste beleidsdoel heeft gemaakt toen
nij in november vorig jaar zijn moeder
Dpvolgde. maakt men zich op voor een
ieefgigantische inhaalmanoeuvre, die het
land in sneltreinvaart het tijdperk van
tie ..high-tech" moet binnenloodsen.
Premier Gandhi is bezig de economie,
yan oudsher centraal geleid en geken
merkt door protectionisme, te liberalise
ren. Het particuliere bedrijfsleven krijgt
vrijbaan en een verlaging van irqporthef-
Érfngen moet buitenlandse ondernemin-
toegang tot de Indiase markt ver
schaffen. Dat betekent dat er miljoenen-
<Hiprders te vergeven zijn. Het is dan ook
niet voor niets dat in het kielzog van het
koninklijk paar. behalve minister Van
den Broek van buitenlandse zaken, ook
een zware delegatie uit het Nederlandse
edrijfsleven meereist, aangevoerd door
NO-voorzitter Van Lede.
'olgens de Federatie van Indisch-Ne-
lerlandse Gemeenschappen in Nieuw
Ihi zitten er al 186 Nederlandse on-
lernemingen in. een joint-venture met
en Indisch bedrijf. Een aantal dat de
lomende jaren sterk kan groeien.
'an de drie sectoren waaraan de rege-
ng-Gandhi de hoogste prioriteit geeft,
is de landbouw in financiële zin de twee
belangrijkheid. Hierin wil zij tot
,SJ990 honderdtien miljard gulden of 22
Orocent van het budget pómpen. India is
:en overwegend agrarische natie. Bijna
Iriekwart van de beroepsbevolking leeft
'an de opbrengst van landbouw en vee-
ieelt. Met een aandeel van dertig procent
in het bruto nationaal produkt is het te-
'ens de belangrijkste sector van de Indi-
ise economie. In de markt voor land
bouwmachines, bio- en zuiveltechnolo-
,ie zijn de Russen en de Amerikanen
:waar vertegenwoordigd. De Nederland
se agro-industrie, die op dit gebied toch
jvan wanten weet, heeft hierdoor volgens
het ministerie van economische zaken in
|Dcn Haag niet veel kansen meer in In-
mgScHEEPSBOUW
lS^SSectc
toren waar wel kansen voor het Ne
derlandse bedrijfsleven liggen, zijn de
aPf\vaterbouwkunde en het transport. Deze
(sector is vooral gebaat bij visserssche-
ir. pen. baggerschuiten en werven, waar
door het Westen opgeleid personeel zelf
schepen kan bouwen en repareren. Het
l(jjpninisterie van economische zaken
yf^meent dat het onder meer deze scheeps-
roouw is waarin het Nederlandse bedrijfs
leven hoge ogen kan gooien als het op
nieuwe handelscontracten aankomt. Een
belangrijke rol is ook weggelegd voor
Philips. De Eindhovense firma zit al
vijfenvijftig jaar op het Indische sub-
re continent en is op het ogenblik de
belangrijkste fabrikant van elektrische
apparaten met tienduizend werknemers
in tien vestigingen.
De handel tussen India en Nederland is
overigens sinds 1983 explosief gestegen.
Na Japan en Indonesië is India thans
onze belangrijkste handelspartner in
Azië.
De Nederlandse betrekkingen met India
zijn al een jaar of veertig oud. Neder
land was het derde land. na China en de
Verenigde Staten, dat de jonge republiek
India erkende toen die in 1947 onafhan
kelijk werd van Groot-Brittannië. Op 29
september van dat jaar arriveerde onze
eerste ambassadeur. Sinds 1962 ont
vangt India Nederlandse ontwikkelings
hulp, eerst als concentratieland, tegen
woordig als programmaland.
In totaal is sedert 1962 een bedrag van
2,6 miljard gulden Nederlandse ontwik
kelingshulp naar India gevloeid. De afge
lopen twee jaar ging het respectievelijk
om honderdnegentig en tweehonderd
miljoen. Aanvankelijk kwam de steun
voornamelijk tot uitdrukking in kunst-
mestzendingen (in de periode 1979-1983
voor maar liefst 663 miljoen gulden), die
de Nederlandse kunstmestindustrie ove
rigens meer voorspoed hebben opgele
verd dan de Indiase landbouw. Althans
zo constateerde de Algemene Rekenka
mer indertijd.
De hulp is echter in een stroomversnel
ling geraakt sinds het bezoek van een
ambtelijke missie onder leiding van
prins Claus. Deze bezocht het land in
1981 in zijn functie van bijzonder advi
seur van de minster van ontwikkelings
samenwerking. Het beleid is verbreed, er
is een cultureel akkoord tot stand geko
men en de nadruk is verschoven van
kunstmest naar technische hulp. onder
meer op het gebied van waterbouwkun
de.
Ganges
Hoogtepunt op dat gebied is het Ganges-
project waarvoor in december, tijdens
het bezoek van minister Smit-Kroes van
verkeer en waterstaat, de laatste hand
tekeningen zijn gezet. Dat betekent dat
Nederland begin dit jaar van start is
gegaan met het bevaarbaar maken van
de drieduizend kilometer lange heilige
rivier.
De uitvoering van dit miljardenproject,
dat pas over enkele generaties zal zijn af
gerond, biedt het Nederlandse bedrijfs
leven ongekende perspectieven. Alleen al
het traject tussen de steden Patna en Al
lahabad, waarbij men het voorlopig wil
laten, zal ten minste tien jaar in beslag
nemen. Een speciaal voor dit doel ge
vormd Nederlands consortium, Gavan-
con (waarin IHC Holland, Van Oord,
Damen Shipyards en Van Ommeren sa
menwerken), gaat de uitvoering voor
zijn rekening nemen. In januari begint
het voorbereidende ingenieurswerk.
De reis van de koningin wordt overigens
allerminst een inspectietocht langs de
Nederlandse hulpprojecten in India. Af
gezien van een klein urbanisatie- en een
zuivelproject waaraan Nederland via de
Wereldbank een bijdrage levert, staan er
vooral bezoeken aan nationale beziens
waardigheden op het programma. Zo zal
het koninklijk paar onder meer een
rondvlucht maken boven het Indira-
Gandhikanaal in de deelstaat Rajastan,
vlakbij de grens met Pakistan.
Het kanaal, dat uiteindelijk 649 kilome
ter lang zal worden, moet overtollig wa
ter uit twee rivieren in de noordelijke
deelstaat Poenjab naar Rajastan trans
porteren om de Thar-woestijn vrucht
baar te maken. De eerste 393 kilometer
zijn voltooid. Met de resterende 256 ki
lometer hoopt men over tien jaar klaar
te zijn. Het totale project heeft dan vijf
endertig jaar arbeid en vier miljard gul
den gekost.
India is een land van enorme tegenstel
lingen. Enerzijds is het vrij hoog ontwik
keld, vooral op technologisch en weten
schappelijk gebied. Anderzijds is het
land in sommige opzichten schrikbarend
achter.
Met het vorig najaar vastgestelde vijfja
renplan heeft de regering van premier
Rajiv Gandhi de eerste aanzet gegeven
tot een welvaartsgroei die het zevenhon
derdvijftig miljoen mensen tellende land
in een periode van pakweg vijftien jaar
naar het niveau van een industriële top
natie moet tillen. Want dat is het uitein
delijke doel dat de voormalige piloot
van de Indische burgerluchtvaart voor
ogen staat. Voor het begin van de 21e
eeuw moet India de status van ontwik
kelingsland van zich af kunnen schud
den en zijn gigantische bevolking van
werk hebben voorzien.
In verscheidene opzichten is men al een
aardig eind op weg. In 1974 werd de eer
ste Indiase atoombom tot ontploffing ge
bracht; er zijn plannen voor de bouw
van tweeëntwintig nieuwe kerncentrales;
in de zuidoostelijke deelstaat Orissa
wordt een technologiestad a la het Ame
rikaanse Silicon Valley uit de grond ge
stampt.
Ook op andere terreinen staat India zijn
mannetje. De nationale filmindustrie
was in de jaren zeventig, met ruim zes
honderd speelfilms per jaar, de grootste
ter wereld. Filmcity Bombay, een van de
twee belangrijkste centra op dit gebied,
is groter dan Hollywood. Het staat dan
ook op de lijst van bezienswaardigheden
die in de loop van het staatsbezoek aan
bod komen. Koningin Beatrix en prins
Claus gaan er op 21 januari een kijkje
nemen, alvorens vanuit Bombay terug te
vliegen naar Nederland.
Cynisch
De ambitieuze economische doelstellin
gen zijn door Gandhi's critici nogal cy
nisch ontvangen. Hoewel de regering in
Nieuw Delhi de bestrijding van armoede
en werkloosheid hoog in haar vaandel
heeft geschreven, zeggen de tegenstan
ders van haar liberale handelspolitiek
dat er sinds het aantreden in december
1984 nog niets concreets gebeurd is om
de armoede voortvarend aan te pakken.
Volgens de officiële cijfers leven 275
miljoen mensen op het Indiase subconti
nent onder de armoedegrens van zestig
gulden netto per maand. Van de zeven
honderdvijftig miljoen inwoners is 64
procent analfabeet (van de vrouwen
zelfs tachtig procent), zes procent is dak
loos, tallozen wonen in erbarmelijke om
standigheden. Alleen al de sloppenwijk
van Bombay telt evenveel inwoners als
heel Amsterdam.
De kosten van levensonderhoud zijn in
vier jaar tijd met vijftig procent gestegen
bij een economische groei van ongeveer
twintig procent. Toch lijkt het probleem
van de honger, dat in de jaren zestig de
Nederlandse bevolking spontaan naar
het giroboekje deed grijpen, zijn ergste
tijd gehad te hebben. Op een produktie
van 145 miljoen ton graan is in India
een overschot vastgesteld van 21 mil
joen ton. De Indiase pers voorspelt dat
deze voedselberg zelfs zal wegrotten bij
gebrek aan opslagcapaciteit. Desalniette
min leeft veertig procent van de bevol
king onder de voedselgrens. En de Indi
sche veestapel mag dan de grootste ter
wereld zijn, het rendement is miniem;
de meeste runderen worden als trekdier
gebruikt en de bijdrage van de heilige
koeien aan de economie bestaat voorna
melijk uit het ophouden van het ver
keer.
Dan is er nog de buitensporige bevol
kingsgroei, waartegen geen kruid gewas
sen lijkt. Elk jaar komen er dertien mil
joen Indiërs bij en omstreeks het jaar
2000 wordt de een miljardste verwacht.
Als het zo doorgaat zijn er binnenkort
meer Indiërs dan Chinezen.
De verbeterde gezondheidszorg, die het
£eidóc0ou/uMit
sterftecijfer aanzienlijk heeft gedrukt,
trekt de verhoudingen nog verder scheef,
want het geboortecijfer is niet navenant
gedaald. Pogingen pm de bevolking tot
geboortebeperking [te bewegen, stuiten
op een muur van onwil (kinderen zijn
immers een verzekering voor de oude
dag). Voor krachtiger maatregelen is
men huiverig geworden, sinds de exces
sen waartoe dat heeft geleid tussen 1975
en 1977, toen in India de noodtoestand
van kracht was. Miljoenen mensen wer
den toen opgepakt en in vrachtwagens
afgevoerd om gesteriliseerd te worden'.
In achttien maanden steeg hel aantal ste
rilisaties tot acht miljoen, maar de pu
blieke verontwaardiging over de toege
paste methodes heeft zonder twjfel bijge
dragen tot de verkiezingsnederlaag van
Indira Gandhi in 1977.
Tenslotte is er het kastesysteem dat zich
maar niet laat uitroeien, alle goedbedoel
de pogingen van de overheid ten spijt.
Discriminatie van onaanraakbaren
(waartoe tachtig procent van de bevol
king behoort) is al sinds 1955 bij wet
verboden, maar de kloof tussen wetge
ving en de dagelijkse praktijk is diep.
Maatregelen om de achtergestelden posi
tief te discrimineren haalden al evenmin
iets uit; ze werkten zelfs als een boeme
rang. Voor deze groepen wordt in over
heidsdiensten en volksvertegenwoordi
ging een bepaalde hoeveelheid banen ge
reserveerd. Ironisch genoeg zijn het
daardoor juist de achtergestelden zelf,
die zich het hardst aan hun status van
„achtergestelde" vastklampen en zo de
status quo consolideren.
Vooroordelen
Toch is dit, zoals gezegd, maar een van
de gezichten van India. De India-specia-
list van het ministerie van economische
zaken. drs. J. Huner, ergert zich vaak
aan de vooroordelen die volgens hem
nog steeds in Nederland heersen en die
India in de ogen van het grote publiek
uitsluitend afschilderen als een armzali
ge, hongerende hoop ellende. Volgens
hem wordt al te gemakkelijk voorbijge
gaan aan de andere kant van de medail
le, en die toont dat India ook honderd
vijftig miljoen mensen telt die naar wes
terse maatstaven op modaal of zelfs
luxueus niveau kunnen leven. Een aan
tal dat volgens hem snel groeit.
Voor koningin Beatrix betekent het
staatsbezoek de tweede kennismaking
met dit land van tegenstellingen. In 1962
was zij, als „vermoedelijke erfgename
van de Kroon" tijdens een reis door
Azië de gast van premier Nehru. Rajivs
grootvader. Prins Claus heeft India al
tweemaal bezocht, in 1981 als hoofd van
de ambtelijke missie en in 1984 om de
crematie van Indira Gandhi bij te wo
nen. Het koninklijk paar brengt de eerste
twee dagen - het eigenlijke staatsbe
zoek - door in Nieuw Delhi als gast van
premier Gandhi. Daarna volgt een reis
door drie noordwestelijke deelstaten,
met als pleisterplaatsen de steden Jaipur,
Udaipur en Bombay.
Ook ditmaal biedt de koningin haar
gastheer bij wijze van tegenprestatie een
theaterevenement aan in plaats van het
„contradiner" zoals onder haar moeder
gewoonte was. De keus is ditmaal geval
len op het Schoenberg-ensemble, een
veertien man sterk kamcrmuziekgezel-
schap onder leiding van dirigent Rein-
bert de Leeuw, dat speciaal voor dit doel
wordt overgevlogen. Gezien de onmis
kenbaar avantgardistischc signatuur van
het ensemble en de onbekendheid van
het Indiase publiek met westerse muziek
een gewaagde keuze, die onderstreept
dat Beatrix en Claus op het gebied van
kunst en cultuur niet bepaald een voor
keur hebben voor platgetreden paden.